en oi ONTWIKKELING ANTWERPEN EEUWENLANG VERTRAAGD ■MVLAMING KOESTERT ZIJN ACHTERLIJKHEID ALS EEN BURGERMANNETJE Z'N GAZON" „HOLLANDERS BRAKEN MET HUN TANDEN OP ELKAAR" Onjuist Worgartikeleri Stormachtig! Schrik Nederlanders die hardnekkig vreugde peten in het verzin- Jien, aanhoren en j -oorvertellen van Bel genmoppen voeren ter wontschuldiging van «eze zacht aan het kweten knagende I bazigheid veelal het 'fjit aan dat onze zui derburen elkaar toch e/eneens proberen te j Smaken met grap- Den over Nederlan ders. 'ATERDAG 14 JUNI 191 op zaterdag 13 septem- FEE5T/AAAL aingeboden door den heer J. Th. Hendxiksi I ter herdenking van lijn TACHTIGSTEN JAARDAG, ■an zijne medeleden van het anti-annexitie I Comité, in Hotel Aerts te IJzendijkc der I 9 September 1919. iiso km mm 0 schoone stroom "hoe glanst g'in't stille manelicht, a|s eene zilveren slang rjoorkronklend Vlaandrens beemden", fuit het oratorium De Schelde van Peter Benoit.) In naam van Oranje forceerden de Watergeu- zen op 6 april 1572 de toegang tot Vlissingen. Als kapers beheersten ze nu de Westerschelde. De dupe werd Antwerpen, het troetelkind van de Bour- qondische hertogen. Het in korte tijd opgebouwde han delsimperium berustte op drie pijlers: specerijen uit Portu- qai, laken uit Engeland en katoen en erts uit Zuid-Duitsland. De Spanjaarden, met wie de rebellen sinds 1568 in oorlog waren, zonden in 1573 een oorlogsvloot om de kapers te straffen. Ze leed in het Slaak een verpletterende nederlaag tegen de pasbenoemde geuzenadmiraal Boisot. Toen in 1576 bij de Pacificatie van Gent Holland en Zeeland zich verzoenden met de overige provincies, leek de doem op Antwerpen al geweken. Zijn economisch revival duurde kort: in 1583 raasden de troepen van Frans van Anjou in de „Franse Furie" over de stad en kort daarna veroverde de bekwame Spaanse landvoogd Parma, het oog gericht op Antwerpen, de steden Rupelmonde, Brugge en Gent. Willem van Oranje stel de nu zijn vertrouweling Filips Marnix van St. Aldegonde aan tot buitenburgemeester van de Scheldestad. Deze was niet bij machte om de enige maatregel te nemen, die de stad kon redden: het doorsteken van de Cauwesteynse dijk. De parti culiere belangen van de slagers, die hun vee op de weiden lieten grazen, gaven Parma de kans om een brug over de Schelde te laten bouwen en Antwerpen ook van de zeezijde in te sluiten. Marnix werd vervolgens om niet geheel duidelijke redenen een pleitbezorger van de vrede. Op 17 augustus 1585 nam Parma de stad in; de grote uittocht met Amsterdam als voornaamste bestemming begon. Toch is de dramatische uitspraak, dat Antwerpen tot bittere armoede verviel, onjuist. De landroutes bleven intact, evenals de binnenvaart, maar bovenal: voor de jonge Republiek was handelen een kwestie van leven of dood en negotie met de vijand was lucratief. Niet alleen was haar vindingrijkheid in smokkelmethodes groot, maar de vaart op het, nu in Spaanse handen gevallen, Antwerpen werd zelfs geïnstitutionaliseerd. De Admiraliteit van Zeeland richtte te Biervliet-Philippine aan de Braakman en te Lillo-Liefkenshoek boven Antwerpen verplicht overlaadhavens in en plaatste er inspectoraten voor het innen van de befaamde Konvooien en licenten. Dit waren aanvankelijk respectievelijk gelden, waarmee het begeleiden van handelsschepen door oorlogsbodems en de permissie voor de negotie met de vijand konden worden gekocht. In later tijden evolueerden ze tot in- en uitvoerrechten. Hoewel de sluiting van de Schelde zo weinig hermetisch was, dat Engel sen, Spanjaarden en Genuezen de haven konden blijven be zoeken, voelde Antwerpen zich vanzelfsprekend in zijn vrije ontplooiing ernstig geremd. Toen de oorlog in 1609 voor twaalf jaar werd gestaakt, probeerden de „Aartshertogen" Albertus en Isabella tevergeefs de Staten-Generaal van de Republiek te vermurwen om de sleutels van de Schelde in de golven te werpen. Bij de vredesonderhandelingen te Munster in 1647 en 1648 was de Republiek geenszins toeschietelijker. 905 De brug van Farnese over de Schelde tijdens het beleg van Antwerpen door Parma in 1585, het jaar waarin de blokkade van de Schelde begon. (Gravure door Frans Hogenberg in het Stedelijk Prentenkabinet van Antwerpen Op 13 mei 1963 is de strijd eindelijk gestreden. De Belgische premier Th. Lefèvre (links), zijn Nederlandse collega prof. dr. J. de Quay en minister van buitenlandse zaken mr. J. Luns toosten op de ondertekening van het Schelde-Rijn-akkoord. In 1965 keurden de parlementen van beide landen het akkoord goed. Op 23 september 1975 zouden koningin Juliana en koning Boudewijn de tot stand gekomen Schelde-Rijnverbinding officieel openen. Dat ging echter niet door wegens een staking van binnenschippers. Scheldekwesfie: steen des aanstoots van 1585 -1965 Munsterse vrede te ondertekenen. Zeventig jaar later eiste de keizer-koster Jozef II bij ultimatum vrije vaart op de Schelde. De Republiek liet uit protest op een schoener schieten, die de rivier opvoer. Een oorlog kon alleen maar vermeden worden door bemiddeling van Frankrijk. De Schelde bleef gesloten tegen een schadeloosstelling van tien miljoen harde Hollandse guldens aan de keizer. ROOP-WIT-BLAUW. KONINGINNESOEP MONDJEVOL UIT NEUZEN'S KANAAL SCHELDE-VISCH CAOSANDSCHE AARDAPPELEN ORANJESAUS. ZEEUWSCH VLAAMSCH OSSENVLEESCH VADERIANDSCHE OROENTEN. LIMBURGSCH KALFSVLEESCH BEERENBROUCKSAUS. ANTVANNEXIONISTISCHE PATRIJZEN PATTI5TSAUS. DEPUTATIEVRUCHTEN. VRt DESTA ART CENDRACNTSKOfPIE. n wantrouwig Zelandia de| ide bladen. Eind februari lijkt het tij tel ren. Op 5 maart komt ko-1 ngin Wilhelmina op bezoek! Zeeuwsch-Vlaanderen, I ior de tweede keer binnen I n half jaar. „Niets kan ons J rhinderen de tocht vara ire majesteit tot een zege-I cht te maken", zo roept I ittist de Zeeuwsch-Vla-I ingen in een advertentie op. r e ontvangst is stormachtig- ?n vaderlandslievende goj >oelt over het gewest. Als: imax zet Reuter vijf dagenl ter het bericht dat de Lon-I mse conferentie heeft be-l oten Zeeuwsch-Vlaande- :n bij Nederland te laten, op internationale telexver- rndingen. De strijd is ge"L reden. Het is opnieuw feestl i het landje onder de Wes-I irschelde. Per dorp w0' „I volksfeesten gehouden! :r viering van het heugh] I lit, dat we deel zullen bhj'J :n uitmaken van ons gel'e I Nederland", zo kondigc J s affiches aan. En dominee Pattisjl 3hrijft: .Moesten de vo eren nog eens 9ePlaa orden op de aardbodem, an zou de breede Sen emonding een natuuW angewezen 9renss ing vormen tusschen n erland en België", maar oegt hij eraan toe onaliteit van een f""5 welt nu eenmaal be oor andere en do°r 9 1 richtiger factoren dan d e ligging alleen, z000rL ewoonten, volkskaia ïaar bovenal volkse» eerten. Dat is de onver»0 elijke les der historie en s zeker de onverbidde i lisch van alle ware de ratie". PAUL DE SCHIPP£R I Dossier-mdd7S\ De worgartikelen 14 en 15 leverden in feite Antwerpen nu I aan Amsterdam, hoewel de Zeeuwen ze hadden opgesteld. Artikel 14 luidt: „De Riviere De Schelde, als mede de Canalen I van het Sas Swyn en andere zeegaaten daar op respondeerde, li sullen van de zijde van de heeren Staaten geslooten werden iehouden. „Volgens artikel 15 zouden schepen, die de ïlaamse havens verlieten" op dezelfde voet belast worden als f die uit Antwerpen wegvoeren. Zodoende zou de handel van de Zuidelijken niet verplaatst worden naar de Vlaamse kust, die I turners buiten de controle lag van de Republiek. Friesland en Groningen, die geen profijt trokken uit deze maatregel, spra ken er schande van. Ze achtten deze brutale machtspolitiek ongehoord en gevaarlijk voor de toekomst. Dat zij het ongelijk met aan hun zijde hadden, bleek in de Eerste Engelse Oorlog (1652-1654), toen Cromwell de sluiting als een van de motie ven aanvoerde om de Republiek af te straffen. Hoe belangrijk Albion de Schelde bleef vinden blijkt uit het verdrag van Dover in 1670 (le traité de madame) waarbij de Fransen Engeland Walcheren, Cadzand en Sluis in het vooruitzicht stelden. Indien 1672 voor de Republiek niet slechts een ramp jaar was geweest, maar bovendien een rampperiode had in geluid, zou Engeland voortaan met de sleutelbos van de Schelde hebben gerammeld. Toen in 1713 de Spaanse Suc cessie-oorlog eindigde, kwamen de Zuidelijke Nederlanden aan Oostenrijk, dat door de overigens krachteloze Republiek gedwongen werd om de gewraakte artikelen 14 en 15 van de Dr. A.M. Lauret, geboren en getogen in Zeeuwsch- Vlaanderen, is lerares ge schiedenis aan het Theresia- lyceum in Tilburg. Zij heeft verschillende publikaties op historisch gebied op haar naam staan. Twee jaar gele den werkte zij mee aan de tv- serie „58 miljoen Nederlan ders" over de geschiedenis van ons land. Toen generaal Dumouriez in 1792 met een leger de zegenin gen van de Franse revolutie noordwaarts bracht en de Schel- de-barrière doorbrak voor dit zegenrijk werk, verstijfde de Republiek van schrik. Raadpensionaris Van der Spiegel ver goelijkte onze lijdzaamheid met het argument, dat het win terweer de Fransen weinig kans gaf om van de rivier te profi teren. De bevrijding van het stadhouderlijke juk kwam ons duur te staan. We moesten het befaamde Haagse verdrag ondertekenen (16 mei 1795). Volgens een van de bepalingen kreeg Vlissingen eer) Frans garnizoen; dientengevolge was de Schelde nu vrij voor Noord- en Zuid-Nederlanders en voor de Fransen. Napoleon, die Antwerpen een pistool op de borst van Engeland noemde en die grote verwachtingen had van de herleving der stad, bezocht haar m 1803. Zoals aan de lezer bekend is, verbonden de grote mogendheden op het Wener Congres Nederland en België in een „union intime et complé te". Dit impliceerde een vrije Schelde en dit bleef zo, toen in 1839 diezelfde mogendheden de definitieve scheiding tussen de twee, tot elkaar veroordeelde, partners uitspraken. Beide beloofden om de betonning, bebakening, verlichting en loodsdienst op de rivier te verzorgen. In 1863 kocht België de Scheldetollen af, Antwerpen ging opnieuw een gouden tijd tegemoet. Toen op 18 november 1918 de kanonnen zwegen na vier jaar ongekende oorlogsellende, verkeerde de Belgische regering in een overwinningsroes. Ze nam het de Grote Vier kwalijk, dat ze Versailles en niet Brussel hadden uitgekozen voor de vredesonderhandelingen. Ze verweten Nederland, dat het ongewapende Duitse troepen had laten passeren door Limburg-op-zijn-smalst en dat het Wilhelm II, de ex-keizer, asyl verleende. Een delegatie onder leiding van de Belgische minister van Buitenlandse Zaken Paul Hymans vroeg de mogendheden om drastische herzie ning van het verdrag van 1839. Clemenceau had er wel oren naar, maar Lloyd George en president Wilson geenszins. De laatste opperde, dat hij met het neutraal gebleven Nederland niets te maken had. De Belgische eis: soevereiniteit over of servituten op de Schelde werd dan ook niet gehonoreerd. Vervolgens maakte België, zich baserend op territoriale rechten, aanspraak op de Wielingen, die vanaf de lands heer lijke tijden aan Nederland hadden behoord. Een Koude-Vre- dessfeer bleef t>ver West-Europa hangen tot 1925, toen de bekende Locarno-verdragen werden gesloten. De Neder landse regering, die bij monde van de minister van Buiten landse Zaken H.A. van Karnebeek een bijdrage wilde leveren aan de „dooi", stelde voor om de Schelde onder gemeenschap pelijk beheerte brengen en gezamenlijk kanalen aan te leggen vanuit Antwerpen naar Ruhrort en de Moerdijk. Verontruste Rotterdamse handelskringen en een extreem-nationalistische organisatie: „De Nationale Unie" van de „olie-hoogleraar" Gerretson sloegen alarm. Het hoogste protesterende woord voerde Antoon Mussert, hoofdingenieur bij Rijkswaterstaat. De Tweede Kamer nam het voorstel aan met 50 tegen 47 stemmen, maar de Eerste Kamer verwierp met 33 tegen 17. Rotterdam triomfeerde en Van Karnebeek legde zijn porte feuille neer, maar de verhouding tussen Nederland en België verslechterde nauwelijks. Hoe de kwestie na de Tweede Wereldoorlog in Beneluxver- band werd aangepakt, zal de oudere lezer zich nog kunnen herinneren. Een commissie Steenberghe-Cauwelaert baarde een rapport, dat uiteindelijk resulteerde in een verdrag (1963). Zoveel mogelijk gebruikmakend van bestaande waterwegen zou een directe verbinding Antwerpen-Dordrecht gereali seerd worden via Bath, Eendracht en St.-Filipsland naar de Krammer. Het fiat van de Eerste Kamer in 1965 was het sein het vergrijzen van de steen des aanstoots. De Belgen konden nu, indien ze dit in een nostalgisch moment verkozen, triom fantelijk de gezwollen tekst van Emanuel Riel in het Schelde- oratorium van Peter Benoit zingen: „Bij de sidderglans der starren hebben wij ons net geworpen. Hohe. Visschen als verliefde narren, hebben zich in 't net geworpen. Hehe". A.M. LAURET. LITERATUUR: S.T. Bindoff: The Scheldt-question to 1839. London 1945. H.A. van Karnebeek: De internationale positie van Neder land. 's-Gravenhage 1937. De Schelde, romantisch-historisch oratorium in drie deelen, gedicht van Emanuel Hiel en muziek van Peter Benoit. Brussel 1867-1868. Elkaar belachelijk maken.... Rijksarchief II tón1 's na,uurüjk een excuus IJ1 Ms- De toevallige om- "ttglie/cf dat Belgen dom I ft», 6n Nederlanders gierig ugt de laatsten een onver- 5 maar zeer riante voor- 1 els het erom gaat wie I het meest belachelijk IJr 'e maken. Stupiditeit is I"'r,n'S een onuitputtelijke 1 Sen "an humor- vooral omdat re 0,6 ermee bedeeld is verantwoordelijkheid s9t voor dg koddige situa- |£*Wn hij verzeild raakt. '9heid daarentegen is l0n een slechte eigen schap en dus een zure aan gelegenheid. Je zal maar ver oordeeld zijn om met die in grediënten smakelijke voor vallen te bedenken. Dat zulks, zeker voor Bel gen, ook nagenoeg onmogelijk is, heb ik ontdekt op mijn uit puttende speurtocht naar leu ke Nederlandermoppen die in België de ronde doen. Ik heb een tiental bekenden in Brus sel gevraagd of ze me wat anekdotes over mijn pinnige landgenoten wilden voordra gen en dat hebben ze gedaan. Van de eerste twee vertellers dacht ik nog dat het toeval was dat ze beiden dezelfde en evenveel (drie) moppen wisten te produceren. Weetje wie het koperdraad heeft uitgevon den? Twee Hollanders die vochten om een cent. Hoe zijn de grotten van Han ontstaan? Een Nederlander verloor er een dubbeltje. Weetje waarom ze in Nederland de doden met hun achterwerk boven de grond begraven? Dat spaart weer een fietsenrek uit. Toen de tiende Belg nog steeds met ditzelfde assorti ment kwam aandragen (enke len hadden alleen de volgorde omgegooid) voelde ik mij zeer beschaamd. Hoe gemakkelijk hebben wij Nederlanders het dan! Want ook al heb je hem al gehoord, het staat toch vast dat een gemiddelde Belgen mop als Weetje waarom een Belg bij het vissen zijn pet achterstevoren draagt? Dan denkt ie dat de vissen denken dat ie weggaat", echt geestig is. Tot overmaat van ramp ver trouwden enkele van de tien hulpvaardige Belgen mij toe dat er een boekje bestaat, waarin de schrijver Walter van den Broeck onder de titel,,Een cola met zes rietjes" een zes tigtal Hollandermoppen heeft verzameld. Want vale worden verteld, doch weinige onthou den". Het gaat om een werkelijk verbluffend boekwerkje. Ik vond een exemplaar uit 1972, een dertigste druk. De eer ste druk was in november 1969 verschenen, zodat mag wor den gesteld dat de uitgever ziph onafgebroken heeft laten verrassen door de verkoopcij fers en gemiddeld ééns per maand een complete nieuwe oplage moest bijbestellen. In het voorwoord heeft de schrijver (een Vlaming) een aantal duizelingwekkende ge dachten ontvouwd, waarvan ik de volgende u niet mag ont houden. „Ik ben mij ervan be wust dat ook de Nederlander in staat zou zijn een verzameling anti-Vlamingenmoppen aan te leggen. Het hoofdthema zou dan niet de gierigheid maar wel de achterlijkheid zijn. En dat is maar goed ook. Want een Vlaming kan nooit de no dige zin voor humor opbren gen om een aan zijn adres ge richte grap te waarderen, tenzij ze over zijn achterlijkheid han delt. De Vlaming koestert zijn achterlijkheid zoals een bur germannetje zijn gazon. Hij wentelt er zich zelfgenoeg zaam in rond en is blij als hij ontdekt dat ook buitenlanders zich van dit fenomeen bewust zijn... De achterlijkheid is zijn stokpaardje. Als die eenmaal zal verdwenen zijn, gaat hij niets meer hebben om over te praten en zal hij zich voor het eerst werkelijk van zijn achter lijkheid bewust worden". Zou er één Nederlandse pet bestaan waar dit niet boven gaat? Daarom, voordat u aan uzelf gaat twijfelen, maargauw een selectie uit het standaard werk der Hollandermoppen. Weet je hoe de Hollandse politie een betoging uiteen drijft? Ze rammelt met een col lectebus. Weef je hoe Hollanders bra ken? Met hun tanden op el kaar. Weet je waarom er geen Hollanders meer worden toe gelaten op de racebaan van Francorchamps? Omdat ze het stro uit de bocht vreten. Ken je het verschil tussen een Hollander en een emmer stront? De emmer. Weef je hoe een Hollander nieuwjaar viert? Hij loopt rond de tafel tot hij draaierig wordt en gaat naar bed. MARC DE KONINCK ....pet achterstevoren.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1980 | | pagina 31