Geranium stekken: makkelij!
voor
Reuzen-
geraniums
nummer 1
september
(ER
Stekken is geen kunst, maar gewoon 'n wéét.
pe Groene Club vertelt er alles over, juist nu,
nu het er de tijd voor is. En opgelet: we
rekenen ook af met het fabeltje dat uw mooie
rozen niet gestekt kunnen worden. Lees maar.
Veldsla
Kervel
Zuring
Groentezaden
Grondmonsters
Ierse heide
Passiebloem
Bloemkool
Teksten:
GERARD VAN NUNEN
HANS VELDHUIS
ER ZIJN maar weinig planten die
de liefhebber zoveel plezier geven
als de garanium. Immers, 's zomers
vullen ze bak of border met een uit
bundige bloei, terwijl hef overhou
den ook niet al teveel problemen
met zich meebrengt. Weggooien is
dan ook zeker onnodig. Bovendien
is de plant vrij gemakkelijk te stek
ken, waarvoor het voor- en (vroege)
najaar de beste tijd zijn.
Hoe gaat dat stekken in zijn
werk? In principe kunt u
vier soorten stekken ne
men: kopstek, wortelstek,
bladstek en stengelstek.
Wij beperken ons tot de
stengelstek, omdat die bij
alle soorten Pelargoniums
de beste kansen op succes
biedt.
U heeft een uiteinde van
een stengel nodig van 6 a 10
cm. Hoe dichter de ogen bij
elkaar zitten, hoe beter,
omdat de nieuwe plant dan
straks mooi gedrongen zal
worden.
De stengel kort u in tot vlak
onder het vierde oog. Voor
al dat afsnijden is belang
rijk: altijd vlak onder een
oog. Ook de moederplant
moet u terugsnoeien tot
vlak boven een oog, zodat
er geen kans is op verrot
ting van een loos stuk sten
gel.
Vervolgens haalt u de on
derste blaadjes en
schutbladen weg, zodat al
leen de topblaadjes en
eventueel nog twee vol
waardige blaadjes blijven
zitten. Dit stekje drukt u in
niet te voedzame grond.
(Zelf heb ik goede resulta
ten met gewone potgrond,
vermengd met een gelijk
deel metselzand. H.V.). Be
denk daarbij, dat hoe armer
de grond is, hoe sneller de
wortels worden gedwongen
zich te ontwikkelen.
U kunt daarbij stekpoeder
gebruiken, maar dat hóeft
niet, omdat de geranium
ook zo wel aanslaat.
In elk geval moet u beslist
geen te grote pot (kans op
rot) gebruiken, en ook niet
meerdere stekken in één
pot doen. Want bij het op
nieuw oppotten komt u dan
in moeilijkheden omdat
alle wortels door elkaar
blijken te zijn ge-
groeid.Druk de stek niet te
diep in de grond (max. twee
ogen) en duw de grond ver
volgens stevig aan. Geen
gaatje vooraf maken! U
geeft uw stekje vervolgens
flink water en laat de potjes
dan goed uitlekken (een
geranium heeft een hekel
aan een voetbad). Zet dan
meerdere stekpotjes bij el
kaar in één grote (schuim-
plastic) bak voor de warmte
en geef vervolgens pas wa
ter als de aarde echt droog
is geworden. De eerste drie,
vier dagen is dat zeker niet
het geval.
Zorg voor veel frisse lucht
en een lichte plaats. Geen
felle zon, want dat veroor
zaakt teveel verdamping.
Heeft u uw stekjes binnen-
staan, dan is misschien de
beste plaats een raam op
het noorden, buiten moet u
een beschaduwd plaatsje
zoeken.
Na zo'n twee weken zijn de
stekjes beworteld en kunt u
ze overpotten in voedzame
bloemistengrond, waaraan
u wat klei toevoegt.Denk
eraan: de pot mag hooguit 2
a 3 cm groter zijn. Haal ver
volgens de stek eruit (u
weet het: ondersteboven
houden, plantjes tussen
twee vingers en een tik te
gen de onderkant van de
pot!) en zet deze in de
nieuwe pot. Ook hier geldt
weer: niet aandrukken.
Geef alleen maar wat wa
ter, zodat de nieuwe aarde
wat kan wegzakken.
Vanaf eind september tot
eind januari mag u niet be
mesten, daarna wel weer
wekelijks. Om bossige
planten te krijgen verwij
dert u wel steeds de boven
ste uitlopers, zodat de plant
op lagere plaatsen zal uit
botten.
Het Haagse publiek kent al
enkele jaren reuzengera-
niuras, die bijna 200 cm
hoog zijn. De plantsoenen
dienst heeft ze overal in de
residentie in grote bakken
gezet en oogst daarmee veel
bewondering van het
publiek.
Ook u kunt deze reuzen
echter kweken, U moet op
dezelfde manier handelen
als hiernaast wordt verteld,
maar met dat verschil, dat
alle zijtakjes constant
moeten worden verwijderd.
In maart moet u de stek dan
in een grote pot planten en
opbinden aan een tonkin-
stok. Alle scheuten en
knoppen blijven verwijde
ren, met uitzondering ui
teraard van de top. Na ie
dere tien cm de plant weer
aanbinden. In het najaar is
de plant dan zo'n 1.80 cm
geworden. U poot deze dan
over in een brede schaal
van minstens 20 cm. diep,
zet de stam goed vast en
vanaf dat moment laat u de
zijscheuten juist komen en
verwijdert u consequent de
top. Half mei kan uw reus
naar buiten.
ROZEN hebben de naam eigenzin
nige klanten te zijn. Wie niet al te
est van him handel en wandel op
e hoogte is, dient er eigenlijk met
"in vingers af te blijven, zo wil de
volksmond.
Dat hardnekkige verhaal is
vermoedelijk in de wereld
gekomen door het waas van
geheimzinnigheid dat er
nog altijd rond de geboorte
van een roos hangt: het hele
proces van enten is voor de
gemiddelde tuinliefhebber
een soort hogere wiskunde
die ver buiten zijn bereik
ligt.
Diezelfde tuinliefhbber
stekt uit zijn tuin wel alles
wat hem in de loop van het
jaar voorhanden komt,
maar van de rozen blijft hij
af. Nieuwe, betere en ster
kere rozen krijg je immers
alleen maar door enten,
nietwaar? Nee dus. Rozen
kunnen net zo goed gestekt
worden als iedere andere
plant.
De eenvoudigste methode
is die van het afleggen, zo
als ook bij frambozen en
bramen gebeurt (waar de
roos overigens familie van
is). In een van de onderste
takken van de roos wordt
een klein wondje gemaakt,
de tak wordt naar de grond
gebogen en het wondje
wordt onder „rijke" aarde
begraven. Het geheel moet
natuurlijk wel vastgezet
worden met iets wat lijkt op
de ouderwetse haarspeld.
Na een jaar ongeveer heeft
de tak wortels gemaakt en
kan hij worden losgeknipt
van de moederroos en een'
eigen leven gaan leiden.
De moeilijkste manier is
zaaien, maar die vraagt
veel geduld en een onver
woestbaar optimisme. Rij
pe rozebottels worden ge
plukt en in een kistje met
zand en fijne turfmolm op
gebaard. Dat kistje blijft de
hele winter buiten in weer
en wind. Het zand erin mag
niet uitdrogen. In het
voorjaar zijn de schillen
van de bottels vergaan en
kunnen de zaadjes in de
grond, 8 tot 10 centimeter.
Er zal maar weinig zaad
uitkiemen, want rozen zijn
in ieder geval in dit opzicht
lastige klanten. Voor wie
het toch wil wagen: zeer
voorzichtig en royaal ver
spenen.
De beste manier is nog al
tijd stekken. Sterke loten
worden daarvoor uitge
zocht en zo afgesneden dat
er onderaan nog een hieltje
zit: een stukje van de tak
waar de scheut aan groeit.
Die stekken (van een cen
timeter of 30 lang) gaan
voor tweederde de grond
in: een mengsel van onderin
zand (voor snelle wortel-
groei) en tuinaarde met fij
ne turf bovenin (voor de
broodnodige voeding). Dan
moet er een jaar lang ge
wacht worden voor de
planten een eigen leven
kunnen gaan leiden. Toe
gegeven: het gaat niet snel,
maar het werkt wel. Bo
vendien levert het ijzer-
sterke planten op.
Een methode die wel snel
ler gaat, maar wel een
beetje vorstgevoelige
planten levert, loopt via de
bloempot. Stekken met
hetzelfde hieltje, maar nu
slechts een centimeter of 15
lang, gaan in tuinaarde-
met-scherp-zand de
bloempot in, nadat er alle
doorns en alle bladeren op
een stuk of twee-drie na
van zijn verwijderd. Het
geheel komt onder een
plastic zak (voor de uit de
boeken bekende „gespan
nen atmosfeer"). Als er
wortels zijn, en dat is vaak
al na enkele weken) kan er
voorzichtig worden begon
nen met „afharden".
Het grote voordeel van zelf
op deze manier rozen kwe
ken, is dat de roos een eigen
stam heeft gekregen en niet
meer afhankelijk is van de
geënte onderstam. De plant
is daardoor vaak sterker en
heeft geen last meer van
wilde uitlopers uit de on
derstam, die het leven van
de geënte roos vaak zo las
tig kunnen maken. Wie een
mooie roos heeft kan op de
ze manier vrij voordelig een
voorraad aanleggen om
complete perken aan te leg
gen. Bovendien: het deelt
zo lekker uit.
De beste tijd voor dit alles?
Nu!m
Dit gewas behoort tot een
geheel andere familie dan
°Me slasoorten en moet
ook op een andere wijze
worden geteeld. De planten
f''n tamelijk goed bestand
„JRn, 'aÊe temperaturen,
usla is te beschouwen als
oon gezonde wintergroente.
De ronde geelachtige „za-
a groot van stuk en
u,Ji J0!1' m gewicht. In
rii-iki'l zijn het
dnehokkige vruchten
waarvan twee vakken leeg
Ja en fón gevuld is met
pn,2a® ie- Veldsla kan in
j in de vollegrond
w et!Lgezaaid- De zaad"
F Per ma ^draagt 1 g.
Üj L„ zakje veldsla
Ï2 *!a' gewoonlijk 10 g.
is i beste zaaimethode
^J^^nitiesdie op 10 cm
ken. In oktober kan nog on
der platglas worden ge
zaaid. Men zaait dan vaak
breedwérpig in een hoe
veelheid van 2-10 g. per
raam. Veldsla leent zich
ook goed voor teelt in een
bloembak op het balkon.
De planten vormen een ta
melijk platte rozet met
langwerpige blaadjes. Het
blad wordt in december of
januari met een mes afge
sneden en in diverse
groentesalades verwerkt.
Het jonge blad van kervel
leent zich goed voor het
verwerken in soep, sauzen,
vlees-, vis- en eiergerech-
ten. Het is een snelgroeiend
gewas dat van vroeg in het
voorjaar (maart) tot laat in
de zomer (september) kan
werpige, zwarte zaad
wordt in de tuin op rijtjes
van ca 15 cm gezaaid. U
kunt kervel ook in een
bloembak op het balkon
telen. De zaadhoeveelheid
bedraagt 6 - 10 g per m2.
Een zakje bevat 10 g zaad.
Zaai niet alles in één keer
maar bewaar een gedeelte
voor het volgende jaar.
Kervel kiemt vrij snel, de
plantjes staan spoedig bo
ven de grond. Bij een ge
washoogte van ca 15 cm
kan kervel met een mes
worden geoogst. Bij een
goede verzorging loopt de
stoppel opnieuw uit en kan
drie a vier weken later we
derom worden geoogst. In
het voorjaar gehaaide ker
vel schiet in de zomer door
en gaat bloeien. Het zaad
Zuring is een overblijvende
plant die door scheuren kan
worden vermeerderd. De
fijne, donkerrode, driehoe
kige zaden kunnen zowel in
het voorjaar als in de herfst
worden gezaaid. Bij zaai in
het voorjaar schieten de
planten in de zomer spoe
dig door en gaan bloeien. In
september gezaaide zuring
schiet pas in het volgende
jaar. De gekweekte planten
kunnen behoorlijk groot
worden. Zet de planten
daarom op een ruim plant-
verband van 40 x 30 cm.
Het zaad is vaak slecht van
kiemkraeht en de kiem-
planten groeien aanvanke
lijk langzaam. In dit ver
band verdient hjet aanbe
veling om in een zaaibakje
onder glas te zaaien en later
enkele planten voldoende.
In een pot op het balkon
vormt zuring een vrij stevig
gewas. Geschoten planten
kunnen gemakkelijk een
lengte bereiken van 70 cm.
Zuringblad wordt bij voor
keur van de plant geplukt
(dus niet snijden) en in sa
lades verwerkt.
Borage
Borage of bernagie en ook
wel komkommerkruid ge
noemd is een gemakkelijk
te telen gewas. De flinke
zwarte zaden kunnen zowel
in het voorjaar als in de
herfst worden gezaaid. Bij
zaai in het voorjaar schie
ten de planten spoedig door
en bloeien van mei tot sep
tember met mooie,
y lichtblauwe bloemen. Het
rijpe zaad valt op de grond
vermeerdering in het vol
gende jaar. Borage vormt
een fors gewas, de planten
kunnen 80 a 90 cm hoog
worden. Een ruim plant-
verband van bijvoorbeeld
50 x 30 cm verdient bij een
voorjaarszaai aanbeveling.
Bij zaai in september kan
een nauwer plantverband
van bijv. 30 x 25 cm worden
aangehouden. Als potplant
op het balkon vormt borage
een vrij zwaar gewas. Vrij
wel alle plantedelen kun
nen voor consumptie wor
den gebruikt. De jonge
spruiten verwerkt men in
salades. De eetbare bloe
men vormen een aantrek
kelijke garnering. Het
plantesap geeft een speci
fieke smaak aan bijv.
vruchtendranken. In het
algemeen gaat van borage
een opbeurende werking
uit.
Vraag uit Melick: Kunnen
restanten groentezaden
bewaard worden tot het
volgende jaar?
- Het behoud van goede
kiemkraeht is afhankelijk
van de zaadsoort en van de
leeftijd van het zaad. Pak
jes bevatten niet altijd
nieuw zaadsoms zijn de
zaden bij verkoop al een
paar jaar oud. Dat is niet
erg, mits de kiemkraeht nog
goed is. Restanten van
zaad, dat goed is opgeko
men, kunnen gerust tot het
volgende jaar worden be
waard. Een uitzondering
moet worden gemaakt voor
zaad van ui, karwij, pasti-
naak, schorseneer, dille en
kervel dat snel in kiem
kraeht achteruitgaat. Res
tanten zaad moeten worden
opgeborgen in een goed
sluitende voorraadbus op
een droge en koele plaats.
Vraag uit Etten: Ik heb een
nieuwe woning betrokken.
De grond eromheen lijkt
mij niet geschikt voor een
heide- en kruidentuin, die
ik wil aanleggen. Hoe kom
ik aan grondmonsters?
Grondmonsters voor een
particuliere tuin worden
geanalyseerd en van een
bemestingsadvies voorzien
door het Laboratorium
voor Grond- en Gewassen-
onderzoek „Mariëndaal" te
Oosterbeek (kosten onge
veer f 65,-). V richt uw ver
zoek tot het laboratorium
waarna een monsternemer
de vereiste hoeveelheid
grond komt halen. Een
maand daarna ligt het ad
vies bij u thuis. Voor de
border en voor het gazon
kunt u eventueel een aparte
bemonstering vragen. Ove
rigens stelt een heidetuin
specifiekere eisen dan een
kruidentuin.
Vraag uit Schaarsbergen:
In mijn heidetuin heb ik
vorig jaar veel Ierse heide
gezet. Merkwaardigerwijze
heeft die heide er de afgelo
pen winter bladloos bijge
staan en bovendien zijn er
nogal wat planten gestor
ven. Is dat normaal?
- Ierse heide is wintergroen
maar weinig winterhard.
Afdekken met sparregroen
is dan ook zeker aan te be
velen. Mogelijk hebben uw
planten te lijden gehad van
de kou, in combinatie met
veel neerslag. Wellicht
kunt u in uw geval toch be
ter andere heide-achtige
planten, die sterker zijn
(gaultheria). Raadpleeg een
goed heidetuinboek of
wordt lid van de Neder
landse Heidevereniging
„Ericulture" (secretariaat
telefoon 02150-45180).
Vraag uit Beuningen: Ik
heb in de tuin een grote
passiefloraplant in een in-
maakpot staan. Kan ik haar
van de winter buiten laten
staan of is de kans op be
vriezen te groot?
- De passiebloem is niet
winterhard, maar er zijn
vele exemplaren die al tal
loze zachter winters hebben
doorstaan. Een plant in een
pot bevriest veel eerder dan
een plant in de volle grond.
U mag niet vergeten dat
planten in potten steeds
veel meer onderhevig zijn
aan - soms sterke - tempe
ratuurverschillen, zowel
's zomers als 's winters.
Het voordeel van een pot is
natuurlijk dat je hem
's winters vorstvrij kunt
wegzetten. Kunt u dat niet
- wegens ruimtegebrek? -
dan moet u de plant in de
volle grond zetten op een
luw en zonnig plekje, met
pot.
Vraag uit Geleen: Bijna elk
jaar schiet bij mij de
bloemkool door en krijg ik
een bos stengels met blau
we bloemen in plaats van
de hagelwitte groente. Wat
moet ik daartegen doen?
- Vermoedelijk gebruikt u
een te vroeg ras. Of u hebt
misschien te oude planten
geplant. Probeert u voor de
vroege teelt eens de blad-
rijke Alpha (o.a. het ras Ra
ket) en voor de zomerteelt
het ras Flora Blanca. Voor
al in de zomer moet u plan
ten gebruiken die zeker niet
ouder zijn dan drie tot vier
weken.
,Een plant uitkiezen,
die mij als bloemist
persoonlijk erg aanspreekt
is eigenlijk erg moeilijk,
omdat alles wat groeit en
bloeit charmes heeft.
Maar de Dracaena's
hebben mijn bijzondere
voorkeur, omdat ze zo
decoratief zijn en elk
interieur verfraaien, of het
nu om een moderne of een
klassieke inrichting gaat".
Aan het woord is de
Maastrichtse bloemist
Jean Steven, St. Annalaan
1. „Vooral de grote
variatie in soorten - er
zijn er tientallen - is
aantrekkelijk omdat men
een schitterende
plantenhoek kan krijgen,
alleen al door er enkele
bij elkaar te plaatsen,
eventueel aangevuld met
andere bijpassende
planten en wat grote
keien".
Jean weet veel van de
Dracaena's, die in het
wild voorkomen in Afrika
Azië en op de Canarische
Eilanden, waar het
stamvormende bomen
worden die weinig ofTiiet
vertakken. „Wisi u b.v.
dat de naam is afgeleid
van het Griekse Drakaina,
Jean Steven koos de Dra
caena voor decoratie
dat vrouwtje van de draak
betekent? Vandaar dat wij
weer praten over
D rakenboom".
De verzorging is volgens
hem niet (al te) moeilijk.
Zo licht mogelijk, maar
beschermen tegen felle
zon (Voor donkere kamers
zijn er speciale lampen in
de handel). Ze houden van
een warme omgeving (22
gr.), dus in de kamer
gedijen ze uitstekend. Ook
het water (uit de kraan is
het eigenlijk te hard, dus
onbruikbaar, gebruik
liever regenwater) moet
op die temperatuur zijn.
Gieten óp de aarde. De
hoeveelheid hangt af van
de gebruikte pot en de
atmosfeer, maar matig
vochtig houden is het
beste. Tussen twee
gietbeurten in de aarde
wat laten opdrogen (geldt
voor alle planten!) en
goed voeden. En op de
vraag welke soort men het
beste kan nemen zegt Jean
diplomatiek: „laat u
daarvoor altijd adviseren
door uw
bloemist-vakman".