UNIVERSITEIT MEXICO IN PERMANENTE CRISISSFEER WA TERKANON VERVANGT HOUWEEL INVLOED WERELDREUZEN OP POLITIEK Storm rond de grote concerns NAMEN EN CIJFERS - NAMEN EN CIJFERS Voornaamste Gebrek Somber binnenland buitenland VERMOEDENS Dereusachtige omvang van de grootste multinationale ondernemingen wordt duide lijk, wanneer men de bruto- omzet van die bedrijven ver gelijkt met het bruto nationale produkt van landen. De cijfers zijn van 1970. Uitzonderingen daarop zijn de landen met een centraal geplande economie, China uitgezonderd, en Gene ral Motors, waarvoor de cijfers van 1969 zijn genomen. BUNDEL ZORGEN Hier, op een diepte van 700 meter, vervult het waterkanon een niet alledaagse taak: de ontginning van een steenkoolader. „Hydromechani- sche kolenwinning" is de naam voor deze nieuwe metiode van mjjnbouw, die na verscheidene jaren van ontwikkeling en experimenten rijp voor de praktijk is en waarmee inmiddels in de myn Carl Funke te Essen volop wordt gewerkt. De uiterst geconcentreerde straal beukt einder een druk van 100 ato op het gesteente. De losgewerkte steenkool wordt samen met het terugstromende water via open goten (midden op de foto) afgevoerd. Tot de omvangrijke elektrische uitrusting, die door Siemens in nauwe samenwerking met mijnbouwexperts en machine constructeurs werd geïnstalleerd, horen aandrijf-, schakel-, bedienings- en controlesystemen. Alleen al voor de waterkanonnen zijn pompen met een drijfkracht van meer dan 1000 PK vereist. (Van onze correspondent) WASHINGTON Door de Amerikaanse vakbonden zijn de eerste schoten gelost op de multinationale onder nemingen, die volgens man nen als George Meany werkgelegenheid en techno logie exporteren. Rond 4000 van deze internationale con cerns hebben een aandeel van 15 procent in de totale wereldproduktie van goede ren en diensten. De aller grootste hebben een jaarlijk se omzet die groter is dan het nationaal inkomen van tal van landen. In het hegin van dit jaar zal senator Frank Church een democraat uit Idaho de wereldconcerns onder de loep nemen en volgens „Newsweek" is er geen in ternationale jurist in Wash ington, die het zout in de pap waard is, die niet door een of andere internationale onderneming is aangetrok ken voor de komende slag. Bezorgdheid over de groeiende macht van de internationale concerns bestaat al langer dan vandaag, maar de belangstel ling van senator Church werd met name gestimuleerd door Jack Andersons beschuldiging dat I.T.T. een complot had ge smeed om het bewind van Chi li's president Salvador Allende te ondermijnen. Plotseling re zen er spookbeelden op van de United Fruit Company (nu U- niited Brands) die in de derti ger jaren een zo grote invloed in Latijns Amerika bad, dat de onderneming regeringen om ver kon werpen, twee miljoen hectaren land van Cuba tot Ecuador in bezit had en de bijnaam veroverde van „El Volgens een (van de vele) definities is een multinati onale onderneming een bedrijf met een omzet van meer dan 100 miljoen dollar dat in min stens zes landen werkt met minstens 20 procent van zijn operaties in het buiten land. Ruim vierduizend onder nemingen zijn volgens deze definitie multinationaal. Zij hebben een aandeel van 15 procent van het totaal van goederen en diensten in de we reld. De twintig grootste, vol gens recente cijfers: Respectievelijk onderneming, basis en wereldomzet in mil jarden dollars: General Motors VS 28.3 Exxon VS 18.7 Ford VS 16.4 Royal Dutch Shell Ned.-G.B. 12.7 General EleGtric V S9.4 IBM VS 8.3 Mobil Oil VS 8.2 Chrysler VS 8.0 Texaco VS 7.5 Pulpo" de octopus. In Afri ka stond Liberia ooit bekend als de Firestone Republic naar de Amerikaanse rubbermaat schappij. Wat .senator Church wil weten, is boeveeil invloed de internati onale concerns hebben op de buitenlandse politiek van de Verenigde Staten. In hoeverre zij een negatieve invloed heb ben op de nationale economie, welke invloed zij uitoefenen op de wereldhandel en het mo netaire systeem en of het geen tijd wordt om de concerns te onderwerpen aan internationa le richtlijnen. Veel Amerikaanse bedrijven brengen hun initiële verliezen in het buitenland in rekening aan de Amerikaanse fiscus en bouwen hun buitenlandse ves tigingen dan om, zodat de winsten tegen een lager tarief belast kunnen worden dan het Amerikaanse maximum van 48 procent. Door middel van han dige boekhouding kunnen de Unilever Ned.-G.B. 7.5 ITT VS 7.3 Gulf Oil VS 5.9 British Petroleum G.B. 5.2 Philips Ned. 5.2 Volkswagen W.-Dld. 5.0 Westinghouse Electric V.S. 4.6 Dupont VS 3.8 Siemens W.-Dld. 3.8 Imperial Chemical G.B. 3.7 RCA VS 3.7. Respectievelijk land of onder neming en miljarden dollars Verenigde Staten 974.10 Sovjet-Unie 504.79 Japan 186.35 winsten worden geconcen treerd in landen waar de be lastingdruk het geringst is. Er zijn vermoedens dat enkele multinationale bedrijven geld in de Verenigde Staten hebben binnengesmokkeld om belas tingen te ontlopen en de strijd- fondsen van politieke partijen, met niame de republikeinse, te spekken. De vakbonden hebben tot dus ver het felst tegen de interna tionale concerns geageerd en eisen onder meer straffe in voerbeperkingen. Er is een wetsontwerp van Burke Hartke dat, wanneer het wordt aanvaard door het congres, een ketting-reactie van protectionistische maatre gelen kan veroorzaken in an dere landen en het begin kan zijn van een wereldhandels oorlog. Een van de vele tekenen van een naderende storm rond de multinationale ondernemingen is het feit dat ITT op grote schaal een duur uitgegeven West-Duitsland 186.35 Frankrijk 147.53 Engeland 121.02 Italië 93.19 China 82.50 Canada 80.38 India 52.92 Polen 42.32 Oost-Duitsland 37.61 Australië 36.10 Brazilië 34.60 Mexico 33.18 Zweden 32.5 Spanje 32.26 Nederland 31.25 Tsjeeho-Slowakije 28.84 Roemenië 28.01 België 25.70 Argentinië 25.42 General Motors 24.30 Zwitserland 20.4 Paistan 17.50 Zuid-Afrika 16.69 Standard Oil (N.Y.) 16.55 Denemarken 15.57 Ford Motor 14.98 Oostenrijk 14.31 Joegoslavië 14.02 Indonesië 12.60 Bulgarije 11.82 Noorwegen 11.39 bundel feiten rond de multina tionale ondernemingen heeft uitgegeven waarin de activitei ten van de internationale reu zen als zegenrijk worden be zongen. De bezwaren van de vakbonden kunnen het gemak kelijkst worden weerlegd. Het Amerikaanse ministerie van handel heeft berekend dat 25 procent van de Amerikaanse export naar buitenlandse vesti gingen van Amerikaanse on dernemingen gaat en dat 2,7 miljoen betrekkingen in de VS van export afhankelijk zijn. Als gevolg van directe investe ringen in het buitenland vloei de voor een bedrag van 4,7 miljard dollar aan goederen terug naar de VS waar tegen over een export van 9 miljard dollar staat. De ITT-apologie, vervat in de vorm van een commerciële ka- techismus zegt dat buitenland- sa investeringen door Ameri kaanse ondernemingen tussen 1945 en 1969 geleid hebben tot een netto overschot op de be talingsbalans van 33.783.000.000 dollar. Over po litieke invloed spreekt de ITT- Hongarije 11.3 Royal Dutch Shell 10.80 Filippijnen 10.23 Finland 10.20 Iran 10.18 Venezuela 9.5 Griekenland 9.54 Turkije 9.04 General Electric 8.73 Zuid-Korea 9.21 IBM 7.50 Chili 7.50 Motor Oil 7.26 Chrysler 7.00 Unilever 6.88 Columbia 6.61 Egypte 6.58 Thailand 6.51 ITT 6.36 Texaco 6.35 Portugal 6.22 Nieuw-Zeeland 6.08 Peru 5.92 Western Eleotric 5.86 Nigeria 5.80 Taiwan 5.40 Gulf Oil 5.40 U.S. Steel 4.81 Cuba 4.80 Israël 4.39 Volkswagen 4.31 niet. Een interessant aspect is de enorme groei van de multi nationale concerns op zichzelf. Sedert 1950 is het jaarlijkse groeipercentage van de we reld-economie meer dan 4 pro cent geweest. De omvang van de wereldeconomie verdubbel de in 18 jaar. Een groot deel van de ecologische crisis is aan die enorme groei te wijten. In 1950 was het bruto produkt in de wereld iets meer dan duizend miljard dollar. In 1970, toen het totaal van goe deren en diensten de 3000 mil jard dollar naderde begonnen de eoologen zich grote zorgen te maken over milieubeheer en een bijna eindeloze reeks eco logische rampen. Het derde biljoen dat aan de bruto we reldproduktie werd toegevoegd veroorzaakte veel grotere eco logische druk dan het tweede. Als de trend zich voortzet wordt tegen het jaar 2000 een bruto wereldprodukt bereikt van 10.000 miljard dollar. Het verbruik van petroleum neemt met 4 procent per jaar toe het verbruik van zoet water met 3 procent, van kunstmest met 7 procent, een groei van 3 procent per jaar leidt tot een verdubbeling in 24 jaar, terwijl een groei van 7 procent tot een verdubbeling leidt in 10 jaar. De internationale produktie is nu naar schatting 450 miljard dollar op het totaal van bijna 3000 miljard. De groei van de internationale concerns is ge middeld tot 10 procent per jaar. Het is duidelijk dat eco nomische groei in termen van het menselijk leefmilieu alles behalve een deugd is. Wanneer men de wereld wil opstoten naar consumptieniveau's die nu in Amerika gelden is daar voor een groei van het bruto wereld prodiukt nodig van de huidige 3000 miljard tot 18.000 miljard dollar. Het is de vraag of de wereld dan nog bewoon baar zal zijn. Westinghouse 4.31 Standard Oil (Cal.) 4.19 Algerije 4.18 Philips 4.16 Ierland 4.10 British Petr. 4.06 Maleisië 3.83 Ling-Temco-Vought 3.77 Standard Oil (Ind.) 3.73 Barein 3.68 Dupont 3.62 Hong Kong 3.62 Shell Oil 3.59 Imp. Chemical 3.51 Brit. Steel 3.50 Noord-Korea 3.50 Gener. Telefone 3.44 Nippon Steel 3.40 Marokko 3.34 Hitachi 3.33 RCA 3.30 Goodyear 3.20 Siemens 3.20 Z.-Vietnam 3.20 Libië 3.14 Saoedi Arabië 3.14 Swift 3.08 Farbwerke Hoechst 3.03 Union Carbide 3.03 Daimler Benz 3.02 Proctor Gamble 2.98 (Van onze correspondent) MEXICO Dat de Natio nale Autonome Universiteit van Mexico (UNAM) vorig jaar aldoor in staat van cri sis heeft verkeerd, komt deels door een merkwaardig aspect van Mexico's politiek leven: de UNAM dient tot forum daarvan. Tot op zeke re hoogte is de universiteit meer dan het congres de arena waar de diverse poli tieke fracties elkaar uitda gen en bestrijden. Dat gaat das wel op z'n Mexicaans: heel gecompliceerd en meer als in een schimmenspel. De toeschouwers zijn nooit hele maal zeker dat wat ze zien geen fantoom is en wat ze horen niet bedoeld om de stemmen van waarheid, fei ten en bittere realiteit te overstemmen. M.a.w. de UNAM vervult een 1 dubbele (officiële en onofficië le) functie. En natuurlijk, wanneer het hoogste leercen trum van het land als politieke arena wordt gebruikt, raakt de educatieve functie wat in 't gedrang. Wat de reden is waarom er de laatste tijd in de intellectuele kringen zo'n pes simisme heerst. Stel u voor dat door een sta king van onderhoudsperso neel af tot administratiekrach ten toe de aan de universi teit gedane research moest worden onderbroken waarbij experimenten, die soms jaren voorbereidend werk hadden gekost, te niet werden gedaan. Aldus werden hopen geld ver kwist (net wat 'n ontwikke lend land nodig heeftterwijl de professoren ophielden met onderwijs en studenten met studeren. Want deden ze het een of 't ander, dan betekende dit verraad aon de zaak van het personeel. En die zaak (al of niet onafhankelijke syndica- lisatie) werd tot een symbool gemaakt voor wat men onder „het systeem" pleegt te ver staan: 's lands ontoereikende economie en een min of meer monolithisch politiek systeem, dat de opperlaag van het volk steeds begunstigde. In deze arena maar on zichtbaar, zoals voorkomt bij schimmenspelen bevindt zich Mexico's president L. E- eheverria, die sinds de aan vaarding van zijn ambt, heeft gewerkt om „het systeem" te verbeteren ten behoeve van het vergeten volksdeel: de gro te massa, het sub-proletariaat, de kleine en landloze boeren. Vanzelfsprekend, Echeverria is ook een symbool. Voor ex treem rechts betekent hij het Gevaar voor de goede oude wijze van leven. Voor extreem links is hij de Hervormer: niet radicaal genoeg voor de ge wenste radicale veranderingen. Gegeven nu de Latijnse inge wikkelde manier van dingen te doen en te zeggen en dit met zo'n welsprekendheid en elegantie te doen dat je vaak nauwelijks merkt, dat er niets is gezegd en gedaan; en gege ven tevenis het feit van de enorme macht en liet prestige van het Mexicaans president schap, geschieden de aanvallen op Echeverria noodt recht streeks. Dus hier kan de univensiteit goede diensten leveren. Als al le belangrijke universiteiten in Laitijns Amerika, die worden gesubsidieerd door staats- of federale regering, wordt ook de UNAM onderhouden met 't geld der belastingbetalers. De studenten betalen geen colle gegeld. En diaar door de cen tralisatie der regering het land zich zeer onevenwichtig heeft ontwikkeld alles was altijd voor hoofdstad en omstreken en de provincie werd prak tisch vergeten is de UNAM zodoende de voornaamste uni versiteit van Mexico gewor den. Hier vindt men de bloem van het intellect. En hier kan die het best worden onder mijnd Indien daarom de machtigste man in het land en het systeem dat hij representeert moeten worden aangevallen, kan dit goed worden gedaan door cha os te scheppen daar waai- cha os het meeste schaadt: in de geest. Want het lijdt geen twij fel dat het om de geest van het volk gaat: de ene ideologie een triomf over dje andere ver- hopernj met de bedoeling dan te trachten het daarop corres ponderende „systeem" in actie te brengen. Nies is logischer een en ander via de universiteit te proberen. Want de problemen der U- NAM zijn in de grond die van het land. Zie de bevolkingsex plosie: waardoor niet alleen de massa's der provincie de hoofdstad overbevoiken, maar massa's jonge mensen de U- NAM overbevoiken Bedoeld voor 50.000 studenten moet de UNAM nu meer dan 100.000 accommoderen. En met hun sterke wil, hun politieke over tuigingen en interesse verte genwoordigt deze non-confor mistische jeugd, nog vrij van verplichtingen, 'n bijna onbe dwingbare drijfkracht. Daar verder voor de aan de UNAM afgestudeerden de deuren tot 's lands intellectuele politieke en financiële macht opengaan, is het gevecht om er binnen te bomen formidabel: een zware druk uitoefenend op de autori teiten om toelatingsexamens op te heffen en het peil te verlagen. En wat dient de agi tatie beter dan dergelijke ei sen Natuurlijk, het gebrek aan goed onderwijs in de provincie en het tekort aan schollen en leraren in het algemeen, werkt als een stuwkracht op zich zelf: waardoor de UNAM al die jonge mensen opvangt, die beter af zouden zijn geweest als er voldoende andere gespe cialiseerde scholen (b.v. voor visserij en landbouw) en tech nische centra waren geweest. Maar de schaarste hieraan helpt het aantal UNAM-gan- gens zodanig versterken, dat het de universiteit en wat die vertegenwoordigt bijna ruï neert. Wat een en ander nog meer compliceert is dat de UNAM, afhankelijk van federale en staatsfondsen in een land dat iets van veertig jaar een milde partij-dictatuur kende (of wat daarop neerkomt) een gesple ten universiteitspersoonlijk heid heeft ontwikkeld. Osten tatief is zij autonoom (noch de federale, noch de staatsrege ring mag een stem in universi teitszaken hebben) en die au tonomie wordt taai verdedigd. De benoeming van de rector wordt echter goedgekeurd door 's lands president. En de afgestudeerde aan de exit van de universiteit, die een rol van belang in het land wil spelen, had nooit veel keuze: alleen de voornaamste partij kon hem de ladder ophelpen. De geest der autonomie is daarom, mild gezegd, een belegerde geest. Die veel gemeen heeft met de hoog gedragen vaandels in middeleeuwse oorlogen: daar onder worstelen de politieke fracties verbeten met elkaar. Tegen deze achtergrond is het beter te begrijpen waarom ze kere eisen aan de universiteit sautoriteiten en waarbij het in 't laatste geval o.m. ging om wel of niet van de partij af hankelijke syndicalisatie op zo'n manier worden gesteld dat ze tot provocaties worden. Elke provocatie is als een soort keurig verpakte explosie ve stof en hoewel er niet op staat „behandel voorzichtig" is dit precies wat Echeverria doet, die niet is te provoceren: de autonomie van de U- NAM blijft gerespecteerd. Ad absurdum, zoals sommigen zeggen. Terwijl, waar en wan neer rede en redelijk argument niet meer aanwezig zijn, ook de univeiisdteitsautoïriteiten zich terugtrekken. Zoals on langs het geval was, toen twee charlatans, voorzien van ge weren, zich in het vertrek van de rector installeerden om hem tot discussie (en toege ven) te dwingen in de kwes tie der opheffing van toela tingsexamens en er letterlijk bleven kamperen. Tot ze het na twee maiamd|en maar opga ven vermoedelijk omdat het Coca-Cola- en sandwichdieet ze begon op te breken. De laatste crisis, waarin alle functies van de universiteit werden stilgelegd, deed Mexi caanse intellectuelen het lot der UNAM somber inzien. Want iets moet er gebeuren. Maar wat niet zal gebeuren is het aflaten van de druk der bevolkingsexplosie. De discus sie draait daarom meer en meer om de zin van het hand haven van het universiteits- peil. Omdat, als sommigen zeggen, wanneer dit niet lan ger wordt gehandhaafd, men niet alleen niet meer van een „-iversiteit kam spreken; maar het gevaar iis dat de middel matigheid zal worden aange moedigd, alsook een gebrek aan vaklieden van hoog ni veau, welke het land zo drin gend behoeft. De tegenstanders argumenteren dat het verlagen van het niveau misschien toch beter is, omdat het de prijs schijnt voor minder sociale on rust en universiteitscrises. Mexicaanse geleerden staan hiermee voor een dilemma. Ze kunnen moeilijk wensen het peil te verlagen. Enkelen van hen, zoals de geofysicus dr. R. Gall hebben een bespoedi ging van de bouw van nieuwe ooileges, van speciale en tech nische scholen voorgesteld. Maar tegelijkertijd groter re- geringstaescherming aian we tenschappelijke studie en re search, zodat 't land niet arm wordt aan vakkunddgen van hoog niveau. Hiertoe zouden federaal gesubsidieerde re searchinstituten moeten wor den gecreëerd, die in los ver band met de universiteit wer ken maar administratief onaf hankelijk zijn. Zodat kan wor den voorkomen dat de research moet worden onderbroken bij nieuwe crises in de UNAM. En de professoren verbonden aan die instituten zouden zich moeten verplichten om een. deel van hun tijd aan onder wijs te besteden.- Het is misschien een oplossing. Indien ai niet voor de crises van de universiteit zo ka rakteristiek voor een zich ont wikkelend land dan tenmin ste om Mexico's wetenschappe lijk werk en de voortzetting daarvan te garanderen voor de toekomst. gif, (Riff* 9 Demonstrerende studenten in Mexicovertrouwd straatbeeld.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1973 | | pagina 14