KOMIEK PIET BAMBERGEN:
Zijn er geen problemen,
dan maak ik ze wel"
losse no
tosse noppens
Piek
betai
„Wij zijn er
gewoon voor
de gewone man'
S0300013 3SS01
$0300013 3SS01
Samenstelling: Engine Loom ant en Pirk Vellenga
V ANAF het eilandje in de Westeinderplas bij Aalsmeer, waar
de jachthaven De Blauwe Beugel is gelegen, stevent het veer-
pontje met vriendelijke tufgeluiden op de vaste wal aan. De
schipper geeft behendig een draai aan het stuurrad en meert
het vaartuigje onberispelijk aan de steiger. De schipper is Piet
Bambergen.
Hl ford aan
Amerikaanse
country
muziekprij zen
toegekend
Oude rs
Ploeteren
Bezwaar tegen
nieuws tijdens
,,Für Elise"
Geblesseerde
Ge
op
DE STEM VAN ZATERDAG 5 MEI 1979
„Niet gek voor een amateur, hè?", zegt hij. Zijn gezicht is
door de wind gekleurd en steekt blozend af tegen het water.
Als we even later zijn overgevaren en op het die middag
zonnige terras van De Blauwe Beugel zitten, vertelt Piet: „Ik
heb altijd graag in de watersport willen zitten. Daarom heb ik
deze jachthaven voor één seizoen gepacht. Ik heb 't aan mijn
collega René overgelaten wat we zouden doen: naar Spanje
gaan waar wij, de Mounties, anders in de zomer altijd optre
den, of niet. René zei: als je 't niet erg vindt, wou ik liever naar
Amerika gaan om teksten en nieuwe ideeën op te doen voor
het komende tv-seizoen".
„Dat kwam dus goed uit. Ik wil het runnen van dit water
sportcentrum per seizoen bekijken. Niette veel hooi op mijn
vork nemen. M'n vrouw helpt mee. Als het niet met mijn werk
is te combineren, stop ik ermee. Maar als het wél lukt, is het
misschien later leuk voor de kinderen".
Piet Bambergen, achtenveertig jaar, heeft er twee: dochter
Tanja (18) en zoon Pieter (16). Hij ontkent, dat het runnen van
het watersportcentrum een aanloop zou zijn tot een mogelijk
beëindigen van zijn carrière in de showbizz.
„Nee, 't is gewoon de aantrekkingskracht van het water".
De aanblik daarvan doet Piet Bambergen kennelijk goed.
Zijn blik dwaalt over de Westeinderplas. De sfeer is plezierig.
Het duurt niet lang of de komiekzit ontspannen op zijn praat
stoel.
„Ik
j j IK ben altijd een piekeraar
geweest. Da's een tik van me.
Ik ben een vis, dus zal het wel
JE§ een vissentik zijn. Vandaar
dat ik nu ook aan het water
H| zit, hè? Tjaik ben altijd
erg zwaar op de hand. Bere-
deneer alles honderddui-
zend keer voor ik iets doe. Ik
=5 zeg nooit: oh, dat doe ik wel
even".
„Ik heb misschien meer
problemen dan een ander. En
=j| zijn ze d'r niet, dan mèèk ik
S ze. Ik ben een jongen van èls
nou maar dit en èls nou maar
dat. Je probeert alles zo goed
mogelijk te doen, je kinderen
goed op te voeden, een leuk
huis te hebben, je brood te
=5 verdienen. Maar het blijft al-
Hl tijd een vak van zo ben je d'r
Hl en zo ben je d'r niet".
..Ik doe nou al achttien jaar
televisie Ik heb er heel wat zien
komen en zien gaan. Maar na
achttien jaar kan ik zeggen, dat
ik nog altijd behoorlijk draai, tot
=E de best bekeken programma's
behoor. Dan heb je toch wel eer
van je werk".
„Maar als ik nou naar de ja-
ren achter me kijkwat er
was en wat erg populair is ge-
wéést, maar waar men nóóit
meer over spreektdan denk
ik: dat gaat mij óók gebeuren.
Dat kan over vijfjaar, maar ook
|H het volgend jaar zijn. Daar ben
ik me terdege van bewust".
j j Ik wil het wel wat rustiger
aan gaan doen. Dat hebben
René en ik samen besloten.
H§ Kijk, de Mounties, dat is eigen-
lijk een zaak, hè? En in die zaak
werken René van Vooren en
Piet Bambergen Die jongens
beslissen samen. Anders krijg
=E je nooit een gezonde basis"
Ik ben nu bijna vijfentwintig
H§ jaar bezig. Vergeet niet. dat ik
jarenlang als nummer gewerkt
heb Twee, drie voorstellingen
op een avond In Amsterdam,
SS daarna gauw Utrecht en dan
nog even in Den Bosch of zo.
We reden 200.000 kilometer
per jaar. De man 100.000. Als
=H je dat een jaar of tien gedaan
hebt, zeg je: jongens, kalm aan.
5= Geld is niet alles. M'n gezond-
heid is belangrijker".
Hf Ik ben een jongetje uit de
Jordaan, geboren in de Boom-
straat, vlakbij de Lindengracht.
M'n ouders, m'n broer en ik
SS woonden er in een piepklein
huisje. Je kent dat wel. In het
keukentje was een toiletje met
SS een klapdeurtje. We waren niet
SS arm maar hadden 't ook niet
breed M'n vader was fruit-
koopman Hij moest d'r hard
voor werken
Iff ,,M'n hele familie zat in de
handel. Twee ooms van me
H! stonden met groenten op de
markt. Een andere oom van me
S was palingboer. Nee, zelf heb
ik nooit ambities in die richting
gehad".
§H ..M'n ouders leven godzij-
gp dank nog allebei. Vader is nu
|=j negenenzeventig, moeder vijf-
Hjjj enzeventig. Ze wonen nog al-
tijd in de Jordaan. Die moet je
De Amerikaanse academie
van country-muziek heeft de
hoogste onderscheidingen toe
gekend aan Kenny Rogers.
Barbara Mandrel) en de Oak
Ridge Boys.
Rogers kreeg de hoogste on
derscheiding, de (cow-
boy)-„hoed" voor de beste
voordracht in het geheel, plus
nog een als beste vocalist. Bar
bara Mandrell werd onder
scheiden als beste vocaliste. De
Oak Ridge Boys kregen een
prijs als beste vocale groep en
een voor hun lp „The yall come
back saloon". „Tulsa Time"
van Don Williams werd on
derscheiden als beste single.
niet meer verplaatsen. Als die
mensen bij me komen in m'n
bungalow in De Rijp, dan vin
den ze dat prachtig. Dan zeg
gen ze: jongenje hebt wat ver
diend in je leven dat je dat hebt
kunnen neerzetten. Elke steen
heb ik zelf verdiend. Daar zijn
die mensen trots op".
„M'n moeder nam me vaak
mee naar het theater. Als jon
getje van zes, zeven jaar werd
ik al gebiologeerd door het vak.
Ik vond het geweldig als er één
man op het toneel stond en dat
de mensen allemaal naar hem
keken en om hem lachten en
voor hem klapten. Dan zei ik
tegen m'n moeder: dat ga ik
ook worden, dan word ik be
kend en dan komen ze me om
m'n handtekening vragen. En
m'n moeder zei dan: natuurlijk,
jongen, jij wordt artiest. Nü zegt
ze heel vaak: jouw wens is uit
gekomen".
„Overdag ben ik altijd
positief, maar 's nachts ben ik
negatief Overdag denk ik altijd:
nou, ik zie het wel. het zal wel
goed komen. Maar als ik in bed
lig, dan denk ik: dat zeg ik nou
wel. maar als het nou es niét
goed komt, wat gaat er dan ge
beuren?".
't Hoeven helemaal geen
belangrijke dingen te zijn. Denk
niet, dat ik huizenhoge proble
men heb. 't Zijn de kleine din
getjes, die me dwars zitten en
waar ik 's nachts over lig te pie
keren".
,,'k Heb 't es gehad toen ik in
Carré stond. Op de dag van de
première werd die kleine jon
gen van me geopereerd Nou
ja, dan sta je op de bühne je
werk te doen, maar met je ge
dachten ben je bij je kind in het
ziekenhuis. De voorstelling
draaide en met die operatie is
het prima gegaan Maar 's
nachts in bed begon het: ver
beeld je nou es dat er wat was
gebeurd terwijl ik daar stond
Daar maak ik dan een ontzet
tend probleem van: de dingen,
die gebeurd zouden kunnen
zijn of die zouden kunnen ge
beuren
„Of ik chagrijnig ben? Nee,
nooit, nóóit!! Ik ben van huis uit
een zeer opgeruimd mens,
maar jaóók een proble-
menmens. Maar niemand ziet
dat aan mij. Ik lach en ik doe.
Ook in de werksfeer merk je
helemaal niet, dat ik een beetje
zwaar op de hand ben".
„Wèt? René? O dié die is
nog veel zwartgalliger dan ik.
Moet je ons zien als wij in de
auto teksten bespreken. Daar
zou je een film over kunnen
maken. Wij zitten als twee
doodgravers over humor te
praten".
„René en ik werken nu al
een jaar of dertien samen. We
hebben een duidelijke lijn ge
steld. We hebben gezegd: la
ten we ons niet met eikaars pri-
véleven bemoeien. We hebben
één zaak en dat is ons werk
Daar moeten we het samen
over eens zijn".
„Ik zal nooit een beslissing
nemen waar René niet bij is, en
hij beslist niet als ik er niet bij
ben Dat is een gouden regel bij
ons. Maar voor de rest: jij doet
wat jij wilt en ik doe wat ik wil. Of
hij nou vier keer in de week weg
wil of thuis wil zitten of acht keer
naar de bioscoop gaan of drie
keer dronken wil wezen ik
zeg maar watdaar bemoei
ik me niet mee".
„Je bent samen aan één
ding bezig. Wat goed is voor
hem is goed voor mij en om ge
keerd. 't Is zo gezond als maar
kan. Het wordt ongezond als ik
me met zijn gezin ga bemoeien
of hij zich met mijn gezin Ik
geef maar een voorbeeld Ik zal
veel meer van mijn eigen kin
deren kunnen velen dan van
die van een ander. In dat geval
zou ik kunnen denken: wat een
rotkinderen Daar zou je de
grootste ruzies van kunnen
krijgen".
Ik vraag Piet Bambergen of
het René niet de neus uit komt,
dat hij altijd de rol van aange
ver" speelt en zijn maat met
„de eer" gaat strijken.
Piet: „O nee, nee-nee-nee
Daar is-ie te veel theaterjongen
voor. Je moet ons vergelijken
met voetballers. Als de één een
goeie voorzet geeft, dan kan de
ander een doelpunt maken
Nou, die is dan bovenjan, maar
als-ie die goeie voorzet niet
had gehad, was-ie nergens
geweest. Als René een mop.
waarvan ik de clou moet ver
tellen, slecht voorbereidt, ga ik
mooi de boot in".
„Zo is het altijd geweest. Je
moet maardenken: het succes,
dat wij hebben, hebben we im
mers samen, nietwaar? We
gaan met hetzelfde geld naar
huis. Bovendien is René niet
jaloers. Die kent het vak. Die is
het door zijn vader, de oude
Sleeswijk, allemaal met de pa
plepel ingegoten. Hij weet, dat
men het gouden systeem vréét:
één, die het nooit begrijpt. Die
oen ben ik".
5 j Er zijn dingen uit je jeugd,
die je nooit vergeet. Mijn be
wondering voor mijn ouders
In bepaalde dingen waren ze
zó grandioos M'n moeder.
Ontstellend helder. Werkte al
tijd. Wilde ook altijd wat te doen
hebben"
„Ik herinner me een sin
terklaasavond. Mijn broer en ik
waren naar bed. M'n ouders
zaten in de kamer en lieten de
kachel uit gaan. Het duurde wel
drie uur voor die rotkachel echt
uit was en al die tijd zaten ze te
sterven van de kou. Toen het
zover was, schoven ze em van
de muur en strooiden ze roet op
de grond. Natuurlijk wèl op een
krant, zodat het vloerkleed niet
smerig werd, begrijp je? Ze
maakten alles zo echt mogelijk.
Allemaal lege dozen op de
grond. En de cadeautjes op
tafel. De ene helft voor mij, de
andere voor m'n broer".
„Toen kwam mijn vader zo
genaamd zijn bed uit en ons
roepen. En toen zei-ie: nou-
jéééé, moet je es kijken wat een
bende Die kerel is niet
goed bij z'n hoofd Daar
trapte ik onmiddellijk in, want
het bestond niet, dat er bij ons
zoveel troep op de grond lag,
dat mijn ouders dat allemaal
zelf hadden gedaan. De kachel
verschuiven en in de kou zitten.
Allemaal voor ons. Dat is toch
prachtig? Vind je dat niet
prachtig?! Om nu nog tranen
van in je ogen te krijgen".
„En m'n vader maar roepen:
als ik die kerel te pakken krijg.
En ik maar zeggen: vader, va
der, niet doen asjeblieft, want
dan neemt-ie misschien m'n
cadeaus weer mee terug
„Weet je wat me steeds
weer opvalt? Dat er zo ontzet
tend veel vaders en moeders
met hun kinderen naar ons ko
men kijken. Wij zijn zuiver
geënt op een familiepubliek.
Daarom zullen wij ook nooit iets
schokkends doen. Wij zijn geen
mensen die heilige huisjes in
trappen. Wij zijn er gewoon
voor de gewone man. Preten
tieloze humoristen. Gewoon
weg lachen zonder te hoeven
nadenken. Het zal nooit van z'n
leven in m'n hoofd opkomen
om iets over de politiek te gaan
vertellen".
,Wij hebben bijna altijd o p de
eerste rij wel een vader en
moeder met twee kindertjes
zitten. Daar zit dan toch maar
effe voor honderd gulden. Een
doorsnee-kaartje kost gauw
minstens twee tientjes. Dan
moet er nog een drankje ge
dronken worden, een keertje
naar het toilet worden gegaan
en daarna nog een drankje
drinken. Je zit zo op die hon
derd gulden. Dat hebben die
mensen er dan toch maar voor
over om naar Ome Piet en Ome
René te gaan kijken".
„Voor die mensen doe ik
iets. Dan geef ik me helemaal.
Zoals ze me graag zien. En dat
is zoals ze me nu al achttien
jaar zien. Men weet niet beter:
dat is een komiek, die een ty
petje maakt, die een vrouw kan
maken en ook af en toe traves
tie doet".
„Maar dan blijf ik wel een
man. Ik hou m'n eigen sokken
en schoenen an. Ik ga niet met
panty's aan op hoge hakken lo
pen. Dat gaat mij te ver. Ik trek
een jurk an en zet een pruik op.
Maar van onder blijf ik Piet
Bambergen".
„MiJN vrouw kocht m'n
eerste brommer voor me.
Tweehonderd vijfentwintig gul
den contant en vijfhonderd op
de reutel. Daar heb ik weer één
van m'n bekende slapeloze
nachten van gehad. Vijfhon
derd gulden! Hoe kan ik die ooit
betalen? Ik verdiende toen nog
niet zoveel als artiest. Mijn
vrouw zei: daar werk ik voor.
Die krijg je van mij".
„Ik rij nu in een Mercedes, 't
Is een nieuwe, maar hij ziet er
uit als een vuilnisbak. Ik maak
'm nooit schoon. Maar die
brommer, hè? Die poetste ik el
ke dag. Na twee jaar zag ie er
nog picobello uit, of-ie zo uit de
showroom kwam".
„Ik ben begonnen op de on
derste trap van de ladder en die
heb ik beklommen tot boven
aan. Ik zal misschien wel een
stappie terug moeten, maar ik
val niet van bom-boem! zoals
een vedette, die ineens gebo
ren wordt, ineens een ster. Dat
duurt een jaar, twee jaar, en
dan is 't over. Dan hoor je d'r
ook nooit meer wat van. Ik heb
er voor moeten ploeteren. Ik
ben er van overtuigd, datje, als
je maar met je benen op de
grond blijft staan, ook niet zo
hard naar beneden lazert".
Correspondentie
Mevr. E.L. te
Vaarseveen
Lieve mevr. Lazerops,
Met „een lichaam in verticale beweging" bedoelt uw
natuurkundeboek geen menselijk lichaam, maar een wil
lekeurig voorwerp
U hoeft dus de baby niet van het balkon
te laten vallen op de matrassen in de voortuin. Een mooi
rond Edammer kaasje van een kilo is uitermate geschikt
voor uw experiment
Ik ben het overigens wel met u eens
dat Albert Einstein niet thuis hoort op de moedermavo,
maar gelukkig kunnen we Albert vervangen door een
Edammer kaasje. Zoals gezegd is het bijzonder goed te
gebruiken voor de oplossing van uw vraagstuk: „Hoe kan
een lichaam gelijkertijd in horizontale en verticale bewe
ging zijn?" werpt uw kaasje gewoon in de hoogte en
vangt het weer op maar u doet dat niet op het balkon U
doet dat in een goederenwagen van een trein op weg naar
het volgende station met een snelheid van 100 km per uur.
Op het moment dat u uw kaasballetje opgooit bent u bei
den „lichamen in horizontale beweging" - 100 km per uur
nog jvel! Terwijl het in de lucht zweeft - omhoog of omlaag
doet er niet toe - is het dus dubbel in beweging: a) horizon
taal oftewel voorwaarts samen met u en de goederenwagen
en b) verticaal oftewel op en neer. Het bewijs moet u er ook
bijleveren, schrijft u.
Wel nu, dat is gauw geleverd. Kijk,
als kaasje alleen maar verticaal in beweging was, naar uw
handen of naar het plafond van de goederenwagen, dat
maakt niet uit, en niet gelijkertijd horizontaal (voor
waarts) zou die wagen op het edammertje afstormen met
een noodgang van 100km per uur en het kaasje te plonzel
pletten met z'n achter(binnen)wand (u hoeft geen stap
voor- of achteruit te doen om het op te vangen: het vliegt
vrolijk met u en de trein mee).
Dat de tijd in een ruimteschip bij 260.000 km per seconde
sneller verloopt dan op aarde is makkelijk te bewijzen met
twee keukenwekkers maar het zou uw leraar wellicht
achterdochtig maken als u beide vraagstukken oploste.
Zegt u hem maar dat u het tweede te moeilijk vond maar
laat mij voor de aardigheid eens weten hoe hij dat demon
streerde; de man komt namelijk op mij over als een geflipte
astrofysicus, een relati vitijdstripper, die van onderwijs op
de moedermavo geen kaas gegeten heeft.
Veel succes met de studie,
John O'Mill
„Ik ben begonnen met een
bankstel van 325 gulden. De
kaptafel voor mijn vrouw
maakte ik van een oude si-
naasappelkist van m'n vader
Een kleedje er omheen en 't
was een prachtig meubel. Ik
heb het nu goed en daar ben ik
nog altijd dankbaar voor. Ik heb
het toch maar bereikt zonder
erfenis of iets dergelijks. Als ik
terugkijk in mijn vak, denk ik:
dat kunnen er maar weinigen
zeggen. Er komen er meer niet
als wel. We staan voor het oog
van de buitenwereld allemaal in
die glorie, in die glamour. Maar
als je er doorheen kijkt, zie je
meestal zielige mensen".
j Een goeie komiek is ei
genlijk een stuk fruit, hè? Hoe
rijper hoe beter. Ik doe de din
gen in mijn vak niet voor hon
derd, maar voor duizend pro
cent. Maar ik doe niet meer al
les voor mijn vak. Vroeger wel,
nu niet meer. Want wat is een
artiest? Een artiest is een
zeepbel".
„Je leeft bij de gratie van de
mensen. Als je uit de gratie
raakt, is het gedaan met je suc
ces. Ik heb van de dood van
mijn eerste collega veel ge
leerd. Dat was Fred Plezier In
het begin vormden wij samen
de Mounties. We waren erg
populair. Er was in die tijd prak
tisch nog geen televisie. Als je
weer in de Rudi Carrell-show
kwam, keken de mensen we
ken naar je uit".
„Fred heeft een hartaanval
gekregen tijdens onze eerste
eigen tv-uitzending. Na zijn
dood hebben de mensen
misschien nog twee maan
den over die jongen gespro
ken. En daarna niet meer. Ik
ben me toen gaan realiseren
dat dit vak helemaal niet be
langrijk is. Natuurlijk, je doet
het zo goed mogelijk, daar
ben je een vakman voor.
Maar éérst komt m'n gezin.
Daarna een hele tijd niks. En
dan komt m'n vak".
„Realiseer het je maar
goed, hoor. Je bent helemaal
niemand. Je moet blij zijn als
je succes hebt. Daar zul je
voor moeten werken. Maar
sla je niet op de borst van: ik
ben zo goed. M'n vader zei
altijd: blijf met je benen op de
grond, jongen, er zijn hogere
bomen omgewaaid".
„En zó is het!".
HANS STERNSDORFF
Programmamakers en luisj
teraars hebben bezwaar
een nieuwsuitzending halver-I
wege het klassieke muziekpri'
gramma Für Elise, op zond>'
op Hilversum 4.
Presentator Hans Zoet heel
hierover klachten van luistel
raars gekregen en de luister
raars gevraagd deze naar
NOS door te spelen.
Edu Verhulst, hoofd van
muziekafdeling van de NOS-I
radio, heeft bij de besprefe'j
gen over de zenderkleuring1!
geprotesteerd tegen de ondef
breking van Für Elise.
Het ziet er echter naar c l
dat de bestaande situatie zekf
tot het vroege najaar gehaflj
haafd zal blijven. Dan won
de zenderkleuring geév»
lueerd
ZEIST Eind februari voors
betaalde voetballers. Die waarsc
de moeilijke omstandigheden be
zich zelfs de moeite en niet te v<
vooral in het westen en noordt
veroorloven en die op hun beijze
deze meest barre winter sinds 17
Frits Kessel allang vergeten. Hij
daar nog aan toen de koortsacl
winterstop een nooit gekende ha
spelen, heeft aan het licht gebra
geblesseerd raakten, zodat vastf
zijn tol heeft geëist en nog zal t
FEÏENOORDBrard verdra:
terknie, Budding spierverrekki
lies, Jansen kneuzing achillespe(
verrekking rechterknie, Van
spierverrekking rechterlies, No
zing linkerknie, Ridderhof ru
Stafleu kneuzing rechterenkë
verrekking rechterknie (drie k<
stekers klachten rechterlies
Van Deinsen liesblessure, Var
spierverrekking linkerlies, Mei
king rechterenkel en rechterki
verdraaiing linkerknie, Peturs
verrekking linkerlies en linl
Treytel verdraaiing rechterki
Troost spierverrekking rechtere
AJAX: Schrijvers knieblessu
born buikspierblessure,
spierblessure, De Jager gescheu
banden, Everse knieblessure,
spierblessure, Van Dordt
peesblessure.
PSV: Smits knieblessure, Var
Ien spierblessure, Lubse spit
Deykers spierblessure, Vai
liesblessure, René van de
spierblessure.
FC TWENTE: Bruggink spi
bovenbeen, Van Gerven heu
Gritter spierscheuring, Van Iers
neuzing, Otto kniebandenblessi
weg liesblessure, Pahlplatz kni
Sanchez Torres dijbeenblessui
veen spierscheuring, Thoresen lie
GO AHEAD EAGLES: Va;
achillespeesblessure.
HAARLEM: Van Leen onts
voet, Reuser dijbeenblessure.
NAC: Beusenberg rugblessure
(Van onze sporti
GRONINGEN Zowel voor oi
als een volslagen verrassing dat
de Nederlandse damtitel voor zi
doodverfde favoriet Harm Wiers
Van te voren zou Hans Jan
sen getekend hebben voor een
P'aate bij de eerste drie, maar
vindt het minder leuk dat
■"en zijn prestaties nu baga-
elhseert door te zeggen dat hij
fhnk gemazzeld heeft. De 23-
larige Drent: „Ik heb niet meer
geluk gehad dan de anderen.
Je alle partijen nagaat, dan
"eb ik zelfs punten laten lig
gen. Goed, soms heb ik weieens
onverwachte en niet zo be-
oelde hulp van mijn tegen-
anders gekregen, maar soms
gold dat andersom ook. De Ne
derlandse titel heb ik in mijn
gen verdiend gewonnen".
Eigenlijk begon de kers-
erse kampioen onvoldoende
voorbereid aan de strijd.
ans Jansen: „Slechts een
week van tevoren ben ik me
eer intensief met de dam-
P°rt gaan bezighouden,
ormaliter is dat veel te kort.
et duurde dan ook vrij lang
oor ik van mezelf wist dat ik
i goede mentaliteit
ad om aan de titelstrijd deel
j ^emen. Als je over de juiste
stelling beschikt, bereik je
de
gele
spe
zen;
bet
is
bev
pre;
Als
reic
me
iem
den
bez
geli;
jeuj
dur
pla;
echt
men
mee
geze
„Wi
wel
ster.
Bij