KWARTEEUW SUKKELEN MET SYSTEEMBOUW .Surinaamse indianen aan rand van afgrond" Woning- fabrieken dupe van chaotisch bouw beleid Gevangenis directeuren neergeschoten Tweede conferentie ministers over Rijnvervuiling GASTARBEIDERS GEDISCRIMINEERD BIJ AFSLUITEN VERZEKERING? PR1NZ UIT PR0DUKT1E binnenland buitenland Modern hooglied November in Bonn KASPLANTJE INSPRAAK ZATERDAG 11 AUGUSTUS 1973 9 papier uw pen Brieven voor ueze rubriek moeten met volledige naam en adres worden ondertekend. Bij publikatite zullen dez» vermeld worden. Slechts bij hoge uit zondering zal van deze regel worden afgeweken. Naam en adres zijn dan bij de redactie bekend. Publikatie van brie ven (verkort of onverkort) betekent niet dat de redacth# het In alle gevallen •ens is met inhoud/ c.c|. strekking. Mijn beminde staat voor mijn deur Glanzend is haar huid Haar ogen zijn felle koplam- pen, die stralen in 't donker van de naoht! In haar armen rust ik zacht, Teder dn 't rib-flwweel dat mijn heupen omstren gelt. Zoet is haar benzinegeur. Trouw staat ze voor mijn woning en lokt mij onweerstaan baar. Haar stuur legt ze vol ver trouwen in mijn gehandschoende hand. Ails een hinde schiet zij over de wegen. Harder liefste, barder! Hoe snel gaan haar wie len. Hoe bromt haar motor, als in wellust. Wat heb ik haar lief, mijn schone! Haar zijden wrijf ik glan zend. Haar nikkel kaatst in het zonlicht. Ik kom, mijn beminde, mijn liefste, mijn rijkste be- zit! BREDA mevr. SLOOTS (Van onze parlementaire redacteur; DEN HAAG Minister Vorrink (Volksgezondheid en Milieuhygiëne, minister Wes terterp (Verkeer en Water staat) en staatssecretaris Brinkhorst (Buitenlandse Za ken) zullen Nederland verte genwoordigen op de tweede ministersconferentie over de Rijnvervuiling. Het kabinet neeft gisteren besloten de uit nodiging van de Westduitse re gering om deze conferentie^ in november in Bonn te houden te accepteren. Eind verleden jaar werd in Den Haag de eerste conferentie gehouden. ROTTERDAM Het West duitse autoconcern Audi-NSU (dochteronderneming van Volkswagen) heeft eind juli de produktie van de NSU- Prinz gestaakt. Thans wordt alleen nog van dit automerk de RO-80 (met wankelmotor) geproduceerd. De heer G- H. van Oorschot, directeur van Van Oorschot in, Rotterdam (de Nederlandse importeur van NSU), zei, dat sinds 1960 in ons land ruim 30.000 automobielen van de NSU Prinz 600 zijn verkocht en ongeveer 25.000 NSU Prinz 1000 en 1200. „Onze voorraad van de NSU Prinz is volledig op", aldus de heer Van Oor schot, die toch wel verwacht, dat er medio 1974 een opvol ger komt van de k'eine NSU. LA PLATA, ARGENTINIË De directeur en onder-di recteur van de model-gevange nis in La Plata, Argentinië, zijn ernstig gewond door een regen van kogels die een on bekende op hen afvuurde. Beide mannen., Mario Garcia en Ceiso Fernandez, reden in La Plata in een auto toen zij werden klemgereden door een andere wagen waaruit de ple ger van de aanslag stapte. Garcia en Fernandez waren op verzoek van de gevange nen, die in juni gemuit had den, benoemd tot leden var. de directie van de gevangenis. DE stichting oecumenische hulp aan kerken en vluchte lingen heeft f 5000 overge maakt aan de Raad van Ker ken in Canada ten behoeve van de ongeveer 60.000 Ame rikaanse dienstweigeraars die naar Canada zijn uitgeweken, om niet in Vietnam behoeven te vechten. (Van onze redactie binnenland) ROTTERDAM Het actie- ®ute „Bijstand Suriname gaat de komende maanden i oberen de steun van het Ne- hmlsc publiek te winnen voor rtbo een hulpactie voor de indianen in Suriname- 'gons berichten uit Parama- k 0 staan deze oorspronkelij- sor s van 'an(i i" "aal-economisch opzicht aan tand van de afgrond, ter- steekt 0verlleit' £een vinger A berichten zijn afkomstig «ij..;stichting ,Kano" een or- satie van jonge indianen in de Surinaamse hoofdstad. Een recent verslag van deze orga nisatie over de omstandighe den waaronder de indianen le ven, is door het actiecomité bijstand Suriname nu in Rot terdam verwerkt tot een bro chure. Er zijn 50.000 exemplaren gedrukt, die men voor f 1,25 aan de man wil brengen. De opbrengst is bestemd voor projecten die de stichting Ka no met behulp van deskundi gen op touw heeft gezet om de indianen te helpen. In de indianendorpen on geveer 30, verspreid langs de rivieren tot diep in het bin nenland is allereerst be hoefte aan medicamenten. Vol gens het verslag van Kano is de medische verzorging onvol doende. In de dorpen komt slechts één keer in de maand een dokter. „Ernstig ziek wor den op een andere dan „dok tersdag" betekent in veel ge vallen veel pijn lijden en zelfs doodgaan". Naast het zenden van medi camenten naar de dorpen, wil de stichting Kano ook een op vangcentrum voor indianen in Paramaribo creëren en het on derwijs in de dorpen verbete ren. Het verslag van de indiaan se organisatie is het relaas van de verloedering van het indi aanse volk in Suriname. In tegenstelling tot het beeld van de dorpen en de middelen van bestaan is het sociale verkeer er in de loop der jaren diep gaand gewijzigd. Volgens Ka no zijn veel indianen ten prooi geraakt aan apathie en alcoho lisme. „Ze ontvluchten de werkelijkheid en bedrinken zich op feesten, die dagenlang kunnen duren. Gedurende die tijd wordt nog minder aan dacht besteed aan de kinde ren, die van de ene naar de andere mesthoop zwerven in de hoop iets eetbaars te vin den"- Kano beschuldigt de Suri naamse overheid ervan nooit iets te hebben gedaan voor de indianen. „De opeenvolgende regeringen hebben gedurende 300 jaar de ndianen veel be loofd, maar hen steeds weer in de kou laten stann". De oor zaak hiervan is volgens Kano dat aan de indianen geen poli tieke eer te behalen valt, om dat ze niet geregistreerd zijn en niet mogen stemmen. Vol gens Kano doet ook in Surina me, evenals in Noord-Ameri- ka, het gezegde opgang: „de enige goede indiaan is een do de indiaan". (Van onze parlementaire redactie) DEN HAAG Zweemt de apartheidsbehandeling van buitenlandse werknemers bij hun poging een w.a.- of all risk verzekering voor motor rijtuigen te sluiten naar discri minatie? Deze door de direc teur van dc Limburgse immi gratiestichting te Heerlen en door de autorijschoolhouder Mohammed Queardah te Hoensbroek opgeworpen vraag leggen de Tweede-Kamerleden Heijmans en Hermsen (beiden KVP) voor aan de ministers van Verkeer en Waterstaat en van Sociale Zaken. Zij vragen de ministers of zij die mening ook kunnen onderschrijven. Bovendien willen zij weiten of niet ge vreesd moet worden, dat door de zwaardere voorwaarden ve le buitenlandse werknemers zich niet verzekeren, waardoor de financiële risico's voor an dere weggebruikers wordt verhoogd. Tevens wensen zij van de minister te vernemen of ook andere groepen buiten landers, zoals Afcent-militai- ren en rijksgenoten uit de West op dezelfde voorwaarden wor den behandeld. (Van een onze redacteurs. DEN HAAG Toen kort geleden de officiële sleutel overdracht plaatsvond van de eerste van een complex van 263 eengezindswoningien in Den Bosch vonden de di verse sprekers geen woorden genoeg, om hun lof te uiten over de kwaliteiten van het toegepaste bouwsysteem. Bouwer Intervam was immers half februari begonnen en al eind juni kwamen de eerste blokken gereed een bouwtijd van vier en een halve maand. Door die korte bouwtijd waren aanmerkelijke besparingen op rente en risicoverzekering verkregen. Mede daardoor kwamen deze zeskamerwoningen op 22 gulden huur per maand, waarbij wel bedacht moet worden dat het hier om wo ningwetwoningen gaat van een uitzonderlijke kwaliteit. Het had daar in Den Bosch dus allemaal perfect gelopen, een levende reclame voor het seriematig bouwen met ge prefabriceerde elementen. En toch gaat het niet goed met de systeembouw in ons land. Praktisch alle woningfabrie- ken zijn onderbezet, sommi ge lijden zulke verliezen dat sluiting onvermijdelijk is (zoals deze week in het ge val van Dura nog bleek) of zal worden als er geen soe laas komt. De overheid zal dat soelaas moeten bieden, niet in de vorm van subsidies, maar door een woningbouwbeleid dat de systeembouwers in staat stelt gedurende een reeks van jaren op basis van een degelijke planning en een nauwgezet marktonder zoek hun produktie te orga niseren. De geïndustrialiseer de woningbouw moet het hebben van continuïteit, want alleen dan kunnen de grote investeringen in de woningfabrieken worden te rugverdiend. Om de gedachten te bepa len gaat het in dit artikel voornamelijk over het bou wen met grote elementen (muren, vloeren, puien en dergelijke). Deze elementen worden vooraf in de fabriek Intervam-woningen dat op afwerking (zoals het aan brengen van de eveneens in serie vervaardigde pui en) wacht. gegoten en later in serie op de bouwplaats gemonteerd. Het bouwen wordt dus ver plaatst van buiten naar bin nen. Het in weer en wind werken wordt vervangen door fabrieksmatige arbeid in beschutte ruimten, op de bouwplaats zelf kan met een snelle montage worden vol staan. Toen er nog geen bouwvakkersoverschot was, gold als een der voordelen van de systeembouw dat er minder en ook minder hoog geschoolde arbeiders voor nodig waren. Plet is ook dui delijk dat bij de geïndustria liseerde bouw het accent wordt verlegd van het am bachtelijke naar de tekenka mers en naar het planning bord. Eerst moet een bouw plan tot op de millimeter nauwkeurig worden uitge kiend en moet er een ware dienstregeling worden ont worpen, voordat met de pro duktie en vervolgens met de bouw kan worden begonnen. Maar als die dan ook een maal op gang is, gaat het razend snel. Het is merkwaardig dat de systeembouwerij eigenlijk al vijfentwintig jaar in Neder land een teer kasplantje is gebleven, in weerwil van de grote technische en organisa torische prestaties waarop ze kan bogen. Niet de minste namen nit de bouw- en ar chitectenwereld geloven hei lig in de mogelijkheden, zelfs in de absolute noodzaak van het industriële bouwen in onze tijd. De bouwbedrij ven die zich op het seriema tig bouwen toeleggen beho ren ook uit de aard der zaak niet tot de kleine onderne mingen. Als er een ambacht is waar de traditie hoogtij viert, dan is het wel de bou werij. De mensen uit het vak zelf lijden daar aan, het pu bliek trouwens niet minder: wat de boer niet kent, eet hij niet. De systeembouw is In de eerste jaren na de oor log met veel wantrouwen ge confronteerd geweest en in die eerste jaren was er na tuurlijk ook altijd wel er gens een mislukking om de sceptici gelijk te geven. Het overheidsbeleid ten aanzien van de systeembouw was al even wisselvallig. Dan weer kregen gemeenten die wo ningcomplexen in systeem bouw wilden uitvoeren extra contingenten, dan weer wer den ze onder een volgen de minister even vrolijk ingetrokken. De grote kansen voor de geïndustrialiseerde bouw kwamen toen van het pla fond van vijftigduizend wo ningen per jaar onder poli tieke druk werd doorgestoten naar het drievoudige daarna. De systeembouw was toen ook wel zo volwassen gewor den dat ze geen aanmoedi gende schouderklopjes meer nodig had. Een marktaandeel van dertig procent leek voor haar weggelegd. Na de enorm moeilijke aanloopja ren moeilijk omdat de woningfabrieken er nooit ze ker van waren of ze door de wisselende woningcontingen ten ook een volgend jaar een voldoende bedrijfsbezetting zouden krijgen om rendabel te kunnen werken leek de zo broodnodige continuïteit bereikt en gewaarborgd. Het heeft helaas niet zo mogen zijn. Daar zijn aller hande oorzaken voor. In de eerste plaats is er het effect van een slinkende woningbe hoefte. De ergste woningnood is nu in de meeste streken van ons land gelenigd. Tege lijkertijd heeft er een omslag plaats in de stedebouwkundi- ge opvattingen. De hoog bouw, die lange tijd werd aangezien als het specifieke domein voor de systeembou wers, maakt langzamerhand weer plaats voor de eenge zinswoning. Een aantal bouwbedrijven heeft bijtijds ingezien dat ook dat woning type zeer goed in systeem kan worden uitgevoerd; het complex in Den Bosch is er een recent bewijs van. Toch vergde ook dat een zekere omschakeling. En dan is er de ongewisheid over de toe komstige woningbehoefte. Rapporten en studies zijn er genoeg, maar er is geen meerjarig beleidsplan. Daar komt nog bij dat ook de bouwplaatsen van karakter veranderen. Tot nu toe ging het meestal om complete nieuwe wijken of zelfs ste den. In de toekomst zal het stadsherstel een belangrijk deel van de bouwactiviteit gaan beheersen en dat wil zeggen dat plannen voor nieuwbouw zullen moeten worden ingepast in bestaan de wijken. Met het laatste hangt sa men dat de woningbouwpro jecten in de toekomst kleiner van omvang zullen worden en dat er meer variatie in de vorm zal worden gevraagd. De belangrijkste hindernis die de systeembouwbedrij ven in toenemende mate hebben ondervonden schuilt in het alsmaar langer duren van de voorbereidingstijd der projecten. De laatste vier jaar is die zeker met vijftig procent toegenomen, wat na tuurlijk resulteert in hogere kosten, terwijl de produktie- planning steeds moeilijker wordt. Een deel van die ver tragingen dient zeker op re kening te worden geboekt van de in zwang gekomen inspraakprocedures. Het kan geen kwaad dat de consu ment zich realiseert dat in spraak en overleg hoe on ontbeerlijk ook eveneens geld kosten en dat hij dat zelf moet betalen. Dat klemt des te meer om dat, zoals al werd opgemerkt, in het geïndustrialiseerd voorzichtig met het aan haar lof overlaten van de sys teembouw, want er is weinig voor nodig om haar te laten sneuvelen. Er zullen eerder beleidsmaatregelen moeten worden getroffen die haar zullen bevorderen. Daar zijn ook argumenten voor. In de eerste plaats mag niet wor den vergeten dat de geïndus trialiseerde woningbouw de voortrekker is geweest voor de geïndustrialiseerde utili teitsbouw. Een terugval naar de ambachtelijke woning bouw zal de toch al grote kloof tussen de bouwnijver heid en de andere sectoren van het bedrijfsleven, die op het stuk van technologische ontwikkeling veel verder zijn, nog vergroten. Bovendien zal het loonbe- standdeel bij ambachtelijk bouwen toenemen, wat in een bedrijfstak die toch al enorme kostenstijgingen kent bepaald ongewenst is. Daar steeds minder mensen tot zware lichamelijke en vuile arbeid bereid blijken, zal er meer betaald moeten worden om die arbeiders te krijgen en dan nog is het de vraag of ze in voldoende aantallen beschikbaar zijn. Tenslotte is er de invloed van het buiten land: als er een gat valt in de Nederlandse industriële bouwmarkt, zou dat door buitenlandse ondernemingen kunnen worden gevuld, ter wijl de Nederlandse aanne mers een troefkaart missen om op de buitenlandse markt uit te spelen". Het doet misschien wat merkwaardig aan dat in een perioee dat er in het bouw vak een niet onbelangrijke werkloosheid wordt geregi streerd - overigens sterk verschillende van streek tot streek - men het pleit voert voor minder manuren ver gende bouwmethoden, terwij) er bovendien ook nog minder woningen gebouwd zullen behoeven te worden. Ir. Te Kronnie: „Dat is een structu reel probleem waarvoor de oplossing niet uitsluitend binnen de bedrijsfstak moet worden gevonden, maar ook daarbuiten. De loonkosten factor blijft voor de uiteinde lijke bouwkosten doorslagge vend. Vooral als men bedenkt dat de mensen altijd duide lijk minder aan huiur willen betalen dan wat een woning kost. Dat spanningsveld wordt steeds groter en is ook van invloed op de subsidië ring". Daarmee zijn we dan weer bij de overheid aangekomen. Hoewel de bouwwereld in economisch opzicht liberaal pleegt te denken en te han- Het monteren van de ele menten op de bouwplaats vergt naar weinig tijd en mankracht. delen, wil dat nog niet zeg gen dat het denkbeeld van een grotere centralisatie en een strakker bouwbeleid door de overheid als afschrik wekkend wordt ervaren. Integendeel: juist de geïn dustrialiseerde bouwbedrij ven zouden voor de toekomst wel eens willen weten waar ze aan toe zijn. Waar behoefte aan bestaat is aan een dynamisch model dat naar behoefte kan wor den bijgestuurd en waarin alle gegevens (woningbe hoefte, geografische sprei ding, gezinsgrootte en bevol kingsontwikkeling', inko menscurve en zo voort) wor den verdisconteerd. En het zou ook de efficiency ten goede komen als de vele in stanties die er in de plan ningfase aan te pas komen zouden worden gebundeld tot compacte eenheden van des kundigen. Dat wil nog niet zeggen dat er niets aan de kant van de systeembouw behoeft te gebeuren. Nog meer dan tot nu toe zal er naar standaar disatie moeten worden ge streefd, met name bij de ma ten der elementen „Met wei nig geprefabriceerde onder delen een zo groot mogelijke variatie bereiken in het uit eindelijke produkt", dat zou eigenlijk het ideaal moeten zijn. Zo bezien zou er een scheiding kunnen komen tus sen de montagebedrijven en de fabrieken van bouwele menten. De eersten zouden, bij een grotere standaardisa tie, zelfs woningen kunnen gaan samenstellen uit ele menten van verschillende fa brieken. Die fabrieken zou den dan op voorraad kunnen produceren. Zover is men echter nog lang niet. Toch is het zeker dat het karakter van de aan nemingsbedrijf in de toe komst zal veranderen. Tot nu toe levert het een pakket diensten op voorschriften van anderen, de eigen in breng is gering omdat men m de eerste plaats de aan wijzingen van de opdracht gevers moet volgen. In de toekomst ligt een Veel meer marktgericht produktiebe- drijf in het verschiet, waar bij gereageerd moet worden door middel van aantrekke lijke aanbiedingen op de on der de consumenten levende vraag. JOOP BARTMAN bouwen het accent naar de tekentafel en naar de organi satie wordt verlegd. Er zou heel wat bespaard kunnen worden, in tijd en in geld, als er niet voortdurend een ander stel tekeningen moest worden geproduceerd! Nu kan men zeggen dat het geen onoverkomenlijke ramp behoeft te zijn als het experiment met de geïndus trialiseerde bouw achteraf toch als mislukt moet wor den beschouwd. Maar dat vindt de voorzitter van de Vereniging van Systeembou wers, ir. B.W. te Kronnie, een onaanvaardbare stel ling. Dat hij zelf als vice-voor- zitter van de Raad van Be stuur van de Hollandsche Baton Groep, die als werk maatschappij de zich op sys teembouw toeleggende Inter vam onder zijn componenten teilt, belangen bij een floren- de systeembouw heeft, is weinig relevant. Evenals en kele andere mammoetaanne mers is het diensten- en pro- dluktenpakket van dé HBG zo veelzijdig dat een eventu eel afvallen van de systeem bouwsector wel even, maar zeker niet blijvend pijn zal doen. Wat ir- Te Kronnie de ach tereenvolgende ministers van Volkshuisvesting Schut, Udink en Gruijters heeft voorgehouden komt ongeveer op het volgende neer: „Wees Ir. B.W. te Kronnie, voor zitter van de Vereniging van Systeembouwers

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1973 | | pagina 9