Zeg maar
„ja
tegen Yes
wü
Unit Gloria
Wie was Jezus eigenlijk
Je wordt dood
ziek als je dan
neemt
n
pilsje
Milieubehoud kost
4 a 5 miljard per
jaar, zegt industrie
ff
VREDE
Gedicht
Jezus in slecht
gezelschap":
eenzijdige beeld
KLAP VOOR
BISSCHOP
STRAF VOOR
PASTOOR
DIRECTEUR JELLINEK-KLINIEK OVER
INPLANT-PIL TEGEN DRANKZUCHT:
Spanningen
Straf
De Engelse groep Yes, zaterdag
23 januari in het Bredase
Turfschip, wordt door het
toonaangevende muziekblad
Melody Maker een van de
drie beste popgroepen van dit
moment genoemd. En niet
alleen Melody Maker slaat
de groep hoog aan. Na het
binnen enkele uren uitver
kochte concert in Amsterdam
op 31 oktober van hel
vorige jaar juichte de vader
landse pop-pers unaniem. De
vierde elpee („Fragile") die
een maand geleden uitkwam
vliegt, als we de commerciële
hitlijsten moeten geloven,
momenteel over de toonbank.
Als officiële kroon op' het
succes werd een Edison gezet.
Na bovenstaande jubeltonen
zou verdere introductie eigen
lijk overbodig moeten zijn.
Toch kunnen we ons moeilijk
aan de indruk onttrekken
dat de populariteit van Yes
maar in beperkte kring erg
groot is. Bosjes mensen zullen
niet precies weten wat voor
vlees ze in de Turfschip-
kuip hebben. Voor cleze bosjes
de volgende summiere in-'
leiding.
Anderhalf jaar geleden
verraste Yes de popwereld met
het kort achtereen uit
brengen van twee albums.
De critici reageerden met
kreten als: „Veelbelovend,
eindelijk weer iets nieuws,
vakwerk". De sound hield het
midden tussen de Nice en de
5th Dimension. Inspiratie
uit de klassieke muziek dus,
afgewisseld met erg dynamische
hard-rock. Solistisch stonden
de vijf jongens hun mannetje
en in het ensemble-werk
klonk een groot gevoel voor
timing en balans door. Omdat
Yes de zaken serieus wilde
aanpakken trok men zich
drie maanden terug op het
Engelse platteland om een
bühne-act voor te bereiden.
Dat die voorbereiding geen
overbodige luxe was bleek uit
het succes dat (vooral in de
Engelse) zalen geboekt werd.
Yes beschikt over een
technicus, Eddy Offord, die
niet alleen de elpees perfect
dubt, maar er ook voor zorgt
dat de groep „live"-grappen
kan uithalen op het niveau
van Pink Floyd.
Voor wat betreft de muziek
die in 't Turfschip gemaakt
zal worden kunnen we het
beste afgaan op de laatste elpee
„Fragile". De vijf musici
zijn namelijk zeer pretentieus
en hebben om verstarring
te voorkomen het gehele
repertoire uit de beginperiode
laten vallen.
Met „Fragile" heeft Yes
eigenlijk de definitieve door
braak naar de top gemaakt.
De pathetiek van zanger-
componist Jon Anderson is
op deze plaat nog even groot
als voorbeen, het uitgebreide
percussie-weirk van William
Bruford is ook even ge
varieerd gebleven, Christoffel
Squire bleef een solide
basgitarist, maar verrassend
sterk is de bijdrage van de
nieuwe zanger-gitarist Stephen
Howe. Alles overheersend
zijn echter de activiteiten van
debutant Rick Wakeman die
het geluid van Yes meer
dan ooit mengt met die moog.
Zijn orgel-, piano-, mellotron-
en harpsichoirdspel liegt er niet
om. Ijle gedragen klanken
worden onderbroken door kei
harde rock. Er is een
voortdurend spel tussen lyriek
en agressie. Daarbij blijft
de melodie centraal staan en
verliest de groep zich zeidien in
effectbejag.
Hoewel de sound volkomen
anders is mag Yes toch
vergeleken worden met groepen
als de Moody Blues en de
Beach Boys. Dit soort groepen
zijn technisch tot alles in
staat, experimenteren in de
studio net zo lang tot ze
tevreden zijn, vinden een
beetje bombast niet vties en
proberen in experimenten zo
veel mogelijk het contact met
de regelrechte rock te
behouden. Reken maar van
Yes.
(Fragile uitgebracht op
Atlantic 24.01.019, Optreden
23 jan. 't Turfschip Breda,
Entree 10,
Als hij op stap is leest hij
boeken, zoals „De reis van
mijn tante". Hij heeft een kop
kroeshaar, die de wereldbol
zou omspannen als het
uitgepluisd en aan mekaar
geknoopt werd. Op de bühne
heeft hij een sexy ape-pakkie
aan en de kleur van zijn
schoenen is dan rose. Zijn
artiestennaam is „Long". Toch
is het een Hollandse knul.
Hoe-t-ie werkelijk heet weet
bijna niemand. Zijn collega's
zijn Hoss, Meep en Mous en
samen vormen ze de Utrechtse
succes-formatie „Unit
Gloria"
Voor een zaal van duizend
stille en van wat luidruchtige
bewonderaars gedragen ze
zich net zo ijzig kalm als in
een spontaan gesprek achter
een pilsj e in een kroeg. Praat
je met ze, noem ze dan geen
beatgroep. Hoss zijn lange
haren gaan dan overeind staan
en slechts met moeite
onderdrukt hij een woedende
roffel op zijn brede
imponerende borst. Aan het
woordje beatgroep herken je
de vakman, is zijn stelling. Of
in dit geval: aan dat woord
_<J
ROBERT Long, de zanger
van Unit Gloria, heeft
een tijdje geleden
besloten af te zien van
een aanbod zijn carrière
in Spanje voort te zetten.
Hij was daartoe uitgeno
digd door Tony Ronald,
bekend van zijn hit
„Help". Long heeft
besloten bij Unit Gloria
te blijven. Hij gaat in
Spanje wel een
aantal tv-shows maken.
herken je dat het geen
vakman is.
Het lijkt een gezellige
familie die Gloria-clan. Om
hen hangt niet zo de glamour
van het snobistische
showleven. Het zijn gewone
fijne kerels, vol gein, niet vies
van een grap, maar met de
pest aan lakse obers
Zondagmiddag: het wordt
even stil in de drukke Hulster
Graanbeurs als de vier man
MISSCHIEN wist je het al
maar niemand van de leden
van Pink Floyd kan ook maar
één noot muziek lezen.
GODDEN Earring is nog
steeds erg populair bij 1 de 4-
voor het grootste deel jeug
dige lezers van Muziek Ex
pres. Dat blijkt wel uit de
door dit blad gehouden poll.
In maar liefst acht categorieën
(beste popgroep, beste zanger,
beste bassist en dergelijke)
kwa'm de groep (of een van
de leden ervan) als eerste
naar voren.
In dezelfde poll kwam Fo
cus als meest belovende groep
uit de bus.
EEN leerling vraagt aan de
docent of het raam open mag.
„Waarom?", wil de docent we
ten. „Omdat ik van mijn moe
der altijd met open raam moet
slapen".
„Op verreweg de meeste
scholen is de confrontatie
van de jonge mens met de
fundamentele levensvragen
(wie is de mens, vanwaar
waarheen?) nog altijd
meer een, kwestie van toeval
dan van principe, en wordt
de grote behoefte aan zingeving
die op het ogenblik
bij vele jongeren blijkt te
bestaan nauwelijks beantwoord.
Waarom wordt er op de
schoten niet wat vaker
gesproken over dit soort
zaken Omdat dit niet tot
betere examenresultaten
bijdraagt? Of omdat de
enormiteit van onze materiële
verlangens een oplossing in
deze richting in de weg
staat Zeker is het geval, dat
meer aandacht voor deze
existentiële zaken naast
meer aandacht voor sport,
kunstzinnige en ludieke
vorming nodig is, om tot
een meer volwassen en meer
creatief menstype te komen.
Een menstype, dat hoewel
behept met alle menselijke
deuigden en ondeugden, in
staat is met zich zelf en
met anderen om-te gaani
Een meer volwassen, mens
dus, die beter dan de
tagenwoond'igeiin staat is miet
de spanningen en de
tegenstellingen van deze tijd
om te gaan. Dit laatste
is een absolute voorwaarde
geworden om de vrede te
kunnen handhaven.
UitHoe leren we de
vrede? van S. C. Derksen,
tiitg. Wblters-Noordtafif.
eindredactie:
hans maas
bijdragen:
ben jansen
ton vertind
en god nam een stuk klei
en schiep de mens
en de mens nam het woord
en schiep de wereld
en de wereld nam de mens
en verwierp god
SJOERD WOUDENBERG
sterke Gloria-formatie
binnenkomt. Het is niet de
stilte van bewondering, maar
veeleer van verbijstering.
Tachtig procent van het
etende en drinkende publiek
van dat moment zijn Belgen,
die zich een ongeluk
schrikken door het
nonchalante langharige
voorkomen van de jongens.
Hoss lacht even en stelt zijn
vrienden voor.
De Gloria-clan bestaat uit
een stelletje gezellige-
babbelaars, vol avontuur en
glorieuze verhalen. Ze hebben
duidelijk moeite met het
geven van serieuze
antwoorden. Ze praten over de
platenwereld, hun successen,
tegenslagen en aspiraties.
Welke platen Gloria heeft
gemaakt weet iedereen en wat
de kleur van de ogen van Hoss
is interesseert waarschijnlijk
weinigen, evenmin als de
etensvoorkeur van Meep. Daar
wordt dus niet over gekletst.
Het wordt een ongedwongen
babbel met af en toe even tij d
voor een serieus accentje,
zoals de centen. Unit Gloria
verdient toch wel een hap
geld? Hoss en Long wippen
op:„Dat is erg betrekkelijk. Je
moet niet vergeten, dat we
een hoop kosten hebben. Er
moet op de eerste plaats een
hoop geld gestoken worden in
apparatuur. Dat hebben we er
nou onderhand wel uit, maar
omdat je geen vaste
werkgever hebt, draai je toch
op voor alle lasten. Wat er dan
overblijft is niet overdreven
veel. Geen dure auto's. Geen
huizen voor meelevende
DE nieuwste elpee van
Unit Gloria, „Ultrajec-
tum", is een plaat
waarop hele goeie
nummers worden
afgewisseld met
bijgeluiden en gekke
toespraakjes. Zo begint
de plaat met verkeers
geluiden, een Carillon en
een dreunende toren
klok. De plaat wordt
besloten met een
afscheidswoordje van
Robert Long.
ouders of kastelen. Zo zit het
er niet aan".
In Nederland zijn ze aardig
bekend. Hun aspiraties gaan
ook naar het buitenland.
België trekt wel aan. De gage
is er hoger dan hier. Je kunt
er ook lachen".
Verder:„Verschil in
mentaliteit van publiek is er
niet meer. Het maakt weinig
uit waar je optreedt in
Nederland".
Zondagnacht een uur: het
optreden (in de expeditiehal
van Scheerders in
Vogelwaarde) is achter de
rug. Het podium staat nog
steeds dichtgebouwd met
boxen. Voor tientallen
duizenden guldens. Meep
beweegt zich door de zaal.
Praat wat met de meisjes,
smeert de keel 'met een pilsje.
In een kleedkamertje wordt
wat gekletst over uitgaan, de
journalistiek, de belevenissen
in Italië en problemen van
alle dag. Plotseling wordt de
deur opengerukt. Een lichtelijk
opgewonden man kijkt Long
venijnig aan. Met overslaande
stem roept hij hem toe:„Over
een kwartier ben je hier weg,
is dat begrepen". Long werpt
hem een hatelijk kushandje
toe. De man staat op springen.
Long haalt heel nonchalant
zijn schouders op. „Zeker weer
zo'n figuur die louche stickies-
rokende bandleden voor zich
denkt te hebben". Of
misschien zijn de op dat
moment aanwezige jonge
dames de oorzaak van de
woede. Niemand maakt er zich
druk o'm. That's life.
JJe gestalte van Jezus van
Nazareth heeft iets onver
woestbaars. Ondanks het korte
moment dat hij op het podium
van de wereldgeschiedenis
stond, heeft hij blijvende spo
ren getrokken. Soms lijkt hij
zijn tijd gehad te hebben, maar
tot nu toe wist hij terug te ko
men cn een nieuwe schare van
volgelingen op de been te bren
gen.
Wie was hij eigenlijk? De
vraaig is zo oud als onze jaar-
I telling. Telkens wanneer de
f belangstelling voor hem op-
flakkerde, werd ze met grote
j nadruk gesteld. Wanneer men
E het antwoord wel meende te
I weten, ebde de vitaliteit uit
f de beweging die hij had losge-
I slagen weg.
Vandaag wordt Jezus voor
I velen weer een vraag. Hij kan
niet de tamme figuur zijn die
een klein-burgerlijke levens-
I beschouwing van hem heeft
I gemaakt. Hoe zou iemand voor
l hem warm lopen? Hij moet
veeteer een schokkende radi-
I caliteit hebben gehad. Maar
welke?
De Oostenrijkse priester
I Adolf Holl ziet in htem een
B" rebel die welbewust tegen de
I maatschappelijke orde van
zijn dagen aanschopte, en wel
zo hevig dat hij in de kortste
keren het hele establishment
tege» zich in het harnas joeg.
Hij was zonder meer een agi
tator die zich bij voorkeur on-
der de massa's armen en de
uitgestotenen btewoog met een
gedrag dat in alle opzichten
onvrede uitstraalde met de
gangbare regelingen inzake fa
milie en gezin, religie, maat
schappelijke klassen en sociale
iedere groepering op zich vrij
te houden van machtsvertoon.
Hij prees een leefwijze aan
ontdaan van elke vorm van
zelfbeveiliging door starnd,
geld, macht en familiebanden.
Slechts weinigen begrepen
htem, en in de machteloosheid
van het kruis stond hij al
leen.
Holl heeft deze gedachten
neergelegd in een boek diat in
Duitsland in grote aantallen
over de toonbank gaat. De re
den van dit succes is echter
minder de kernschetsing van
Jezus als radicale maatschap
pij-criticus, dan wel dte daar-
indeling, goederenbezit,
machtsstructuur en ontwikke
ling. Dte machtigen voelden
zich door hem bedreigd, het
proletariaat begroette hem als
bevrijder.
Maar toch was hij, volgens
Holl, geen marxist avant la
tettre. Hij had iets para
doxaals op het oog: de oombi-
natie van radicale ontevreden
heid en het ontbreken van af
gunst. Hij wilde de maat
schappelijke verhoudingen niet
omdraaien op dte wijze van het
marx.isme door de dictatuur
van het proletariaat, maar riep
mee verbonden stelling dat de
christenen hun ontrouw aan
zijn boodschap hebben geca
moufleerd door hem tot God
te maken. In plaats van hem
na te volgen zijn ze hem gaan
vereren. Hij werd in een an
dere wereld geplaatst en zo
onschadelijk gemaakt. Tot
overmaat van ramp viel hij in
handen van een nieuwe pries
terkaste die in de wierookwol
ken van de liturgie zijn eigen
lijke gestalte aan het oog ont
trok.
Dat een katholieke priester
een dergelijke stelling publie
kelijk verkondigt, baart na
tuurlijk opzien. En de nieuws
gierigheid wordt nog meer ge
prikkeld als hij door zijn bis
schop op het matje wordt geroe
pen en tegenstribbelt- Is zijn
boek waarvan nu een Neder
landse vertaling voorligt se
rieuze aandacht waard? Nau
welijks.
Het dient zich aiam als een
vrucht van veel studie, maar
wetenschappelijk gezien ram
melt het betoog aan alle kan
ten. Eigenlijk is het de zoveel
ste poging, het g eloofsgetuige-
nis van de christenen te
schrappen en de werkelijkheid
achter hun verhaal bloot te
leggen. De laatste eeuwen is
het talloze maten geprobeerd.
Al deze pogingen leverden
nooit iets anders op dan een
Jezus-beeld dat wonderwel
paste in de geestelijke wereld
waarin de onderzoeker zich
thuis voelt. Ieder vindt wat
zijn verwachting hem doet
vinden: een ethische Jezus,
een politieke Jezus, een mys
tieke Jezus enz.
Sinds 50 jaar heeft men het
failliet van dit soort pogingen
ingezien. Holl schijnt het ont
gaan te zijn. Wie de christelij
ke traditie zo fundamenteel
wantrouwt, doet eerlijker Je
zus maar af te schrijven.
Bovendien is dte stelling dat
de idee van Jezus gtMdelijk
wezen ontsproten is aan het
verlangen hem zover mogelijk
van de aa rde weg te schuiven
om zo aan zijn hoge eisen te
ontkomen, onhoudbaar geble
ken. In de twintiger jaren
bracht Max Scheler ze al te
berde. Terecht werd erop ge
wezen dat het tijdsbestek van
één generatie wel erg weinig
is om een mens tot goddelijke
hoogten te verheffen, en ook
dat de christenheid pas zo'n
honderd jaar later de eerste
vermoeidheidsverschijnselen
begon te vertonen. Van be
duchtheid voor de veeleisend
heid van Jezus' boodschap is
aanvankelijk weinig te mer
ken.
Holl is uiterst eenzijdig in
zijn typering van Jezus als de
visionair van de ideale mense
lijke verhoudingen Ongetwij
feld raakt hij de Item - en dat
is beslist een verdienste - met
te stellen dat Jezus daar stout
moedige gedachten over koes
terde.
Het christelijke communis
me van de eerste gemeente in
Jerusalem blijft de beste ver
werkelijking van wat hem voor
ogen stond. Maar hij had
niet toevallig ook nog een
godsdienstige boodschap. Hi;
putte zijn opvallende geest
kracht juist vut een ver
trouwdheid met het Mysterie
Daarom achtte hij tussen men
sen het onmogelijke moge
lijk.
Het is opvallend dat Holl
juist het tegendeel naar voren
haalt van wat de jongeren van
de Jezus-movement boeit. Mo
gelijk is al een waarschuwing
nodig tegen het zoeken van
een mystiek, die het sociale
verkeer Iaat voor wat het is.
Er kan geen waarachtige Je-
zus-beweging zijn, waar de
gevestigde belangen zich wel
bij voelen.
Drs. R- v. d. HEUVEL OSB
A. Holl, Jezus in slecht ge
zelschap, Amboboek, Bilthoven,
SULMON (KNP)
De Italiaanse pastoor Gi-
ulio Corte, die vorig jaar
november zijn bisschop,
Mgr. Francisco Amandio,
een klap in het gezicht
gaf, i is geëxcommuni
ceerd. De bisschop heeft
zich hierover beroepen
op het kerkelijk wet
boek, waarin staat, dat
eenieder zie zijn bis
schop beledigt, geëx-
communiceert kan wor
den.
Aanleiding tot dit
handgemeen, was een
gesprek dat de bisschop
met de pastoor wilde
hebben over zijn voort
durende afwezigheid in
de parochie.
(Van een onzer verslag
gevers)
AMSTERDAM. Alco
holisten krijgen een nieuwe
kans om van de drank af te
komen. In de Amsterdamse
Jellinek-kliniek is een me
thode ontwikkeld die veel
meer succes belooft dan de
tot nog gevolgde behande
lingswijzen.
Het ligt in de bedoeling van de
directeur v.an de kliniek, de
heer H. Krauweel, om binnen
zeer korte tij d volledige ope
ning van zaken te geven ovter
de nieuwe methode en de be
reikte resultaten. „Het proef
stadium zijn we in elk geval al
definitief voorbij," zei hij.
De nieuwe methode heeft de
naant „Esperal-dnplant" gekre
gen. Tot nog toe zijn er zo'n
200 personen mee behandeld.
„Met zeer goede resultaten,"
aldus de heer Krauweel, die
weigert op dit moment de con
crete gegevens te noemen.
Alcoholisten die tot nog toe
behandeld worden tegen hun
drankzucht, krijgen die zoge
naamde „refusaï-pillen". Die
moeten door hen worden inge
nomen; het gevolg van de re
fusal in het bloed is, dat de
bewuste persoon kotsmisselijk
wordt wanneer hij alcohol ge
bruikt.
voor onze kliniek hier aan de
Keizersgracht. Dat willen we
toch echt wel vermijden. We
willen geen valse hoop wek
ken. We zijn er echt niet zo
royaal mee. Alleen als we ze
ker zijn van een goede motiva
tie om de drank te laten staan,
en van een goede gezondheid,
zijn wij bereid via onze me
thode dte aanzet te geven tot
een uitbouw van die goede
motivatie."
De Esperal-dnplant bestaat
hieruit, dat steriel gemaakte
refusal in de buikwand wordt
inigeplaatst. Die refusal wondt
dan langzaam maar zeker „op
gelost", zodat er voortdurend
een konstante hoeveelheid re
fusal in het bloted zit. „Het
voordeel is," zegt de heer
Krauweel, „dat de bewuste
man, hoe hard hij ook aan een
borrel of zo toe is zich geen
druppel alcohol kan permitte
ren. Want dan wordt hij ziek.
En dan zal hij eerder de posi
tieve zijden van het drank-wij
zijn kunnen ervaren.
De grote moeilijkheid van de
ze methode dringt zich onmid
dellijk op: wanneer de drank
zucht van de bewuste persoon
op teen gegeven ogenblik al te
groot wordt, of wanneer ver
velende omstandigheden,
waarin hij verkeert hem naar
een vlucht in de alcohol drij
ven, heeft hij de mogelijkheid
zijn pilletje domwteg niet in te
nemen. Aan deze moeilijkheid
wordt tegemoet gekomen door
de „Esperal-inplant": de be
wuste persoon heeft de hele
dag door automatisch refusal
in zijn bloed. Wanneer hij dus
een borrel of pilsje pakt
volgt de „straf" onontkoom
baar: hij wordt doodziek.
„Wij zien het als een eerste
verplichting aan onze kant bij
de Esperal-inplant," zegt de
heer Krauweel, „om de man of
vrouw die op deze wijze
wordt behandeld, een geeste
lijke begeleiding te geven.
Verder stellen we als voor
waarde vooraf, dat de motiva
tie om van de drank af te ko
men heel goed moet zijn,an
ders willen we ter niet aan be
ginnen. En bovendien dient de
betrokken persoon lichamelijk
volkomen gezond te zijn."
De grote vrees van de heer
Krauweel is, dat na het be
kend worden van de Esperal-
inplant „de mensen in dikkte
rijen zich zullen verzamelen
De Jielliniek-kliniek legt zo
sterk de klemtoom op eten ge
bleken goede motivatie vooraf,
omdat de Esperal-inplant elke
vlucht in de drank finaal on
mogelijk maakt. De heer
Krauweel: „Dat kan ontzetten
de spanningen geven, dite je ei
genlijk alleen kunt opvangen
als je donders goed weet dat je
de drank wilt laten staan, en
ook weet waarom je dat wilt.
En zelfs dan is het nog heel
moeilijk. Daarom teisen we dat
de behandelde personen bereid
zijn eens per week of eens per
veertien dagen naar onze kli
niek te komen. Opdat we ze
gteestelijk kunnen begeleiden.
Hoe lang die mensen moeten
komen, verschilt van persoon
tot persoon. Bij sommigen kan
het wel jaren duren. Het is be
slist niet zo dat we met de
Esperal-inplant het tovermid
del hebben gtevonden om men
sen zonder problemen en in
een korte wip van hun drank
zucht af te helpen."
Bij een aantal reeds behandel
de personen is de inplant na
verloop van tijd vernieuwd,
wanneer er geten refusal meer
werd afgescheiden. De beer
Krauweel: „In alle stilte zijn
we al jaren bezig. We hebben
al veel ervaring opgedaan. In
derdaad is het voor sommige
mensen nodig dat 2fe zeer lang
behandeld worden, en nieuwe
inplanten krijgen. Omdat ze
zonder de dwang van de refu
sal beslist terugvallen."
De inplant-methode is voorna
melijk ontwikkeld door dr. T.
van Erp van de Jellinek-kli
niek. De publikatie van de re
sultaten is, aldus de heer
Krauweel, onder meer tegen
gehouden doordat dr. Van Erp
op 24 december j.l. plotseling
temidden van zijn patiénten is
overleden. „Van de andere
(Van onze redactie binnenland)
DEN HAAG. De kosten van het milieubehoud in Nederland
kunnen worden geschat op vier a vijf miljard gulden per jaar.
Het Verbond van Nederlandse Ondernemingen (VNO) schrijft
dit in zijn weekblad „De Nederlandse Onderneming".
Het bureau milieuhygiëne van de raad van Nederlandse werk
geversverbonden schat de kosten, die de industrie krijgt bij te
dragen in het streven naar een schoon milieu op ruim twee mil
jard gulden per jaar. Omdat ruw geschat de niet-industriële en
industriële vervuilers ieder voor de helft bijdragen in de om
vang van de totale milieuverontreiniging, zijn de totale kosten op
het dubbele van dit bedrag te schatten, dus op vier a vijf miljard
gulden per jaar.
Het VNO pleit voor tijdelijke fiscale tegemoetkomingen voor
die bedrijven, die de milieukosten niet kunnen dragen. De ge
meenschap staat voor de keuze, welke voorkeur zij heeft voor
een schoon milieu, welke voorkeur zij toont voor de groei van
de materiële welvaart en de werkgelegenheid, welke voorkeur
zij toont voor andere terreinen, zoals woningbouw etc. Nog te
weinig is men zich in het algemeen bewust van de omvang van
de offers die een schoon milieu zullen vergen. Dat komt o.m. tot
uiting in de claims van politici en vakbeweging op de besteding
van de toekomstige Welvaartsgroei, aldus het VNO.
In het artikel wordt o.a. gesteld, dat financiering van de
milieukosten ten laste van de winst der ondernemingen niet
mogelijk lijkt, gezien de voortdurende daling van de rendementen
in het bedrijfsleven. Die rendementsontwikkeling is de laatste
jaren steeds meer bergafwaarts gegaan. In 1968 was het rende
ment op geïnvesteerd vermogen na belastingen nog 4,1%, maar
in 1971 is het gedaald tot 3% en voor 1972 wordt een verdere
daling tot 2,8% verwacht-
Het tegengaan en terugdringen van de milieuvervuiling is een
kostbare, maar ook een zeer ingewikkelde zaak, zoals blijkt uit
de verschillende kostenschattingen die de laatste jaren zijn ge
publiceerd. Deze schattingen lopen nl. nogal uiteen, zoals uit
onderstaande opsomming blijkt.
Dr. K. Biersteker, verbonden aan de Rotterdamse GG en GD,
schatte in 1970 de jaarkosten voor de eerstkomende vijf jaar op
1,5 miljard gulden.
Dr. ir. W. J. Beek, directeur Unilever Research Laboratorium,
schat dat de jaarkosten voor milieubehoud moeten worden opge
voerd van 0,8 miljard thans tot 4,2 miljard in 1980.
Ir. L. Schepers, voorzitter van de Stichting Toekomstbeeld der
Techniek, taxeert dat de jaarkosten zullen moeten stijgen tot
3 miljard gulden.
Dr. H. M. Klouwen, regionaal inspecteur voor de Volksgezond
heid, schat de jaarkosten op 1,5 miljard gulden. Hij beperkt zichï
in deze schatting tot het „teniet doen van de ergste vervuiling'%
Minister Nelissen noemde destijds als minister van Economische
Zaken een bedrag van twee miljard gulden per jaar.