V olksver halen zijn geloofwaardig Tekenwedstrijd voor vrouwencarnaval Oud Hogere exaiuencijfers: betere resultaten bij studie aan universiteit Rod McKuen over het positieve in de VS Let op bij vervroegde aflossing van lening SCHRIJVER- VERTELLER JACQUES R. W.SINNINGHE: dichter-zanger was drie maanden klusjesman binnenland buitenland Die duivel werd uitgedreven sprong uit t zoldervenster pardoes de tuin in Best 2 januari voor rechter Mebo krijgt gelei voor verbeurdver klaarde zender COJSSI MENTENBOND door JAN WINi HAECKEN Vrijdag 27 december 1974 (Van een onzer verslaggevers) BREDA „Mijn vader kon reuze goed vertellen, vooral historische verhalen. Hij wist bijvoorbeeld een heleboel over de dom van Keulen en over de kathedraal en het stadhuis van Antwerpen en over Manneke Pis van Brussel en zo. Ik was nog maar een jaar of twaalf toen hij stierf. Daarna ben ik me gaan interesseren voor volksverhalen. Als een soort compensatie denk ik". Op deze simpele manier vertelt de Bredase letterkun- diSe Jacques R.W. Sinninglic hoe zijn passie is ontstaan voor sagen, legenden en volksverhalen. Een passie die ziin leven zou gaan vullen en uic tot nu toe tot het schrij ven van een aantal tussen de veertig en de vijftig boeken heeft geleid. „Ik weet niet zo precies meer hoeveel het er zijn" moet Sinninghe bekennen. „Soms kom ik opeens weer op kaart gebracht. Dat zijn er 50.000. Daarmee is Sin ninghe een deskundige bij uitstek geworden, die als het ware aan de verschillende elementen in een volksver haal kan afleiden uit welk land of uit welke streek het afkomstig is. „Er is een ver- haai", zegt hij, „over een wieg met een kindje die aan spoelt na de St. Elisabeths- vloed. E,r zit een kat op die ervoor heeft gezorgd dat het wiegje niet omsloeg en dus het kindje heeft gered SR "KI.RUl-K IN Ui BARON IK VAN BKlTi.N Een bundel met 63 sa gen over spoken, heksen, duivels enz. in de wijle omgeving van Breda. eens ergens een boekje van me tegen en dan denk ik: o, ja, da's waar, dat heb ik ook geschreven". Veel nauwkeuriger weet Jacques Sinninghe, hoeveel volksverhalen over spoken en heksen en rovers hij in ee loop van zijn leven uit de mond van vertellers en ver telsters heeft opgetekend en Soortgelijke verhalen ben ik vaker tegengekomen, o.a. in archieven in Wenen. Tel kens dat kindje in een wieg dat na een overstroming aan spoelde. Maar dan niet die kat erbij. Dat is het merk waardige. Als in zo'n ver haal een kat voorkomt, dan kun je ervan op aan, dat het uit het Nederlandse taalge bied komt". Jacques Sinninghe heeft er letterlijk stad en land voor afgereisd om zijn volksver halen bij elkaar te krijgeij. Eer klein stukje van zijn rijke oogst is dezer dagen gepubliceerd in een bundeltje „Spokerijen in de Baronie var, Breda", dat is versche nen in een serie spokerijen, uitgegeven door de Europese Bibliotheek te Zaltbommel. Er staan 63 sagen in over spoken, heksen, zwarte kat ten, de duivel, de zwarte hand, rovers en verborgen schatten, allemaal in of in de wijde omgeving van Breda. Vragend en luisterend is Sinninghe door West-Brabant getrokken, om de verhalen zelf van vertellers te horen. Zijn die vertellers er dan nog? „Ja", zegt Sinninghe, „die zijn er nog wel. Vertel lers zullen er altijd wei blij ven". Maar er is toch wel een kentering ontstaan in de vertelcultuur". „Vroeger", vertelt Sinnin ghe, „had je echte vertel- lerskrmgen. Dat was tot cir ca 1900. Eigenlijk tot de fiets en de stoomtram inburger den De jaren I860 tot 1870 blijken slechte jaren voor de boeren geweest te zijn. En wat deden ze toen? Op d e winteravonden gingen ze bij elkaar op bezoek. Dan hoef den ze maar één larotoe te branden. Op raapolie die ze zeil maakten. En dan kwa men de verhalen los". Kan iemand als Sinninghe, die het verschiinsei volks verhalen wetenschanpelijk heeft aamreoakt, ook nog achterhalen waar die vertel lingen vandaan komen? Ziin ze prodnkten van nnre fanta sie, of zit er toch iets meer achter? Sinninghe: „Je moet on derscheid maken tussen sprookjes en sagen. Sprook jes zijn pure fantasie en de schrijvers die overigens we! veel naar volksverhalen moe ten hebben geluisterd, heb ben dat ook zo bedoeld. Er R. W. Sinninghe zitten belerende en opvoe dende elementen in. Maar volksverhalen of sagen be rusten altijd op een stukje „waarheid", op iets dat ooit ergens echt gebeurd is. In de 17e eeuw konden behalve de stedelingen ook de boeren al lezen, maar de arbeiders nog niet. Er waren geschreven volksverhalen en getekende volksprenten in omloop en wat mensen daarin lazeri vertelden ze later weer door. Maar wat deden ze dan? Om het verhaal „echter" te maken, om het meer tot de verbeelding van hun gehoor te laten spreken lieten ze het in hun eigen omgeving af spelen. Zo is het te verkla ren. dal bijna dezelfde ver halen op heel verschillende plaatsen voorkomen. In feite hebben ze één en dezelfde bron. Het ligt trouwens voor de hand dat ook marskra mers en zeelieden aan de verspreiding van die verha len het hunne hebben bijge dragen". Naast die geschreven broei- nen zijn er ook nog andere stukjes „waarheid" waarom heen volksverhalen zijn ont staan. In zijn boekie „Spoke rijen in de Baronie van Bre da" staat het verhaal van de duivel op het Hooghuis op Gageldonk. Die duivel werd uitgedreven, sprong uit het zoldervenster pardoes de grond in, „en" zo zeg.t de sa ge, „op dat stuk land waarin hij verdwenen is wil nooit meer iets groeien". Het einde van zo'n sage is in wezen het begin geweest, nwielük een dor en onvruchtbaar stuk grond waarvoor een verkla ring moest zijn. Maar zonder de technische kennis van nu was een natnurliike verkla ring niet te geven. Dus moest hij wel uit de sfeer van de boven-natuur ko men. De tijd waarin snelwegen, auto's en treinen nog niet eens toekomstbeelden waren, bood uiteraard een rijke voe dingsbodem voor volksverha len, die zelfs kans kregen om in dorpen en gehuch'en een nieuw, eigen leven te gaan leiden „Je Itoht van die ver halen". zegt Jacques Sinnin ghe, „waarin een man s- nachts in de bossen een „zwarte dame" of een „witte dame" tegenkomt en, na ont- rederd thuisgekomen te zijn, de volgende dag zwaar ziek wordt. In het verhaal is die „dame" de oorzaak van zijn ziekte. Het ligt voor de hand aan te nemen, dat zo'n nach telijke wandelaar, wellicht zonder dat hij het zelf wist, al ziek en koortsig was en - verhalen over spoken ken- rend - in een koortsvisioen werkelijk meende een spook verschijning te zien. Hij hoeft dat dan alleen maar verder te vertellen, want ziin ziekte die zich de volgende dag' openbaart is het overtui gende bewijs. Soortgelijke verhalen kwa men dan ook van stropers en smokkelaars, een categorie „vertellers" die veelal 's nachts door de bossen en velden zwierf. Ze waren ge spannen en bang om betrant te worden en dat is de juiste sfeer om in gewone natuur kundige verschijnselen spo ken te zien". Volksverhalen zijn geloof waardig, bevestigt Jacques Sinninghe. Er ziin ook veel mensen die erin geloven. Mensen geloven in onder aardse gangen en in verbor gen schatten. Hij herinnert aan tal van opgravingen van vrij recente datum in de bin nenstad van Breda, waarbij men telkens meende een on deraardse gang gevonden te behhen f!1 e naar het kasteel leidde. De vergissing werd dan veroorzaakt door het feit, dat kelders van woon huizen vroeger vaak tot on der de straat doorliepen, maar op een gegeven mo ment gedeeltelijk waren dichtgemetseld. Dank zii dat soort „geloof" zullen vo'ksverhalen hliiven bestaan. En worden doorver teld On de oude motieven, want nieuwe motieven ko men er niet b iï. Hoogst«ms wat moderne variaties, waar in „witte wijven" vliedende schotels worden en kabouters marsmannetjes. Des te moer is bet te waarjeren dat Sin- i'inghe zoveel volksverhalen 'n hun meest autbetieke ver sie heeft nnoetokend en ze. vil bet via ziin boe1'en. aan eer groot gehoor doorver telt. TOON KLOET LOS ANGELES, CALIFOR- Nie De schatrijke Ameri kaanse dichter-zanger Rod acKuen heeft de laatste drie waanden in de Verenigde Sta len voor een handvol dollars Etwerkt als manusje-van-alles, het oog op een boek dat 'J schrijft over „de positieve Kant van Amerika". McKfen. Amerika's welge- eldste dichter, heeft gewerkt s vuilnisman, verkoper van "ot dogs, taxichauffeur, bar- en in tal van andere ongelijke baantjes om stol verzamelen voor zijn boek. '•"ly country: 200". v ?et boek verschijnt eind Eend jaar, wanneer Ameri- zijn officiële tweehonderdja- bestaan viert. McKeun eert eik baantje een dag oi dor Vler 8ehad. werkend on een naam en deels ver- bm u uniformen die aaide beroepen meebren- kèn „Veilde zo de gesprek- man pP'kken die de gewone Vei-o '"j a"e stfehen van de 1 Verenlgde staten VQert boek va"Ü eii een echte Positief m.van maken" zegt McKuen boek wordt dan ook een ten °Veï positieve aspec- Zim e herenigde Staten" buna feven dunne gedichten bundek hebben in gewone *4n een. oplaag gehaald >tn Tefen nuljoen exempla- ondanks de onverschillig- beid van het literaire esta blishment en de ongeïnteres seerdheid van de recensen ten. McKuen is natuurlijk ook zanger, als zodanig gevraagd Rod McKuen door radio en televisie, en ge zongen door entertainers in de hele wereld. Hij werd in een tehuis van het leger des heiis in Califor- nië geboren, zoon van een kel nerin en gastvrouwe van een dancing. Zijn vader heeft hij nooit gekend. McKuen erkent volmondig dat het verzamelen van de stof voor zijn boek niet altijd gemakkelijk is geweest. „Fy siek was het optillen van die vuilnisemmers in Miami het zwaarste werk", zegt hij. „Ik had overal pijn Ik weet niet wat ze allemaal in die emmers stoppen. Er moeten stenen in gezeten hebben". Het rijden van een taxi in New York was ook allesbehal ve prettig, volgens McKuen. „Die taxichauffeurs daar zijn elke cent die ze betaald krij gen, waard. Het besturen van een taxi in New York City is eeht je leven in eigen hand nemen. Ik was als taxichauf feur niet veel waard, maar toch ben ik er Zonder deuk in m'n wagen doorgekomen. Ik weet niet hoe ik dat heb klaargespeeld", vertelt hij. Het verkopen van hot dogs Amerika's nationale gerecht in het Central Park van New York City, was McKuens vreemdste ervaring. „Ik heb nooit twee mensen gevonden die hun hot dog op dezelfde manier wilden hebben", zegt McKuen. Als kelner heeft McKuen bij het tussen tafeltjes van klan ten door laveren met een voi- beladen dienblad op zijn vin gertoppen, voor ongeveer 17 dollar aan serviesgoed gebro ken. Over zijn dertien ambachten die hem nog tot februari of maart komend jaar. in onge veer 46 staten bezighouden zegt McKuen: „Er wordt veel gepraat over hoe ontevreden iedereen is, maar de mensen zijn echt niet zo ontevreden als je zou denken. Huri hou ding is positief. Alleen als het gaat over politici is er grote apathie. De mensen vertrou wen de politici gewoon met". Het is McKuen nog niet overkomen dat hij een baantje heeft kunnen beëindigen zou- der althans een keer herkend te worden. „Mijn stem ver raadt me", zegt de dichter- zanger met de diepe stem. „Die prikt altijd door mijn vermomming heen. Wanneer ik nerkend ben maak ik altijd een samenzwerinkje om het geheim te bewaren" De reactie van mensen die McKuen menen te herkennen is dikwijls vermakelijk. „In Miami kwam een vrouw naar buiten om de krant op te rapen, net toen ik een van haar vuilnisbakken oppakte. Ze zei: „Mijn God. ik slaap nog", en ze wankelde terug naar binnen" Als het begin februari is zie je de mensen in het zuiden van Nederland in alle kasten en op zolder zoeken naar gek ke dingen, die ze met carnaval kunnen aantrekken. Grootmoe ders, moeders en zussen doen er ijverig aan mee Ook zij popelen van ongeduld om een paar dagen lekker gek te kun nen doen. Voor al die vrouwen is er volgend jaar behalve car naval nog iets bijzonders aan de hand. 1975 is namelijk ook het Jaar van de Vrouw. Het hele jaar zullen dan vrouwen en misschien ook wel mannen, nadenken over het leven van de vrouw. Emancipatie is een woord dat je veel zult ho ren. Maar natuurlijk zullen ze daar niet altijd serieus over praten. Vooral niet met carna val, dan willen ze ook wel in het middelpunt van de belang stelling staan, maar op een leuke manier. Daarbij hoort een origineel carnavalskos tuum. Misschien kunnen jullie, lezers van de Kleine Stem, je grootmoeder, moeder of zus helpen bij het. ontwerpen van zo'n origineel kostuum. We maken er dan gelijk een wed strijd van. De jongens en meisjes die willen meedoen moeten een tekening van hun zus, moeder of grootmoeder maken en daarop hun ontwerp tekenen. Behalve kleurpotloden, vilt stiften en verf mag je ook lapjes stof, watten, papieren snippers en allerlei andere dingen, die je denkt nodig te hebben, gebruiken. Denk er maar eens rustig over na. Heb je je werkstuk klaar dan moet je het VOOR JANU ARI siuren naar DE KLEINE STEM, REIGERSTRAAT 16, BREDA. Vergeet niet je naam, adres en leeftijd op de teke ning te zetten. Uit alle inzen dingen zal een speciale carna valjury de beste, leukste en origineelste tekeningen kiezen. Deze zullen in de carnavals krant word engez te-mdeane krantwordengezetenlZ26 krant worden gezet en de ma kers ervan krijgen van ons een ieuke verrassing. (Van onze parlementaire redactie) DEN HAAG Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft met de resultaten van een cijfermatig onderzoek for se steun gegeven aan al diege nen. die de toelating van stu denten tot de universiteiten en hogescholen liever willen laten afhangen van de behaalde eind- examencijfers dan van een loting Bij zijn onderzoek heefl het CBS namelijk een duidelijk verband gevonden tussen de hoogte van de eind- examencijfers en de bereikte studieresultaten bij het weten schappelijk onderwijs. Aan de medische faculteiten bleek 87 procent van de man nelijke studenten met een ge middeld eindexamencijfer van 7.5 of meer het kandidaatsexa men met succes te hebben af gelegd tegenover 71 pet vam hen, die een gemiddeld ein dexamencijfer hadden van minder dan 6,5 pet. In de faculteiten voor wis- en natuurkunde waren deze percentages geslaagden resp. 80 en 58 pet en in de letteren faculteiten 79 en 63 pet. Een ander voorbeeld: het kandidaatsexamen in de ge neeskunde werd binnen drie jaar na de aanvang van de studie met goed gevolg afge legd door 54 pet van de kandi daten met een gemiddeld eind-' examencijfer van meer dan 7,5 doch door slechts 28 pet van nen, die dij het eindexa men een gemiddeld cijfer kre gen van minder dan 6,5. Bij de wis- en natuurkunde waren deze percentages resp. IV en 4 pet. Uit het onderzoek van het CBS bleek voorts, dat studen ten met een eindexamen gym- nasium-beta betere resultaten boekten dan afgestudeerden van de hbs-b. Van de eerste groep slaagde b.v. 87 pet van de studenten voor het kandi daatsexamen in de medicijnen tegenover slechts 70 pet van de tweede groep. Bij wis- en natuurkunde waren die ver schillen iets minder groot: 72 tegen 65 pet. (Van onze redactie binnenland) DEN BOSCH De Bestse moordzaak die op 8 juii van dit jaar groot opzien baarde wordt op 2 januari a.s. voor de rechtbank in Den Bosch be handeld De verdachte, de 20-jarige A. van D. uit Boxtel ver moordde op die dag in de vroege ochtenduren met ha merslagen en messteken zijn voormalige verloofde, Corrie V. Het meisje was op weg naar haar werk in Eindhoven, maar werd door haar vroegere vriend klem gereden, tegen de grond geslagen en yermoord. Dagenlang heeft Van D. na zijn daad in zijn auto in de omgeving van Eindhoven rondgezworven, doch na de derde dag meldde hij zich op het polit.ebureau. De man heeft inmiddels een psychia trisch onderzoek ondergaan. ROTTERDAM (ANP) De rechtbank in Rotterdam heeft de zendapparatuur van de Me bo 2 verbeurd verklaard. De eigenaars krijgen hiervoor een geidelijke tegemoetkoming van f 350.000,- Het schip wordt teruggegeven. Volgens de eigenaars heeft de zender een waarde, die ligt tussen de f 500.090 en f 1.000.000,-. Op 10 december j.l. had de officier van justitie in Rotter dam mr. B. de Hoogh, ver beurdverklaring van de zend apparatuur geëist. Hij achtte bewezen, dat de 37-jarige Zwitser Edwin Bollier, presi dent-directeur van het zend- sehip, zich willens en wetens had schuldig gemaakt aan een wettelijke overtreding. De wet verbiedt namelijk het zonder ministeriële machtiging in het bezit hebben van zendappara tuur. De zender werd op 10 oktober j.l. in beslag genomen toen het schip voor ex opknap- beurt op een werf in Rid derkerk lag. DEN HAAG (ANP) Wie grote bedragen leent doet er joed aan in het contract te laten opnemen dat bij ver vroegde aflossing de krediet- rnnk de gehele niet-verdwnde kredietvergoeding teruggeeft. Een bepaald percentage aftrek voor kosten is daarbij redelijk, maar dit bedrag moet wel ge bonden zijn aan een maxi mum. Tot deze slotsom is de Consumentenbond gekomen nr bestudering van enkele reken methodes die gehanteerd wor den bij vervroegde aflossing. De kredietmaatschappijen rekenen namelijk onder ver wijzing naar de wet soms flink naar zich toe en brengen bovendien soms onwaarschijn lijk hoge kosten in rekening. De sterk verouderde wettelij ke regelingen zijn hard aan verbetering toe, aldus de Con sumentenbond. Zo biedt de geldsch.eterswet, die de ver vroegde a-lossing van persoon lijke leningen regelt, met zijn formulering „verrekening naar billijkheid" de consument wei nig houvast. Nog minder is volgens de bono de wettelijke bescher ming in het geval van ver vroegde aflossing van afbeta ling. De kredietgever hoeft lier volgens het burgerlijk wetboek slechts 5 procent ren te te verrekenen. Daarom raadt de Consumentenbond de kredietnemende consument aan te zorgen dat in de finan cieringsovereenkomst komt te staan, dat hij bij vervroegde aflossing de rente terugkrijgt die hem in rekening is ge bracht. Je ziet en beleeft je eigen tijd als een filmdie maar één keer draait. De doelpunten van de historie worden niet herhaald. De missers ook niet. Kijk je om, dan zie je het door herinnering vertekend beeld van een toch al slordige waarneming- Kijk je lang om, dan mis je kilometers van de voortrazende film van het nu, en als je dan later naar dat stuk omkijkt, zie je STORING en zingt een juffrouw a sad song, die op jou slaat. Het is moeilijk in het verle den te schouwen en een ieder doet het ook nog op zijn eigen hulpeloze wijze. Toch zijn wij omkijkers het er allemaal over eens, dat het vroeger beter was. En dat is een merkwaar dige zaak. „Die goeie ouwe tijd", zeggen we en kijken daarbij schuin omhoog zonder het hoofd achterover te bui gen- Met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid was het vroeger niet beterwel anders dan nii. Maar wij hebben er nu eenmaal behoefte aan deze rottijd op zijn rotheid te tes- :,i door hem te vergelijken met een stuk oude tijd, dat we slechts kunnen zien door door een verkeerde bril om drie hoeken heen in de duisternis te turen. Toch houden we stoer vol, dat het voorheen beter was. Gezelliger vooral. En nog nooit stonden we er zo beroerd op als vandaag- „Die Lage, ze' Adenauer alle dagen van zijn vele levensjaren, war noch nie so ernst." Zo bekeken ben je geneigd de epen en klaagzangen te over stemmen en de Club van Ro me tegen Ajax in het veld te brengen. Van de andere kant echter moet ergens het record, de piek der beroerdigheid lig gen. En dan, geef het toe, maken wij hier-en-nu temid den van onze welvaartsstank een uitstekende kans. Ik geef in dit verband gaarne het woord aan de bekende Duitse denker en neuroloog dr. S. Er'', wiens krachtige taal ik citeer: „De buitengewone veroverin gen van deze tijd, de ontdek kingen en uitvindingen op alle gebied, het vasthouden aan de vooruitgang, vragen geweldige intellectuele inspanningen. Een mens moet steeds harder vechten voor zijn bestaan, hij moet alsmaar productiever worden- Een nooit geziene luxe is doorgedrongen tot bij allerlei bevolkingslagen, die vroeger .liet aan de beurt kwamen. Het geloofsverpies, de onte vredenheid en de hang naar bezit breiden zich uit. De on gebreidelde groei van het ver keer, het universele net van telegraaf en telefoon hebben de menselijke verplaatsingen compleet gewijzigd: alles ge beurt nu snel en opgewonden. De grote politieke, industriële en financiële crisissen brengen veel meer volk in opwinding dan vroeger. Zowat iedereen heeft nu belangstelling voor politiek. Al haar drukte, en die van godsdienstige of eti- sche kwesties de acties van de partijen, de verkiezings campagnes, het overmatig aan zwellen van de drukkingsgroe pen: dat stormt allemaal op ons af, vraagt nieuwe inspan ningen ei verstoort de vrije tijd, de nachtrust, de kalmte. Het leven in de grote steden is alsmaar ingewikkelder en woeliger geworden- De zenu wen begeven het en we zoe ken ontspanning in sensaties en gekruide pleziertjes. De mod me literatuur mikt op passies en drijft op sensuali teit, genotzucht en misprijzen voor etische beginselen of ide alen. Ze komt bij de lezer met -latologische gevallen aandra gen, met seksuele psychopa ten, revolutionaire problemen, fnze oren worden gemarteld doo. sterke dosissen slechte maar vooral luide muziek. Het theater legt qillend beslag op onze zintuigen. Zelfs de schone kunsten leggen zich het liefst toe op vreselijke, hatelijke en opwindende din gen. Ze treiteren onze ogen m-t de grootste verschrikkin gen." Tot zover Sebastian Erb, die een en ander neerschreef in het kennelijk ook al niet zo heste jw '895. Dat is, pak 'veg. zo'n SU jaar terug in de goede oude tijd, die dus als wee druppels water op elkaar op onze tiid Hikt. Er 's niets veranderd. Alleen de Club van "oma is er hii opkomen, En er is dus. geloof me, nog hoop. Opk al wordt ze. als alle hoop, 'iif wnrihgnn n°hnren.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1974 | | pagina 7