LUIS OCANA LIJKT
VOOR HET ONGELUK
GEBOREN TE ZIJN
De vedetten
van de weg
Spanjaard
neemt
veel risico
eens zal het geluk
'aan mijn zijde zijn
mof jij
Rome in
frag
menten
sport
1mmmui ■■inmi
Cultus
Tegenspeler
Puur Frans
Noodlot
Kneuzingen
Grote offers I Angela
Maandag 12 februari 1973
Vrijdag 9 februari 1973
Luis Ocana is een grote. Hij wordt nog steeds
beschouwd als een van de weinig echte rivalen
van Eddy Merckx. Maar de weg naar succes is
tot nu toe een lijdensweg voor de in het Franse
plaatsje Bretagne-de-Marsen wonende Spanjaard.
Pech heeft ervoor gezorgd dat Ocana nog niet de
roem heeft behaald, die van hem verwacht werd. In
1971 leek daar een eind aan te komen, maar met
de Tour-zege in zicht, maakte hij opnieuw een
zware val, die hem tot opgeven noopte. Volgens
velen tart Ocana het noodlot. „Hij neemt teveel
risico", zeggen die.
BRETAGNE-DE-MARSAN De image en de populari
teit van Luis Ocana houden in feite geen gelijke tred met
zjjn „uitslagen". De Spanjaard is het levende voorbeeld
van hoe men een vedette kan zijn zonder een ellenlange
erelijst te bezitten.
Ocana is een uitstekend ron
derenner, zonder meer. En wa
re het niet dat hij op 12 juli
'71 tijdens een noodweer op de
Col de Mente in die verschrik
kelijke Pyreneeënrit naar Lu-
chon ten val was gekomen,
dan zou hij misschien de Tour
gewonnen hebben. Ware het
nietDeze woorden zijn
dikwijls op Ocana van toepas
sing. Luis lijkt soms voor het
ongeluk geboren. Hij neemt
van nature vrij veel risico's,
heeft een kwetsbare gezond
heid en de goden zijn niet al
tijd met hem. Ziedaar de oor
zaken voor zijn talrijke
„crashes" die wel haast spreek
woordelijk zijn geworden.
mislukking. Ocana eindigde als
37e in het algemeen klasse
ment. Niemand dacht toen dat
hij als etapperenner nog ooit
een belangrijke rol in het pelo
ton zou vervullen. In 1 '68
trouwde hij met Kerstmis met
Josiane, een Franïaise uit
Mont de Marsan. Dit huwelijk
heeft ertoe bijgedragen dat de
Franse sportpers hem als een
Fransman ging zien en dat
men zijn successen ging beju
belen als waren het Franse
successen.
Zijn werkelijke opgang
begon toch al in '69. Ocana
won in het voorjaar de Cata
laanse Week, hij won een etap
pe in de Ronde van het Bas-
Zelfs toen hij in '71 in Merlet-
te met groot vertoon van
macht de gele trui veroverde,
spraken insiders nog dezelfde
avondLet op, hij komt wel
weer iets tegen. Deze pessimis
ten zouden, dat weet men, ge
lijk krijgen. Achteraf valt het
te betwijfelen of Ocana door
het winnen van de Tour popu
lairder had kunnen worden
dan nu door die tragische val
partij. Achteraf is het even
eens onzeker of hij méér geld
verdiend zou hebben als hij in
de gele trui Parijs zou hebben
bereikt. Men kan in dit ver
band spreken van de meest lu
cratieve valpartij in de wieier-
geschiedenis.
Hoe vreemd het ook moge
klinken, maar de vedette Oca
na, de cultus rond zijn per
soon, is voor een groot deel te
danken aan de Franse pers en
aanEddy Merckx. De op
komst van Ocana viel in '69
samen met een ongelooflijk
dieptepunt in de Franse wie
lersport. Het moederland van
het fietsen had geen vedettes
meer. Jacques Anquetil hield
ermee op, Raymond Poulidor
was al 35 en Roger Pingeon
(winnaar van de Tour in '67
en de Vuelta in '69) werd ont
luisterd geschorst wegens ver
schillende doping-affaires.
Geen wonder dat de Franse
sportpers zich gretig stortte op
iedereen die ook maar de
schijn gaf van een kampioen
in zich te hebben. Zelfs al was
hij (zoals Ocana) slechts een
„halve" Fransman. Luis is im
mers Spanjaard, op 9 juni '45
geboren in Priego. Zijn vader
was er houthakker.
Luis was nog slechts 12 jaar
oud toen hij met zijn vader,
moeder, zusje Antaro (woont
tegenwoordig in Lourdes) en
zijn broer Antoine naar
Frankrijk verhuisde. Daar
werd de familie nog uitgebreid
met een meisje, Marie-France
en een jongen, Michael, i
Aanvankelijk woonden de O-
cana's als immigranten in
Magnane. Na twee jaar ver
huisden ze naar Houga in de
Landes. Als Spaanse arbeider
had je in Frankrijk ook niet
zoveel keus. Je kon in de mij
nen gaan werken of bij een
boer. Vader Ocana ging daar
om weer houthakken in een
bos. Luis werd timmerman.
Dat was al heel wat. Maar hij
zag daarin toch niet zijn toe
komst. Wielrennen werd zijn
passie. Aanvankelijk was Oca
na een onopvallende amateur.
Hij kon wel goed het tempo
van een peloton volgen, maar
het ontbrak hem aan sprint
snelheid en daardoor bleven
overwinningen vaak uit. Eerst
in '67 trad Luis op de voor
grond door de Grand Prix des
Nations, de befaamde tijdrit, te
winnen. Een seizoen later
werd hij beroepsrenner. '68
was voor Ocana een belangrijk
jaar. Zijn vader stierf en Luis
had daar veel verdriet van.
Als beroepsrenner boekte hij
zijn eerste successen. Hij werd
kampioen van Spanje op de
weg en won drie etappes in de
Ronde van Andalusié. De Ron
de van Italié werd. echter een
kenland, won ook de Midi Li
bre en eindigde als tweede in
de Ronde van Spanje achter
Roger Pingeon. Daarmee werd
hij de kopman van de Fagor-
ploeg in de Tour de France.
Na de start van de Ronde in
Roubaix bereikten de renners
in de zesde etappe de voet van
de Ballon d'Alsace in de Voge
zen, waar Eddy Merckx in een
moordend tempo zich van zijn
laatste concurrenten Galera,
Rudi Altig en Roger de Vlae-
minck ontdeed. Op de top van
de Ballon jubelden 30.000 men
sen om de zege van de nieuwe
Tour-vedette, maar vele minu
ten later zweeg de massa ont
zet toen er een groepje renners
van Fagor passeerde, met in
hun midden een door bloed
besmeurde en half-bewustelo-
ze Ocana. Hij was gevallen,
men had hem op z'n fiets ge
zet en de ploegmakkers had
den de ongelukkige Luis als
het ware de col opgetrokken.
Ze goten water over z'n hoofd,
twee duwden hem, een ander
trok hem aan zijn trui. Zo
bracht de ploeg Luis naar de
top van de Ballon d'Alsace, die
Ocana in coma bereikte. Men
droeg hem snel in een zuur
stoftent waar hij bloed en
vocht kreeg toegediend. Z'n
eerste Tour was voorbij, het
noodlot had voor de eerste
keer toegeslagen.
In '70 kwam Ocana goed terug.
Hij eindigde achter Eddy
Merckx als tweede in Parijs-
Nice, maar won de Ronde van
Spanje en de Dauphiné Libéré.
Daardoor was zijn naam als
etapperenner gemaakt en de
Franse pers stortte zich met
grote inzet op het creëren van
de nieuwe kampioen die de
grote tegenspeler van Eddy
Merckx in de Tour zou wor
den. Ocana, inmiddels kopman
van de Franse BIC-ploeg, werd
op alle mogelijke wijzen naar
voren geschoven. De Tour had
dringend een man naast
Merckx nodig. De Belg had de
laatste twee jaar zoveel en
met, zoveel overmacht gewon
nen, dat al bij voorbaat vast
stond dat niemand hem in de
Tour zou kunnen bedreigen.
En zoiets is niet goed voor de
commercie. Dus vond men in
de winnaar van de Ronde van
Spanje en de Dauphiné de ge
schikte figuur om het thema
van de rivaliteit, waarvoor
Anquetil en Poulidor jarenlang
als onderwerp hadden gediend,
weer op te pakken en er dit
maal Merckx-Ocana van te
maken. Het was een wanhopi
ge poging van de Tour-organi
sators om de realiteit van de
superman Merckx te ontvluch
ten. De Tour heeft immers
grote figuren nodig. Niet één,
maar meerderen. Het gaf in '69
immers al een verlammend ge
voel op kop van het peloton
telkens die ene man in z'n gele
tmi, Merekx, te hebben zien
rijden. Nu Ocana zo luide be
jubeld werd, kwamen ook de
commentaren los. De Span
jaard José Vidal, een bekende
soigneur, die Ocana goed kent,
zei„Luis kan 10 a 12 dagen
hard fietsen. Hij forceert ech
ter, want hij is een renner die
alleen op macht fietst. En
daardoor krijgt hij telkens in
zinkingen." Hoe dan ook, in
Limoges bij de start van de
Tour was Ocana een der favo
rieten. Hij verklaarde„Als ik
de eerste etappes door het
Noorden van Frankrijk en
door België goed doorkom, heb
ik tegen Merckx een kans."
Die eerste dagen in de Tour
kwam Ocana goed door. Hij
verloor 3% minuut op Merckx,
hetgeen niet te veel was. Maar
op weg naar het mooie toeris
tenplaatsje Divonne-les-Bains
ging Ocana tijdens de tiende
etappe door de knieën. Merckx
snelde 170 km lang met een
kopgroep die bestond uit' Zoe
temelk, Pintens, Tosello, Gal
dos, Dolman, Wagtmans,
Schleck, Van der Vleuten en
Gösta Pettersson door het Ju-
ra-gebergte. Ocana was er niet
bij. Hij was ziek, had darm
stoornissen en fietste krachte
loos in de achterste gelederen.
Het noodlot had ook in z'n
tweede Tour toegeslagen.
Bij een onderzoek door de
Tour-artsen bleek dat Ocana
een leveraandoening en lichte
bronchitis had en in feite zo
ziek was dat hij in bed thuis
hoorde, in plaats van in het
racezadel. Er stond echter te
veel op het spel en met lap
middelen werd Luis op de fiets
gehouden. Dagenlang zwalkte
hij als een dronkeman ver
achter het peloton, bijgestaan
door de trouwe Cliarly Gross-
kost. Langzaam maar zekere
kwam Ocana zijn inzinking te
boven. Hij kon het peloton
weer volgen en in de 17e etap
pe die op een zinderend war
me dag door de Haute Garon
ne verreden werd, demarreer
de Oeana 40 km voor het ein
de. Als een leeuw vocht hij
voor de ritzege. Het leek alsof
in zijn pedaaltred de teleur
stelling van de voorbije dagen
zich samenbalden. Het werd
een indrukwekkende solo. O-
cana zon immers op wraak. De
Spaanse sportpers, die het Luis
nooit vergeven heeft dat hij
bijna een Fransman is gewor
den, had gepubliceerd„Ocana
is een produkt van de Franse
pers, hij wordt veel groter ge
schreven dan hij is." Die dag
op weg naar St. Gaudens toon
de Luis inderdaad klasse te
hebben. Als een furie streed
hij alleen tegen het peloton en
bij aankomst had hij ïV-z mi
nuut voorsprong. Ook in de
laatste etappq, de tijdrit tussen
Versailles en Parijs, bewees
Ocana dat hij zonder zijn
ziekte een der voornaamste te
genstrevers van Merckx zou
zijn geweest. Hij eindigde in
die tijdrit, waarin Merckx niet
minder dan 46 :km en 520 me
ter per uur aflegde, als
tweede. Over het geheel geno
men was echter ook zijn
tweede Tour een grandioze
mislukking geworden. Zijn
31ste plaats in het eindklasse
ment was, in vergelijking met
de publiciteit die hij vooraf
gekregen had, een schande.
Een spreekwoord zegt Drie
maal is scheepsrecht. Dus be
gon Louis in '71 vol goede
moed aan een nieuw seizoen,
dat hij volledig afstempelde
op
De altijd goed gehumeurde Ocana heeft een populariteit, die geen gelijke tred houdt met zijn erelijst. „Hij forceert zich teveel,
waardoor hij inzinkingen krijgt", zegt verzorger Vidal.
grote versnelling en in andere
jaren gingen de rivalen - een
voor een ten onder in het
moordende tempo van de man
die over unieke atletische ver
mogen--, beschikt. Ditmaal was
het anders. Zoetemelk, Ocana,
Agostinho, Gösta Pettersson en
een paar anderen bleven lange
tijd bij Merckx, die vreselijk
leed onder de inspanningen.
Hij had kennelijk zijn dag niet
en de eerste die dat door had,
was Luis Ocana. Er waren
reeds demarrages van Theve-
net en Tamames onschadelijk
gemaakt, toen Ocana een paar
kilometer onder de top demar
reerde en zo van Merckx weg
reed. Het was een sensatie
van de eerste orde want dit
had men in de loopbaan van
Merckx nog niet meegemaakt.
Ocana behield tot de finish
een kleine voorsprong. Maar
belangrijker dan de luttele se
conden die hij in het klasse
ment had teruggewonnen, was
de morele zege die hij op
Merckx behaald had. Vanaf
dat moment geloofde Ocana
meer dan ooit in zichzelf. Hij
had gezien dat Merckx moei
lijk kloir en hijzelf voelde de
kracht in z'n benen. De tijd
was rijp om eindelijk waar te
maken hetgeen men al twee
jaar lang schreef. Luis was na
de Puy de Dome naar de derde
plaats in de rangschikking ge
klommen. Hij telde slechts 37
seconden achterstand op
Merckx, en één seconde op
Zoetemelk. Was dit geen schit
terende uitgangspositie De
dag na de Puy de Dome, in de
etappe van Clermont Ferrand
naar Saint Etienne, gebeurde
er niets. Maar in de rit van
Saint Etienne naar Grenoble
sloegen Zoetemelk en Ocana
weer toe. Merckx kreeg een
lekke band en slaagde er niet
meer in de kopgroep te achter
halen. Zoetemelk kreeg de ge
haald en het „gat" tussen de
kopgroep en het peloton werd
alsmaar groter.
Ocana reed als een furie. Hij
deed kilometerslang in z'n
eentje het zware werk en ten
slotte kon niemand meer de
leiding van hem overnemen.
Een voor een reed deze groot
se Ocana zijn concurrenten ge
woon uit het wiel.
Geheel alleen snelde Ocana
voort, de drukkende warmte,
waaronder Eddy Merckx dit
maal leed, was zijn bondge
noot. Achter hem had het pe
loton Zoetemelk, Pettersson en
Agostinho weer ingelopen en
op kop van die grote groep
reeds slechts één man, Eddy
Merckx. Het werd aldus een
regelrechte tweestrijd tussen
Ocana en Merckx. De uitslag
van deze krachtmeting kwam
op de 1820 meter hoog gelegen
finish aan het licht. Daar arri
veerde Ocana bijna 7 minuten
voor Van Impe en bijna 10 mi
nuten voor Eddy Merckx. Met
één slag had Ocana al z'n cri
tici het zwijgen opgelegd. Het
geen hij gepresteerd had was
fenomenaal.
Ocana kon eenvoudig deze
Tour niet meer verliezen.
Maar daar was nog het noodlot
dat de Spanjaard zo vaak had
achtervolgd. Na een rustdag
koerste de karavaan in een
lange afdaling naar de haven
stad Marseille. Daar pakte
Merckx,,iets van zijn achter
stand terug. Het mocht echter
geen naam hebben, want bij
he btegin van de Pyreneeënrit
naar Luchon had Ocana nog
altijd een grote voorsprong in
het klassement. Bovendien reed
men weer in zijn terrein, de
bergen en door een streek
waar tienduizenden Spaanse
was gekwetst en Ocana was
totaal versuft door de val.
In het ziekenhuis te Saint
Gaudens, waarheen Ocana ge
bracht was, troostte Josiane
hem zoveel mogelijk. Bij een
nader onderzoek door de art
sen bleek dat Luis geen breu
ken had opgelopen, maar wel
een ernstige shock, kneuzingen
aan borst en schouder en een
verdraaiing van een rugwer
vel. Huilend verklaarde Oca
na „Ik had deze Tour niet
kunnen verliezen, alle aanval
len van Merckx kon ik weer
staan."
Het zal wel altijd een vraag
blijven of Ocana dan wel
Merckx de ronde gewonnen,
zou hebben. Een feit is dat
Merckx in het laatste deel van
de Ronde weer beter begon te
rijden, maar de voorsprong
van Ocana was zo groot dat
het moeilijk valt aan te nemen
dat Merckx die nog had kun
nen wegwerken. Luis Ocana
herstelde en begon na de Tour
0 Luis Ocana met een van pijn
in de Tour van 1972.
vertrokken gezicht na zijn val
Maat het lag ditmaal toch een
beetje anders dan in '70. Oca-
na's kansen werden met iecs
meer reserve besproken. Het
was al twee jaar misgegaan
met de Spanjaard en misluk
kingen zitjn slecht te verkopen.
Terloops werd daarom ook
vermeid diat Merckx behalve
van Ocana wel eens last zou
kunnen onivervinden van de
Portugese spierbundel Joaquim
Agostinho, die ook al z'n hele
seizoen op de Tour had afge
stemd. De ronde vertrok in
Mulhouse, waarna de renners
het Schwarzwald binnenreden,
waar lastige cols beklommen
moesten worden. Daar bleek
dat Eddy Merckx niet meer
het overwicht op zijn concur
renten had, dat hij in z'n eerste
Tour van '69 aan de dag legde.
Hij pakte in die eerste dagen
wel de gele trui, maar zijn
macht in de bergen was min
der geworden. Dat bleek in de
eerste echte bergetappe met de
aankomst op de Puy de Dome.
Aan de voet van de col leidde
Merckx zoaïs gewoonlijk het
peloton. Hij reed met een vrij
le trui om zijn schouders. Oca
na volgde op één seconde.
De volgende dag stond de wie-
lerwereld op z'n kop. Tussen
Grenoble en Orcières-Merlette,
een ski-oord op de top van een
immense Alpencol, werd de
11e etappe verreden over een
geaccidenteerd parcours met
aan het eind de lange klim
naar de finislh. Op de eerste de
beste col ging de Portugees
Agostinho er vandaar. „Ga met
hem mee" schreeuwde Ocana's
ploegleider Maurice de Muer
de Spanjaard toe. Luis keek
eens naar Eddy Merckx en zag
dat hij moeizaam klom. Dit is
het moment, schoot het door
z'n hoofd, ik moet Merckx nu
geen rust gunnen, als ik hem
tijd geef om te herstellen
wordt hij weer de oude. En
Ocana demarreerde en zette
de achtervolging in op de Por
tugees, daarbij gevolgd door
Zoetemelk, Van Impe en Gösta
Pettersson, de best geplaatsten
in het algemeen klassement.
Alleen Eddy Merckx kon niet
mee. De slag was spoedig ge
vallen. Agostinho werd achter
supporters met ongeduld op
hem stonden te wachten.
Triomfantelijk staken de sup
porters de spandoeken met
„Leve Ocana" omhoog als een
auto van de Tour-karavaan
voorbijkwam. Onder een dui
velse stortbui, met bliksemflit
sen die de lucht opentrokken
en een vaal licht over de grim
mige Col de Mente wierpen,
stortten de renners zich in de
afdaling. Het wegdek was le
vensgevaarlijk. De stortregens
en hagelbuien hadden in het
aardedonker scherpe steentjes
losgespoeld en over het weg
dek gestrooid, de regen
stroomde over het asfalt en
maakte er een glijbaan van.
Met Eddy Merckx op kop snel
den de renners niettemin in
duizelingwekkende vaart naar
beneden. Ocana reed enige
tientallen meters achter
Merckx toen, in een bocht, het
ongeluk gebeurde. Daar sloeg
Luis tegen het wegdek en
bleef kermend van pijn liggen-
Een vluchtig onderzoek door
een der Tourartsen leerde dat
hij niet in staat was z'n weg
te vervolgen, een schouder
aan het innen van het smarte-
geld. Overal in Europa wilde
men de held zien die zo dap
per gestreden had, maar ten
slotte voor de derde achtereen
volgende keer in de Tour door
tegenslag geveld werd. Ocana
kwam trouwens in het najaar
nog uitstekend in vorm. Hij
won drie grote tijdritten, de
Grand Prix des Nations, de
Grand Prix van Lugano en de
Trofeo Baracchi met Morten-
sen-
In de wintermaanden werd
een nieuw plan de campagne
opgemaakt dat ertoe zou moe
ten leiden dat Ocana eindelijk
in '72 de Ronde van Frankrijk
zal gaan winnen. zijn „pro
gramma" werd weer volledig
op de Tour afgestemd, hij reed
bijna geen klassiekers en
spaarde zijn krachten voor de
ronde. Alleen in Parijs-Nice
kwam het even tot een nieuwe
krachtmeting tussen Merckx
en Ocana. Met Poulidor aan
hun zijde klommen ze in de 5e
etappe van Valence naar Ma-
nosque naar de top van een
bijzonder steile col, de Mont
d'Or. In de laatste meters loste
In zijn villa schildert Ocana
nu veel en 's avonds luister'
hij graag naar z'n grammo
foonplaten. Z'n liefde voor de
muziek is groot en hij heef
een uitgebreide discotheek,
van klassieke muziek tot pop-
Ocana heeft ook een levendig
belangstelling voor de wereld
problemen. Speciaal de noden
van de arme landen gaan hero
zeer ter harte. „In de weste
lijke wereld neemt men alk'
zo gemakkelijk op, zelfs in het
peloton merk je dit. De ren
ners zijn niet altijd bereid hard
te werken. Men moet echter in
het leven niet wachten totdat
de vruchten uit de hemel val
len. Ik ben altijd bereid ge
weest grote offers te brengen
en zal dit blijven doen. D®
fiets is immers het symbool
van mijn sociale vooruitgang-
Ik weet nog als de dag va"
gisteren hoe ik mijn eerste ra
cefiets verdiend heb. Ik was 1'
jaar oud en ging druiven pMf'
ken om het geld bijeen te krij
gen. 's Avonds was ik zo fff
dat ik bijna niet meer op 8"
benen kon staan, maar de 8®'
dachte aan de fiets die ik 20
krijgen, deed me snel de ver
moeidheid vergeten. Toen
de racefiets eenmaal had, he
ik in m'n eentje urenlang ove_
de wegen door de bossen g®t®'
den. Ik was blij en gelukkig
ben het nog, ondanks aUe
genslagen die ik tot dusver
gehad heb. Eens zal het gen
aan mijn zijde zijn en dan w
ik de Tour."
Merckx zijn rivalen. Ocana
sukkelde toen al met een ver
koudheid en heel het voorsei
zoen van '72 had Luis een
kwetsbare gezondheid. In vele
wedstrijden staakte hij dan
ook de strijd. Intussen is de
grote rivaliteit tussen Merckx
en Ocana in een sfeer van ani
mositeit veranderd. Na een ne
derlaag in de Ronde van Lom-
bardije '71, verklaarde Ocana:
„Merckx had het halve peloton
omgekocht, zo kan ik ook win
nen. „Eddy op zijn beurt deel
de mee dat de fatale valpartij
van Ocana in de Tour veroor
zaakt is omdat de Spanjaard
te licht materiaal gebruikt.
„Een te lichte fiets gaat bij ho
ge snelheden „zwabberen" en
wordt minder controleerbaar,"
zegt Merckx die niet begrijpt
waarom Ocana zo over hem
spreekt. Een feit is dat Merckx
nimmer zijn tegenstanders zal
afbreken. Maar Ocana heeft de
koude oorlog aangewakkerd en
de rivaliteit, door de Franse
sportpers twee jaar geleden
kunstmatig opgezet, bestaat nu
in werkelijkheid.
Het is altijd moeilijk in
recensie-termen weer te
geven waarom een be
paalde film goed, gewel
dig of zelfs een meester
werk is. Het is echter zel
den moeilijker geweest
dan in het geval van „Ro-
ma". Deze film is zonder
meer een meesterwerk
van de allerbovenste -
plank.
sei
191
on1
Fa
cht
mi
na|
j
SCI
„Roma" la (Je nieuwst© film
van Federico Fellini. Het is
zonder meer een meesterwerk,
zoals gezegd, maar het is ook
de meest fragmentarische film
die ooit is gemaakt. De film
neeft geen verhaal dat hier
weergegeven kan worden.
De omschrijving kan in een
zdi gebeuren: „Roma" is Felli-
s persoonlijke weergave van
zijn visie op de wereldstad
«ciue. Daarmee is alles, maar
schrijf 32-jarige Engelse
5?** Angela Carter is in
Dftnni -lgen 'and buitengewoon
*rziinaV°U 26 hier °0k
middeW Haar ln een s°ort
■Wddeleeuwen (na een atoom-
lends K^? te verstaan) spe
ken" ..Helden en schur-
schooni^Jarl, een ontroerende
haa-r hn m ast teder zet ze
woeste R°„ ^ersonen neer; de
de TTjt ,.ar03ren. de misvorm
en. djiWei^en en de Professo-
hebben ^»lls z^n en geweren
dat alle. sela Carter weet
sterfe vei^u00", te riigen in
'wtasie gen°uden creatieve
schuif6'3 Carter: Helden en
Amstei-rt' Meulenh°H Editie,
"'sterdamf 13,50.
Bart;
3 V;
Nede:
boek'
4 De
hart
vier".
Kim