loopt terug lie kerken zijn aan elkaar gelijk Zaterdag 23 oktober 1971 In 1970 bedroegen de ontvangsten til jJjX van de Pauselijke Missie Werken Nederland 1 5.591.824,09. Gespecifi ceerd waren die inkomsten: gezins bijdragen f 1.519.156,84, Wereld missiedag f 2.007.500,35, Wereld missiedag v.d. kinderen 1370.681,51, studiebij dragen f 511.692,81, giften jpó.783,85, legaten f 356.008,73. In 1965, vijf jaar daarvoor |us waren de ontvangsten van PMW Nederland in totaal 15578.805,21, gespecificeerd als volgt: gezinsbijdragen |i903.566,12, Wereldmissiedag f 2.188,656,45, Wereld- jssiedag van de kinderen f 327.780,68, studiebij dragen [521,540,88, giften f 287.246,11, legaten f 350.014,97. In Owerd dus f 13.000 meer ontvangen dan in 1965, het ar waarin tot nu toe de hoogste opbrengsten werden geno- Tegenover deze geringe stijging met 0,2 staat hter de daling van de koopkracht van het geld, die de atste jaren niet gering is. De feitelijke hulp, althans via ie PMW, aan de jonge christengemeenschappen in de ont- ikkelingslanden is in deze periode dus minder geworden, e gezinsbijdragen liepen terug met 20%. Weinig minder as de teruggang van de Wereldmissiecollecte. De jeugd 'et liet beslist niet kwaad. Het zijn tenslotte vooral de cidentele giften en legaten die het totaalbedrag op peil uden. Jan Hooyman Lokale kerk Uitgangspunt Indonesië Invloed Planning Eigen PMW Televisie is de elektroni sche metafoor van onze maatschappij, het weer spiegelt precies de maat schappelijke verhoudin gen. JACK MOORE Bedelen zou weer volko men geaksepteerd moeten worden, er horen toch; mensen te zijn aan wie je iets kunt weggeven. MIKE LORSCH Laten wij nooit kunnen zeggen: We hebben het niet geweten SIMON VINKENOOG Ik geloof dat men steeds meer van dat anti-autori taire stelsel terugkomt. LILY PETERSEN van het programma "Kleutertje luister" De discipline in het leger is te slap. Wij zouden best weer een klein Adolfje kunnen gebruiken. A. DU BOIS, sergeant le klas Het vormingswerk moet niet een brandglas zijn, maar een venster op de wereld. Staatssecretaris H. J. L. VONHOFF In Zuid-Limburg hebben mijnen en kerken samen gespannen om de mensen arm en dom te houden. KEES VAN EINDHOVEN, aktieleider Werkende Jongeren Maastricht Veel atheïsten vinden het erg jammer dat de kogel alleen maar door de kerk gaat als de paus er toeval lig niet in is. (radio) Men kan inderdaad consta teren, en. de Belgen doen dat ook. dat de Nederland se zakenman de reputatie heeft eerder naar de letter dan naar de geest van zijn contrpd te handelen, het geen de Belg in zijn over tuiging sterkt dat de Hol lander een duitendief is. HENRY SCHOUP Voor de meeste Surina- mers is het enige probleem in het leven hoe ze een ti cket kunnen verdienen en in Nederland 'n huis kun nen krijgen. PREMIER JULES SEDNEY Het geheim van een mode show is dat je, twee onwe zenlijke uren lang, wel dadig ophoudt zinnig te zijn. INA VAN DER BEUGEL ISSIE niet van ons' Directeur J. Schoenmakers (43) van de Pauselijke Missie-Werken Nederland is priester van het bisdom Rotterdam. In 1953 priester gewijd was hij achtereenvol gens kapelaan in Spaarndam en Rotter dam. In 1958 werd hij benoemd tot stu dentenmoderator aan de Economische Ho geschool in de Maasstad. Daar werd zijn belangstelling gewekt voor de ontwikke lingssamenwerking en de rol en de ver antwoordelijkheid daarvoor van de chris ten. In september 1966 werd hij benoemd tot directeur van PMW Nederland als opvolger van mgr. van Hussen. Hij heeft zijn bureau aan de Laan Copes van Cat- tenburch 127 in Den Haag. n0" |laar jaar geleden 7 w'i Wereldmissie- ondertitel gegeven: ,i van de verenigde «Pwvincies. Want het °ffl de principiële ge- 1 van de kerken. Zij alleen i„ een Het gillende positie. 'P moet groeien dat de !n Nederland niet stpiif I een oudere jg«k va„ de jonge tben s' die recht t kado°P °nZe hulp in W van de solidari- i'^n de kerken" net woord is direc- t) de°n ®nhoenmakers I oek Z°mer een werk end helft" ?nderhalve e U,i gebracht aan n Indonesië. Sl»ening7,choenmakers is nning" ?an de ..beeld- en missie n°S ander moet wor- erken m7Seli'ke Missie- WUI- 'nee dat t10® teveel leeft s?Lkerken in de r' 'an rtfanden filialen 01 in do e "I OP e.,I de lan- 1 in de gevestigde Qe °ntwikkelde den, dat de kerk in de missie toch eigenlijk een kerk van ons is. Dit idee wordt onge wild mede in standgehouden door het feit, dat de kerk in Nederland ruim 8000 missiona rissen telt. „Natuurlijk zijn die missionarissen het beste ge schenk dat wij de jonge ker ken kunnen geVen, maar de keerzijde van de medaille is dat het idee levend wordt ge houden en dat doen onbe wust en ongewild vooral de 1500 missionarissen die elk jaar op verlof naar ons land terugkomen dat de kerk in de missielanden een filiaal is van onze eigen kerk. Maar missie is de opdracht van de hele kerk, van het hele Gods volk. Zo is bijvoorbeeld de missie in Indonesië het werk van de kerk in Indonesië. Dat oude idee van missione ring verdwijnt gelukkig lang zaam maar zeker door het proces van de dekolonisatie op politiek en maatschappelijk terrein en door de hele kerke lijke ontwikkeling sinds het tweede Vatikaans Concilie, dat de gedachte van de kerk als het hele volk Gods heeft be vestigd Heel scherp en duide lijk is volgens directeur Schoenmakers dat oude mis siebegrip gecorrigeerd door de Afrikaanse bisschop Markus Mihayo van het bisdom Tabo- ra in Tanazania, dat geadop teerd is door het bisdom Rot terdam. Bisschop Mihayo was op uitnodiging van het bisdom Rotterdam tegenwoordig bij de bisschopswijding van mgr. Si- monis en heeft tijdens zijn ver dere verblijf in ons land een aantal malen tijdens Eucharis tievieringen gesproken over de opdracht van de kerk in onze tijd. Mgr. Mihayo begon zijn pre ken meestal zo: „Wat is mis sie? Missie is niets anders dan de opdracht die Christus ons gegeven heeft en die wij moe ten uitvoeren in de gemeen schap der mensen, waarvan wij deel uitmaken. Natuurlijk moeten wij die missie uitvoe ren in nauw contact met el kaar, binnen het grote geheel van de wereldkerk. Maar voor het beleven en uitdragen van Christus' Evangelie, in de ei gen samenleving, is allereerst de plaatselijke kerk verant woordelijk. Wij zijn hier in de lolcale kerk van Nederland. Laten' we het diis eerst maar hebben over de missie van Uw eigen kerk in deze eigen omgeving. Dat moet in deze tijd wel een erg moeilijke opdracht zijn, lijkt me zo. Hoe krijgt U het klaar het Evangelie als een bevrijdend woord van God te laten doordringen in deze geïndustrialiseerde, verstede lijkte en geseculariseerde wel vaartswereld? Uw mensen hebben zoveel. Zij weten zich te redden. Hebben zij behoefte aan verlossing en lukt het U hen duidelijk te maken dat Jezus Christus voor alle men sen een redder en een heiland is Uw moeilijkheden bij het uitvoeren van Uw missie-op dracht hier zijn verschillend van onze moeilijkheden in Af rika, maar ze zijn misschien niet geringer. In ieder geval zal ik de christenen bij ons vragen voor U te blijven bid den, dat God overeenkomstig zijn beloften de kerk van Ne derland zal bijstaan, juist in deze tijd, bij het vervullen van haar zending. Want dat is wel nodig, dunkt me". Directeur Schoenmakers: „Bisschop Mihayo heeft de za ken duidelijker gesteld dan wij het zelf zouden kunnen. Over al waar hij sprak, hebben zijn woorden verrassend gewerkt en instemming gevonden. En inderdaad: laten we ophouden mei te spreken over de kerk hier en de missie daar. Missie is een opdracht die Christus aar de hele kerk heeft gege ven. Missie is het werk van elke lokale kerk in eigen om geving. De jonge kerken doen da«, met behulp van gastkrach- ten, onze missionarissen. De jonge kerken vragen ons, rijke kerken, om met onze middelen hen bij te staan in hun taak. Elk gesprek over missie moet uitgaan van de gedachte, dat wij praten over het werk van anderen. Ik mag die an der ook niet mijn eigen ideeën opdringen. Het gevaar is niet denkbeeldig dat wij dat ver- siolen toch doen door a&n ón ze financiële hulp bepaalde voorwaarden te verbinden. Aan de Marshallhulp die wij na d^ oorlog kregen, waren toch ook y geen voorwaarden verb onden? De jonge kerken voelen die beïnvloeding via financiële hulp heel goed aan. Ze hebben daar het woord „te- leguidance" voor, leiding op afstand. Maar zij moeten en willen ook zelf hun ontwikke lingsstrategie bepalen". Van medio juli tot eind au gustus van dit jaar heeft di recteur Schoenmakers op uit nodiging van kardinaal Dar- majuwana van Semarang een werkbezoek aan Indonesië ge bracht om zijn goede diensten te bewijzen in het kader van de samenwerking tussen de 33 bisdommen in Indonesië. Van die 3S bisdommen hebben er nu vijf een landeigen bisschop: Djakarta, Semaring, Bali, Flo- res en Timor. Van de overige 28 bisschoppen is één Ameri kaan (In Irian Barat), één Duitse" (Soemba en Soemba- wa) er één Italiaan (op Bor neo). De overige 25 zijn allen Nederlanders. „Dat is natuur lijk historisch een volkomen verklaarbare zaak. Maar nu nog bisschop wórden in Indo nesië is er voor een Nederlan der niet meer bij. Ik vermoed dat tussen nu en over drie jaar de Indonesianisering van het episcopaat in Indonesië een heel stuk zal zijn gevorderd", aidu* directeur Schoenmakers. De 33 bisdommen in Indone sië hebben vorig jaar een se cretariaat-generaal in Djakar ta in het leven geroepen dat plannen moet ontwerpen voor de coördinatie van het beleid in de-verschillende bisdommen. Voor het beleven en uitdragen van het evangelie is allereerst de plaatselijke kerk verantwoor delijk. Maar hoe kan de plaatselijke kerk in de ontwikkelingslanden deze verantwoordelijkheid aan onder onze steun? Elk gesprek over de missie moet uitgaan van de gedachte dat we praten over het werk van anderen. Die ander mag je je eigen ideeën niet opdrin gen. Het gevaar zit erin dat wij financiële hulp geven en daaraan in verscholen vorm toch voorwaarden verbinden. De jonge kerken voelen dat aan; zij willen zelf hun ont wikkelingsstrategie bepalen. En waarom ook niet? ben afgevaardigden zitting van 60 gevende en ontvangende landen. De belangen van elk van die landen worden behar tigd door een man uit het be trokken land zelf. Maar zodra de kerk in Indonesië terNspra- ke kwam, stond een Nederlan der op om dat woord te voe ren. Men vond dat blijkbaar heel gewoon, kennelijk omdat men nooit anders gewend was geweest. Maar in deze tijd van principiële gelijkheid van de lokale kerken waarin elke vorm van bevoogding van de jonge kerken door de oude zusterkerken uit den boze is, kun je dat niet langer verko pen. Daarom hebben wij aange drongen op de benoeming van een eigen nationale directeur van PMW in Indonesië. Die is nu benoemd in de persoon van ds priester Joseph Dias Viera van Oost-Flores. Deze man zal nu de belangenbehartiging van de kerk in Indonesië in de Centrale Raad van PMW in Rome op zich nemen. Hij is niet te benijden. Hij zal zich nog wel eens voelen als de be kende Zwarte Piet als hij de subsidies moet gaan verdelen over de verschillende bisdom men in zijn land". Het derde doel van directeur Schoenmakers' reis naar In donesië was een onderzoek naar de mogelijkheden voor een bijdrage tot de oplossing van het probleem van de Chi nezen op Borneo, die 't slacht offer zijn geworden van de jacht op de Chinese guerilla's na het falen van Soekarno's confrontatiepolitiek met Ma leisië. Ongeveer zesduizend Chinezen zijn van die jacht het slachtoffer geworden en worden volkomen als paria uitgestoten. Vooral de „kneus jes" onder hen hebben het zwaar te verduren. Directeur Schoenmakers heeft op zijn reis ervaren, dat de in vloed van de christenen op het openbare leven in Indonesië enorm is, hoewel zij numeriek maar 6°/o van de bevolking uit maken (van de 120 miljoen In donesiërs is 2°/o katholiek en 4% protestant). Die invloed is voornamelijk te danken aan hun ontwikkeling en hun in ternationale contacten. De in vloed van missie en zending is hier duidelijk merkbaar. Voor de ontwikkeling van de kerk in Indonesië draagt de Pauselijke Missiewerken jaar lijks een bedrag bij van twee miljoen gulden. Verscheidene bisschoppen in Indonesië zeg gen dat dat relatief te weinig is, met name de bisschoppen in de grote steden die onrustba rend groeien, b.v. Djakarta. „Als dat waar is", zegt direc teur Schoenmakers, „dan moe ten we onze hulpverlening op nieuw ernstig onder ogen ne men". Overigens is de hulp die PMW aan de jonge kerken biedt, geen spectaculaire hulp. Zij is niet gericht op grote, duidelijk zichtbare projecten, maar op de „living": het on derhoud en de opleiding van priesters, katechisten e.d. Daarin vooral moet de oorzaak gezochtworden van het feit, dai de inkomsten van PMW nauwelijks omhoog gaan, Bij de huidige snelle geldontwaar ding betekent dat dus in feite, dat zij dalende zijn. En dat is bedenkelijk. Want wat heeft het tct stand brengen van gro te sociale projecten voor nut, als zij bij gebrek aan finan ciën voor het levensonderhoud van de mensen die daaraan werken, niet in stand gehou den kunnen worden? „De samenwerking tussen de bisdommen in Indonesië is nog maar weinig gevorderd", zegt directeur Schoenmakers. „Dat komt allereerst door de geweldige afstanden in dat land. Een tweede oorzaak is het feit, dat dit uitgestrekte gebied in het verleden is ge missioneerd door een groot aantai orden en congregaties in Nederland, die elk hun eigen stijl hadden: Jezuieten, Franciscanen, Capucijnen, Passionisten, paters van de H. H. Harten, Missionarissen van het H. Hart, Lazaristen, paters van het Goddelijk Woord, Car- melieten, Redemptoristen enz. Al die congregaties hebben lange jaren meer voeling ge- hun met het thuisfront in Ne derland dan met de kerk in Indonesië zelf. En tenslotte was in Indonesië onder het bewind van Soekarno de zorg voor het dagelijks bestaan zo groot voor de meeste mensen, dat zij nauwelijks aandacht hadden voor de vernieuwing van de kerkelijke structuren". Daarom is het van belang voor de hele kerk in Indonesië dat het secretariaat-generaal in Djakarta zich zo snel mo gelijk ontwikkelt tot een echt planbureau, dat centraal de prioriteiten vaststelt en dat men een duidelijk omschreven meer jaren-programma voor de dag komt. Directeur Schoen makers: „Met een duidelijk centraal prioriteitenschema en programma bereikt 'de kerk in Indonesië veel meer dan wan neer, zoals tot nu toe vaak, 33 afzonderlijke bisschoppen met elkaar touwtrekken om subsi dies van het PMW. Een heel duidelijk voorbeeld is de PMW- subsidie voor de katechisten- opieiding. Terwijl die in de meeste jonge kerken 50%> be- di aagt. is zij in Indonesië maar 3üf) De oorzaak van dit ver schil ligt heel duidelijk in het feit, dat die andere jonge ker ken hun beleid hebben ge coördineerd en hun aanvragen bij de hulpverlenende instan ties hebben gecentraliseerd. Zij komen met een duidelijk „verhaal", met een planning, met een programma voor drie of vijf jaar. Tk heb dan ook in Djakarta gezegd dat ook de kerk in In donesië moet komen met een programmabeschrijving voor een aantal jaren. Gelukkig is in die centrale planning teke ning gekomen door het voor treffelijke werk van dr. M. Huskens. een priester uit het bisdom Den Bosch, die gepro moveerd is op een proefschrift ovpr de missionering in Indo nesië. Dr. Muskens is nu in In donesië werkzaam. Hij verza melt documentatiemateriaal, inventariseert de behoeften, vertaalt oude Nederlandse do cumenten die voor de kerkge schiedenis van Indonesië van bejang zijn. Want hoe lang nog zal de jonge generatie in dat land Nederlands leren?" Een tweede doel van het be zoek van directeur Schoenma kers aar, Indonesië was de be noeming van een eigen natio nale directeur van de Pause lijke Missiewerken in het land zelf. Tot nu toe werden de be langen van de kerk in Indone sië in de Centrale Raad van PMW in Rome behartigd door een Nederlander, de nationale directeur in ons land en dus de laatste vijf jaar door direc teur Schoenmakers. „Eigenlijk was dat een merkwaardige situatie", zegt hij. „In die centrale raad heb-

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1971 | | pagina 15