VOGELS HET 8e KASTEEL WERD EEN RUiNE Kerstmis nadert Indiase dorpelingen begrijpen oorlog niet „De Zeeuw zaterd; MILJARD Roosje NAVO-raad deze week teleurgesteld bijeen FILMVE kleine stem De geschiedenis van een oude paal door fohan wlnkler KOSTEN I Zeldzaam kin Woensdag 8 december 1971 iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiitiiiiiiuiii In de winter kunnen de vogels weinig eten vinden. Ik help dan een beetje, Elke dag strooi ik kruimel tjes brood. En die eten de vogeltjes dan op. Ik strooi 's morgens en 's middags. Dat weten de vogels al. Ze zitten op mij te wachten. Als ze mij zien, komen ze eraan vltegen en beginnen te feesten. ZUNDERT MICHEL SPITTERS 7 j. Illllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll vV MM Sandra van Geetsum (6 jaar). In een land met heuvels en dalen, bossen en velden, stonden zeven kas telen. De mensen die in verspreide dorpjes woonden, zeiden van die kas telen: Heel, heel lang geleden vloog eens op een nacht de duivel over dit land en hij had op zijn rug een zak met acht kastelen. Het was zo don ker dat hij niet merkte hoe er een gat in de zak scheurde Toen de morgen aanbrak had hij nog maar één kasteel over. De andere zeven waren op hoge heuveltoppen geval len en daar stonden ze voortaan, machtig en sterk. De duivel daalde met zijn ene kasteel gauw naar be neden over de grens van het land, en ging erin wonen. Langzamerhand werden de zeven kastelen bevolkt door ridders; nobele mannen met vriendelijke vrouwen en aardige kinderen. Maar in het achtste kas teel, dat over de grens lag, woon den eeuw na eeuw duivelse kerels. Totdat het tenslotte leeg kwam te staan en verviel tot een ruïne. De mensen die het verhaal van de duivel vertelden, geloofden het niet écht. Maar het kwam toevallig goed uit, nu er in het achtste kasteel al tijd slechte mensen woonden die de Zwarte Prinsen werden genoemd. Eens speelden drie vriendjes tus sen bosjes en struiken van de heu vel waarop een van de zeven kaste len stond. Het was de zoon van de ridder met de zoon van de kok en de zoon van de stalknecht. Zij waren verkleed als ridders, droegen schil den en zwaarden en speelden dat zij elkaar zouden verslaan. Daarom lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllMIIIIII Lucy de Wij (10 jaar). verstopten zij zich nu eens hier, dan eens daar en schreeuwden als zij elkaar met hun zwaarden te lijf gin gen. Maar aan de voet van de heuvel lag een Zwarte Prins op de loer Hij kroop voorzichtig naderbij en denkend dat dit alle drie zoons van de ridder waren, greep hij de eer ste de beste beet. De jongen gilde, maar de anderen, die zich verstopt hadden, dachten dat dit bij het spel hoorde. De Zwarte Prins zei: „Je hoeft niet bang te zijn. Ik vraag alleen maar een losgeld aan je vader. Als ik dat heb, mag je weer terug naar huis". En hij begon van de heuvel af te dalen met de jongen. „Mijn vader heeft geen geld", zei het kind. „Dat Zeg je maar om mij voor de gek te houden", meende de Prins. „Het is de waarheid, mijn vader is geen ridder". De Zwarte Prins dacht: „Is hij een ridderkind of is hij dat niet? Ik moet hem in de val laten lopen!" Toen maakte hij de brede gouden ketting los, die hij als gordel om zijn middel had gegespt en vroeg: „Wat zou je vader doen als hij deze ketting had?" De jongen, die niet zag dat de ket ting van echt goud was, antwoord de: „Hij zou er de honden mee vast leggen als zij aan de keukendeur klaar staan om een stuk vlees te ste len". De Prins stond stil. „Jij bent da zoon van een kok!", riep hij uit en liet de jongen los met de woorden: „Als je vertelt wat er gebeurd is, kom ik toch nog halen hoor!" «De zóón van de kok holde' terug 'ndSf zijn .vriendjes, maar de Zwarte Prins klom nog vlugger de heuvel op en greep de tweede jongen, die gilde, maar dat leek in het spel te horen. De Zwarte Prins zei: „Je hoeft niet bang te zijn. Ik vraag alleen maar losgeld aan je vader". De Zwarte Prins dacht: „Is hij nu een ridderkind of niet? Ik moet hem op de proef stellen". Hij liet weer de gouden ketting zien en vroeg: „Wat zou je vader doen als hij deze ketting had?" De jongen, die niet zag dat de schakels van echt goud waren, ant- wordde: „Hij zou er de wilde hengst mee vastbinden". De Prins stond stil. „Jij bent de zoon van de stalknecht", riep hij uit en liet de jongens los met de woor den: „Als je vertelt wat er gebeurd is, kom ik je toch nog halen!" De zoon van de stalknecht holde terug naar zfjn vriendjes, maar de Zwarte Prins klom nog vlugger de heuvel op en greep de derde jongen, die gilde. Deze gil werd gehoord op het kasteel De Zwarte Prins zei: „Stil, je hoeft niet bang te zijn. Als je vader mij losgeld heeft betaald mag je weer terug naar huis". De jongen antwoordde niets. "En de Prins meende: „Dit is een echt ridderkind, maar ik zal hem op de proef stellen". Weer liet hij de ket ting zien: „Wat zou je vader hier mee doen. denk je?" De jongen antwoordde: „Hij zou er de man mee boeien die zijn zoon ontvoert". Dat was een echt ridderlijk ant woord, vond de Prins. Om helemaal zeker te zijn vroeg hij ook: „En als je moeder deze ketting had, wat zou zij ermee doen?" „Zij zou er een kaarsenkroon aan hangen vóór het beeld van de Moe der Gods en bidden voor zijn behou den terugkeer", zei het kind. Nu was de Prins zeker van goede vangst en het hoge losgeld. Maar de zoon van de kok, die het eerst was vrijgekomen, had dadelijk iedereen in het kasteel te hulp ge roepen en toen de zoon van de stal knecht buiten adem kwam aanhollen en de gil van de ridderzoon werd gehoord, reden soldaten en knechten onder aanvoering van de ridder de heuvel af. Nog vóór de Zwarte Prins met de ontvoerde jongen zijn paard had kunnen bestijgen, was hij al omsin geld. Het ridderkind kwam behouden thuis. De moeder stak alle kaarsen aan voor het beeld van de Moeder Gods uit blijdschap. De twee dappere vriendje werden in pagedienst genomen. Maar de Zwarte Prins werd ge straft door alle zeven ridders uit de zeven kastelen op de zeven heuvel toppen. En sedertdien is het achtste kasteel dat over de grens lag, onbe woond gebleven en een ruïne gewor den. AN MAC GILLAVRY llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll December is een maand van feesten. De Sinterklaascadeautjes zijn net uit gepakt of het wachten is al weer op Kerstmis. De eerste kerst-tèkeningen werden al opgestuurd. Hopelijk sturen jullie de komende weken nog veel meer op; gedichtjes bijvoorbeeld' of verhaaltjes en tekeningen. Als je niet weet wat je schrijven of tekenen moet probeer dan eens te zeggen wat je over „vrede" denkt. Wat is „vrede" volgens jou? IMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIillllllllllllllllllllllllMlllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllUIII Een heel klein roosje, zat in een doosje het had veel verdriet want eruit koh het niet. Toen kwam er een klein baasje die zette het in eten vaasje hij gaf het aan zijn zusje en kreeg daarvoor een kusje .PUTTE JEANINE GEERS (9jaar) eindredactie ben jansen lillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllMIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII iroi i&n •litem 'i t fj.ot .nsvtild bed ni sibi... w nfi se'- B48-7I Deze kunstenaar schreef onder zijn beeld: „Als je wilt weten hoeveel centen dit beeld kost moet je de getallen die erin zitten bij elkaar optellen en dan met honderd vermenigvuldigen". Lees de oplossing volgende week in de Kleine Stem. ER was eens een oudb paal, die zich van niemand iets aantrok. Dat kwam omdat ze zich erg trots voel de. Waarom: dat wist eigenlijk nie mand. Op zekere dag kwam er een merel op haar zitten. De oude paal zei: „Ga weg! Ik wil met niemand iets te maken hebben!" „O", zei de merel, „ik hoor 't al. Is hbt ook al verboden om op een oude paal te zitten?" „Oude paal?", zei de paal kwaad, „je mag wel eens naar je eigen kylsenj En ga nou alsjeblieft weg, anders word ik kwaad!" „Nou", zei de merel, „omdat je het zo vriende lijk vraagt", en meteen vloog hij Maar de volgende morgen was het nteuws overal in de buurt bekend. „We hadden niets anders verwacht", zeiden de grassprietjes. Maar de regen, die het nieuws ook vernomen had, had medelijden met de paal. Daarom liet de regen het regenen. Wel drib dagen lang. En wat gebeurde er? De gras sprieten kregen te veel water en ten einde raad smeekten ze om de regen te laten ophouden. Ze beloofden niet meer over de oude paal te roddelen. Maar de merel liet houtwormen ko men om de oude paal te doen sneu velen. Ze begonnen direct te knagen zon der ophouden. Weldra was er niets meer van de oude paal over. De deftige popuiteren waren blij, dat de oude paal was opgeruimd. Zo zie je maar, wie niets met anderen te ma ken wil hebben en onvriendelijk is, bereikt niets. SAS VAN GENT CHRISTIAN KIEBOOM Wie wil er met mij corresponde ren? Ik ben ll jaar en zit in de 6e klas. Ik heet Ella Akerboom. Mijn adres is Oude Bogerd 12, Breda. Lizette Frijters, 10 jaar, Hofdre- ven 7, Rijsbergen wil graag corres ponderen met een meisje van 10 jaar dat in maart verjaart en als hobby's heeft zwemmen, tekenen en zingen. Zij vraagt om pasfoto's. Ik wil corresponderen met een meisje van ongeveer 12 jaar, schrijft Diny Verschuren, St. Jozefstr. 2, Noordhoek (Standdaardbuiten). Ze leest, zwemt en turnt graag. iiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiMiiiiiiiiiiiu ainm 1 bïa Dag Saeftinge hoe gaat het 'ermee, met je vogels je vissen en je zee. Hoeveel "uurtjes heb ik hier niet gezeten, en naar jouw vogeltjes gelteken. Ik heb hier vaak gespeeld, 'k heb me nooit verveeld, als ik hier door de modder kon rennen, kon liggen of kon zwemmen. In de zomer zag ik jouw haast elke dag. 't Was ben feest als ik jouw zag. We gingen vaak wandelen in jouw gras, en als dat dan ook werkelijk zo was, danste ik zo vrolijk en blij, en dacht ik „Saeftinge je bent van mij. Maar helaas straks hoor je 't geraas, van schepen groot, van schepen klein, en dan pas zal je alleen zijn. Wij moeten weg ik zte je vast niet meer. Dag Saeftinge tot een volgende keer. GRAAUW MARIëLLA BOM iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiniiiiii, „■„■„■■„mi „„„„„uunnunn Ik heb het nog eens extra ken, in twee woordenboeken: miljard is inderdaad duizend t- joen. Want eerst had ik me qq„ heel ergs bezondigd: ik gelóófde krantebericht niet. Alle propc^, tegen het roken ten spijt zoiafo," in het vorig jaar in ons vaderland liefst één miljard j, sigaretten gerookt dan het j®, voren. Ze zullen zich vergist ben, dacht ik, en niet een njt, maar een miljoen bedoeld heli,, en ook dan is het natuurlijk genoeg. Maar wie ben ik, dat ik aatiii, betrouwbaars als een krantebertf zou twijfelen: Trouwens, ik Icont heel precies narekenen: het bruik steeg in een jaar tijis c 18.269 naar 19.233 miljoen en d«' inderdaad een kleine 1000 mil^ oftewel één miljard meer. Toen ik dat eenmaal had nagerj, kend, heb ik uiteraard ook nog e:, trachten te becijferen op hoer, pakjes sigaretten dat per hoofd d bevolking neerkomt. Ik kwam zo'n zeventig, tachtig pakjes de mg waarbij je natuurlijk onder j „man" ook vrouwen en kinia amper geboren zuigelingen i# verstaan. Ja, en nu draait bijwijze spreken de camera in de richt, van een ver verleden en wat ze ji in het vizier krijgt ben ik. Ik op li ogenblik dat ik die eerste -' rookte. In die tijd placht je, in ling tot ons openhartige heden, zonden, en dus ook die van eerste sigaret, heimelijk te bcir ven. Grootbeeld-opname: de cmr betrapt mij, hoe ik als niet eei meer zo héél erg jong joggie op zolder voor dat open tuimelru sta en de rook van de „Dubec" warempel, ik weet nog welk m het was, hoe het twintig cent kartonnen doosje er uitzag, en w ik dat doosje bevend en beiw gekocht had de lucht inblaas, rap en ver mogelijk, opdat er w niets van zal blijven hangen, ergei tussen de mangel en het wasgoed, En daarmee is het toen begon» en is het in de loop der jaren op toch wel heel gruwelijke rerstoin en tenslotte op zo'n twee, drie jes per dag uitgelopen. Een sigaret bij het opstaan en ét vóór het wassen van aangezicht en één daarna. Een sign i net vóór het ontbijt en een m he ontbijt en- een op het balkon. M tram en een. in de lift van ie ba, en zo was, eer het werk bega, kt verse pakje alweer half leeg. Zo is dat toen doorgegaan, jw jaar uit, met altijd weer U titi domde excuus, dat de jomm nu eenmaal zo'n tenuwmd M en met zowaar ook nog trots, als ik aan wie het ar i® wilde dat verhaal vertéit onder het telefoneren mi ?f andere machtige persn#1'1 dóór, naast die sigaret, died1" dend tussen mijn lippen h» een tweede opstak. Totdat de dokter 'l mij «erl en nog net op tijd, en met kiem dan waarmee Jantje's W Jantje het pruimen plukken -M eieren zo groot ontried. Geloof me, als er iemand b """J® naam ik alleen maar met zoiets w dankbare ontroering pleeg ten» men, dan is het die dokter, toen, in tegenstelling tot Jantje van de pruimen, - weg (al was het ook weernnt® eenvoudig) gehoorzaamd heb. Sindsdien heeft dat hart W toeer een stuk regelmatiger 9e*®£' is die scheurende rokershoest «fjj dwenen, zijn mijn longen meer ij" strumenten waarmee ik ademen en is mijn befaamde geest iets der vertroebeld dan voorheen. Maar jullie? Jullie, die verstandig bent? Jullie geen j* zuurverdiende geld waarachtig^ nog eens een miljard tra uit. Dwazen, dat jullie zijn! DEN HAAG (ANP) Het ont breken van ook maar de geringste verwijzing naar wederzijdse, even wichtige troepenvermindering in het communiqué dat de ministers van buitenlandse zaken van het War schaupact na een vergadering in de Poolse hoofdstad hebben uitgegeven, zal ongetwijfeld zijn invloed hebben op het standpunt dat de Navo-raad deze week in Brussel zal innemen. Het feit dat in dit. communiqué dechts word' gesproken over een conferentie over Europese Veiligheid langs de door de Sovjet-Unie voor gestelde lijnen wordt als een stap achteruit beschouwd De westelijke landen zijn steeds van oordeel geweest dat een veilig heidsconferentie, die terdege is voorbereid en waaraan ook de Vere nigde Staten en Canada moeten deelnemen, zich ook met wezenlijke veiligheidsproblemen dient bezig te houden. Dit houdt bijv- in dat we derzijdse troepen-vermindering het zij vóór hetzij tijdens een veilig heidsconferentie aan de orde moet komen. Nadat de NAVO-raad op 6 okto ber oud-secretaris-generaal Manlio Brosio had aangewezen om het ge sprek met de Warschaupact-landen te gaan voeren, is het, tot grote teleufSielling van het westen, van Russische zijde stil gebleven. Dit uitblijven van een uitnodiging - r> -ir, wordt gezien als een MANLIO BROSIO niet welkom in Moskou aanduiding dat de Sovjet-Unie thans meer belangstelling heeft voor een veiligheidsconferentie dan voor we derzijdse troepenvermindering. Een moeilijk punt is de onzeker heid over een Berlijn-akkoord - eerst moeten de twee Duitse staten overeenstemming bereiken over de praktische uitvoering van de over eenkomst tussen de grote vier, ver volgens moeten- de grote vier het akkoord van de Bondsrepubliek en de DDR bevestigen. (Van onze correspondent) PATHANKOT Op enige afstand stijgt een donkere olie-achtige rookpluim lui op. Kort geleden was het nog een glimmende Mirage van de Pakistaanse luchtmacht, die een lading 500 kilo-bommen droeg. We ploeteren rond in de kleine achtertuin van meneer Kakaram, die ons trots een deel van de bomlading laat zien als een soort enorme moderne eierpompoen, tot zijn nek in de rijke bodem van de Poendjab genesteld. Gelukkig voor hem explodeerde hij niet, anders zou zijn huis en het halve dorp Dhiraj niet meer bestaan. De Pakistanen deden het niet al te best in de eerste aanval op dit strategische belangrijke militaire centrum, waarvan de vernietiging zou betekenen dat de Indiase strijd krachten in het noorden zouden zijn afgesneden van hun belangrijke be- voorradingslijn. Het lijkt erop dat de Pakistanen hebben geprobeerd de Israëliërs na te volgen met een snelle aanval op de luchtbases en de toestellen die kwetsbaar aan de grond stonden. Om 5.40 uur in de middag kwamen zes Sabres op ongeveer 500 voet aangevlogen. Ze zakten tot 200 voet en lieten hun lading los. Maar het anti-luchtdoelgeschut is radargericht en heeft aldus rond het hele vlieg veld een haast onneembaar schild gevormd: de helft van de bommen kwam buiten het vliegveld be recht. De Pakistaanse artilleristen aan de andere kant van de grens, zo'n twintig kilometer hiervandaan, waar de horizon wazig begint te worden, raket zien. Maar voor zulk soort geven het niet zo gemakkelijk op. Om één uur in de morgen laat een enorme klap je weten dat het tijd is om uit de kooi te komen. Kennelijk in je linker oor bonken de anti- luchtdoelbatterijen erop los en de volle maan verbleekt tussen de ont ploffende granaten. Hoog boven je kun je net het lawaai van de toe stellen horen, maar ze zijn duidelijk ruim buiten het bereik van het Zweedse L-70-anti-luchtdoelgeschut. Derhalve richten ze nogal op goed geluk. Om vier uur en half zeven wordt het ritueel nog eens herhaald, maar niemand heeft kunnen uitvin den, waar de bommen gevallen zijn. Een van de officieren van de basis verschijnt met een gebruikte 50 mm kogel, maar die is duidelijk nog van de vorige avond, want we zijn van nacht niet beschoten. Even later laat men ons de overblijfselen van een acties moet een vliegtuig laag bin nenkomen en het ziet er niet naar uit dat de Pakistanen daar nu veel behoefte aan hebben. Elke keer dat de kanonnen brullen, weerklinkt er een klagelijk gehuil van alle honden uit de buurt, dat nog voortduurt als het schieten allang is opgehouden. De vogels fladderen een gepikeerd protest over de verstoring van hun rust en verder is al-les stil in Pa- thankot. De Indiase grondtroepen opereren in het noorden en zuiden. Dit (oos ten) is het werkgebied van de luchtmacht. Wat die moet verdedi gen is niet alleen de eigen bases, maar ook de spoorlijn die uit het zuiden komt. De spoorlijn reikt niet verder naar het noorden. De hele nacht door puffen de treinen af en aan en zenden ze de bevoorradingen door over de hoofdweg, die 500 jaar geleden vanuit Delhi werd aange legd en het nog steeds goed doet tussen Calcutta en Pesjwar. Langs de weg zie je kwetsbaar lijkende spoorbruggen over de rivier de Sut- lej en haar zijrivieren, maar ze schijnen niet te zijn aangevallen. De indruk die je overhoudt ls dat wat voor strategie de Pakistanen ook hebben gehad, ze het verknoeid huhben. IIu» eerste luchtaanval kwam snel, maar was niet effectief. In Pathankot hebben ze een 3-tons- stra* nen ovenschoorstenen wijzen naar de hemel. De beide werelden ontmoett^i aar voor ,een moment in u waar een naar huis kerende fl ling door een van de bommen Woensdag 8 december 1971 In de serie „Uit den Hol televisie zaterdagavond gisseur Jaap Speyer werd stuk van Herman Bouber reprises op het toneel hee tolkt door bekende Neder tiger jaren, zoals Fientje Joan Remmelts, Cor Her: Kaart en Heintje Davids Het verhaal draait om een d Amsterdamse jongens, Dries, M en Toon, die regelmatig in de t van Tanje Pietje te gast zijn n pas teruggekeerd zijn van diensttijd. Dries heeft verkering Greet, eigenaresse van een k wasserij en Manus met Jans, di(| Greet in dienst is. Doordat Leendert, de zoon van j Pietje, Greet het hof tracht te mi I ontstaat er een vechtpartij, wal Leendert wordt gewond. Dries '>\M door de politie meegenomen oplj| schuldiging een mes getrokken I hebben. De twee vrienden, Manui' HILVERSUM Tachtil wordt hij 11 december. De ver-graficus J. C. („Chris" Schagen, in Zeeland geliefd Homerus van dat volksdeel, delijk is zijn bekendheid w; ringer. Een eer die hij deel een schrijver als Nescio, vo ook jarenlang slechts een publiek van fijnproevers oo De NOS kent hem wel. Dat uit de opdracht die zij Henk t gaf om een gefilmd portret si te stellen, dat, afgerond op v minuten, zondagavond zal wc uitgezonden. Henk de By heeft al zijn aan geconcentreerd op de kunst ™f, slechts afgewisseld door «en van de Zeeuwse kuster Korte (bewonderende monol van mensen als J. J. Buskes e' bioloog Dick Hellenius. ung aoor een van ae T re in-1 7' i gedood. Hij kreeg een macabe, I ZilCJlZelf J Cla stant-begrafenis in de gr°n®, lis- door was weggeslagen. De ao P gen begrijpen het nog niet el maar ze zullen het de komende we ken wel snel leren begrijpen. (Copyright De Stem-®e Guardian) truck, een van golfplaten opgetrok ken depot en de ramen van de keuken op hun kerfstok. Dat heeft hun een Mirage-111 gekost plus - veel belangrijker - de piloot, wiens training veel gekost heeft en die moeilijk te vervangen is. De atmosfeer op de bases doet sterk denken aan de films over „The Battle of Britain". Iemand zegt inderdaad zelfs dat de „a jolly good show" is geweest. Je ziet er weel derige snorren en stijve bovenlip pen, die de twee vorige week ge vangen genomen Pakistaanse piloten bespreken. Ik word ervan overtuigd dat het „werkelijk fidele kerels, of ficieren en gentlemen" zijn, maar buiten de basis is alles weer het tijdloze India. Een boer ontlast zich plechtstatig in een modderig stroompje, de vrouwen buigen zich pijnlijk over het gewas en bakste- Hit het filmportret komt de a "an Schagen te voorschijn als representant van de esthische k richting. Een kunstenaarschap .Individualisme doordrenkt dooi pour l'artgedachtte. Hij is echter zozeer zichzelf dat ae meest doorgewinterde eng ments-artiest bij het zien van Portret zich voor de vele cha: •van gewonnen moet geven, iet precieuze gebaartjes en met vfrc°orect takgebruik vertelt C j Schagen over zichzelf. Hoe kind door een onderwijzer Jn negende jaar thuis werd on ezen jn iagere schoolkei dg j6n 'lem iu een isolement v lp, Hem voor de rest van eio 20U stempelen. „Ik ging t dat n gang- mezelf aanpassend v mogelijk was, me terugtrekt i,p me gekwetst te voelen v. ei' dat niet mogelijk was", een de deinsde hij terug i hp? academische studie. Hij w kalt avontuur. Hij solliciteerde ip.^'Porbediende bij hare hare en B- ambassades, tot in- Kaap tp„. 10 de Janeiro toe, maar ki vraag kleurenbrochure dealerlIJ»1 aan bi) RH» HarderwllK telke; :us nul op het rekest. In ai

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1971 | | pagina 14