RUHLING:
„RIJK KAN
IK ER
NIET MEE
WORDEN"
Die ouwe man
was Wim Snoek
JEN GOEIE
BOKSER
BEREIKT
NIETS
ZONDER
GOEIE
MANAGER"
of: hoe de
Erkenning
Onderwereld
Overbluffen
Veel harder
Macht
„MACK: HET
IS STEM
VAN GOD, IK
WIN - EN HIJ
WON NOG OOK"
I
Opnieu
Amerik'
Fascinerem
sport
5
Maandag 26 maart 1973
Henk Ruhling, 52 jaar, gieboren in Amsterdam en sinds
hü 27 jaar geleden het beroep van autoverkoper verruilde
voor de onzekere job van boksmanager wonend in Zand-
voort, is de man die voor een groot deel verantwoordelijk
is voor de opmars van de Nederlandse beroepsbokssport.
Doordat hij tot de internationale clan van managers be
hoort, kwam Jan Lubbers in aanmerking voor een Euro
pees titelgevecht met de Brit Chris Finnegan, werd Rudi
Lubbers als uitdager van de Europese kampioen Joe Bug-
ner aangewezen en kreeg Rudi Lubbers als klap op de
vuurpijl een gevecht met de voormalige wereldkampioen
Cassius Clay, dat op 14 juli in Djakarta plaats zal vinden.
Met deze gewiekste, bereisde zakenman had onze sport
redacteur Hein Groothuis een langdurig gesprek, dat hij
hieronder weergeeft.
Herik. Ruhling (crp deze foto op het Zandvoortse strand): „Ik heb vijftien jaar moeten vechten om er tussen te komen. Je moet
eerst wat gepresteerd hebben, anders word je niet geaccepteerd".
(Van onze sportredactie)
ZANDVOORT Henk Ruhling, de enige Nederlander, die een vinger in de pap heeft
in de professionele bokswereld, is dankzij de Tweede Wereldoorlog met de pugilistiek in
aanraking gekomen. Ruhling: „Voor de oorlog moest je lid van de NBB zjjn om wed
strijden te kunnen zien. Toen de Duitsers kwamen, veranderde dat". Nadat hij eenmaal
een boksgala had bijgewoond, was Ruhling zo enthousiast, dat hij zelf ging boksen.
„Niet lang", aldus Ruhlingt. „Slechts twee jaar, waarvan dan ook nog een jaar van alleen
maar trainen. Daarna werd het boksen al weer verboden. Het boksen was trouwens
praktisch niet mogelijk, want de ondervoeding was veel te groot".
niet geaccepteerde manager er
nooit in zijn bokser op de
ranglijst te krijgen. Rudi Lub
bers had waarschijnlijk nooit
een gevecht tegen Clay gehad
als ik niet achter hem had
gestaan. De Lubbersen waar
deren het ook ontzettend wat
ik voor hen gedaan heb. Zij
hebben de helft er aan gedaan
en ik".
Het boksen liet Henk Ruh
ling echter niet meer los. Hij
was in de greep van de ring
gekomen. En nadat de Duit
sers waren verdreven, nam hij
het besluit te proberen met
het boksen de kost te verdie
nen. Ruhling: „Ik vroeg een
promotorlicentie aan. Ik dacht
dat ik goud zou verdienen.
Maar ik verloor alleen maar.
Later benk overgeschakeld naar
manager en matchmaker. Daar
mee loop je minder risico. Je
weet tevoren wat je verdiend.
Kijk, het is geen kunst in eigen
land iets te doen. Maar je kunt
er niet van draaien en je bete
kent internationaal helemaal
niets".
Wie het in ieder geval niet
voor het zeggen hebben zijn
de boksers, de mensen waar in
feite alles om draait.
Ruhling stelt het zelfs zo:
„Een goeie bokser zal het
nooit ver brengen als hij geen
goede manager heeft, net zoals
een manager niks bereikt als
zijn boksers niets presteren.
Een slechte manager krijgt
een goede bokser nooit hoog.
Kijk, je moet een bokser op
bouwen, steeds de juiste te
genstanders uitzoeken, zodat
hij een goede recordlij st
krijgt. Een slechte manager
lukt dat niet. Want die krijgt
nooit de juiste tegenstanders.
En als er te sterke tegenstan
ders komen is zijn bokser ka
pot, want dan is het record
weg. Bovendien slaagt een
bezoekt en ook vaak door de
week nog op pad is, echter
niet meer bij. „Die tijd is voor
bij. Het is inderdaad wel ge
beurd".
Frankie Carbo kon destijds
met wedden veel doen. Maar
die zit nu levenslang, evenals
Eddy Gogo en Blinky Paler
mo. Ik heb die periode zelf
nog meegemaakt. Ik ging een
'keer met Snoek naar Amerika
en toen zei Weil, de grootste
matchmaker, die onder meer
Rocky Marciano had, tegen
me: „Henk, maak je geen zor
gen. Je hebt alle bescherming
die je nodig hebt". Ik herinner
me uit die tijd ook nog dat
Jordan in het Hollywood Sta
dium moest boksen voor het
Manipuleren met boksers,
zoals vroeger in de Verenigde
Staten gebeurde, toen de on
derwereld de touwtjes in han
den had, is er volgens Ruh
ling, die bijna elk weekend
wedstrijdjes in het buitenland
wereldkampioenschap. Hij
werd door gangsters opgebeld,
die een aandeel in zijn con
tract eisten. Jordan weigerde.
De gangsters zeiden dat ze
hem nog een keer zouden op
bellen. Dat deden ze ook. Jor
dan zei weer nee en toen ver
telden ze dat ze hem binnen
drie maanden met een ijzeren
staaf helemaal in elkaar zou
den slaan. Jordan kreeg poli
tiebescherming van de deur
van zijn bungalow tot zijn
kantoor en terug. Hij werd in
zijn eigen garage in elkaar
getimmerd. Hij heeft er een
maand voor in het ziekenhuis
gelegen. Kijk, tien jaar ge
leden waren die toestanden
mogelijk, doordat er slappe fi
guren in de commissies zaten.
Nu komt dat niet meer
voor".
Maar dat neemt niet weg
dat het er in de Verenigde
Staten toch nog steeds heel
anders toegaat dan in Europa.
.,Daar gebeuren wel heel gek
ke dingen. Toen die Indone
siërs bijvoorbeeld in Amerika
waren om het gevecht tussen
Clay en Lubbers te regelen,
probeerden de Amerikanen
hen te overbluffen. De Ameri
kanen zwaaiden met een tele
gram ze lieten het natuur
lijk niet zien en zeiden dat
Ruhling Lubbers uit handen
had gegeven voor het gevecht
met Clay. Ze vroegen de Indo
nesiërs naar een vergadering
te komen om de contracten te
tekenen. Ik bewonder de za
kelijkheid van de Indonesiërs,
want ze zijn niet eens naar
die meeting toegegaan",
De instelling van de Ameri
kaanse managers is volgens
Ruhling ook heel anders dan
die van de Europeaan. „Ze
zijn over het algemeen veel
harder dan wij. In Amerika
bestaat het niet dat een bokser
honderd dollar krijgt, omdat
hij een goede partij heeft ge
maakt. Maar ze kunnen daar
ook veel harder zijn, omdat ze
veel meer boksers hebben. Als
een bokser vervelend is, vliegt
hij er uit".
Ruhling, die in de Europese
Henk Ruhling heeft zich
met vallen en opstaan een gro
te reputatie opgebouwd. Het
heeft jaren geduurd voor hij de
erkenning van zijn reeds ge
settelde vakbroeders kreeg.
Ruhling: „Er gaan jaren
overheen. Voor mij is het vijf
tien jaar vechten geweest om
er tussen te komen. Er is nu
eenmaal een bepaald monopo
lie. Wil je in de clan komen
dan moet je iets gepresteerd
hebben. Anders word je niet
geaccepteerd en weigeren ze
zaken met je te doen. Ik heb
zoveel mensen zien komen en
gaan. Er blijft meestal niets
van over. Het is een kwestie
van volhouden, er feeling voor
hebben".
Bij wie nu de macht berust
in de beroepsbokswereld
bij de promotors of managers
is volgens Ruhling, die
tachtig procent van de Duitse
markt in handen heeft, die
contracten heeft met boksers
in bijna eik werelddeel en die
een compleet netwerk van
agenten tot zijn beschikking
heeft, niet te zeggen.
„Het is", zegt hij, een kwes
tie van vraag en aanbod. Heeft
een promotor bijvoorbeeld be
schikking over managers en
boksers dan is de promotor de
baas. Is er echter veel compe
titie tussen promotors in een
land, dan staat de manager
veel sterker. Er is echter ui
teraard een goed samenspel
noodzakelijk. Een manager is
er namelijk niet mee gebaat
dat een promotor verliest. Als
een promotor een flinke klap
te incasseren krijgt, zoekt hij
een andere business op. Alleen
als hij verdiend gaat hij door.
Als er geen promotors zijn,
zijn er ook geen managers en
boksers".
(Van onze sportredatie)
ZANDVOORT De beste
tijd van zijn leven zegt Henk
Ruhling gehad te hebben in
Zuid-Amerika, waar hij in
1957 tien maanden woonde
in verband met een trip die
Wim Snoek maakte en waar
hij in 1958 weer was met
Sugar Boy Nando. „Het was
een verschrikkelijk leuke
tijd", aldus Ruhling. „Verle
den jaar ben ik er nog terug
geweest (er boksen vrij re
gelmatig Europese jongens in
Brazilië). Ik was een week
in Brazilië en hoewel het
oorlogstoestand was in Uru
guay met de Tupumaros be
sloot ik toch even naar Mon
tevideo door te vliegen, om
dat ik daar had gewoond en
het zo naar m'n zin had ge
had. Nou, ife heb er de oorlog
meegemaakt. Op een zater
dag em half twee liep ik in
de grootste straat van Monte
video. Plotseling kwamen er
uit drie auto's twaalf gewa
pende mannen met machine
pistolen. Alle mensen die op
straat waren, werden een bi
oscoop ingedreven. Ik dacht
even: waar ben ik aan be
gonnen? Maar het liep geluk
kig goed af".
Ruhling liet Wim Snoek in
Zuid-Amerika een bom dui
ten verdienen, hoewel de
Nederlander, die de toen
malige Europese kampioen
Ingmar Johansson eens
knock out sloeg, maar die
niet tot winnaar werd ver
klaard, omdat de scheidsrech
ter het vertikte verder dan
negen te tellen (Ruhling:
„Het grootste bedrog dat ik
in mijn carrière heb meege
maakt), al over het hoogte
punt van zijn carrière heen
was. Ruhling: „Snoek had
zijn beste jaren al achter de
rug, maar hij is met 100.000
gulden teruggekomen. In een
jaar tijd bokste hij twaalf
wedstrijden in Zuid-Ameri
ka. We hadden in Montevi
deo vijf wedstrijden gehad,
waarin Wim onder meer een
onbeslist bereikte met de
Zuidamerikaanse kampioen
Dogomar Martinez en de
Braziliaanse kampioen door
knock out versloeg. Er waren
daar toen geen tegenstanders
m:er en Wim zei: „Fijn, vol
gende week loop ik weer in
de Kalverstraat". Maar dat
ging niet door. Ik had Wim
uit laten schrijven in Neder
land. Ik dacht: „Je weet
nooit waar het goed voor is.
Later had ik bij de Neder
landse ambassade geïnfor
meerd hoe het met de belas
ting zat. Daar werd me ver
teld dat Wim vijftig procent
van zijn verdiensten moest
afdragen als hij direct terug
zou gaan. Ik zei dus tegen
Wim: blijf in Zuid-Amerika.
Je hebt hier een goed leven
en Je bent nog geen twintig
procent kwijt van wat je
anders aan belasting moet
betalen. Wims blijdschap
was ineens over, maar hij
bleef wel nadat ik hem wed
strijden gegarandeerd had op
Aruba. Met Wim en zijn
vrouw, een Amsterdamse die
hij had laten overkomen en
met wie hij in Montevideo
trouv. de, vertrokken we in
juli of augustus naar Aruba.
Boven Aruba zei Wim tegen
me: „Henk je hebt me wel
wat klaar gemaakt. Daar wo
nen helemaal geen mensen.
Dat is inderdaad het eerste
idee, want je ziet bijna al
leen maar krijtrotsen, maar
er wonen toch altijd nog
50.000 mensen. Wim bokste
zowel op Aruba als op Cura
cao twee partijen. En daar
heeft hij flink wat dollars
mee verdiend.
Ik had daar ook een mooie
zaak bij de hand. De promo
tor van een van die wedstrij
den Joppe heette hij
deed me een ongewoon voor
stel. Hij zei: „Henk je krijgt
een percentage van de in
komsten". Ik dacht: hij pro
beert me te naaien, want dat
is niet te controleren. Maar
ik ging er toch mee akkoord.
Ik schakelde een accoun
tantskantoor in. Bij elke in
gang van het Rifstadion
werd een employé van dat
kantoor geposteerd. Die men
sen hadden houten bakken
bij zich en zij gooiden daar
een helft van alle tickets in.
Die Joppe schrok zich rot. Ik
heb een neger nog nooit zo
zien verbleken. Hij werd he
lemaal wit. Hij keek naar de
inhoud van de bakken en
zei: „Dat kan niet. Zoveel
mensen waren er niet. Ik
denk er niet over om je zo
veel te betalen". Ik ant
woordde: „Als ik jou was
zou ik er maar wel aan den
ken, want anders kun je
straks niet w-grijden. Hij:
„Oh nee?". Nee, zei ik, want
als je niet betaalt is je wa
gen van mij. Dezelfde avond
nog had ik de totale gage
van Wim Snoek. Joppe zei:
„Ik doe nooit meer zaken
met je", maar dat is toch
niet gebeurd.
Na die wedstrijden ging
ik een paar weken naar huis,
maar ik kon het er niet meer
harden. Ik nam een ticket
terug naar Aruba. Wim zat
daar nog steeds. Hij had zijn
vrouw teruggestuurd naar
Nederland, omdat die ontzet
tend veel heimwee had.
Maar Wim zelf teerde ook
helemaal in de put. Ik kreeg
Aruba aankwam, ging ik
naar het hotel, waar Wim
woonde. Ik liep voorbij een
oud mannetje en vroeg bij
de receptie waar Wim was.
Toen bleek dat Wim dat ou
we mannetje was. Hij zat
helemaal ln de pjt. Ik kreeg
al snel een partij voor hem
tegen Sugar Boy Nando en
hoewel hij praktisch niet ge
traind had, bokste Wim een
fantastische wedstrijd. Door
dat gevecht kreeg ik Nando
die winnaar werd, ook onder
contract.
Wim, met wie ik ook nog
in Afrika ben geweest een
bakkermiljonair, die elke
dag vijftig vrachtwagens met
stokbroden de jungle In
stuurde, organiseerde daar
wedstrijden en met ons ver
diende hij voor de eerste
keer geld, omdat ik zo'n re
clame voor hem in de kran
ten had gemaakt is eigen
lijk twintig jaar te vroeg ge
boren. Als hij nu 24, 25 was
geweest, was hij onbetwist
Europees kampioen gewor
den. Hij was een enorm
goeie bokser, maar wel een
tje die je in het buitenland
moest hebben. Hij luisterde
ontzettend goed. Hij ving he
lemaal op mij af. Als ik
tegen hem gezegd zou heb
ben dat hij hinkelend de
deur uit moest gaan, zou hij
het gedaan hebben. Hij had
ln Zuid-Amerika ook een
enorm goeie trainer. Ze
schreven daar dat wij het
beste team waren dat ze ooit
gehad hadden".
bokswereld jarenlang een ver
guisde figuur was hij werd
in 1953 voor het leven ge
schorst door de NBB, omdat
hij een buitenstaander een
wedstrijd mee had laten fi
nancieren, de schorsing werd
in 1960 tijdens een algemene
ledenvergadering van de NBB
opgeheven. Bovendien werd
hij in 1965 voor het leven
geschorst door de Europese
Boks Unie, wat door de rech
ter ongedaan werd gemaakt
zegt niet gefortuneerd te zijn
geworden met zijn avontuur
lijke werk.
„Het is onmogelijk voor mij
om er rijk van te worden. Ik
heb een goed leven en zie een
gedeelte van de wereld. Dat
kunnen ze me niet meer afne
men. Ik verdien zoveel als een
topfunctionaris in het bedrijfs
leven. Maar rijk, nee. Je moet
niet vergeten dat ik ontzettend
hoge onkosten heb. Het reizen
is duur, ik moet mijn agenten
betalen en heb ongelooflijke
telefoonrekeningen. Wat ik
kwijt ben aan de telefoon,
daar kan een arbeider goed
van leven. Het is zo dat als ik
minder dan 120.000 gulden in
casseer ik verlies. Ik moet elk
jaar drie a vier Europese kam
pioenschappen hebben om een
goed jaar te hebben. De per
centages liggen nu hier een
maal zo hoog. Dat varieert
tussen de vijf en tien pro
cent.
In Amerika kunnen ze er
wel rijk van worden. Daar is
eenderde deel voor de mana
ger gebruikelijk en daar gaat
het zelfs tot vijftig procent.
Dan moet de bokser vaak nog
z'n trainingskosten zelf beta
len ook. En de eerste de beste
manager die in Amerika een
goeie blanke zwaargewicht in
handen krijgt, wordt schatrijk,
want dat is alles. Daar zitten
ze gewoon op te wachten".
(Van onze sportredactie)
ZANDVOORT
Henk Ruhling beschouwt
Fighting Mack, de oud-
Europees kampioen in
het weltergewicht, die 2
april in Rotterdam zijn
rentree maakt in een
Nederlandse ring, de las
tigste bokser, die hij
ooit onder contract heeft
gehad. Ruhling: „Er zijn
weinig boksers die mak
kelijk zijn, maar Mack
was wel de lastigste. Hij
had veel geld kunnen
verdienen als hij serieus
geleefd had en met geld
had weten om te gaan.
Hij is altijd een grote
trekpleister geweest.
Wie Mack op het pro
gramma had, zat altijd
goed. Mack is echter een
rare vogel. Hij haalde
altijd gekke streken uit.
Maar je kon ook ontzet
tend met hem lachen.
Toen Mack voor de Eu
ropese titel uit moest
komen tegen Bossi, za
ten we in een hotel in
Lignano, een. plaatsje
tussen Triest en Venetië.
Een dag voor het ge
vecht was er een vrese
lijk onweer. Wij stonden
voor het raam. Ineens
kwam de bliksem naar
beneden. „Dat is de
stem van God", sprak
Mack. „Ik ga winnen".
En hij won nog ook.
Als je Macks record-
lijst bekijkt, blijkt dat
hij van heel goeie jon
gens gewonnen heeft,
terwijl hij van veel min
dere tegenstanders ver
loor. Het hing bij hem
zuiver Van zijn stem
ming af. Hij maakte een
grote fout toen hij Euro
pees kampioen was ge
worden. Hij dacht dat
hij niet meer hoefde te
boksen en dat het geld
vanzelf wel binnen zou
komen. Hij wilde in die
tijd ook een huis laten
bouwen. Hij zei me: ',Ik
maak alles spiegel, de
wanden, het plafond en
de vloer". Ik vroeg
waarom hij dat wilde.
„Dan zie ik overal waar
ik kijk, Mack, zei hij.
Mack is heel godsdien
stig. Vroeger had hij
veel angst voor de fra
ters, omdat er op de ka
tholieke school veel ran
sel werd gegeven. Toen
hij Europees kampioen
was, ging hij terug naar
Curasao om de fraters te
laten zien dat hij ook
wat betekende. Daarvoor
ging hij met een pij aan
en een witte boord aan
naar die school.
Maar het was niet al
leen lachen. Op een keer
kwam hij bij de weging
binnen met een schoenle
pel aan een rotantak in
de hand. Zes zwarte jon
gens kwamen achter
hem aan. Hij leek net
een onderkoning uit Af
rika. Hij kwam op me af
en zei dat ik eerst moest
zeggen wat ik van zijn
schulden af zou houden.
Ik dacht: als ik zeg wat
ik afhou, gaat ie hele
maal de ring niet in. Ik
zei dus niks. ,.IIou er
dan maar rekening mee
dat ik niet kom", zei
Mack en hij ging weg.
Het was in de oude RAI.
Piet Termeulen was he
lemaal in paniek. Hij
smeekte me: „Henk ga
in godsnaam naar buiten
om hem te halen".
Maar ik dacht als ik dat
doe ben ik verloren.
Mack zou voor de pauze
boksen. We moesten het
programma omgooien.
Om kwart voor negen
kwam Mack binnen.
Heel rustig. Hij sprak
niet over gages en liet
me zijn handen doen.
In Los Angeles haalde
hij ook een keer een
stunt uit. Hij moest
volkomen ongetraind
boksen tegen José Napo-
les. Op de dag van de
wedstrijd was Mack
weg. Ze konden hem
nergens vinden. De hele
politiemacht van Los
Angeles was op zoek
naar hem. Tegen de
avond kwam hij weer
boven water. Het bleek
dat hij 's morgens naar
de bioscoop was gegaan.
Daar was dag en nacht
een doorlopende voor
stelling. Mack was er de
hele dag blijven zitten.
Het is een merkwaar
dige jongen. Ik hoop dat
hij nu hij wat ouder is
wat verstandiger is ge
worden. Ik wil hem in
ieder geval nog een kans
geven".
Begrijpelijk, want
Mack, die eind 1971 te
rugging naar de Antillen
en wiens vrouw en kin
deren nog steeds in
Zandvoort wonen, staat
nog flink bij Ruhling in
het krijt.
UIL
J „Uilen" heet het boek. In
te uilenboek" geworden. J
zich verlustigen aan de I
Gillmor of op plezierige
dr. John Sparks en Tony,
bijeengaarden.
Dat mensen van het v|
ornithologen, biologen, erg
zijn met dit boek is duideli
maar dat ook de gcïnteresse
de leek door dit boek gefa
neerd raakt is voor mij
grootste verdienste van de
menstellers. Want wat wet^
we nu eigenlijk van uilen?
waarom worden die beest
toch zo vaak in films en b(
ken ten tonele gevoerd?
Uilen zijn nachtdieren,
thans de meeste ervan. Uili
slapen overdag diep weggedi
ken op hun „roest" en zi;
zodoende voor ons onzichtbaa
We horen er wel eens ec
roepen en een doodenkel
keer scheert er in het bijn
donker een uil vlak boven
hoofd. Je schrikt, duikt ineei
kijkt op en weg is de geheirr
zinnige schaduw. We hebbe
massa's uitdrukkingen, spreek
woorden en verhalen over ui
len, maar je ziet ze zelden e:
zeker niet in actie.
Wie tot zich door laat drinl
gen wat het moet zijn om vaij
zo'n geheimzinnig wezen zi
veel informatie los te peutere:
Heeft Chris Lindemans,
King Kong in het verzet tij
dens de oorlogsjaren, werke
lijk op grond van persoonlijke
motieven verraden dat de ge
allieerden bij Arnhem in 1944
een grote luchtlandingsopera
tie zouden uitvoeren? En wa
ren de Duitsers daarom voor
bereid; onder andere, een tank
afdeling gestationeerd op de
Veluwe? Dat is eigenlijk de
kern van de zaak King Kong.
Een mak die nimmer is opge
helderd en die er door wat er
over is gepubliceerd in de
verslagen van de parlementai
re enquêtecommissie niet hel
derder op is geworden- W. F.
Hermans heeft over die affai
re een alleszins leeswaardig
spel geschreven. In opdracht
van de gemeente Amsterdam,
in 1968.
Aan de hand van het ver- 1
slag van de enquêtecommissie.
Veelal gebruikte hij er de let
terlijke teksten voor. Het is
een boeiend stuk werk dat aan
het denken zet en dat de vin
ger legt op heel wat zaken die
ui deze kwestie onbeantwoord
(Van onze kunstredactie).
Dit jaar viert de Ameri
kaanse filmmaatschappij War
ner Brothers haar 50-jarig ju
bileum. In 1923 vond de op
richting plaats. Naar aanlei
ding van deze mijlpaal ver
klaarde Ted Ashley (chairman
°f the board): „De gebroeders
Darner waren pioniers die de
mogelijkheid zagen om het
medium film naar het grote
Publiek te brengen. Vijftien
jaar lang zochten zij naar al
lerlei wegen om tot dat doel
te komen.
Toen in '23 dus ont
stond Warner Bros. Pictures,
inc. De maatschappij streefde
ernaar de nieuwste cinemato
grafische ontwikkelingen toe
•6 Passen. Het was dan ook
Warner Bros, die als eerste de
„sprekende film" op de markt
oracht. Warner Bros. Pictures,
inc. werd op 4 april 1923 in
Delaware opgericht. De War-
ïQoo oers waren reeds van
af bij het filmwezen be-
riivi n Sew.eesb middels een
ickelodeon in een verbouwde
Pao 'n stad New Castle,
hi- j waren zij betrokken
„1 filmdistributie naar de
len e" het middenwea-
!n 1917 produceerden zij
nun eerste succesfilm, „My
Vears in Germany" en
IvS Sn zi.i een studio in Hol-
od. De eerste president