NEDER]
ER NIEr
knecht
vrij
uit
vrn
uit
Morele peil
Het Ideale staflid
Fatsoenlijk
Gouden handdruk
■■■I
Signalen
Ophanging
Publiceren
Oorzaken
door
jan wintraecken
Klachten
r aarheid
DE SI EIVl LA I tliUAü 31 MAART 1973
Is winst een vies woord? Voor velen blijkbaar
wel. Bij vakbondsvertegenwoordigers "vliegen'-
winsten steevast "de pan uit" en het is leuk om
naar het gezicht van Arie Groenevelt te kijken
als hij die term bezigt voor de televisie.
De ondernemers verdedigen zich altijd, dikwijls
ongevraagd. Ook 'n aanwijzing dat winst stinkt
"winst", lees ik ergens in een ondernemersblad,
"is geen doel op zichzelf, maar 'n maatstaf voor
de doelmatigheid van het bedrijf". Dat is een
bijna net zo leuke kreet als die over winsten die
de pan uit swingen.
De winst schijnt de kernoor
zaak te zijn van de ethische
kritiek en de verwijten vanuit
de samenleving aan het adres
van de ondernemer. Het blad
van de Internationale Christe
lijke Werkgevers, „Uniapac-In-
ternational" bevestigde dat on
langs: De verwijten, aldus het
blad, kunnen worden samenge
bracht onder twee noemers:
9 winst als motief voor het
zakendoen;
9 het uitsluitende recht van
de eigenaren op die winst.
Dit stond in een nummer dat
grotendeels gewijd was aan een
Brits onderzoek naar de ethi
sche opvattingen zoals die leven
bij de top van het Britse zaken
leven. Het Nederlandse blad
„De Werkgever" van het Chris
telijk Werkgeversverbond (22
februari) nam een en ander
over uit de resultaten van het
onderzoek, er op wijzend ove
rigens, dat de Britse en Neder
landse ondernemingsstructuren
niet zomaar met elkaar kunnei.
worden vergeleken. Evenmin
trouwens als de in het verleden
gegroeide relaties tussen werk
gevers en werknemers.
een equivalent voor de beroeps
tuchtraden en dergelijke instel
lingen die er voor zorgen dat
het betrokken beroep het ver
trouwen van het publiek blijft
houden, ondanks ontsporingen
van individuele beroepsgenoten
De onderzoeker, een zekere
Simon Webley geeft, op basis
van zijn onderzoekingen, ook
een aantal richtlijnen voor zo'n
erecode en het is interessant te
zien wat hij daarin zegt ten
aanzien van de ethische prin
cipes voor hogere stafleden:
a. hij moet weten, dat zijn
functie slechts een middel tot
een doel is: dienst aan zijn
onderneming, het bedrijfs
leven en de gemeenschap;
b. hij zal zijn macht niet mis
bruiken voor persoonlijke
doeleinden;
c. hij zal het belang van zijn
bedrijf stellen boven zijn per
soonlijke belang;
d hij zal zijn verplichtingen
aan de maatschappij (de sa
menleving) stellen boven die
aan de onderneming
e. hij zal bij een belangencon
flict de feiten duidelijk moe
ten maken.
Op dit laatste punt bijvoor
beeld, is het opvallend hoe wei
nig heil Britse managers zien
In medezeggenschap van de
werknemers in het management
als het gaat om het morele peil
van de onderneming op te voe
ren. Slechts 3,9 procent zag daar
wat in, tegen de bijna 30 pro
cent die het liever zochten in
een erecode voor het zakenle
ven en een andere 30 procent
die het zoekt in een hoger
normbesef in de totale maat
schappij.
Na twee onderzoekingen is in
Engeland vast komen staan dat
70 procent van degenen die aan
het hoofd staan van onderne
mingen, een erecode voor het
zakenleven wensen, eventueel
met sancties. Het is duidelijk
dat men daarbij op zoek is naar
Ondernemers zijn veel fat
soenlijker dan men in het alge
meen denkt. Tenminste als men
onderzoekingen op dit gebied
(ook in Amerika) kan geloven.
Uit een Amerikaans onderzoek
kwamen bijvoorbeeld de vol
gende twee onthullende conclu
sies naar voren:
9 de meeste ondernemers den
ken dat zij fatsoenlijker zijn
dan de gemiddelde onderne
mer;
9 de meeste ondernemers me
nen, dat zij op de zaak de
zelfde ethische maatstaven
aanleggen als thuis.
Tot zover Amerikaanse on
derzoekingen. Terug naar het
jongste Britse onderzoek:
Ondernemers zijn
best nette mensen
Bijna 95 procent van de ma
nagers in Engeland vindt dat
het hanteren van ethische nor
men op den duur de beste za
kelijke resultaten oplevert;
Ruim 87 procent vindt het
onjuist als een onderneming al
leen in het belang van de aan
deelhouders handelt.
Ruim 83 procent verwerpt de
stelling dat „een ondernemer
winst (moet) maken en (dat)
alles wat hij binnen de grenzen
van de wet doet, aanvaardbaar
is, los van andere omstandig
heden".
De „gouden handdruk" voor
overtollig geworden hogere
functionarissen is kennelijk
minder populair onder de ma
nagers dan misschien wel eens
wordt aangenomen. De vraag
stelling betrof een afdelings
hoofd van 55 jaar, die jonge
mensen niet meer weet te in
spireren en ook minder geschikt
is geworden voor zijn werk.
Slechts 3,2 procent zou de man
een „gouden handdruk" geven.
Nog geen 20 procent zoekt het
in non-actief met geheel of ge
deeltelijk pensioen. Eveneens
minder dan 20 proeent zou hem
laten zitten, corrigeren of weg
promoveren terwijl ruim de
helft van de managers 57,7
procent de man zou benoe
men tot adviseur. Een meerder
heid voor de meest elegante op
lossing dus.
Studenten hebben wellicht de
geringste waardering voor de
ondernemer, maar een erg hoge
dunk heeft de zakenman zelf
over zijn eigen maatschappe
lijke groep nu ook weer niet.
Op de vraag of in „uw sector
van het zakenleven, praktijken
voorkomen die U onbehoorlijk
noemt", antwoordde 70 procent
met „ja" en een kleine 30 pro
cent met „nee".
Tot slot nog iets over de fac
toren die de beslissingen In de
onderneming beïnvloeden. Het
hoogst scoorde „eigen morele
opvattingen" (49,3). Daarop
volgde „de reputatie van de
onderneming (24,7) en als goede
derde „de filosofie van de on
derneming" (23,1).
Vandaag wordt naar 1900 mensen uit de geestelijke volksgezondheid de tweede afleve
ring van het "Handboek Hulpverlenen en Veranderen" verzonden. Daarbij zit een uit
voerige beschouwing van drs. F. Bloemsma over zelfmoord en poging tot zelfmoord. Drs.
Bloemsma is verbonden aan de psychiatrische afdeling van het Academisch Ziekenhuis
in Groningen
Nadat in het begin van deze maand dr. Diekstra in Nijmegen promoveerde op de theore
tische achtergronden van zelfmoord-gedrag, komt Bloemsma nu met een groot aantal
feitelijke gegevens.
In de gehele wereld plegen
ongeveer 370.000 mensen per
jaar zelfmoord Nederland be
hoort tot de landen met een be
trekkelijk laag zelfmoordcijfer:
ongeveer 1200 personen maken
in ons land in één jaar een eind
aan hun leven. Daarbij vallen
twee dingen op: hoe ouder men
wordt, hoe groter de kans op
zelfmoord is. En: zelfmoord
heeft in Nederland een platte
landskarakter.
Drs. Bloemsma houdt met dat
Nederlandse cijfer het midden
tussen CBS-cijfers (900 tot 1000
per jaar) en de schatting van
de begin maart op een studie
over zelfmoord gepromoveerde
dr. R. Diekstra (1500 tot 2000).
Diekstra heeft gesteld dat er in
ons land meer slachtoffers van
zelfmoord dan van verkeerson
gelukken zijn te betreuren. Bo
vendien is een aantal verkeers
ongelukken duidelijk een po
ging tot zelfmoord.
Het aantal pogingen tot zelf
moord dat wordt ondernomen
wordt overigens door verschil
lende onderzoekers op een tien-
of vijftienvoud van het aantal
werkelijke zelfmoorden geschat.
Bloemsma noemt voor Neder
land een aantal van 10.000 tot
15.000 zelfmoordpogingen per
jaar.
De verschillen tussen een zelf
moord en een zelfmoordpoging
zijn groot. Hou ouder men wordt
hoe groter de kans op zelfmoord
is en dat geldt vooral voor man
nen.
9 In de leeftijdsgroep van 15
tot 20 jaar komt het CBS bij
de mannen op 4,7 zelfmoorden
per 100.000 inwoners: bij vrou
wen op 1,1.
9 Voor de leeftijdsgroep 21-29
jaar is dat cijfer voor mannen
8,4 en voor vrouwen 4,5.
9 Voor de leeftijdsgroep van
30-39 jaar zijn de cijfers: man
nen 9,1 en vrouwen 6.
9 Dan volgt een forse stijging:
bij de mannen tussen 40 en 50
is het aantal 16,2, bij de vrou
wen 10,2.
9 Tussen de 50 en 60: mannen
22,5 en vrouwen 14,1.
9 Tussen de 60 en de 70: man
nen 27,1 en vrouwen 15,7.
9 Boven de 70: mannen 36,6
en vrouwen 17,3.
De nog schaarse onderzoekin
gen op het terrein van de pogin
gen tot zelfmoord hebben uit
gewezen, dat de zelfmoordpo
ging daarentegen min of meer
karakteristiek is voor de lagere
leeftijden (20 tot 40 jaar). Bij
de mannen neemt het cijfer van
de zelfmoordpogingen na die
piek van 40 jaar gestadig af.
Bij de vrouwen is het beeld op
nieuw afwijkend: de piek begint
al bij 16 jaar en eindigt bij 30
jaar. Daarna is er tot aan het
50ste jaar een daling te consta
teren, waarna het aantal weer
naar een nieuwe piek stijgt.
In Nederland draagt de zelf
moord een plattelandskarakter,
dat wil zeggen dat de hoogste
cijfers op het platteland betrek
king hebben. De pogingen tot
zelfmoord lijken daarentegen
weer meer specifiek voor de
steden.
Ook bij de manieren waarop
men zelfmoord pleegt of een
poging doet zijn opmerkelijke
verschillen geconstateerd.
9 Bij zelfmoord komt ophan
ging het meest voor: in 43 pro
cent van de gevallen bij de
mannen en bij 20 procent van
de vrouwen. Bij de zelfmoord
pogingen verkiest slechts 8 pro
cent van de mannen en 3 pro
cent van de vrouwen deze ma
nier.
9 Bij de pogingen piekt inne
ming van een overdosis aan
medicijnen er bovenuit: bij 54
procent van de mannen en zelfs
bij 75 procent van de vrouwen.
Bij de zelfmoorden komt dit
middel slechts bij 7 procent van
de mannen en bij 14 procent
van de vrouwen voor.
9 Bij de zelfmoorden komt na
ophanging, verdrinking (18 pro
cent van de mannen en 27 pro
cent van de vrouwen) en gas
(13 procent van de mannen en
22 procent van de vrouwen) het
meest voor.
Bij zelfmoordpogingen en dan
vooral bij vrouwen wordt het
meest naar „zachte en passieve"
middelen gegrepen.
Zelfmoord is een taboe en men
zal zich misschien afvragen
welk ander argument dan be
hoefte aan sensatie ertoe geleid
mag hebben al die gegevens te
publiceren. Als argument voor
het stil houden van zelfmoord
geschiedenissen wordt immers
vaak aangevoerd dat je met dat
soort verhalen labiele figuren
maar op een idee brengt. Dat
is, zo is gebleken, geen erg zin
nig argument. Toen rond Bos
ton wegens een staking drie
maanden lang geen kranten
verschenen en dus ook geen
berichten over zelfmoord, was
er geen enkel verschil tussen
het aantal zelfmoorden merk
baar. Dat was evenmin het ge
val toen de Italiaanse kranten,
die anders uitblinken in uit
voerige beschrijvingen van der
gelijke trieste gebeurtenissen,
op verzoek van de regering een
tijdlang met die gewoonte stop
ten.
Prof. N. Speijer, die al in 1935
op een proefschrift over zelf
moord promoveerde en voorzit
ter is van het Algemeen Ne
derlands Gezelschap voor de
Studie van Zelfmoordproble
men, heeft gezegd: „Ik ben te
gen het publiceren van details,
maar ik ben een enorme voor
stander van het publiceren over
het vraagstuk als zodanig, om
dat ik vind dat de krant tot
taak heeft taboes, en vooral die
welke hulp aan medemensen te
genhouden, te helpen opruimen.
Hoe meer er geschreven wordt
over de zelfmoord als probleem,
hoe liever het mij is".
Dr. Diekstra stelt in zijn
proefschrift: zelfmoordgedrag is
niet wat het is: „Hiermee wordt
bedoeld: zelfmoord of zelf
moordpoging zijn gedragingen,
die niet gericht zijn op vernie
tiging van het (psychologische)
zelf, maar integendeel pogingen
om voor dat zelf belangrijke
doelen te bereiken, zij het door
middel van gedragingen, die een
reële of schijnbare bedreiging
inhouden van het lichamelijke
bestaan". Bijna 2000 helpers in
de geestelijke gezondheidszorg
krijgen dezer dagen eed be-
Over de zelfmoordpoging be
staat zo mogelijk nog meer ver
schil van opvatting. De één
zegt simpel dat het gaat om
een mislukte zelfmoord, de an
der gaat zo ver te veronderstel
len dat bij de zelfmoordpoging
niet eens de gedachte aan be
ëindiging van het leven aan
wezig behoeft te zijn. (Louter
een schreeuw om hulp). De
zelfmoordpoging is eerder ge
richt op het anders willen le
ven, dan op de dood. Uit onder
zoek is ook gebleken dat het
merendeel van deze gevallen
wordt ondernomen in de nabij
heid van anderen, terwijl de
zelfmoord vrijwel steeds ge-
isoleerd wordt ondernomen.
Toch is er wel enig verband:
9 Na een éénmaal onderno
men zelfmoordpoging komt
ongeveer 25 procent tot 30
procent tot één of meer her
nieuwde pogingen, die we
derom niet de dood tot ge
volg hebben.
9 Van degenen, die een zelf
moordpoging deden, pleegt
5 procent uiteindelijk naar
schatting binnen één tot vijf
jaar na de poging, zelfmoord.
Al eerder is erop gewezen
dat het een gevaarlijke misvat
ting is, om te veronderstellen
dat iemand die een zelfmoord
poging aankondigt, dat zeker
niet zal doen. Er is heel vaak
sprake van signalen. Bloemsma:
„De patiënt, die een arts con
sulteert, omdat hij niet kan
slapen, gebrek aan eetlust heeft,
moeheid in het algemeen voelt,
veel transpireert, kan bedoelen
te zeggen: ik weet niet hoe ik
verder moet leven, ik kèn er
niet meer van slapen, eten, 'k
ben moe van alles. Uit onder
zoek is bekend, dat van dege
nen, die een zelfmoordpoging
deden, zo'n 40 tot 50 procent
hun arts met dergelijke (vage)
klachten hadden geraadpleegd"
Tekst: Jos Ahlers
Foto: Tido Gideonse
Men ziet het: ondernemers
zijn niet onfatsoenlijker dan
onderwijzers of huisvrouwen.
Tenminste lang niet allemaal.
Blijft natuurlijk de vraag naar
het waarheidsgetrouwheid van
de antwoorden op de door de
onderzoekers gestelde vragen.
Maar waarom zouden onderne
mers harder liegen dan anderen,
wanneer ze geïnterviewd wor
den door enquêteurs? En wie
wordt er niét geïnterviewd
vandaag de dag?
Tekst: Wim Koek
schouwing op tafel, waarin na
der wordt ingegaan op de ach
tergronden van zulk crisis-ge
drag.
Bloemsma: „Zelfmoord kan
zeer verschillende oorzaken
hebben, alleen al op grond van
de problemen waarmee mensen
kampen. Bij de een is de daad
zeer duidelijk agressief getint:
er straalt haat ten opzichte van
„de anderen" af, bij een ander
is rustig de balans opgemaakt;
de één wil zich wreken, de an
der wil rust. De één voelt zich
in een gezelschap van zelfs hon
derd vrienden nog niet „beves
tigd" en pleegt zelfmoord, de
ander is bang zijn vrouw te ver
liezen en wil de ellende vóór
zijn".
/K ken gewezen meeste
knechten en ze Ij]
knechten die in eme
taat in het zwoele gezelscho;
van een ranke stoeipoes ca
villaatje in het groen beton]
nen. Er wil dan nog wel ea
renstuur aan de muur hat
gen maar verder trijst nici
erop dat de welvarende he,
eens de waterdrager, bierja
ter, duwtjesgever, windsniji
en bandenopblazer van
groot wielerkampioen was.
Insiders zien aan de eng aatJ
liggende oren de pinguiniaai\
se gang in breed loopsp
dat de man een half let)j|
lang in het smalle zadel
doch outsiders wijten dat aal
de coupe van de broek. Hij
is niet algemeen bekend
in de wielrennerij is het alst
het volle leven: het gros tin
dient droog brood, de knecb
ten van grote heren zwelgi
in kaviaar en dragen robijn
aan de vette pinken en
grote heren zelf hebben
hut op de Bahama's, een sli
in St. Tropez en doden de tji
met het vangen van zou
groot alsook van kleiner
mits dat laatste parels om i
nek draagt.
Neem nou zo'n Willy in
Ven, zoon van een dorpsoi
derwijzer en een thuisri
ster. Momenteel meest»
knecht van Eddy Merckx
gen een koppelbazensalaris
Een jongen als een krenta
mik, die helemaal niets teM
komt en bereids enige hectj
ren bos heeft aangekocht,
waarop hy over enkele jtu\
een Zweedse bungalow
biljartzaal laat neerzetten.
Die Willy reed in de E-3
van Harelbeke als een DAfih
super. Zijn mollige handjes
het stuur, de bolle kuitjen
en neer en zo nu en dan jliij
tend het „uche uche" van i
der Abraham.
Ed Merckx daarentegen, i
hing als een zak op zijn Jil
me. Hij zweette als een das i
draaide met zand in de set
nieren. Willy gaf hem om{
10 km. een gifgroene pil i
een slokje VSOP. Hij trolij
duwde hem over elke
hoop heen en vond toch
tijd te zwaaien naar de du
nen uit de taveernen van i
relbeke, die bekend staan i
hun krachtige familiezin, i
nauwelijks verhulde uitdaji
de vormen en om de fcnoj
wijze waarop ze naar eeuv,
oude recepten het wild ko
met bier, groene peper
krenten weten te bereidetij
een liefdesprijs die niet allj
de tong streelt.
rEGEN het einde »aiil|
wedstrijd te HarelMl
schonk Ed Merckx rl
trouwe slaaf Willy in 't V»[
als loon voor werken een
poraire vrijheid. „Ge gaat i
eigen kans en ik geef u wij
benedictie", sprak Ed Merci
met klapperend bonenpeblt
Willy in 't Ven groette
meester en nam de knits
Wie won? Ge hebt het
geraden. Willy in 't Ven
met het gemak van de
ren klimmer over de Hop
berg, de Kwaremont, het
senhol, de Kluis en het Krsl
heengewipt was, ziet in Iffl
zicht van de aankomst !ra
uier verkrampte metgezellff
als het ware ter plaatse Ml
Willy schoot weg, zette ine
kwam op snelheid, nam Ml
en plaatste met de urjjMl
onder de arm een jormidoWl
eindspurt. De zege was W<i
nen. Hij keek in het rontl
ontdekte zijn vrouwtje "I
kuste haar alsof ze net _w'|
een uen tras opgehaald en
adem nodig had.
Maar dat nog tot daw *1
daar aan toe. Weet u wat "I
intussen denk? Ik denk Ml
enkele knechten en vrijwel i!-|
le meesterknechten net *1
goed kampioenen konden ztjnl
Een kampioen of campionisS'l
mo dient zich aan, wordt (fl
kozen of door het lot aatijl'l
wezen en rond zo'n kamrn
oen verzamelen zich dan
aantal knechten. Vaak zS"|
enkele knechten beter dan
hun eigen campionissimo, "I
maar dat laten ze zich nlfll
aangaan want in die caW'l
pionissimo is teveel geld f'[
investeerd dan dat dat ovfj
de balk gesmeten kan woriM
Het is net als met zan0f'!l
en zangeresjes. Een platenfi'ï
ma pikt er eentje uit en Mj|
wordt ook en vooral als
zij niet zingen kan een bt-l
roemdheid waaraan 9C'®|
Wordt verdiend. Daar helpl|
geen moedertje lief aan.
ZO is het ook met jk'fl
kampioenen. Het is
knechten zonder
zonderlijk verlof verbod&l
harder te fietsen dan de kaw\
pioen die dus almaar wint e»
almaar meer roemt verwerft!
Als Ed Merckx morgen W
de dag een pizzeria begint
het wiel aan de wilg hangt
neemt Willy in 't Ven het
woon van hem over. Die wis'
dan de Giro en de Tour, daan
na de ronde van Vlaanderen
en pak weg ook nog de Waal
se Pijl. Die pikt dan in Mexn
co het uurrecord en geeft rin
gend jaar te Harelbeke
meesterknecht de vrijheid
ook eens te winnen.
MMZ-bedrijfsla
alleen aan dei
Bij verschillende toonza
len in België krijgen Ne
derlanders 10 pet korting.
En men is er ook niet te be
roerd om, als er eenmaal
gekocht is, de reiskosten
te vergoeden. Natuurlijk
krijgt de klant zijn nieuwe
spullen franco thuisbezorgd
en mocht de invoer van de
meubels aan de grens toch
nog te duur uitpakken, dan
weet de Belgische hande
laar ook daar wel iets op te
vinden.
Dezelfde soort klanten
service vindt men ook in de
Duitse grensplaatsen, waar
de groothandel zonder scru
pules tegen inkoopprijs
rechtstreeks verkoopt aan
particulieren. Dat levert de
klant zo'n 10 tot 15 pet
voordeel op.
In de Nederlandse woningin
richtingsbranche wordt per jaar
Plm. 3 miljard omgezet. Op
dat bedrag stelt deze grenshan-
del natuurlijk weinig voor.
„Vooral van onze leden in
Noord-Brabant ontvangen wij
vaak klachten over de verkoop
methoden in België", zegt het
Centraal Bureau Woninginrich-
«ngs- en Meubileringsbedrijven
(waarbij 2000 detaillisten zijn
aangesloten) in Bilthoven. De
Ruitse grensconcurrentie noemt
men niet zo ernstig. België heeft
een afwijkende winkelsluitings
wet, waardoor de zaken ook op
zondag geopend zijn. Het bureau
2L, Bilthoven vindt, dat deze
bbG-lacune ongedaan gemaakt
moet worden.
Bij Meubeltoonzalen „Sfeer"
m Breda (met vestigingen in
«oosendaal, Bergen op Zoom en
™en-Leur) zegt meu; „Veel
I mensen vinden het aantrekke-
JOk, dat ze 's zondags in België
terecht kunnen. Om het prijs
voordeel hoeven ze het niet te
'eoen, want België is heus niet
eel goedkoper. Maar je hebt
aar wél kolossale toonzalen,
,ous het assortiment is groter.
Bp, advertentiecampagne vanuit
Iha is nu ongeveer 'n jaar
eziS- Wij kunnen het voelen".
Woninginrichting Piet Klerx
Maastricht: „Hier valt het best
™ee. Wij geloven, dat de Lim-
m-gse smaak niet past bij wat
gie aan te bieden heeft, maar
troï zware eiken goed is erg in
Li, Dat zii °P zondag niet
IdM te sluiten, is voor de Ne-
'landse winkeliers een groot
nadeel". Klerx had de indruk,
2.n Limburg de zuigkracht
i. duit Duitsland veel groter is.
IbiM uuderzoek in het grensge-
etl bq Aken bevestigt dat.
Ib»w? firma als „Möbel Goeb-
ItJ? te Alsdorf is met 3 tot 4
L„urlandse Wanten per week
Lj?,"eel bescheiden. Niettemin
I, mt men regelmatig op Neder-
w
land,
'n een straal van 80 kilo-
de Hollanders
IT1P+ "-vu o LI i
Ihio k Waarom ae noiia
bu't n komen? Voor het oud-
L'st en het hypermoderne, dat
4qo/ 'aldus de chef) hier wel
th„- goe<lkoper kan krijgen dan
ll" Dan niaakt 16% BTW aan
j^MuBerlandse grens niet veel
r uit. Topfirma ln deze meu-