LUIS OCANA LIJKT VOOR HET ONGELUK GEBOREN TE ZIJN De vedetten van de weg Spanjaard neemt veel risico eens zal het geluk 'aan mijn zijde zijn mof jij Rome in frag menten sport 1mmmui ■■inmi Cultus Tegenspeler Puur Frans Noodlot Kneuzingen Grote offers I Angela Maandag 12 februari 1973 Vrijdag 9 februari 1973 Luis Ocana is een grote. Hij wordt nog steeds beschouwd als een van de weinig echte rivalen van Eddy Merckx. Maar de weg naar succes is tot nu toe een lijdensweg voor de in het Franse plaatsje Bretagne-de-Marsen wonende Spanjaard. Pech heeft ervoor gezorgd dat Ocana nog niet de roem heeft behaald, die van hem verwacht werd. In 1971 leek daar een eind aan te komen, maar met de Tour-zege in zicht, maakte hij opnieuw een zware val, die hem tot opgeven noopte. Volgens velen tart Ocana het noodlot. „Hij neemt teveel risico", zeggen die. BRETAGNE-DE-MARSAN De image en de populari teit van Luis Ocana houden in feite geen gelijke tred met zjjn „uitslagen". De Spanjaard is het levende voorbeeld van hoe men een vedette kan zijn zonder een ellenlange erelijst te bezitten. Ocana is een uitstekend ron derenner, zonder meer. En wa re het niet dat hij op 12 juli '71 tijdens een noodweer op de Col de Mente in die verschrik kelijke Pyreneeënrit naar Lu- chon ten val was gekomen, dan zou hij misschien de Tour gewonnen hebben. Ware het nietDeze woorden zijn dikwijls op Ocana van toepas sing. Luis lijkt soms voor het ongeluk geboren. Hij neemt van nature vrij veel risico's, heeft een kwetsbare gezond heid en de goden zijn niet al tijd met hem. Ziedaar de oor zaken voor zijn talrijke „crashes" die wel haast spreek woordelijk zijn geworden. mislukking. Ocana eindigde als 37e in het algemeen klasse ment. Niemand dacht toen dat hij als etapperenner nog ooit een belangrijke rol in het pelo ton zou vervullen. In 1 '68 trouwde hij met Kerstmis met Josiane, een Franïaise uit Mont de Marsan. Dit huwelijk heeft ertoe bijgedragen dat de Franse sportpers hem als een Fransman ging zien en dat men zijn successen ging beju belen als waren het Franse successen. Zijn werkelijke opgang begon toch al in '69. Ocana won in het voorjaar de Cata laanse Week, hij won een etap pe in de Ronde van het Bas- Zelfs toen hij in '71 in Merlet- te met groot vertoon van macht de gele trui veroverde, spraken insiders nog dezelfde avondLet op, hij komt wel weer iets tegen. Deze pessimis ten zouden, dat weet men, ge lijk krijgen. Achteraf valt het te betwijfelen of Ocana door het winnen van de Tour popu lairder had kunnen worden dan nu door die tragische val partij. Achteraf is het even eens onzeker of hij méér geld verdiend zou hebben als hij in de gele trui Parijs zou hebben bereikt. Men kan in dit ver band spreken van de meest lu cratieve valpartij in de wieier- geschiedenis. Hoe vreemd het ook moge klinken, maar de vedette Oca na, de cultus rond zijn per soon, is voor een groot deel te danken aan de Franse pers en aanEddy Merckx. De op komst van Ocana viel in '69 samen met een ongelooflijk dieptepunt in de Franse wie lersport. Het moederland van het fietsen had geen vedettes meer. Jacques Anquetil hield ermee op, Raymond Poulidor was al 35 en Roger Pingeon (winnaar van de Tour in '67 en de Vuelta in '69) werd ont luisterd geschorst wegens ver schillende doping-affaires. Geen wonder dat de Franse sportpers zich gretig stortte op iedereen die ook maar de schijn gaf van een kampioen in zich te hebben. Zelfs al was hij (zoals Ocana) slechts een „halve" Fransman. Luis is im mers Spanjaard, op 9 juni '45 geboren in Priego. Zijn vader was er houthakker. Luis was nog slechts 12 jaar oud toen hij met zijn vader, moeder, zusje Antaro (woont tegenwoordig in Lourdes) en zijn broer Antoine naar Frankrijk verhuisde. Daar werd de familie nog uitgebreid met een meisje, Marie-France en een jongen, Michael, i Aanvankelijk woonden de O- cana's als immigranten in Magnane. Na twee jaar ver huisden ze naar Houga in de Landes. Als Spaanse arbeider had je in Frankrijk ook niet zoveel keus. Je kon in de mij nen gaan werken of bij een boer. Vader Ocana ging daar om weer houthakken in een bos. Luis werd timmerman. Dat was al heel wat. Maar hij zag daarin toch niet zijn toe komst. Wielrennen werd zijn passie. Aanvankelijk was Oca na een onopvallende amateur. Hij kon wel goed het tempo van een peloton volgen, maar het ontbrak hem aan sprint snelheid en daardoor bleven overwinningen vaak uit. Eerst in '67 trad Luis op de voor grond door de Grand Prix des Nations, de befaamde tijdrit, te winnen. Een seizoen later werd hij beroepsrenner. '68 was voor Ocana een belangrijk jaar. Zijn vader stierf en Luis had daar veel verdriet van. Als beroepsrenner boekte hij zijn eerste successen. Hij werd kampioen van Spanje op de weg en won drie etappes in de Ronde van Andalusié. De Ron de van Italié werd. echter een kenland, won ook de Midi Li bre en eindigde als tweede in de Ronde van Spanje achter Roger Pingeon. Daarmee werd hij de kopman van de Fagor- ploeg in de Tour de France. Na de start van de Ronde in Roubaix bereikten de renners in de zesde etappe de voet van de Ballon d'Alsace in de Voge zen, waar Eddy Merckx in een moordend tempo zich van zijn laatste concurrenten Galera, Rudi Altig en Roger de Vlae- minck ontdeed. Op de top van de Ballon jubelden 30.000 men sen om de zege van de nieuwe Tour-vedette, maar vele minu ten later zweeg de massa ont zet toen er een groepje renners van Fagor passeerde, met in hun midden een door bloed besmeurde en half-bewustelo- ze Ocana. Hij was gevallen, men had hem op z'n fiets ge zet en de ploegmakkers had den de ongelukkige Luis als het ware de col opgetrokken. Ze goten water over z'n hoofd, twee duwden hem, een ander trok hem aan zijn trui. Zo bracht de ploeg Luis naar de top van de Ballon d'Alsace, die Ocana in coma bereikte. Men droeg hem snel in een zuur stoftent waar hij bloed en vocht kreeg toegediend. Z'n eerste Tour was voorbij, het noodlot had voor de eerste keer toegeslagen. In '70 kwam Ocana goed terug. Hij eindigde achter Eddy Merckx als tweede in Parijs- Nice, maar won de Ronde van Spanje en de Dauphiné Libéré. Daardoor was zijn naam als etapperenner gemaakt en de Franse pers stortte zich met grote inzet op het creëren van de nieuwe kampioen die de grote tegenspeler van Eddy Merckx in de Tour zou wor den. Ocana, inmiddels kopman van de Franse BIC-ploeg, werd op alle mogelijke wijzen naar voren geschoven. De Tour had dringend een man naast Merckx nodig. De Belg had de laatste twee jaar zoveel en met, zoveel overmacht gewon nen, dat al bij voorbaat vast stond dat niemand hem in de Tour zou kunnen bedreigen. En zoiets is niet goed voor de commercie. Dus vond men in de winnaar van de Ronde van Spanje en de Dauphiné de ge schikte figuur om het thema van de rivaliteit, waarvoor Anquetil en Poulidor jarenlang als onderwerp hadden gediend, weer op te pakken en er dit maal Merckx-Ocana van te maken. Het was een wanhopi ge poging van de Tour-organi sators om de realiteit van de superman Merckx te ontvluch ten. De Tour heeft immers grote figuren nodig. Niet één, maar meerderen. Het gaf in '69 immers al een verlammend ge voel op kop van het peloton telkens die ene man in z'n gele tmi, Merekx, te hebben zien rijden. Nu Ocana zo luide be jubeld werd, kwamen ook de commentaren los. De Span jaard José Vidal, een bekende soigneur, die Ocana goed kent, zei„Luis kan 10 a 12 dagen hard fietsen. Hij forceert ech ter, want hij is een renner die alleen op macht fietst. En daardoor krijgt hij telkens in zinkingen." Hoe dan ook, in Limoges bij de start van de Tour was Ocana een der favo rieten. Hij verklaarde„Als ik de eerste etappes door het Noorden van Frankrijk en door België goed doorkom, heb ik tegen Merckx een kans." Die eerste dagen in de Tour kwam Ocana goed door. Hij verloor 3% minuut op Merckx, hetgeen niet te veel was. Maar op weg naar het mooie toeris tenplaatsje Divonne-les-Bains ging Ocana tijdens de tiende etappe door de knieën. Merckx snelde 170 km lang met een kopgroep die bestond uit' Zoe temelk, Pintens, Tosello, Gal dos, Dolman, Wagtmans, Schleck, Van der Vleuten en Gösta Pettersson door het Ju- ra-gebergte. Ocana was er niet bij. Hij was ziek, had darm stoornissen en fietste krachte loos in de achterste gelederen. Het noodlot had ook in z'n tweede Tour toegeslagen. Bij een onderzoek door de Tour-artsen bleek dat Ocana een leveraandoening en lichte bronchitis had en in feite zo ziek was dat hij in bed thuis hoorde, in plaats van in het racezadel. Er stond echter te veel op het spel en met lap middelen werd Luis op de fiets gehouden. Dagenlang zwalkte hij als een dronkeman ver achter het peloton, bijgestaan door de trouwe Cliarly Gross- kost. Langzaam maar zekere kwam Ocana zijn inzinking te boven. Hij kon het peloton weer volgen en in de 17e etap pe die op een zinderend war me dag door de Haute Garon ne verreden werd, demarreer de Oeana 40 km voor het ein de. Als een leeuw vocht hij voor de ritzege. Het leek alsof in zijn pedaaltred de teleur stelling van de voorbije dagen zich samenbalden. Het werd een indrukwekkende solo. O- cana zon immers op wraak. De Spaanse sportpers, die het Luis nooit vergeven heeft dat hij bijna een Fransman is gewor den, had gepubliceerd„Ocana is een produkt van de Franse pers, hij wordt veel groter ge schreven dan hij is." Die dag op weg naar St. Gaudens toon de Luis inderdaad klasse te hebben. Als een furie streed hij alleen tegen het peloton en bij aankomst had hij ïV-z mi nuut voorsprong. Ook in de laatste etappq, de tijdrit tussen Versailles en Parijs, bewees Ocana dat hij zonder zijn ziekte een der voornaamste te genstrevers van Merckx zou zijn geweest. Hij eindigde in die tijdrit, waarin Merckx niet minder dan 46 :km en 520 me ter per uur aflegde, als tweede. Over het geheel geno men was echter ook zijn tweede Tour een grandioze mislukking geworden. Zijn 31ste plaats in het eindklasse ment was, in vergelijking met de publiciteit die hij vooraf gekregen had, een schande. Een spreekwoord zegt Drie maal is scheepsrecht. Dus be gon Louis in '71 vol goede moed aan een nieuw seizoen, dat hij volledig afstempelde op De altijd goed gehumeurde Ocana heeft een populariteit, die geen gelijke tred houdt met zijn erelijst. „Hij forceert zich teveel, waardoor hij inzinkingen krijgt", zegt verzorger Vidal. grote versnelling en in andere jaren gingen de rivalen - een voor een ten onder in het moordende tempo van de man die over unieke atletische ver mogen--, beschikt. Ditmaal was het anders. Zoetemelk, Ocana, Agostinho, Gösta Pettersson en een paar anderen bleven lange tijd bij Merckx, die vreselijk leed onder de inspanningen. Hij had kennelijk zijn dag niet en de eerste die dat door had, was Luis Ocana. Er waren reeds demarrages van Theve- net en Tamames onschadelijk gemaakt, toen Ocana een paar kilometer onder de top demar reerde en zo van Merckx weg reed. Het was een sensatie van de eerste orde want dit had men in de loopbaan van Merckx nog niet meegemaakt. Ocana behield tot de finish een kleine voorsprong. Maar belangrijker dan de luttele se conden die hij in het klasse ment had teruggewonnen, was de morele zege die hij op Merckx behaald had. Vanaf dat moment geloofde Ocana meer dan ooit in zichzelf. Hij had gezien dat Merckx moei lijk kloir en hijzelf voelde de kracht in z'n benen. De tijd was rijp om eindelijk waar te maken hetgeen men al twee jaar lang schreef. Luis was na de Puy de Dome naar de derde plaats in de rangschikking ge klommen. Hij telde slechts 37 seconden achterstand op Merckx, en één seconde op Zoetemelk. Was dit geen schit terende uitgangspositie De dag na de Puy de Dome, in de etappe van Clermont Ferrand naar Saint Etienne, gebeurde er niets. Maar in de rit van Saint Etienne naar Grenoble sloegen Zoetemelk en Ocana weer toe. Merckx kreeg een lekke band en slaagde er niet meer in de kopgroep te achter halen. Zoetemelk kreeg de ge haald en het „gat" tussen de kopgroep en het peloton werd alsmaar groter. Ocana reed als een furie. Hij deed kilometerslang in z'n eentje het zware werk en ten slotte kon niemand meer de leiding van hem overnemen. Een voor een reed deze groot se Ocana zijn concurrenten ge woon uit het wiel. Geheel alleen snelde Ocana voort, de drukkende warmte, waaronder Eddy Merckx dit maal leed, was zijn bondge noot. Achter hem had het pe loton Zoetemelk, Pettersson en Agostinho weer ingelopen en op kop van die grote groep reeds slechts één man, Eddy Merckx. Het werd aldus een regelrechte tweestrijd tussen Ocana en Merckx. De uitslag van deze krachtmeting kwam op de 1820 meter hoog gelegen finish aan het licht. Daar arri veerde Ocana bijna 7 minuten voor Van Impe en bijna 10 mi nuten voor Eddy Merckx. Met één slag had Ocana al z'n cri tici het zwijgen opgelegd. Het geen hij gepresteerd had was fenomenaal. Ocana kon eenvoudig deze Tour niet meer verliezen. Maar daar was nog het noodlot dat de Spanjaard zo vaak had achtervolgd. Na een rustdag koerste de karavaan in een lange afdaling naar de haven stad Marseille. Daar pakte Merckx,,iets van zijn achter stand terug. Het mocht echter geen naam hebben, want bij he btegin van de Pyreneeënrit naar Luchon had Ocana nog altijd een grote voorsprong in het klassement. Bovendien reed men weer in zijn terrein, de bergen en door een streek waar tienduizenden Spaanse was gekwetst en Ocana was totaal versuft door de val. In het ziekenhuis te Saint Gaudens, waarheen Ocana ge bracht was, troostte Josiane hem zoveel mogelijk. Bij een nader onderzoek door de art sen bleek dat Luis geen breu ken had opgelopen, maar wel een ernstige shock, kneuzingen aan borst en schouder en een verdraaiing van een rugwer vel. Huilend verklaarde Oca na „Ik had deze Tour niet kunnen verliezen, alle aanval len van Merckx kon ik weer staan." Het zal wel altijd een vraag blijven of Ocana dan wel Merckx de ronde gewonnen, zou hebben. Een feit is dat Merckx in het laatste deel van de Ronde weer beter begon te rijden, maar de voorsprong van Ocana was zo groot dat het moeilijk valt aan te nemen dat Merckx die nog had kun nen wegwerken. Luis Ocana herstelde en begon na de Tour 0 Luis Ocana met een van pijn in de Tour van 1972. vertrokken gezicht na zijn val Maat het lag ditmaal toch een beetje anders dan in '70. Oca- na's kansen werden met iecs meer reserve besproken. Het was al twee jaar misgegaan met de Spanjaard en misluk kingen zitjn slecht te verkopen. Terloops werd daarom ook vermeid diat Merckx behalve van Ocana wel eens last zou kunnen onivervinden van de Portugese spierbundel Joaquim Agostinho, die ook al z'n hele seizoen op de Tour had afge stemd. De ronde vertrok in Mulhouse, waarna de renners het Schwarzwald binnenreden, waar lastige cols beklommen moesten worden. Daar bleek dat Eddy Merckx niet meer het overwicht op zijn concur renten had, dat hij in z'n eerste Tour van '69 aan de dag legde. Hij pakte in die eerste dagen wel de gele trui, maar zijn macht in de bergen was min der geworden. Dat bleek in de eerste echte bergetappe met de aankomst op de Puy de Dome. Aan de voet van de col leidde Merckx zoaïs gewoonlijk het peloton. Hij reed met een vrij le trui om zijn schouders. Oca na volgde op één seconde. De volgende dag stond de wie- lerwereld op z'n kop. Tussen Grenoble en Orcières-Merlette, een ski-oord op de top van een immense Alpencol, werd de 11e etappe verreden over een geaccidenteerd parcours met aan het eind de lange klim naar de finislh. Op de eerste de beste col ging de Portugees Agostinho er vandaar. „Ga met hem mee" schreeuwde Ocana's ploegleider Maurice de Muer de Spanjaard toe. Luis keek eens naar Eddy Merckx en zag dat hij moeizaam klom. Dit is het moment, schoot het door z'n hoofd, ik moet Merckx nu geen rust gunnen, als ik hem tijd geef om te herstellen wordt hij weer de oude. En Ocana demarreerde en zette de achtervolging in op de Por tugees, daarbij gevolgd door Zoetemelk, Van Impe en Gösta Pettersson, de best geplaatsten in het algemeen klassement. Alleen Eddy Merckx kon niet mee. De slag was spoedig ge vallen. Agostinho werd achter supporters met ongeduld op hem stonden te wachten. Triomfantelijk staken de sup porters de spandoeken met „Leve Ocana" omhoog als een auto van de Tour-karavaan voorbijkwam. Onder een dui velse stortbui, met bliksemflit sen die de lucht opentrokken en een vaal licht over de grim mige Col de Mente wierpen, stortten de renners zich in de afdaling. Het wegdek was le vensgevaarlijk. De stortregens en hagelbuien hadden in het aardedonker scherpe steentjes losgespoeld en over het weg dek gestrooid, de regen stroomde over het asfalt en maakte er een glijbaan van. Met Eddy Merckx op kop snel den de renners niettemin in duizelingwekkende vaart naar beneden. Ocana reed enige tientallen meters achter Merckx toen, in een bocht, het ongeluk gebeurde. Daar sloeg Luis tegen het wegdek en bleef kermend van pijn liggen- Een vluchtig onderzoek door een der Tourartsen leerde dat hij niet in staat was z'n weg te vervolgen, een schouder aan het innen van het smarte- geld. Overal in Europa wilde men de held zien die zo dap per gestreden had, maar ten slotte voor de derde achtereen volgende keer in de Tour door tegenslag geveld werd. Ocana kwam trouwens in het najaar nog uitstekend in vorm. Hij won drie grote tijdritten, de Grand Prix des Nations, de Grand Prix van Lugano en de Trofeo Baracchi met Morten- sen- In de wintermaanden werd een nieuw plan de campagne opgemaakt dat ertoe zou moe ten leiden dat Ocana eindelijk in '72 de Ronde van Frankrijk zal gaan winnen. zijn „pro gramma" werd weer volledig op de Tour afgestemd, hij reed bijna geen klassiekers en spaarde zijn krachten voor de ronde. Alleen in Parijs-Nice kwam het even tot een nieuwe krachtmeting tussen Merckx en Ocana. Met Poulidor aan hun zijde klommen ze in de 5e etappe van Valence naar Ma- nosque naar de top van een bijzonder steile col, de Mont d'Or. In de laatste meters loste In zijn villa schildert Ocana nu veel en 's avonds luister' hij graag naar z'n grammo foonplaten. Z'n liefde voor de muziek is groot en hij heef een uitgebreide discotheek, van klassieke muziek tot pop- Ocana heeft ook een levendig belangstelling voor de wereld problemen. Speciaal de noden van de arme landen gaan hero zeer ter harte. „In de weste lijke wereld neemt men alk' zo gemakkelijk op, zelfs in het peloton merk je dit. De ren ners zijn niet altijd bereid hard te werken. Men moet echter in het leven niet wachten totdat de vruchten uit de hemel val len. Ik ben altijd bereid ge weest grote offers te brengen en zal dit blijven doen. D® fiets is immers het symbool van mijn sociale vooruitgang- Ik weet nog als de dag va" gisteren hoe ik mijn eerste ra cefiets verdiend heb. Ik was 1' jaar oud en ging druiven pMf' ken om het geld bijeen te krij gen. 's Avonds was ik zo fff dat ik bijna niet meer op 8" benen kon staan, maar de 8®' dachte aan de fiets die ik 20 krijgen, deed me snel de ver moeidheid vergeten. Toen de racefiets eenmaal had, he ik in m'n eentje urenlang ove_ de wegen door de bossen g®t®' den. Ik was blij en gelukkig ben het nog, ondanks aUe genslagen die ik tot dusver gehad heb. Eens zal het gen aan mijn zijde zijn en dan w ik de Tour." Merckx zijn rivalen. Ocana sukkelde toen al met een ver koudheid en heel het voorsei zoen van '72 had Luis een kwetsbare gezondheid. In vele wedstrijden staakte hij dan ook de strijd. Intussen is de grote rivaliteit tussen Merckx en Ocana in een sfeer van ani mositeit veranderd. Na een ne derlaag in de Ronde van Lom- bardije '71, verklaarde Ocana: „Merckx had het halve peloton omgekocht, zo kan ik ook win nen. „Eddy op zijn beurt deel de mee dat de fatale valpartij van Ocana in de Tour veroor zaakt is omdat de Spanjaard te licht materiaal gebruikt. „Een te lichte fiets gaat bij ho ge snelheden „zwabberen" en wordt minder controleerbaar," zegt Merckx die niet begrijpt waarom Ocana zo over hem spreekt. Een feit is dat Merckx nimmer zijn tegenstanders zal afbreken. Maar Ocana heeft de koude oorlog aangewakkerd en de rivaliteit, door de Franse sportpers twee jaar geleden kunstmatig opgezet, bestaat nu in werkelijkheid. Het is altijd moeilijk in recensie-termen weer te geven waarom een be paalde film goed, gewel dig of zelfs een meester werk is. Het is echter zel den moeilijker geweest dan in het geval van „Ro- ma". Deze film is zonder meer een meesterwerk van de allerbovenste - plank. sei 191 on1 Fa cht mi na| j SCI „Roma" la (Je nieuwst© film van Federico Fellini. Het is zonder meer een meesterwerk, zoals gezegd, maar het is ook de meest fragmentarische film die ooit is gemaakt. De film neeft geen verhaal dat hier weergegeven kan worden. De omschrijving kan in een zdi gebeuren: „Roma" is Felli- s persoonlijke weergave van zijn visie op de wereldstad «ciue. Daarmee is alles, maar schrijf 32-jarige Engelse 5?** Angela Carter is in Dftnni -lgen 'and buitengewoon *rziinaV°U 26 hier °0k middeW Haar ln een s°ort ■Wddeleeuwen (na een atoom- lends K^? te verstaan) spe ken" ..Helden en schur- schooni^Jarl, een ontroerende haa-r hn m ast teder zet ze woeste R°„ ^ersonen neer; de de TTjt ,.ar03ren. de misvorm en. djiWei^en en de Professo- hebben ^»lls z^n en geweren dat alle. sela Carter weet sterfe vei^u00", te riigen in 'wtasie gen°uden creatieve schuif6'3 Carter: Helden en Amstei-rt' Meulenh°H Editie, "'sterdamf 13,50. Bart; 3 V; Nede: boek' 4 De hart vier". Kim

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1973 | | pagina 12