OP DE KNIEENVOOR ien betere Populaire zanger volgende maand op tournee door Europa zullen onze sr dan straf. I Foto ®e poort speelt zich het bonte oosterse leven af. teiij e naast' Binnen de oude stad van Jerusalem bevinde. L cle Var> straaties en boeken, die sinds de overheersing doo *e'mannen nauwelijks verandering hebben ondergaan. Thee Chaotisch TEKST: TOM SMEETS FOTO'S: TIM FULFORD-BROWN DE STEM ZATERDAG 21 APRIL 1973 Antwerpen, is het ns België ,rschillende modellen eet- oelen, Amerikaanse aan- fantastisch lage prijzen II chtige eiken E SLAAPKAMER j| met kleerkast, 5 deu- gte, tweepersoons. Vol- >50 F. - Corting= 13.754 F. Heilige .Land ilon. Verkrijgbaar in a"8 armer Salontafel. AER SALONTAFEL 16.974 F. .594 F. .754 F. .974 F. i.322 F. lechts 39.950 F. levering in gans Belg,e' DAT IS FANTASTISCHI'1 n van Vermeer-Thij5' OS i p 00 uur 's morgens tor «7* >en tot 21.00 uur's avonds 2-163 2-263 toonzalen en bren9 mee is in, daarom? chocolade PAASEI toUet 8n ^ru^ste en belangrijkste poort, die toegang geeft °"cie Jerusalem is de Damascus-poort in het noorden. Reed Door en Gilbert O'Sullivan nen die nou naar een nacht concert?" „Ik zal je een ander verhaal vertellen. Maanden lang heb Ik stapels brieven gekregen van een aantal meisjes in het noor den van dit land. Wanneer kom je nou toch eens bij ons in de buurt? Enfin, je kent dat wel. Eindelijk ga ik in hun stad op treden. Een paar dagen daarna krijg ik boze brieven, van de zelfde meisjes. Wat bleek, de toegangsprijzen waren zo hoog geweest dat ze het niet hadden- kunnen betalen. Ik vind zoiets werkelijk rot. Maar ik kan er niets aan doen. Dit soort zaken, wanneer ik optreed, in welk theater, de prijzen, daar heb ik helaas geen enkele in-vloed op". Engelands zanger num mer één van dit moment, Gilbert O'Sullivan, maakt volgende maand een uit gebreid tournee door Europa. Naar aanleiding daarvan gaf Gilbert een persconferentie in Lon den. Tom Smeets ging kijken hoe het daar toe ging. Gilbert O'Sullivan wil graag vertellen over zijn toernee door Europa. Zo luidde het bericht op de telex. Dus spoedden journalisten uit alle landen van Europa, Ameri ka en Japan zich naar Londen-, Aan de voeten van de muzikale meester konden zij het laatste nieuws noteren. Ik schrijf bewust „aan de voe ten", want zo gaat dat in Lon- den-, In ons land zijn persconfe renties, hoe druk bezocht ook, keurig gereglementeerde aange legenheden. Eerst mogen de fo tografen hun werk doen, dan wordt deze categorie bedankt en komt de schrijvende pers aan de beurt. Meestal dezelfde men sen stellen de vragen-, iedereen schrijft de antwoorden op, pakt nog een drankje ,pakt nog een hapje en gaat naar huis om te proberen met de antwoorden die alle collega's ook hebben opge schreven toch nog een verhaal met een persoonlijk tintje te fabriceren. In Londen gaat zoiets heel an ders. Nadat Gilbert bijna an derhalf uur te laat op de afge sproken plaats was aangeko men, ging hij achter een klein, tafeltje zitten met de rug tegen de muur. De fotografen, het le ken er wel honderd, legden on middellijk een voor Nederland se journalisten ondoordringbaar cordon rondom hem. Na deze komisch aandoende situatie ge ruime tijd vanuit de verte te hebben aanschouwd, bleek me bij een nadere beschouwing dat het niet alleen een foto-sessie betrof, maar dat de persconfe rentie ook al was begonnen. Tussen, de duwende fotografen lagen de journalisten op hun knieën. Soms zelfs tussen de benen van vakgenoten door, stelden ze hun vragen. Gilbert liet dat alles onbewogen over zich heen, gaan en nipte voort durend van een kopje thee. De fotografen bleven tot het bitte re eind hun werk doen op een manier alsof ze Gilbert voor 't eerst voor hun lens hadden. In tegenstelling tot het volledig chaotische beeld dat dit alles volgens Nederlandse maatsta ven opleverde, was het optreden van m'n Britse collega's juist een toonbeeld van voorkomend heid. In Londen schrijft de jour nalist alleen de antwoorden op de door hem gestelde vragen op, een, luxe die ons vreemd is. Er kleven overigens wel nadelen aan deze methode, want het vele malen hetzelfde antwoord moeten geven, komt de kwali teit van zo'n antwoord niet ten goede. Aan Gilbert werd bijvoorbeeld vele malen de vraag gesteld waarom hij een, uniform-over hemd droeg dat aan een Ame rikaanse politie-agent deed den ken. Elke keer was het ant woord: „Nou gewoon, omdat ik het leuk vind". Alleen het meis je dat de vraag iets origineler stelde, kreeg een variant daar op. Tot groot vermaak van de omstanders, overigens, al ver zuchtte mijn Britse buurman, in het gedrang: „Wat jammer dat ik dat niet kan gebruiken". Journalisten uit talloze landen vroegen „mister o'Sullivan" hoe hij het vond hun land te bezoe ken. „I look forward to it", was steevast het antwoord. En waar om verheugde hij zich er op? „Omdat ik in uw land zoveel fans heb", luidde het antwoord. Ik knoopte er de vraag aan vast hoe hij het vond dat zijn enige optreden in Nederland, in de Rotterdamse Doelen, 's nachts plaats had. Zover ik heb kun nen constateren,, bleek dat de enige vraag van de middag waarvoor Gilbert recht in z'n stoel ging zitten. Zonder het te weten had ik de vinger gelegd op een gevoelige wond in de O'Sullivan-organisatie. Gilbert: „Wat vertel je me nou? Een nachtconcert? Moet ik echt 's nachts beginnen? Daar weet ik helemaal niets van". Nadat de naast hem staande manager met een nauwelijks merkbaar knikje de juistheid van mijn vraag had bevestigd, vervolgde hij: „Ik snap niet hoe ze zoiets kunnen organiseren. Ik krijg zoveel brieven uit Holland van hele jonge meisjes. Hoe kun- Gilbert was nog niet uitgespro ken of mijn Britse collega's na men het heft weer in handen. Gilbert kon weer onderuit zak ken, want opnieuw werd uit sluitend gesproken over de vraag waarom hij nooit naar feestjes ging, over z 'n hobbies, z'n eetgewoonten, z'n favoriete kleding, z'n toekomstplannen en aanverwante zaken die voor de Britse lezers kennelijk erg be langrijk zijn. Gilberts toernee begint op 9 mei aanstaande in Zürich. Na Frank furt en München is op 12 mei Rotterdam aan de beurt, waar hij om kwart over 12 's nachts een concert in De Doelen geeft. Daarna gaat hij terug naar Duitsland en naar de Scandina vische landen. Aansluitend aan z'n Parijse optreden heeft hij vijf dagen vrij. Niet om in Pa rijs de bloemetjes buiten te zet ten, maar om thuis te gaan sla pen, zoals hij de lichtelijk be zorgde Britse journalisten ter geruststelling meedeelde. Op 25 mei begint hij in Londen, waarna een uitgebreid tournee door Engeland en Ierland volgt dat op 20 juni in Dublin wordt afgesloten. Er is geen tijd voor televisie-opnamen, ook al heeft elke omroep in elk land er dringend om gevraagd. Later in het jaar, nadat z'n nieuwe lang speelplaat is verschenen, maakt Gilbert een tournee door de Verenigde Staten en Japan. Dat laatste was voor een even eens in Londen aanwezige Ja panse journaliste reden letter lijk deze vraag te stellen: „Heeft u een boodschap voor het Ja panse volk". Waarop Gilbert antwoordde: „I look forward to it". Inderdaad, omdat hij ook daar veel fans heeft. AAR was dat manneke uit het Brabantse land. Hij was de 80 al door, rookte zijn pijpke en sukkelde achter de groep aan. Alsof hij sufte. Maar toen hij in Bethlehem geweest was, alles daar had gezien en de sou venirs voor de kleinkinderen had gekocht, viel alle zorg van hem af. Thuis gekomen vertelde hij helemaal niets over het in steen gegrifte heilige land, dat eens Palestina heette en nu Israël is. Alleen in zijn stamcafé was tot in den treure het verhaal te horen, dat hij echt gevlogen had en boven in de lucht koffie gedronken. En geen druppel was er over de rand gemorst. Krijgt daarmee de vraag, waarom er zoveel mensen naar de heilige plaatsen in, Israël reizen, een lachwekkend antwoord? Nee, zegt pater Jos Keulers, de grote organisator achter de Montfortaanse trektochten naar Israël. „Deze man vond de heilige plaatsen, zoals hij het steeds gehoord en zich voor gesteld had. Een leven lang. Ook zoals de bijbel bij hem was overgekomen,. Het kon bij hem kloppen en het klopte ook. Dus hoefde hij ook geen ophef te maken van alles wat hij zag en beleefde Reizen naar het H. Land is in. Economisch is het haalbaar geworden. Natuurlijk gaan er toeristen naar Israël om er bruin te bakken, aan de godvergeten mooie stranden langs de Middellandse Zee. Maar dat is als Mamaia: aanvoer per vliegtuig, afgooien aan het strand, twee keer per dag omdraaien en na een week de vracht weer ophalen. Uw kennissen zullen zich aan de gebronsde huid vergapen. Een pelgrimstocht of trek tocht of studiereis is wat anders. Daarvoor staan de Montfortanen in Berg en Dal garant. Hun bijbelkennis (zie hun H. Landstichting) wordt anders aangewend. Daar ligt het antwoord op het waarom van de reis. Een klein percentage zoekt een geloofsbevestiging. In eigen land komen de twijfels omhoog. Ter plekke moeten in het huidige Israël op bijbelse gronden de waarheden van het oude geloof geverifiëerd worden. Jos Keulers: „Het is een kleine groep, maar ze mogen niet ver waarloosd worden". Steeds groter wordt de groep van eerlijke mensen, die uit een vroomheidsbeleving, aangepast aan Nederland anno 1973, de heilige plaatsen willen den om na te proeven wat er met en rondom Jezus gebeurd is. Zij willen het land van het bijbelboek zien; hoe alles ontstaan is. Nu de franje is weggevallen van de vroomheidsbeleving in het westen, nu spreekt het naakte bijbelwoord alleen. Deze oerbron moet getest, geproefd en nageplozen, worden. Pater Keulers: „Deze gedachten- gang geldt voor jong én oud; voor katholiek en protestant. Vandaar dat we reizigers trek ken uit deze beide groeperingen. Hoog en laag, bovendien niet gebonden, aan leeftijd". Er is ook een forse groep deelnemers, die volkomen thuis zijn in de bijbel. De oude bijbelvaste kern. Zij zoeken een kennismaking met de achtergronden. Zij wensen het milieu van de bijbel te leren kennen. Voor hun eigen intellectuele vorming, „maar ook voor de verkondiging. Daarom gaan veel pastores mee, catecheten en ook dominees". De kennismaking met de bijbel bestaat niet alleen in het afreizen van alle kerken en vrome plaatsen, die door Christus en zijn leerlingen een bijzondere be tekenis hebben gekregen. Het wil ook zeggen: dwalen door de soeks van Jeruzalem, zomaar door een, klein Arabisch dorp lopen, dat tegen de heuvel aange bakken ligt. Te voet door een wadi gaan, op een heuveltop staan en naproeven wat groen en water betekent voor een dor, drogend landschap. Dat is gewoon wandelen langs het Meer van Galilea, tussen de korenvelden. Zoals wij vanaf de Berg van de Acht Zaligheden naar beneden wandelen, tussen tarwe, over rotsige weggetjes tot aan het meer. En dan zegt pastoor Houben uit Echt ineens: „Hier is in 2000 jaar niets veranderd. Zo sjokten de leer lingen ook achter Christus aan". Rechts van ons glooit de Golan, omhoog. De eerste bedoeinen- tenten staan er al. Aan de overkant verrijst een ultra-modern Tiberias. Een joods Mamaia moet het worden. Het oude heilige land gaat ten onder. Men moet snel wezen, want Israël staat bol van de bulldozers. TEKST: HARRY KOLKS

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1973 | | pagina 29