Nu wordt
schilderijen-
vervalser
bestormd met
opdrachten...
ire
jan wintraecken
ii*t - Rijnreizen
VAKANTIE
nodellen
AVANS
M
I ratmte -mei" snuister'jen die de
Noodgedwongen
Gelukkig
Bestormd
Meeleven
Geen rust meer
Gewetensnood
Geslagen hond
5AAR.
DE STEM ZATERDAG 12 ME11973
woning voor 4 a 5
juni. S.G. de Porto
kei. Tel.: 02220 - 3l0l|
IkRIM biedt rust en
liatuur- en wandelge-
[water. Kom eens va-
Idplaats ad 150 Inl,
pksdorp. Tel.: 02222 -
Hogereind 39, De
[mooi gelegen. Voli,
E4. Kinderen en in mei
02220 - 2745.
Vak. verblijf
plegen, prima verzor-
Pr. v.a. 105 p.p.p.w.
Zonneveld, Duinweg
an Zee. HOTEL HOL-
ton. Wilhelmina Boule-
af 12 mei - 22 juni ge-
prijzen. Volledig pen-
I 28,50 p.p.p.d. (bij een
tenminste 5 dagen).
JRÏST MENU ƒ8.50.
Is hotel: verhuur van
1 consumpties verkrijg
en wij u graag prospec-
J. Telefoon 01719 - 3441.
ERS MET ONTBIJT,
I reductie. Tel.: 01718 -
9ERDERIJ 15 km van
|te koop en te huur te
Bruijn-Zomers, Veld-
108894 - 2530.
en Ponycentr. „Water
ren van 4 - 15 jr. een
I open. Vr. folder en inl.
|19 - 1389.
grote sta-caravan op
05420 - 10154.
naar de Belgische Ar-
Itricht-Dinant v.v. v.a.
jen-Dinant v.v. v.a. 480
(reis met volledige ver
en comfort. Luxe en
hepen. Inl. en gratis
Boonstra, Weegbree 6,
It74 en 5139.
15 dagen Zwitserland
sagiersschip „MR. JAN
Itten met eigen douches
hs, liften en geheel cen-
^aatsen vrij vanaf 22 ju-
tus nr. 25 bij Water-
veg 54 te Rotterdam.
euw, De Nieuwe
ren. Voor adver-
820 toestel 139
bezit zijn van de
•ffe etc.
NS
it etc. etc.
h
rrein-Noord
ijnen)
OREN etc.
r^onn. Brake. Gün-
m ther Heitmann is
een geslagen man:
„Ik voelde mij in geweten
schuldig. Ik heb de mensen
I kedrogen. Ze hebben ge
dacht dat ze echte Renoirs
ofMonets kochten, maar het
waren mijn schilderijen met
tffl valse naam eronder".
Op een vierkante kruk zit
hij tegenover me met het
hoofd voorover gebogen en
I je schouders gekromd. Zijn
handen houden de
n krampachtig om-
Hij praat alsof hij al
'Ver zijn rechter zit.
beschuldigt en veront-
K-.ildigt zich. Hij wil het
zijn. „Het lucht me
op als ik u dit allemaal ver
tel. Jarenlang heb ik gewe-
dat het op een kwade
spaak moest lopen. Het
goed blijven gaan.
I "hijd heeft mijn geweten
®e geplaagd, maar ik was
IIe® gevangene, ik kon er
l> Het meer uit".
J Jzitten in zijn huiskamer
I hc enbe'' vierkante meters in
I v armelijke en naargeestige
I ,B """S' waarin vier gezinnen
I I°a4ergebracht. Het lijkt de
I i»«„1 e van een volge-
I tinu i wereldstad, hoewel
1 ihai hier ron(1 het kleine
ir Brake, waar de brede
bÜ de Noordzee uit-
öiii,i? 1108 de ruimte van een
™Mev°lkt land heeft. Overal
ten
nog enger maken.
scheepje met masten,
se beelden en beeldjes,
goedgevulde boekenkast,
risten en losse doeken,
maar geen rommel,
muur een rijtje an-
ikoor
pistolen, een originele
Pe Wi6" zel/P°rtret met slap
een u Daamaast nog
iiyUici'n. He'tmann, een
Jer nu afereeltje aan de We
de lmPressionisme, waar
®eur™ mg van afstraalt,
het- u". comP°sitle bewij-
ter, "eitmann is een mees-
eerste"1!.. de v0°rdeur op de
Biedermei!? een ovaaI
«mailie. r-.b"rdje met wit
Haler" un'her Heitmann,
»1 hi„"et laat in het midden
kunst, Se huisschilder of
""''schilder bedoeld is. Als
Reportage
van
FRANS WENNEKES
huisschilder werd hij opgeleid,
als kunstschilder verdiende hjj
een boterham, maar hij hield
er niet aan over. Door de nood
gedwongen ging hij „hl de
kunst".
Met zachte stem en neerslach
tig vertelt hij zijn verhaal: „In
Rusland raakte ik twee keer
gewond. Ik heb de oorlog ge
haat, maar als eenling kon ik
er niets tegen doen. Bij het Ar
dennenoffensief van Von Rund-
stedt werd ik krijgsgevangene
van de Amerikanen. Omdat we
niets te eten kregen, meldde ik
me een paar weken later bij
het vreemdelingenlegioen. Ik
kwam op Corsica terecht, waar
ik in handen raakte van een
Franse sergeant-majoor, die in
Duitsland krijgsgevangene was
geweest en zei, dat hij er slecht
behandeld was. Toen hij een
keer laveloos dronken was,
moest ik van hem op de grond
gaan liggen. Hij wilde me met
een nekschot regelrecht execu
teren. Ik moet gehypnotiseerd
geweest zijn toen ik ging lig
gen, maar ik was jong en on
ervaren. De kogel ging door
mijn nek en kwam er door mijn
linkeroor weer uit. Zwaar ge
wond werd ik naar Duitsland
teruggestuurd. Ik kon- niet meer
op een ladder staan, maar als
echte oorlogsinvalide werd ik
niet erkend en daarom kreeg ik
maar een kleine uitkering. Het
was veel te weinig voor ons.
Maar mijn vijf zoons moesten
toch eten en kleren hebben en
een vrouw wil toch ook wel eens
wat kopen. Toen ben ik voor
warenhuizen schilderijen gaan
maken. Ik kreeg er 50 mark
per stuk voor, maar ik werd
opstandig toen ik er een in een
warenhuis terugvond met een
prijskaartje van 900 mark erop".
Hjj richt zich tot zijn 17-
jarige zoon: „Jij was erbij. Jij
hebt het zelf ook gezien". De
zoon knikt en neemt het pleit
voor zijn vader op: „Het ge
beurt zo vaak dat schilders en
schrijvers anders over de din
gen denken dan andere mensen
en daarvoor worden ze dan be
straft".
Het begon zo: een jaar of vijf
geleden kwam er een man uit
Bremen bij me, die veel ver
stand van kunst had en mijn
werk in een warenhuis had ge
zien. Hij zei: „dat zijn allemaal
echte impressionisten. Kunt u
niet een Renoir, een Lieberman
en andere impressionisten voor
me copiëren? Zet er maar ge
woon hun namen onder. Nee,
dat zijn geen vervalsingen; ik
heb een paar huizen in Bremen
en daar blijven ze gewoon han
gen". Met een zwaar hart ben
ik aan het werk gegaan. Ik
kreeg alsmaar opdrachten. Mo-
nets, Cisleys, Paula Modersohn-
Beckers, Utrillos, werken van
Degas en Picasso. Maar die van
Picasso heb ik niet gesigneerd.
Die zijn later met valse hand
tekening van de meester opge
doken. Tussen de 350 en 400
heb ik er vervalst. Langzamer
hand ging ik wel vermoeden,
dat mijn schilderijen in handen
kwamen van een misdadige or
ganisatie die ze aan de man
bracht en ook kreeg ik het be
sef een strafbare handeling te
begaan".
Maar ook dat hij in de verstrik
kingen van het lot is vastgelo
pen. Regelmatig duikt de for
mulering op: „En toen is het zo
gekomen, datalsof hij ge
leid wordt door een deus ex
machina. Het Is ook een deei
van zijn pleidooi, gemengd met
zelfbeklag en berouw. „Ik kan
verkopen wat ik wil, maar ik
heb de kracht verloren om te
werken. Door de affaire is mijn
innerlijke rust weg. Maar met
mijn 49 jaar kan ik nog geen
rentenier gaan spelen. Mijn in
stelling is idealistisch. Op de
een of andere manier, moet ik
zien dat ik weer aan de slag
kom. Ik wil niet dat het afge
lopen is. Mijn gezin moet toch
ook leven. Ik weet dat mijn
schilderijen meer waard zijn.
Voor de vervalsingen hebben ze
me 200 tot 500 mark gegeven,
maar ze hebben er schatten
aan verdiend en de Renoirs
hebben ze voor 100.000 mark
verkocht Ik hoop, dat ze die
handelaren ook te pakken krij
gen, maar die man uit Bremen
heeft zich niet meer laten zien".
Vader Heitmann: „Ja, maar
ik was fout. Toch waren we
heel gelukkig in het begin, toen
er wat meer geld in huis kwam.
0 Het lot van Han van Meege
ren kent Heitmann tot in de
tails. „Maar ik had niet zoals
hij de behoefte om als kunste
naar erkend te worden. Bij mij
was het gewoon sociale nood
en geen winstbejag. Het is
idioot, hoe je als kunstenaar
naam krijgt. Van Gogh heeft
nooit een doek verkocht. Zon
der Theo had hij niet eens kun
nen leven. Rembrandt was ge
niaal, maar als een arme man
hebben ze hem naar zijn graf
gedragen. En Picasso heeft een
loopje met de mensheid geno
men. Hi> was een groot kunste
naar, dat zie je vooral aan zijn
vroegere werken.
Maar ik geloof dat hij later
heeft willen bewijzen, wat het
kunstbegrip van de mensen is:
als je niet bekend bent, raak
je je werk nog niet aan de
straatstenen kwijt en als je be
roemd bent, rukken ze het werk
ongezien uit je handen. Nu word
ik plotseling bestormd. De wa
renhuizen smeken om schilde
rijen, eigen werken van me. Ze
willen nu ineens 500 mark be
talen. Iedereen wil nu wat heb
ben. Ik heb geen schilderijen
meer. Alleen wat hier hangt.
Ik was er helemaal niet op voor
bereid. Er kwam een klant bij
me, die me vroeg snel wat op
papier te tekenen en mijn hand
tekening eronder te zetten. Hij
bood mij er een groot bedrag
voor".
Heitmann gelooft in God.
Hij grijpt een paar flesjes
van het ronde tafeltje: „Ik zit
permanent onder verdovende
middelen. Mijn centrale zenuw
stelsel is door de kogel geraakt.
Maar ik krijg alles op dokters
attest. Zonder die middelen zou
ik niet eens kunnen werken.
Ik ben al 18 jaar onder behan
deling van een psychiater en die
wil mijn getuige zijn bij het
proces. Niemand heeft me nu in
de steek gelaten, dat is vreemd.
De dominee van Goldswade
wil ook voor me getuigen. Ik
heb pas geleden zijn kerk ge
restaureerd. Hij weet dat ik uit
nood handelde, maar de ande
ren hebben me altijd op een
dood spoor geschoven. Mevrouw
Heinemann, de vrouw van de
president, had ik gevraagd of
ik ook eens een tentoonstelling
bij haai mocht houden. Ze
schreef, dat er nog zoveel mo
derne kunstenaars vóór waren,
dat ik met mijn impressionis
tisch werk moest wachten. Mi
nister Schmidt van financiën is
een groot kenner van het im
pressionisme. Jaren geleden heb
ik hem ook gevraagd me te hel
pen, ik kreeg een brief terug
maar verder is er nooit iets ge
beurd"
Van kind af aan heeft Heit
mann getekend en geschilderd.
Nu is hij een routinier: „Ik werk
hoofdzakelijk onder mijn eigen
naam. Over een Renoir en zo
doe ik een dag. Maar dan moet
ik het wel plotseling zien, ge
grepen worden. Dan moet ook
de stemming goed zijn, maar
dat is lang niet altijd het ge
val".
0 Aan Nederlanders heeft hij
zich nooit gewaagd: „Die heb
ben voornamelijk oude meesters
en je zou er jaren over doen om
er een na te maken. Maar ik
wil er nog eens de nadruk op
leggen: ik heb uit nood gehan
deld. Het is de schuld van de
staat, omdat ze me maar zo
weinig steun gaven. Anders
hadden mijn kinderen met
Kerstmis niets gehad. Mijn
zoontje van 5 heb ik een trein
gegeven. Ik was zo gelukkig
toen hfl hier voor me op de
grond speelde en dacht bij me
zelf: dat heb je zelf verdiend".
Heitmann's stulpje is te klein
om er te kunnen werken. In
Heitmann bij de laatste twee
„echte Heitmanns" die hij noc,
bezit: links een impressionis
tisch tafereeltje aan de Wezer
en rechts een zelfportret.
het stadje heeft hij bij kennis
sen voor 100 gulden in de maand
een atelier gehuurd. „Ik kan
daar verder werken. Die men
sen hebben me niet in de steek
gelaten en ik geloof dat God
dat ook niet zal doen. Het is
nu zeer hard voor me geworden.
Die handelaren hebben er prach
tige zaken mee gedreven, maar
ze wisten niet hoe het er van
binnen in me uitzag als ze de
deur achter zich dicht deden.
Hoe ik met gewetensnood rond
liep. Maar we waren ten onder
gegaan als ik het niet gedaan
had. Je ziet zelf wel hoe klein
we hier wonen, dat geeft ook
moeilijkheden met de buren. Ik
heb voor mijn schilderen de
muziek van Beethoven nodig.
Zonder hem kan ik niet wer
ken. Maar u weet, dat gaat dan
hard er dan weer eens zacht
en dan komen de buren en be
dreigen me".
0 Frau Heitmann komt binnen
om de 5-jarige welterusten te
laten zeggen. Haar gezicht is
uitgeteerd, alsof ze zwaar en
slechtbetaald werk op een fa
briek moet doen. Ze knikt
vriendelijk. Als ze weg is: „Mijn
vrouw heeft ook de zenuwen.
Ze is bang voor wat er nog al
lemaal komt. Hoe kom ik er nu
uit? Ik weet het niet. God moet
helpen. Mijn gezin is volkomen
onschuldig".
Meewarig zit Heitmann voor
me, als een geslagen hond, die
op hangende poten naar zijn
baas terug wil. Als hij nu een
zelfportret van het brede gelaat
met de forse neus zou maken,
kon het niet anders dan „de
rouwmoedige zondaar" heten.
„Dat ik in God geloof speelt
geen rol, maar ik hoop wel dat
hij me de kracht geeft om weer
te werken. Ik heb van God de
gave gekregen in de natuur te
zien wat anderen niet zien. En
dan zal hij me ook wel verder
helpen. Ik heb in de schaduw
geleefd en nu mijn naam op
ieders lippen ligt, ben ik plot
seling meer waard. Ja, finan
cieel ben ik nu geholpen, maar
psychisch niet. Veel mensen
zeggen tegen me, dat ik nu ook
maar eens materialistisch moet
worden en meer aan mezelf
moet denken. Er was een man
bij me. die me onder hypnose
wil brengen en me dan wil la
ten praten om het allemaal
kwijt te raken. Hij zegt, dat ik
dan zonder medicijnen kan le
ven en dat ik dan mijn angst
gevoelens kwijt ben. Ik weet
niet wat ik moet doen, maar ik
heb een goede advocaat. Die
zal ik trouwens ook wel nodig
hebben, want het waren ver
valsingen, die ik op oud linnen
en met geïmiteerde verf heb
gemaakt'
0 Terwijl de recherche bezig is
het hele net van handelaren op
het spoor te komen, bereidt
Heitmann zich voor op zijn pro
ces. Met het wetboek van straf
recht en de jurisprudentie van
vervalsingen. „De politie heeft
me heel goed behandeld. Ik
kreeg natuurlijk de schrik van
mijn leven toen die hier bin
nenkwam. Maar ze hebben
maar één doek in beslag geno
men, een Emil Nolde".
Als hij me uitlaat, staat hij
afgemat en met een zware zucht
op. „Ik wil me helemaal niet
meer op straat laten zien. Ik
heb er geen behoefte aan onder
de mensen te komen. Ik voel me
schuldig. Maar als er een God
bestaat, dan zal hij me wel ver
der helpen. Hoop ik".
7\ J A vorige week in een
blijkens de vele bij
valsbetuigingen alom
sterk gewaardeerde bijdrage
de voetbaltrainer - in - het -
algemeen ontleed te hebben,
wens ik nu het licht te laten
schijnen op een oefenmeester
-in - het - bijzonder wiens
verschijningsvorm en op
treden symptomatisch zijn
voor het gehele geslacht.
Mijn oog viel het eerst op de
vrouw van de betrokken man.
Een reuzin met de gave af
metingen van een met bor-
stélige wenkbrauwen gesierde
brunhilde. Daarna zag ik een
hond. Een Duitse herder op
lage poten, maar wel een te
zware kop. De trainer zelf is
een volle man met flink pos
tuur die aan de slapen grijst
en op de kruin kaal is.
rOEN ik op een winteri-
ge avond, vol met re
genvlagen door een
donkere wilgenlaan rijdend
zijn villa naderde merkte ik
twee dingen op. De buiten
lamp brandde gas+vry en op
de stoep voor de deur lag de
kortpotige hond Attila en
toonde zijn gele tanden.
„Woelkomme, woelkomme",
zei Vikasj met een stem hard
als smeedijzer waaraan de
braam van het doorzettings
vermogen schuurt. Anja droeg
een gouden band om het
blonde haar, een strakke roze
trui van angora-wol om de
forse tors, een wijde pa
gebroek op roze slippers en
zij reikte mij een whisky in
een glas zo groot en ook zo
vol als een lampetkan.
/N de open haard
brandde warempel een
houtvuur waar Vikasj,
al trekkend aan zijn pijp
en drinkend uit de kan, in
ging staan staren.
Nadat Anja de kannen nog
eens gevuld had ging Vikasj
in een lange stoel liggen en
merkte ik op dat zijn schoe
nen centimeterdik gezoold
waren en hij een lederen bo
dem in zijn tweedbroek droeg.
Hetzelfde leer bevond zich
ook op de ellebogen van zijn
jasje. Tegen de ruwe bakste
nen muur achter zijn hoofd
sprong achter glas en nog net
binnen de afmetingen van 'n
zilveren lijst een jonge
man met~rs hoog op en sloeg
daarboven met zijn hoofd te
gen een bal, een actiefoto van
de jeugdige Vikasj die in zijn
tijd nog een van de meest ge
vreesde middenvoors van Ma
cedonië moet zijn geweest.
TT IJ was", zegt Anja, „zo
sterk met het hoofd,
zo sterk met 't hoofd
en hij had een schot in beide
benen". Terwijl ze het zei
knikte Vikasj van daar kun je
donder op zeggen en keek
naar zijn beide benen met het
eertijdse schot. „Eenbenige
voetballers zijn 2de klassers",
zijn woorden bleven even han
gen en werden afsluitend on
derstreept door een vonk die
vanuit de haard op het ta
pijt spetterde.
Vikasj spreekt altijd in tele
gramstijl: „Een trainer wordt
geboren. Gemaakte trainers
kunnen alleen de bal oppom
pen. Geboren trainers kun
nen wonderen maken. Voetbal
is mijn lichaam, trainen mijn
ziel. Het moeilijke aan het vak
is de omgang met bestuurders
en met spelers die elkaar
voortdurend in domheid en in
voetbalonkunde overtreffen.
Wedstrijden worden in hoe
ken bij de cornervlaggen ge
wonnen en verloren. Het mid
denveld is aiies, maar het is
niks zonder de bezetting der
hoeken. Dat is het karwei
voor de vleugelspelers en de
vleugelverdedigers, heb je de
vier hoeken, het middenveld
en een uitpoetser dan ben je
er nog niet als je geen kie
per en geen spits hebt. Spit
sen zijn vedettes die de weelde
op de hersens slaat en die je
permanent moet omkopen.
Dam is er nog de scheidsrech
ter".
„Scheidsrechters zijn veldhe
ren zonder soldaten, maar
met een natte broek. Het zijn
lummels die in hun ongeluk
kige jeugd eens gestoken zijn
door een wesp die ze in hun
kinderlijke onschuld aaiden.
Scheidsrechters kunnen en
konden nooit voetballen en
hebben bovendien draken van
vrouwen. Dat reageren ze af
op onze jongens Voetballers
worden langzaam maar zeker
doodgefloten. Het voetbal
spel sterft aan de fluit. Dat
waren 61,4 seconden", zo be
sloot Vikasj zijn rede en druk
te de stopwatch stil.
Attila jankte. Anja stond
fluks op. Haar ogen waren
vochtig en ze keek ermee
naar Vikasj of ze een elftal
engelen te paard de bekerfi
nale winnen zag. Ze vulde de
kannen, legde de plaat Fan
tasia para un gentilhombre
van Joaquin Rodrigo op en
vlijdde zich toen uitvoerig
aan Vikasj' voeten op de ha-
madan neer. „Muziek" zei ze
nog, „is zijn leven als het
maar klassiek is". Toen dron
ken we en sloten onze ogen
alle twee. Attila echter hield
er een openterwijl hij zich
terugtrok om althans een
hoek te gaan bezetten.
Tllllllllliiliillillllllillllllllllllllllililll