Hele maal Dit is het verslag van een zeer drukke ochtend voor zangeres-actrice Mieke Bos Een ochtend waarop haar telefoon voort durend rinkelde. Hoe dat zo kwam en hoe Wim Wennekes toch een gesprek wist te voeren, leest u in deze huiselijke reportage 3-3 tat hur. •-.»«! A'di.- *SÊ53k rassrss. «wife «a Mtt moïBiijj: tn$it >lr<v" in dn iralshnp- -mi, Miidi.->f irninxw ist Amstelveen, rim Immsr met r.idiu en tv. Mms IfjjE _H» mier min 1 dvclil--*■S en 3 jr.. als Iran nacamSHr -wi-rfl Alle iriwiernr: taiïhmideti'ï* mmNMMa *an utrwrie. dus amen vwamr :ri: V dl';''" Sï avftrieg. Mevr- m r£ tóf «tMfMOL w 3«V nê"ë WKKKSTm «r, pap||i „IK HEB ALTIJD ENORME MAZZEL kaartjes van mensen, die schreven: trek 't je maar niet aan meid. We vonden het ge weldig!" Rinkelrinkel. Geen sollicitatie ditmaal, maar een vriend des huizes. Filmer van beroep. Moet plotseling en snel voor de tv naar Belfast. Mieke: "Hè gadverdarrie. Zul je voorzichtig zijn jongen? Waarom doe je dat nou. Nou, ja je moet het zelf maar we ten." Wandelende sauna Even terug naar De Klop. Ne derland heeft Mieke Bos uit voerig aan het werk kunnen zien als een steeds maar ouder wordende Annetje Goldeweijn. In België is de serie, die in ons land in 1970 al op het scherm verscheen, deze week donderdag pas gaan draaien. Mieke Bos: "Ja en wil je nou wel geloven, dat ik daar niks van af wist. Ik krijg me ineens een knipsel opgestuurd met m'n smoeltje d'r bij. Over De Klop. Ik denk: De Klop, De Klop? Kro gebeld en jawel hoor. In België gingen ze 'm nu ook vertonen. Ik zei: nou dat hadden jullie me ook wel eens mogen vertellen. Zeiden ze: wist je dat dan niet. Ik: neè, dat wist ik niet nee. Zei den ze: Nou, Mieke dan ben je enige." Weer lawaai van dat ding waar de PTT de laatste tijd zo'n reklame mee maakt. DE STEM - ZATERDAG 8 JANUAR11972 Tekst WIM WENNEKES door CORNELIS VERHOEVEN Eenmaal, andermaal, alle maal, helemaal. Vreemde woorden zijn datvooral de laatste twee. De afleiding ervan is niet zo duidelijk en het woordenboek voert ons naar ongeveer alle talen en dialecten die er ooit gespro ken zijn. Maal is „keer of tijdstip" en tegelijk ook „eten." Een mooie combina tie zou zijn: etenstijd. De be tekenis „tijdstip" zou dan ontleend zijn aan de tijd die tussen twee malen in ver strijkt, de maaltijd. Er zullen best voorbeelden te vinden zijn om de opvatting toe te lichten: zo betekent „schoft" niet alleen „schaft", rust om te eten, maar ook: „deel van een werkdag dat niet door een rust wordt onderbro ken." Wij meten de tijd aan de afwisseling van inspanning en rust, arbeid en genot. De onderbrekingen worden ge teld. De tijd is er niet ineens en „helemaal" maar in over zichtelijke perioden, door ge nietingen gemarkeerd. Alles is berekend op een hervat ting, die mogelijk een voor uitgang betekent. Het gaat nu niet zozeer om de woordafleiding als wel om de lichte huiver die woor den als „allemaal" en „hele maal" kunnen oproepen. Zij suggereren iets definitiefs en radicaals dat geen uitzonde ring of reserve toelaat. Dat is iets heel dubbelzinnigs. Ik denk dat het tegemoet komt aan het menselijk verlam naar iets absoluuts, een la ste woord, een totale geldig heid of een volstrekte vrijheid Ik herinner mij dat het woord „helemaal" vroeger 'n fascinerende uitwerking op mij had. We kregen zelden een „hele" reep chocolade en nog zeldzamer was het dat we die „helemaal" mochten opeten. Meestal moest er van geofferd worden aan anderen, aan morgen of gewoon aan de huiver voor „helemaal". Een vrije dag was ook nooit helemaal vrij: er moest altijd aan geknabbeld worden. Het paradijs was niet helemaal paradijs: er was beperking en uitzondering. Ook Adam wilde „helemaal" en de erf zonde bewijst haar bestaan en haar erfelijkheid in het feit dat ik hem nu gelijk geef. Theoretisch gesproken is het onmogelijk de uitzondering te dulden, niet van de ene boom te eten die dan ook de boom der kennis heet niet in de ene schaal te kij ken en die ene deur niet te openen. De uitzondering be derft de regel en het genot, zeker als ze willekeurig lijkt. Adam had helemaal niets aan. Ook dat was in mijn jeugd iets huiveringwekkends definitiefs, concessies aan 'n verlangen om alle reserves aan te spreken. Nooit kon iets „helemaal": er waren altijd praktische overwegingen die beperkingen en uitzonderin gen schiepen. In werkelijk heid schrikken mensen blijk baar toch terug voor hele maal, totaal en definitief. Ze willen liever eenmaal, ander maal, vele malen, een te goed dat in kleingeld wordt uitbetaald. De tijdde maal moest iets reserveren voor 'n volgende maal. Zonder die reserve, zuurdesem voor een nieuw begin, lijkt de tijd af te lopen en stil te staan in een dodelijke eindtijd waarin de wereld verstart. Er moet iets bewaard wor den voor later en door dat be waren lijken we ons op ma gische wijze van een „later" te verzekeren. Helemaal is maar eenmaal en wij willen de herhaling. Misschien was er ook zuinigheid en pruderie in het verbod van elk „hele maal", maar ik vermoed dat daarin de huiver voor het laatste en definitieve toch een grotere, zij het zwijgende, rol speelde. Niets kan helemaal, niets mag helemaal, omdat er na „helemaal" niets meer lijkt te komen. Dat „alles in eens" slokt in een keer de he le voorraad van ons histo risch etmaal op. Het bete kent een genot en een vrij heid die bij een sterfelijk be staan niet lijken te passen. Het plaatst ons voor een grens en wij weten niet wat daarachter is. Vandaar mis schien de huiver die ons i» een veilig midden doet af remmen. Ik pleeg nu een slecht soort van theologie. Want ik ver dedig tegelijk Adam die de uitzondering niet kon verdra gen en de wat jaloerse god die ze hem oplegde. Maar zij waren dan ook twee tegenspe lers in een spel dat gemaakt te om door mensen begrepen te worden. Dit is het relaas van 'n ochtend vol telefoon- gerinkel. Met af en toe daar tussendoor 'n paar zinnen, uitgesproken door mevrouw M. Bos, woon achtig te Amstelveen, werkzaam als zangeres-ac trice. De laatste tijd aktief als partner van de heer T. de Braak in een show die "Tête a Ted" gedoopt is. Vanavond bovendien te zien als gaste in de show van de Mounties, die via Nederland I de lucht in gaat. Telefoongerinkel is maar al te vaak een aller aardigste afwisseling in 'n gesprek met een van de buis bekende persoonlijk heid. Maar vergiffenis bes te lezer, bij voorbaat, dat dit keer de telefoon zó de overhand heeft in wat een interview moet zijn met volslanke en gastvrije Mie ke Bos. Advertentie Maar het zat zo. Die morgen had Mieke Bos een adverten tie laten plaatsen in een lan delijk ochtendblad onder de rubriek "Huishoudelijk perso neel gevraagd". En nu zou je in deze tijden van schaarste in huishoudelijke hulpen ver wachten, dat geen hond rea geert op zo'n annonce, maar ziet: de wonderen zijn de we reld nog niet uit. Want nau welijks is de verslaggever ge zeten in een alleszins comfor tabele leren fauteuil in het een half jaar geleden betrok ken luxe onderkomen van de familie Bos of daar rinkelt dat onding ten eerste male. Hallo Almelo. Mieke Bos: "Jeetje, helemaal uit Almelo? Nou meisje, je bent de eerste die belt. Maar voor jij gaat praten, mag ik je misschien even vragen: wanneer kun jij beginnen? Oh, dat is prachtig. Fantastisch. Zeg luister. Kun je morgen niet naar Amster dam komen, dan kunnen we eens rustig praten. Je komt met de trein? Goed. Uitstap pen Centraal Station. Dan met lijn 1 of 2 naar het Leidse- plein. Daar overstappen op bus 66. Die gaat eerst helemaal door Buitenveldert en vervol gens naar Amsterdam. Nou ga je de halte na het profes sor Tulpziekenhuis d'r uit. Als je daar bent, dan sta je op 200 meter van m'n huis. Goed. Tot morgen dan. Ik kan er toch op rekenen, hè? Oh ja, en het reisgeld betaal ik je natuurlijk terug. Daaag". Boem. Dat was dat. Appelwangetjes Even vlug een vraag van huishoudelijke aard: Een dienstmeisje kan niet ge mist worden in huize Bos? Mieke: "Neeee joh. Onmoge lijk. Niet dat ik zo'n luie don der ben, maar d'r moet toch iemand zijn, die konstant bij de kinderen is. M'n man. 'n importeur, is vaak weg. Net gisteren weer vertrokken. En ïk ben natuurlijk ook vaak de deur uit. Ja allicht. Het liefste had ik niemand nodig, want die kinderen (2 dochter tjes, een van vijf en een van acht. W.W.) hebben natuur lijk het liefst hun moeder om zich heen. Maar als het nou mot, nou dan het liefste zo'n gezonde boerenmeid met van die appelwangetjes. Eentje die van aanpakken weet. Ze moet me natuurlijk niet alles uit handen nemen, want ik wil zelf ook meehelpen. Oh, ik vind poetsen heerlijk. Serieus. Lekker op m'n knietjes vloer tje boenen. Wassen. Strijken. Dat lijkt misschien gek, maar ik ben daar dol op. Daar kij ken de meeste meisjes altijd van op. Soms als ik door om standigheden weer eens can meisje nodig heb en ik zet in zo'n advertentie voluit "Mieke Bos zoektkrijg ik van die halve gare fans op m'n dak, die denken dat Mieke Bos, bekend van radio en tee vee, de hele dag op d'r luie rug in prachtige gewaden si garetjes ligt te roken. Nou, vergeet dat maar. Ik heb een verschrikkelijke energie. Al tijd bezig. Altijd.jeetje hoe moet ik dat nou uitleggen. Ja, niet in het vak of zo hoor. Meer op het huishoudelijke vlak. In de showwereld hou ik me erg kalm. Ik zou veel meer aan de weg moéten tim meren. Bellen, belangrijke mensen voor de voeten lopen in de hoop op een fijne rol. Maar dat is kennelijk niet no dig. Ik kom zo, kalm aan, ook aan voldoende werk. Ja joh, ik heb een enorme mazzel wat dat betreft. Als Daar ga je Rinkelrinkel. Kandidaat num mer twee. Wordt diverse ma len op onverklaarbare wijze verbroken. Nadat een sluiten de afspraak voor diezelfde middag nog gemaakt is: "Waar was ik nou gebleven. Ja, maz zel. Ook met recensies. Dan zit weer de een of ander een programma waar ik in zat af te kraken van heb ik jou dgar en net als ik denk: Mieke daar ga je, dan staat er in eens: Alleen het spel van Bos was nog enigszins verteerbaar. Of ronduit: Bos deed het leuk. Dan zucht ik maar eens diep. Met De Klop (op de deur W.W.) ook. Krakende recensies. Hele slechte pers. Zo erg, dat je d'r helemaal triest van werd. Tot de volgende dag de post bode kwam met brieven en Hoe draait de show? Mieke Bos: "Op 12 december hebben we de première gehad en nu beginnen we in februari in Amsterdam. Lekker dicht bij huis. Vooral het begin van het programma is ijzersterk. Dan staan we op het toneel elkaar 20 minuten lang te katten. Ik hem met z'n glaasje Madeira en hij mij natuurlijk met "De Selvera's." Bloedserieus Dan snel gesproken over de aktiviteit, die haar de\ laatste weken in beslag neemt: de show met Ted de Braak. Mie ke Bos: "Die Ted, dat hou je niet voor mogelijk. Die wérkt. Wérkt. Alleen al van het zien word je moe. Die man, zeg ik wel eens, die man denkt maar drie uur per dag niet aan wer ken. Dat is als hij even slaapt. Maar voor de rest? Met lied jes het land in, Van twaalf tot twee, Farce Majeur, Tête a Ted. Hoe die het volhoudt is me een raadsel. Een enige collega, maar verschrikkelijk nerveus. Voordat ie op moet gutst het zweet 'm langs z'n lijf. Net een wandelende sau na." De Selvera's. Laten we Mieke even alleen bij de telefoon (jawel, weer een sollicitatie) om enige zaken in de herinne ring te brengen. Lang voordat Mieke Bos schitterde in o.a. de musical Sound of Music en de Slees wijk Revue was er het duo De Selvera's. Mieke samen met Zusje. Een edel metalen "Postkoets" in haar huiskamer herinnert nog aan dat verleden van de dochter van een inmiddels overleden clown, wiens echtgenote anno 1972 nog altijd een sigaren winkeltje drijft in Weert. Na 10 jaar was de periode Sel vera's voorbij. De wegen van Mieke en Zusje scheidden zich. De laatste drijft momenteel een goed beklante schoon heidssalon in Amsterdam, al waar diverse personages uit de wereld van de show en het lichte lied zich aan een op knappertje wagen. En dan nu de vraag: Hoe kijkt Mieke Bos achteraf tegen die periode aan? Kan ze d'r om lachen als ze nu nog eens teksten als die van de Postkoets terug hoort? Mieke Bos: "Ben je nou helemaal belazerd. Om de dooje dood niet. Niks hoor. Dat was allemaal bloedserieus. Wat maak je me nou? De Postkoets en al die andere platen staan keurig ingepakt, samen met ontzettend dikke plakboeken en afschuwelijke leuke herinneringen in een grote doos. Voor later. Nee, dat is niks om te lachen. Kom nou, dan hadden we het toch zeker nooit tien jaar met de Selvera's volgehouden." Ik: In die tijd was er nog wel dui delijk sprake van een zeer zachte gee. Waar is die ge bleven? Mieke Bos: "Foetsie. Dankzij spraaklessen van, kom hoe heet ze nou alweer. Al bij na 10 jaar geleden. Verhaal tjes voorlezen en dan op je vingers getikt worden. Laat ik er niet meer aan denken." (Ringring) Hè verdorie. Sorry joh, maar ik moet weer op pakken." A

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1972 | | pagina 19