Chriet Titulaer: Ruimtevaart uitleggen voor 9n groot publiek, dat trok me wel WERKZAAMHEDEN OP AUTOSNELWEGEN RECHT „Reisgids" bij Viking-vlucht naar Mars Getuigen van Jehova binnenland buitenland Overgestapt Verbazing Leven op Mars? De Vrouw Liturgie Aan de vooravond van de lancering van de onbemande Viking naar de planeet Mars verscheen bij A. J. G. Streng- holt's boeken in Bussum het boek „Landing op Mars" van drs. Chriet Titulaer. Het is een boek geworden dat zonder moeite als leidraad en vraag baak kan dienen bij de ko mende onbemande vluchten naar de „rode planeet", waar van maandag a.s de eerste be gint. In het werk geeft de schrij ver op heldere wijze een over zicht van de stand van zaken in het Marsonderzoek. Het boek is verlucht met een bijzonder groot aantal tekeningen en fo to's, die voor het merendeel exclusief kunnen worden ge noemd. Het boek is duidelijk voor een breed lezerspubliek geschreven. Drs. Chriet Titulaer geeft aan het begin van zijn werk een overzicht van maten, ge wichten en afstanden en de plaats van de planeet ten op zichte van de Aarde, zodat zelfs de geheel onwetende le zer zich kan oriënteren. Een apart hoofdstuk is gewijd aan de maantjes van Mars, him oorsprong en afmetingen. Een bijzonder facet van Mars, de „kanalen", krijgt ook ruime aandacht in „Landing op Mars". Marsvluchten van zo wel Amerika als Rusland pas seren uitgebreid de revue. In dat hoofdstuk wordt zelfs een stukje van de technische sluier opgelicht ten aanzien van het seinen van foto's. Natuurlijk ontbreekt in dit boek van Chriet Titulaer ook de verwachtingen voor de toe komst niet. Bemande landin gen op Mars vóór 2000? Op die vraag tracht de auteur ook een wetenschappelijk gefundeerd antwoord te vinden. Het laat ste hoofdstuk behandelt de science-fiction rond Mars. Het boek is het lezen meer. dan waard. Landing op Mars - drs. Chriet Titulaer A. J. G. Strengholt's boeken Anno 1928 b.v., Bussum. 84 pagina's, f 24,95. (Van een onzer verslaggevers) -<*.■ „Er zijn veel sterrenkundigen die niet eens blij zijn met de ruimtevaart. Zé vinden zelfs, dat deze vorm van onderzoek hen de waarnemingsobjecten zoals de maan heeft ontno men". Aan het woord is Chriet Titulaer, sterrenkundige, maandeskundige, didacticus en programmamaker, bij veel mensen beter bekend als degene die de bemande en onbe mande ruimtevluchten op de televisie begeleidt. In de afgelopen weken was Chriet bij wijze van spreken niet van het beeld weg te slaan, zoals tijdens de gezamenlijke bemande vlucht van Russen en Amerikanen. „Eigenlijk niet meer dan een elkaar omhelzen in de ruimte. Een politieke zaak. Technisch is de vlucht belachelijk, er komt werkelijk hele maal niets nieuws uit". Chriet Titulaer, van huis uit zeker geen ruimtevaartdes kundige, kan deze uitspraken toch met een gerust hart doen. In de loop van de jaren heeft hij zich als maankenner, eigen lijk astronoom door zijn studie aan de rijksuniversiteit van Utrecht, weten te vormen tot een deskundige in de ruimte vaart. Titulaer heeft ook eVen met het probleem geworsteld, waarmee een groot aantal astronomen ten aanzien van de ruimtevaart kampt. Hij zag echter tijdig in dat het een on gelijke strijd zou worden. „Als de mens al zelf op de maan is geweest, de bodemmonsters op aarde zijn onderzocht, wat moeten we dan nog met tele- scopische waarnemingen van objecten die bijna 400.000 ki lometer van ons verwijderd zijn". Hij heeft daarop zijn Uitge breide kennis van de maan aangegrepen om zich in het ruimtevaartwereldje te wer ken. „Zo moeilijk was dat ei genlijk helemaal niet. Tijdens ae bemande Apollovluchten werd ik vrij vaak uitgenodigd om tijdens een programma iets over de maan te vertellen. Dat uitleggen voor een groot pu bliek, kijk maar naar de kijk cijfers, dat trok me wel aan. In feite ben ik toen overgestapt van puur wetenschapper naar popularisator". Dat wil overigens niet zeg gen, dat het nu met de weten schap gedaan is. „Integendeel. Alles wat ik vertel moet wel wetenschappelijk verant- wbord zijn vindt hij. Om dat waar te kunnen ma ken gaat hij verscheidene ma len per jaar naar de Verenigde Staten om zoveel mogelijk aan de weet te komen over onbe mande en bemande ruimte- vluchten. „Eigenlijk is het verzamelen van pure gegevens niet eens het belangrijkste doel van mijn reizen. Ik tracht zoveel mogelijk persoonlijke contac ten te leggen met mensen, die erg nauw bij een bepaald pro ject betrokken zijn, zoals ruimtevaarders, vluchtleiders en wetenschapsmensen. En dat is me tot op heden nog erg goed gelukt." Zo is hij per soonlijk bevriend geraakt met mensen, die hem aan een berg exclusief fotomateriaal kun nen helpen, mensen die voor een filmvrijgeleide kunnen zorgen en veel anderen, die di verse „geheime" deuren kun nen openen. Met de medewerking die hij op de ruimtevaartcentra krijgt, is de tv-presentator met de aartsvaderlijke baard bui tengewoon ingenomen. „Ze regelen werkelijk alles voor me. Enige tijd terug was ik weer op pad in Amerika om wat meer te weten te komen en te filmen over de vluchten van de Viking naar Mars. Wie schetst mijn verbazing toen ik zelfs, compleet ingepakt en ontdaan van bacteriën, een kijkje mocht nemen in een ste riele hal, waar de toekomstige Marslander stond opgesteld". Dat is typerend voor de manier waarop Chriet Titulaer het elke keer weer klaarspeelt, om met het meest exclusieve filmmateriaal uit Amerika te rug te komen. De vluchten van de onbe mande Viking naar Mars krij gen overigens zijn bijzondere aandacht. Het betreft name lijk weer een vlucht, die kan uitlopen op „diefstal", zoals sommige sterrenkundigen zeggen. „Diefstal" dit keer van een planeet. De Marsvlucht moet weer een mijlpaal worden in de Amerikaanse ruimtevaartge schiedenis. Op 11 en 23 augus tus a.s. worden twee Vikings gelanceerd. Ze moeten een zachte landing gaan maken op de „rode planeet". Die landing valt samen met de viering van het tweehonderdjarig bestaan van de Verenigde Staten op 4 juli van het volgend jaar. „Een riskante onderneming voor Amerika", vindt Chriet. „Als het mocht mislukken, en dat is best mogelijk, - Mars ligt op het moment van de landing immers op ruim driehonderd miljoen kilometer van de aarde verwijderd, - dan zet dat wel een domper op heel het feestelijk gebeuren daar. Daar ben ik van overtuigd. Mocht het op een mislukking uitlo pen, dan krijgt het Ameri kaanse prestige, door de ge slaagde maanlandingen be hoorlijk opgevijzeld, een fikse deuk." Chriet Titulaer zal overigens een van de eersten zijn, die zal weten of de Viking slaagt in zijn opzet. Dank zij zijn goede contacten is hij, op de dag van de landing, verzekerd van een stoeltje in het vluchtleidings- CHRIET TITULAER centrum van Jet Propulsion Laboratory in Pasadena. Van daaruit zal hij dan commen taar geven bij de eerste beel den, die van het oppervlak van de planeet Mars ook in de Ne derlandse huiskamers te zien zullen zijn. „Dat wordt een uiterst interessant moment. Ik ben erg benieuwd naar wat we te zien zullen krijgen". Zonder twijfel doelt hij dan op het antwoord op de vraag of er leven op Mars is. Het ant woord op die vraag is namelijk het hoofddoel van de Viking- vluchten. Daarnaast zal na tuurlijk ook een groot aantal wetenschappelijke experi menten worden uitgevoerd, terwijl ook de camera's niet stil zullen staan. „Ik hoop niet dat het zo zal lopen als tijdens de eerste maanlanding. Toen heb ik een kwartier niets ge zegd. Ik moest commentaar geven, maar vond het zo op windend, dat ik dat vergat. Toen we de band terugdraai den merkten we het pas". Dat is dan Chriet Titulaer ten voeten uit. Hij gaat hele maal op in zijn werk. „Ik doe het inderdaad steeds weer erg graag. Het fascineert me steeds weer, als van andere hemellichamen ons weer gege vens of beelden bereiken". Ruimtevaart is voor Chriet Titulaer een boeiende zaak. „Neem nu bijvoorbeeld de Vi king. Dat toestel moet wel zo perfect zijn. Er kan immers niets worden gerepareerd. Als we televisiebeelden zien vanaf het Marsoppervlak, zijn die al ruim een kwartier tevoren ge maakt. Denk je dat eens in. Waarschuwen voor een krater of een ander obstakel is er ook niet bij. We kunnen wel een boodschap sturen, maar die komt dan natuurlijk ook bijna zeventien minuten later pas aan". Het heelal en de kleine sprongetjes van de mens in die onmetelijke ruimte maken Chriet Titulaer een beetje stil. De studies over het heelal, over het ontstaan van de aarde en de vorderingen van de mens op de zoektocht naar het begin van alle dingen hebben het re ligieus gevoel van Chriet (doopnaam Christiaan) ver diept. „Er moet, hoe je het ook bekijkt, toch een stuurman zijn, die alles in goede banen leidt. Iemand die ons de moge lijkheid geeft onszelf en heel veel andere dingen langza- merkand te ontdekken" FRANS VAN SON. Dit is de „clean room" op Cape Kennedy waar de Viking-lander voor de planeet Mars wordt klaargemaakt voor lancering. Achterin op platform met microfoon Titulaer. Als tegen het vallen van de avond héél bescheiden aan uw bel getrokken wordt en een schuchtere hand u De Wachtto ren aanbiedt, dan is het een Ge tuige van Jehovah. Hij komt u waarschuwen dat het Godsrijk in aantocht is en u manen er zorg voor te dragen tot de uitverko renen te behoren. De godsdienstige beweging waarvan hier sprake is, ont stond tegen het einde van de vo rige eeuw in de Amerikaanse staat Pennsylvania en wel onder de officiële naam The Watch Tower Bible Tract Society. Momenteel telt zij over heel de wereld gerekend zo'n anderhalf miljoen aanhangers waarvan in Nederland 21.000. De voedings bodem voor het ontstaan is mede gelegen in de crisis verschijnselen rond de officiële christelijke kerken. Ondanks hun voorbeeldige levenswijze behoren de Getuigen van Jeho vah tot de meest gehate en be streden sekte. De afwijzing van gevestigde instituties als Staat, Kerk, Grootkapitaal en Vakbe weging heeft hun van -glle kan ten vijanden bezorgd: het lijde lijk verzet tegenover over heidsmaatregelen als bloed transfusie, stemrecht was aan leiding voor bespotting en mi nachting. Opmerkelijk - althans voor deze rubriek - is het feit dat de getuigen zich nimmer tegen de belastingen hebben gekeerd, hetgeen impliceert dat ze even vrolijk als hun medeburgers meedraaien tn dé mbllemolen van aangiften, bezwaarschrif ten, beroepschriften en alles „drum und dran". Een proce dure einde vorig jaar gevoerd voor de enkelvoudige belasting kamer (mr. Kostensej van het Haagse Gerechtshof geeft er blijk van. Onze man, architect van be roep, had onder meer twee kin deren van respectievelijk 21 en 19 jaar. Heel het gezin behoorde met hart en ziel tot de Amster damse afdeling van The Watch Tower Bible and Tract Society Pennsylvania. De kinderen wa ren door deze afdeling aangewe zen als predikers; hun werk om vatte de verkondiging van het Evangelie, hoofdzakelijk door middel van huis- en ziekenhuis- DRIEBERGEN - Hier volgt een overzicht van de werkzaam heden op een aantal Neder landse autosnelwegen en auto wegen van 9 augustus tot en met 15 augustus 1975, samengesteld door rijkspolitie te Driebergen en ANWB te Den Haag. Op de autoweg Breda-Gorin- chem moet het verkeer uit de richting Breda tussen de Mer- wedebrug en het verkeersplein Gorinchem rekening houden met vertraging. In verband met werkzaamheden heeft dit ver keer de beschikking over twee versmalde rijstroken. Tussen 9.00 en 16.00 uur is slechts een rijstrook beschikbaar. Op de autosnelweg Breda- Rotterdam moet het verkeer juist noordelijk van de Van Brienenoordbrug te Rotterdam rekening houden met een rij baanversmalling. Een rijbaan is afgesloten. Het verkeer in beide richtingen wordt over de open blijvende rijbaan geleid en heeft voor elke richting twee ver smalde rijstroken ter beschik king. Dit werk duurt tot om streeks 1 september 1975. Verder moet het verkeer op deze autosnelweg 's nachts re kening houden met vertraging bij de brug over de Oude Maas bij Dordrecht. Sinds maandag j. I. wordt van 's avonds acht uur tot de andere morgen vijf uur gewerkt aan de brug. In beide richtingen blijft een rijstrook beschikbaar voor het verkeer. De werkzaamheden duren vier weken. Op de weg Rotterdam-Goes moet het verkeer op de Haring vlietbrug rekening houden met een rijbaanversmalling in beide bezoek. Zij ontvingen voor hun werk als prediker géén gelde lijke vergoeding. Viff dagen van de week waren ze met de predi king vol bezet. De twee reste rende dagen werkten ze voor hun kostje bij een baas. In deze dienstbetrekking behaalden ze echter samen niet meer aan loon danf 6000 per jaar. Te weinig om te leven, te veel om te sterven. Pa deed daarom de rest ad f 4000 per jaar erbij. En over laatstge noemd bedrag liep deprocedure. De vader was namelijk van oor deel dat hij deze f 4000 als bui tengewone last van zijn inko men mocht aftrekken en wel on der de wettelijke rubriek: uit gaven ter voorziening in het le vensonderhoud van kinderen waarvoor men geen kinderaf trek geniet, voorzover deze uit gaven meer bedragen dan f 200 per jaar". Nu is er in het algemeen ge sproken van 'uitgaven ter voor ziening in het levensonderhoud' eerst aan sprake indien het be treffende kind zelf in zijn leven sonderhoud niet kan voorzien. Kan hij het wel, maar vertikt hij het daarvoor 'n vinger uit te ste ken, dan is er géén sprake van aftrekbaarheid bij de vader. De Hoge Raad heeft evenwel in deze algemene formule enige ver fijning aangebracht door te be slissen dat de aftrekbaarheid niet verloren gaat indien het kind „redelijke gronden" heeft om de gelegenheid in eigen le vensonderhoud te voorzien on gebruikt te laten. Een voorbeeld moge dit verduidelijken. Een zoon die huisarts is, krijgt het in zijn hoofd te gaan specialiseren. Hij legt z'n praktijk neer en wordt weer student. In zo'n ge val is voor de vader de onder steuning die hij aan zijn zoon geeft een aftrekbare uitgave voor levensonderhoud. Ons hoogste rechtscollege ziet hierin namelijk voor de zoon een „rede lijke grond" tijdelijk af te zien van eigen inkomen. Het college schept als het ware de mogelijk heid een betere carrière op te bouwen. In de onderhavige procedure ging de strijd over de vraag of het óók redelijk was af te zien van inkomen om prediker te kunnen zijn van ae Getuigen van Jehovah. De inspecteur ont kende dit; hij beschouwde de be zigheid als prediker als een soort liefhebberij die je kunt doen of laten; je carrière kun je er niet door verbeteren; je kunt wel ten eeuwige dage op een recente uit spraak van de meervoudige ka mer van hetzelfde Gerechtshof en het daarbij aansluitende ar rest van de Hoge Raad 22-5-74 BNB 160 waarbij de aftrek werd geweigerd aan een vader die zijn kind werkende voor de Morele Herbewapening ondersteunde. Het is dan ook verrassend in de onderhavige uitspraak van het Haagse Hof - Hof Den Haag dd 30-8-74 FED 1-5-75.- een heel ander geluid te horen. Redelijk is het - aldus het hof - voor deze onderhavige kinderen om slechts twee dagen in de week voor de kost te werken nu dit een uitvloeisel is van hun besluit voor de overige vijf dqgen van de week hun roeping te volgen door als predikant van The Watch Tower hun geloofsovertuiging belangeloos uit te dragen. De tijdsduur van de ondersteuning speelt hierbij geen rol. Het is louter speculatief om een gissing te doen omtrent deze geheel nieuwe zienswijze om trent het begrip „redelijke grond om af te zien van eigen leven sonderhoud". Ik dacht dat het mogelijk als achtergrond heeft een veranderde houding jegens de Getuigen van Jehovah, op gewekt door hun fel met veler dood gekochte verzet tegen alle dictaturen en bijzonder tegen het infernale Hitler-regime waarvan wij de ondergang der tig jaar geleden nog kort geleden hebben gevierd. Op dat punt be staat er géén verschil van inzicht tussen de Getuigen en de rest van de bevolking. D'OUWE richtingen. Op de brug is van elke rijbaan een rijstrook afge sloten. Op de weg Roosendaal-Breda moet het verkeer tussen Roos endaal en Etten-Leur rekening houden met twee rijbaanver smallingen. In verband met werkzaamheden wordt van de uit drie rijstroken bestaande rij baan een rijstrook afgesloten, zodat er voor iedere richting een overblijft. Andrew M. Greeley, De nieuwe agenda voor nieuw ge sprek over fundamentele reli gieuze vragen vanuit eigentijds ervaren. Nederlandse vertaling van The New Agenda, New York 1973, Uitgeverij De Toorts, Haarlem 1974, 269 blz., prijs f 29,80. „De nieuwe liturgie appel leert, ook al is het een enorme verbetering, niet half zo sterk aan de nieuwe religieuze be hoeften als de oude liturgie aan de oude religieuze behoeften". Eén van de vele opmerkelijke uitspraken van Andrew Moran Greeley in zijn nieuwe gesprek- sagenda over godsdienstige vra gen. Greeley, Noordamerikaans priester van het diocees Chicagc en tot 1972 docent in de sociolo gie aan de universiteit van Chi cago, houdt zich in dit boek be zig met de diep ingrijpende ver anderingen in het Noordameri- kaanse katholicisme. De kerk van de Ierse, Italiaan se, Poolse, Franse en Duitse im migranten is dood, zegt Greeley. De elite van het Noordameri- kaanse katholicisme, priesters en leken, heeft de immigranten- kerk in de steek gelaten en geen enkele organisatie kan op de duur de afval van haar elite overleven. Greeley vraagt zich af, waar het naar toe moet mei de katholieke* kerk in de Ver enigde Staten. Hij volgt in zijn boek een bepaald schema. Eerst formuleert hij in ieder hoofd stuk een elementaire godsdien stige vraag in de trant van de orthodoxe immigrantenkerk, er laat hij zien hoe de oude ant woorden in religieus en sociaal opzicht functioneerden. Aan de orde komen achte reenvolgens de godsbewijzen, de onsterfelijkheid van de ziel, het laatste oordeel, de onontbind baarheid van het huwelijk, de verlossing, de zondagsmis, de kerkstructuren, de parochie scholen en de prelaten. Vervol gens gaat Greeley in op de nieuwe antwoorden op de oude vragen. Met soms bijtend sar casme geeft Greeley zijn mening over de nieuwe antwoorden op de oude vragen. Deze nieuwe antwoorden van de zestiger jaren waren volgens hem vaak niet meer dan een ran cuneuze afrekening met alles, wat de Noordamerikaanse ka tholieken in de immigranten- kerk dierbaar was. In een derde stap probeert Greeley de nieuwe vragen opnieuw te formuleren en wel vanuit de nieuwe reli gieuze en sociale behoeften van de mens, die de immigranten- kerk definitief vaarwel gezegd heeft. De oeroude symbolen van de jahwistische religie komen volgens Freeley op onvermoede wijze tegemoet aan deze nieuwe behoeften. De beschouwingen van Freeley zijn vaak fascinerend. Soms slaagt de auteur er m.i. niet voldoende in, zijn verba zingwekkende eruditie in toom te houden en ondergeschikt te maken aan de draad van zijn be toog. Wanneer men een aantal niet steeds ter zake doende his torische en sociaal- psychologische uitweidingen voor lief neemt, houdt men een boeiend boek over, dat zijn eigen kleur krijgt vanuit de typisch noordamerikaanse context, maar deze context toch ook voortdurend overstijgt. Drs. G. G. Nijssen, De vrouw in de christelijke geloofsge meenschap. Katholieke Bijbe lstichting Boxtel 1975, 96 blz., prijs f 10,50 Zuster Engelmundis Nijsser sloot haar theologische studie aan de Katholieke Universiteil te Nijmegen af met de behande ling van dit actuele thema: De vrouw in de kerk, de vrouw in de christelijke gemeenschap. De studie zelf is een bijbelstudie. In een nabeschouwing gaat de schrijfster in op de plaats van de vrouw in de kerk van Vaticanum II. Het uitgangspunt van de overdenking is de christelijke geloofsgemeenschap, die zich verzamelt rond het Evangelie als begin tot nieuwe verhoudin gen tussen mens en God en tus sen de mensen onderling. Bin nen de eerste christengemeenten met het evangelie. In de verkon diging van Jezus is het heil voor allen bestemd, en de nieuwe vrijheid is voor allen. Jezus aar zelt niet in woorden en daden de gangbare opvattingen en ge woonten ten aanzien van de plaats van de vrouw te doorbre ken. En in de oerchristelijke ge meenten leeft het besef dat ie dere christen in de doop de Ge est ontvangt en daarom charis matische verantwoordelijkheid draagt voor de gemeenschap. Maar reeds in meerdere teksten van Paulus» vooral in de gevan- genschapsbrieven en de pasto- raalbrieven, wordt duidelijk zichtbaar dat deze grondge dachten in het maatschappelijk leefpatroon niet volledig kon den worden-toegepast. In de nabeschouwing schetst de schrijfster in grote lijnen de ontwikkelingen tot in onze tijd en verkent zij ook de mogelijk heden voor de vrouw in de kerk van de toekomst. Jammer dat met name deze laatste beschou wingen wat algemeen en sum mier blijven. Ook mis ik min stens de verwijzing naar de er varingen van de niet-katholieke kerken in dit opzicht. JacDe Rooy, Alternatieve vieringen. Lezingen en gebeden in nieuwe vormen. Lannoo Tielt-Amsterdam 1975, 166 blz. Prijs f 12,50. Iedereen die met liturgie te maken heeft, weet dat het be roep op eigen creativiteit nogal eens over het doel heen schiet. Het maken van een goede litur gie vraagt meer dan enthou siasme en goede wil, ook al zijn deze nog zo onvervangbaar. Ook het maken van een juiste keuze uit lezingen en gebeden, uit voorbeden en muziek, is niet gemakkelijk. Jac. de Rooy, be kend als redacteur van De Her aut en Jonge Kerk, heeft in dit is de herinnering aan Jezus' unieke houding ten opzichte van de vrouw levend gebleven. De schrijfster situeert de positie van de vrouw in deze eerste christelijke gemeenschapper tegen de achtergrond van de oud-testamentische, rabbijnse en (zij het vluchtig) van de Grieks-Romeinse opvattingen. Zij groepeert de nieuw testamentische teksten over de positie van de vrouw rond de volgende thema's: vrouwen als rechtelozen - rechtspositie van de vrouw in het Oude en Nieuwe Testament - vrouwen in de kring van Jezus vrouwen als getuigen van Jezus' verrijzenis - de invloed van vrouwen in de eerste christengemeenschappen - paulinische teksten over de vrouw. Het christendom heeft het blijkbaar erg moeilijk gehad boekje gevarieerd liturgisch ma teriaal gegroepeerd rond twe eendertig thema's. Ieder thema heeft de volgende indeling: 1. Lezingen uit de Schrift, 2. Le zingen uit de literatuur (theolo gie, oosterse en westere para bels, verhalen, enz.), 3. Gebeden, soms letterlijk bruikbaar, veelal ook weergegeven om eigen ge beden te inspireren en te formu leren, 4. Gedichten, want dich ters zijn levenskunstenaars en slagen er vaak beter in werke lijkheid aan te duiden dan theo retici. 5. Iedere groep eindigt met een overdenking op velerlei wijzen weergegeven. Ook deze overdekingen zijn te gebruiken zowel voor persoonlijke medita tie als voorlezing. Een heel prak tisch boek. J. Hulshof

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1975 | | pagina 13