Als er droogte heerst in Rotterdam
van a
TRISCHE
ARATEN
Zaterdagbijlage van 24 november 1973
Technisch Bureau
00
11, Goes. Tel 5460
Visie
Babbelen
itborden
GOES
Na een jarenlange periode waarin Rotterdam voornamelijk bekendheid genoot als Nederlands stink-
stad nummer 1, waren we bijna vergeten dat het ook trekpaard nummer 1 van onze nationale eco
nomie is. De positie van Rotterdam is in gevaar en de rest van Nederland zal het ook voelen, niet in
de laatste plaats de opkomende industriegebieden aan de Moerdijk en in Zeeland.
„Als het regent in Rotterdam, dan druppelt 't in Zuid-West-Nederland", zei ons deze week een in
ternationaal erkend zeehavenexpert. „Maar als Rotterdam droogvalt, dan regent het natuurlijk ook
mZuid-West-Nederland niet meer".
Onze zegsman, met wie wij een uitvoerig vraaggesprek hadden over „Rotterdam-nu", verzocht ons
anoniem te mogen blijven met het oog op de delicate en politiek gevoelige kanten die vastzitten aan
de olie- en Rotlerdaincrisis.
zaak, maar er zal niets anders
opziten dan dat Rotterdam
probeert dat vertrouwen te
herstellen
Zullen havens als Le Havre,
Duinkerken en Zeebrugge niet
profiteren en Rotterdams rol
overnemen?
De expert: „Profiteren ja.
Vooral Le Havre en Duinker
ken. Zeebrugge zie ik niet zo
zitten, dat is en blijft een
moeilijk toegankelijke haven.
Maar de overname van Rotter
dams olierol, zie ik nog niet
gebeuren. De oliemaatschap
pijen zijn oo kniet gek. Die
zullen, zeker na hun Rotter
damse ervaring, niet aloes op
een kaart in dit geval de
Franse willen zetten. Wat
let de Arabieren om een vol
gende keer Frankrijk uit te
Mezen als hun slachtoffer.
Le Havre en Duinkerken
werden al als concurrenten
beschouwd, lang voor de olie
toevoer begon te stagneren.
Hun grootste voordeel is dat
het diepwaterhavens zijn. Le
Havre mikt duidelijk op het
Luikse industriebekken, op
Zuid-Duitsland en als het
even kan een stuk van
midden-Duiteland.
Als ze hun pijpleidingen ge
vuld kunnen houden, dan zijn
die hoe lang ooik renda
bel, Maar zoals ik al zei, daar
tegenover staat dat ook die
havens in één land gelegen
zijn".
In het streven van Rotter
dam naar meer activiteiten
spreiding, past ook het beleid
van de havenwethouder om
meer werk te maken van wat
de „tertiare" sector wordt ge-
reikend zullen zijn om de
schade als gevolg van de olie
crisis te compenseren.
De havenexpert: „Rotterdam
zal ar blijvende schade van
ondervinden. Dat staat wel
vast. Rotterdam niet alleen.
Ook elders in het land zal het
te voelen zijn. In Zeeland en
aan de Moerdijk bijvoorbeeld.
Alleen al Shell Moerdijk heeft
5 miljoen ton ruwe olie per
jaar nodig. De hele chemiscne
industrie, de plasticfabrieken,
de Akzo, de rubberindustrie,
kunstvezels enzovoort betrek
ken allemaal hun grondstof
dat is olie uit Rotterdam.
Omgekeerd leveren al deze
afnemers van grondstof en
halffabrikaten (uit de chemi
sche fabrieken) weer hun
eindprodukten aan Rotterdam
dat met zijn geweldige bedrij
vigheid binnen de Nederland
se verhoudingen een superat-
nemer is van produkten en
diensten. In die welvaarts
kringloop zullen nu storingen
op gaan treden, maar dat is
geen reden om in paniek te
raken".
BOTTERDAM De zout
water-metropool aan de
Nieuwe Waterweg bruist
vrn activiteit en werkdrift
alsof er geen oliecrisis is.
Het binnenwater waarop we
uitkijken wemelt van de
aken, tankschepen en par
ievinkers. Zonlicht wordt
getemperd door een wit
grijze sluier die over de
stad ligt. Deze keer bestaat
uit minstens evenveel
doodgewone winternevel als
s®og. De schoorstenen ro
ta# nog in Rotterdam, Bot
lak en Europoort. Nóg wel
«Het nationale trekpaard is
«waarloosd, de laatste
fc I' Ze®' kavenexpert,
M beestje moet nodig weer
t(® wat haver krijgen. Daar
Jas het al aan toe lang voor
t j olieboycot be
noemd. Zou een dergelijke
ontwikkeling soelaas kunnen
bieden?
De expert: „Ach...de tertiai
re sector, daarmee bedoelt
men de dienstensector. Dien
sten moeten worden betaald
en om dat te kunnen moet er
toch eerst weer geld verdiend
worden. Rotterdam heeft trou
wens een goed ontwikkelde
dienstensector, al kan dat na
tuurlijk altijd nog beter.
Waar Rotterdam vooral niet
m slaagde tot nu toe, dat is
het ontwikkelen van een aan
trekkelijk woongebied, bij
voorbeeld voor de internatio
nale concerns en hun staven.
Die gaan nog altijd iiever naar
Wassenaar of naar Brussel".
U bent al vele jaren lang en
zeer nauw betrokken bij het
wel en wee van de Rotterdam
se haven. Hoe is die groei tot
wereldhaven nummer 1 tot
stand gekomen?
De expert: „Dat is een een
voudig verhaal. Het geheim
van Rotterdam is altijd ge
weest: op tijd op de ontwikke
lingen vooruitlopen. Op tijd
klaar zijn voor de ontvangst
van steeds weer grotere sche
pen en op tijd reageren op
nieuwe vervoerstechnieken.
Toen het eerste containerschip
de Atlantische Oceaan over
stak was zijn bestemming Rot
terdam, nu Europa's grootste
containerhaven.
Rotterdam heeft altijd hen
goede visie gehad op de ont
wikkeling van het zeetrans
port, mede ook dankzij de
traditioneel goede verstand
houding tussen haven, ge
meente, scheepvaartmaat
schappijen en internationaal
bedrijfsleven.
Rotterdam is dan ook een
Europese haven. Een zo grote
haven als die van Rotterdam,
kan geen nationale zaak meer
zijn en die kun je ook niet
vanuit een nationaal perspec
tief beoordelen of sturen.
Ik geloof dat de Arabieren
werkelijk niet beseffen dat
Rotterdam veel meer een Eu
ropese haven is dan een Ne
derlandse en dat een boycot
tegen Rotterdam ook gericht is
op een flink stuk van West
Europa".
Ondanks de visie van Rot
terdam is het dan toch zover
gekomen dat een groot deel
van het welzijn van de haven
afhangt van de oiieaanvoer.
De expert: „Ja, dat is een
nadeel van oververtegenwoor
diging of eenzijdigheid. Maar
eenzijdigheid is daarom op
zichzelf niet slecht. Toen Rot
terdam na 1945 merkte hoe
belangstellend de olie- en che
miebedrijven waren, toen be
sloten stad en haven, met
steun avn de regering, de bes
té faciliteiten te geven aan die
sectoren. Je kunt niet zeggen
dat dit een verkeerde keuze is
geweest, alleen maar omdat de
politieke verhoudingen in de
wereld na bijna dertig jaar
anders zijn komen liggen, met
deze keer dan nare gevolgen
voor Rotterdam".
bet. Natuurlijk moeten we
niet terug naar de ongebrei
delde expansie van weleer,
maar we moeten wel af van
de gewoonte a priori tegen
industriële ontwikkeling of de
industrie als zodanig te zijn.
Wat dit laatste betreft hebben
vooral veel actiegroepen hun
doel voorbijgeschoten. Hun
werk was nuttig oim iedereen
met de neus op de fieiten te
drukken 'en aan het werk te
zetten, Oók de industrie
zelf.
Gaat men echter te ver,
zóver dat de ondernemer een
verdachte figuur wordt, dan
schrikt men buitenlandex-s af
en dat kost handen vol geld.
Er is nu een duidelijke vesti
gingsstagnatie te bespeuren als
gevolg van het slechte indus
triële klimaat in Nederland.
Maar de miljoeneninvesterin-
gen in Europoort en Maasvlak
te zijn intussen wél ge
daan'"..
Buiten bouwt, handelt en
produceert Rotterdam nog al
tijd voort. Schepen uit dehele
wereld varen af en aan. Over
Brienenoordbrug, Kleinpolder-
plein en door de tunnels razen
de containerauto's naar alle
kompasstreken. De zon begint
het te winnen van nevel en
smog. De schoorstenen roken
nog.
WIM KOCK
Wat is er volgens n nodig
om Rotterdam andermaal
nieuwe vleugels te geven
De expert: „Allereerst, ge
loof ik, een verandering van
mentaliteit. Wij babbelen te
veel en we babbelen boven
onze stand. Onze apostolische
zendingsdrift is niet in over
eenstemming met onze moge
lijkheden. Behalve een beetje
gas is het diepe water voor de
kust van Rotterdam onze eni
ge werkelijk belangrijke
„grondstof". Daar zullen we
rekening mee moeten houden
in de toekomst.
Binnenlands is de laatste
vijf jaar het ondernemingskli
maat zeer verslechterd. Agita
tie tegen de industriële bedrij
vigheid is daaraan mede de-
Erger nog dan de oliecrisis
zeggen sommigen is het
feit dat Rotterdam plotseling
internationaal te kijk staat als
een vitale maar tegelijkertijd
en ook daarom zo gevaarlijk
kwetsbare aanvoerhaven.
De havenexpert: „Inderdaad.
Het is niet gemakkelijk ver
trouwen op te bouwen, maar
het' is nog veel moeilijkerr om
geschokt evrtrouwen te her
stellen. De internationale vak-
per-s spreekt ook over een ver
trouwenscrisis rond Rotter
dam. Dat is een vervelende
SPED1S;
de wensen van de kiezers. Het
gaat die politieke partijen al
leen maar om de stemmen van
de kiezers. In de meningen
van de kiezers zijn ze niet zo
erg geïnteresseerd.
Dit alles, en nog veel meer,
is uitgezocht door dr. F. J.
Heunks, een politiek-socioloog.
Hij promoveerde dezer dagen
aan de Tilburgse hogeschool
tot doctor in de sociale weten
schappen. Voor zijn promotie
studie „aliënatie en stemge
drag" maakte hij een diep
gaande studie van vrijwel al
les wat daarover is geschre
ven. En ondervroeg hij schrif
telijk zo'n goede 2000 men
sen.
Al die gegevens die dat
heeft opgeleverd, moeten met
de nodige voorzichtigheid wor-
ds'T :1"'"T1 ->if
g-ven hoi-
nen aan in de opvattingen van
de Nederlanders. Je kunt er
geen harde en onveranderlijke
gevolgtrekkingen uit maken.
Maar het is, om een voorbeeld
te noemen, wel duidelijk dat
er iets mis is als zo'n 67
procent van de ondervraagden
stelt dat er bij de overheid te
veel geld wordt verspild. Dat
duidt dan op een opvatting die
bij talloze mensen leeft.
En als 79 procent zegt dat
ze vindt dat er te veel politie
ke partijen zijn, liegt dat er
ook niet om. De helft van de
Nederlanders meent dat het
helemaal niet zo gek zou zijn
als we met z'n allen onze mi
nister-president zouden kie
zen.
mensen die kritiek hebben en
die toch braaf elke keer weer
hun stembiljethokje rood ma
ken. Maar, en dat is ook weer
een algemene conclusie, er is
duidelijk ook politieke ver
vreemding. Er zijn heel wat
mensen die het allemaal geen
zier meer kan schelen hoe on
ze politieke, parlementaire de
mocratie reilt en zeilt. Ze den
ken er niet over om nog even
tijd te nemen voor het uit
brengen van hun stem als het
weer zover is.
Je kunt niet keihard zeggen
dat het allemaal één oorzaak
heeft, die onverschilligheid.
Veelal is dat wegblijven een
gevolg van_ een proces dat
door allerlei invloeden wordt
bepaald.
Men is ontevreden met het
overheidsbeleid. Krijgt dan te
vens het gevoel dat men als
kiezer
op zoveel miljoen stemmen?!"
toch niets in de melk heeft
te brokkelen. Vaak volgt daar
uit een gevoel van onvrede
met ons kiesstelsel. Men gaat
twijfelen aan de betekenis van
ons partijen-systeem.
In een groot aantal gevallen
wordt dit alles nog gecombi
neerd met onvrede over de
eigen maatschappelijke positie
(narigheid in het werk, moei
lijkheden thuis, weinig inzicht
in de problemen die via een
politieke keuze moeten wor
den opgelost, enzovoort). Vaak
begint men dan met het uit
brengen van een protest
stem.
de volgende stap: lekker
thuisblijven op een verkie
zingsdag.
Heel klaar is uit de studie
gebleken dat het niveau van
de genoten opleiding van groot
belang is voor de waardering
die men kan opbrengen voor
het parlement en het partij
stelsel. lis dat niveau laag. en
gaat die geringe opleidingsba
sis gepaard met een lage soci
ale status, dan is men sneller
geneigd om het met onze par
lementaire democratie alle
maal maar flauwekul te vin
den.
De Progressieve Drie
PvdA, D'66 en PPR blijken
eigenlijk helemaal niet zo'n
revolutionaire aanhang onder
de kiezers te hebben. Zij krij
gen veel stemmen van die
mensen die menen dat ons
worden. Maar de kiezers die
ontevreden zijn over het over
heidsbeleid zelf zijn veel ster
ker geneigd het maar eens te
proberen met een van onze
extreem linkse partijen.
Het staat allemaal, en nog
vee] meer, in dat ruim 450
pagina's tellende proefschrift.
Maar eigenlijk weten we toch
nog niet veel van de diepere
achtergronden die mensen er
toe bewegen wél of niet te
stemmen. Of van de psycholo
gische achtergronden van het
stemgedrag. Van de stemge-
woonten-van-huis-uit trouwens
ook niet. Want dat is door dr.
Heunks wel zeker dat traditie,
milieu en gewoonte heel veel
te maken hebben met de par
tij waarop me" s'e ut.
•en konsumentenw
morden gepresenteei
litieke partijen het niet zo
nauw nemen met het uitvoe
ren van hun verkiezingsbelof
ten als ze na de verkiezing,
natuurlijk in het zadel van
de regeringsmacht zitten. Ze
vi"-1"" 7o'n B'1 procent
te
i'. houden net
Enkele jaren geleden, uit
die tijd dateert het onderzoek,
kwam dat de Boerenpartij te
goede, of de PSP. En als dan
later blijkt dat die er ook niet
■"veel een kunnen me':"n
It ^oralf, n We dan netjes
Ii machtel°osheid".
I 'iB ie zo'n 80 procent
e,'!anclse vrouwen
■•ii/ï-t.
Nou hoeft al die kritiek op
ons staatsbestel niet steeds te
le' 1 onver -
'i"el wat
onze po-