Vallen met 170 km per uur, een zalig gevoel Oceaanonderzoek Zaterdagbijlage van 2 oktober 1971 Annemielc sprong 127 keer uit n vliegtuig Propaganda Eerste keer Trillen Weinig vrouwen Doodeng Niet open J.Th.J.M. Willems Fluvarium Druggebruik I Het enige wat het so cialisme kan is de armoede eerlijk verdelen. Winston Churchill. II Als een zweer, die plotseling onder het mes van de chirurg openbarst, is het wantrouwen en de haat tussen blank en zwart Amerika weer opgelaaid. George Jackson, Soledad- broeder die onlangs bij on lusten in San Quentin werd doodgeschoten. Ik heb de breedste rug van Nederland, op Anton Geesink na. Willem Duys. Meestal is slikken van een ijzerpreparaat 'n goed middel Soms is zwaarder geschut nodig in de vorm van injekties. J. G. Aalbers, arts. De jongens hier doen geen cent kwaad. Als hier een agent met een knuppel komt kan hij er zeker van zijn dat hij de Maas in gaat. En als ze eenmaal vechten moet er bloed vloeien, daar zijn ze kei hard in. Klaas Huisman, één van leiders Kuiven-bar Schie dam. Herman had altijd iets van: dat moet mij nou weer overkomen. Precies zoals een notitie van Tsje- chow over een landeige naar. Ieder ogenblik vangt hij een vlieg en gooit die in zijn thee. Alleen maar om te kunnen zeggen, ver domme alweer een vlieg in mijn thee. Charles B. Timmer over de schrijver W. Fr. Her mans. De voetballerij van vandaag is die van 5 voor 12. De hoogste tijd om een aantal maatregelen te ne men, anders gaat die schoonheid van een sport kapot. Dr. F. Fahrdonc, bonds coach voetbal. Als ik hier op de Dam de hippies zie, weet ik heus wel dat ik een zijden overhemd draag en een broek met geperste vouw, maar een essentieel onder scheid tussen hen en mij is er niet meer. Alan Allridge, graficus. Het flipperen werkt verslavend. Wie eenmaal te pakken is genomen zal moeilijk nog met klein zilvergeld in zijn broekzak langs een flippermachine kunnen lopen. (uit: Vrij Nederland). De tragiek van het kind-zijn is dat de ouders er altijd weer in slagen nieuwe taboes te creëren en dat je daar als kind vrijwel machteloos tegen over bent, zeker als je geen oma hebt om mee sa men te spannen. Tessel Pollmann. Voor een grap kende ik de kneepjes. Dat is zo als een man die een ce menten muur bouwt. Grouchn Marx. komiek. In deze tijd van verre gaande ontkerkelijking is de zaterdag heilig ver klaard Drs. A. Schuitemaker op studiedag „Winkelen in 1980". ■HnHnn Annemiek van Gessel uit Arnhem die een ongeluk heeft ge had met parachute springen. - door JOS AHLERS - BIJ de 127e sprong uit een vliegtuig ging 't fout. Annemiek zit na een knieoperatie met haar been op 'n stoel. Krukken bij de hand. Mis schien moet er nóg een operatie volgen. Met spijt in haar stem zegt ze: „Bij een beenbreuk kun je na drie maanden al weer springen. Dit zal wel lan ger duren, maar ik hoop in april weer te springen". Enthousiast vertelt ze over „de veiligste tak van sport", het parachutespringen. Ze zegt dat met enig gezag, want ze is gymnastieklerares aan een ly ceum in Breda. Ze schermt, ze speelt volleybal en ze werd met een jaarlijks terugkeren de regelmaat vanuit het zwem bad in Klarenbeek naar een ziekenhuis vervoerd, omdat ze bij het duiken de plank weer eens had geraakt. Twee keer sloeg ze met haar hoofd tegen de duikplank, ze bezit 'n inte ressant aantal littekens en praa' dan ook erg oppervlak kig over de parachutesprin gers die bij het verlaten van het vliegtuig met het hoofd te gen een vleugel slaan. „Je hebt immers een helm op". Die helm moet je, zo blijkt later, er vooral tegen beschermen, dat je bij het openwaaieren van de parachute je oren niet verliest. Met een knie zonder me niscus en in een wat angstige onzekerheid hoe de knieban den zich zullen herstellen, ver telt Annemiek van Gessel over het zalige gevoel dat je vol gens haar hebt als je met een vaart van 170 kilometer per uur naar de aarde terugvalt. Ze is ervan overtuigd dat ze propaganda voor het para chutespringen maakt en wie daarbij naar haar omzwach teld been kijkt is een kniesoor. Het is volgens haar een uit gemaakte zaak dat iedereen die 200 sprongen gemaakt heeft wel eens iets gehad heefi. Eén keer eerder kwam ze ook niet al te best met haar benen op de grond. Daarbij schoot een schouder uit de kom. Pijnlijk? „Nee, dat valt erg mee. Je moet alleen twee weken rust houden". En dat betekent twee weken niet springen, hetgeen natuurlijk betreurenswaardig is. In de zon achter het ouderlijk huis in Arnhem vertelt Anne miek graag hoe het allemaal gekomen is. Haar moeder zegt berustend: „Ze heeft het altijd al gewild". Zelf weet ze nauw keuriger wanneer de drift om uic een zich niet op de grond bevindend vliegtuig te sprin gen gewekt is. Er was lang geleden een Amerikaanse se rie op teevee, Ripcoard gehe ten, naar de handle waarmee je een parachute opentrekt. In die serie detective-achtige films kwamen veel vrije val len voor en dat fascineerde Annemiek mateloos. Ze zag al le afleveringen en ze zag ze nog eens op Duitsland. Vanaf dat moment wist ze het zeker: ze wilde ook met duizeling wekkende snelheden naar de aarde vallen, in de hoop dat de parachute straks opengaat. Die spanning trok haar. Ze was intussen afgestudeerd en zag wel kans de ruim drie honderd gulden bijeen te krij gen die je voor de grondoplei- dirg en de eerste sprongen nodig hebt. Ze volgde een va kantie-opleiding in Frankrijk omdat het daar goedkoper was en omdat er in Nederland al leen weekendopleidingen wa ren. De grondopleiding duur de daar weliswaar drie dagen, teiwijl je in Nederland al na anderhalve dag in staat wordt geachl een vliegend vliegtuig te verlaten. Je moet even le ren hoe je bij het neerkomen moet uitrollen, maar volgens Annemiek heb je dat na drie uur helemaal te pakken. Ver der is het opvouwen van de parachute natuurlijk een be langrijke zaak, temeer omdat het ding zich wel weer feilloos moet kunnen ontvouwen. En dan ben je er bijna, je moet volgens Annemiek alleen nog even weten wat je moet doen als het mis gaat. Een vervelen de bijkomstigheid. Nou en dan stap je in een vliegtuig als het ding op de grond staat en er uit als de vaste grond ver ge noeg weg is. Dat is alles. Hoe het de eerste keer ver der gaat kan Annemiek ook niet precies vertellen. „Je weet niet precies wat het is, je wacht maar af". Je moet ei genlijk hardop tellen om te kunnen weten of er iets mis is, maar de eerste paar keer ver gat Annemiek te teilen. Er was achteraf bezien niets mis. Van huis uit toch al niet zo'n held zijnde wil ik weten of veel aspirant-springers zich niet op het laatste moment be denken. Ik* kan me nog voor stellen dat je zo overmoedig bent je aan te melden, maar ik kan me niet voorstellen dat je zo maar uit een vliegtuig springt, zolang je ook maar enigszins over je verstandelij ke vermogens beschikt. Anne miek geeft toe dat je bij die eerste sprong natuurlijk wel „erg nieuwsgierig" bent en verder herinnert ze zich maar één geval In Nederland van iemand die zich werkelijk be dacht. Annemiek sprong diezelfde dag nog een tweede keer naar beneden en toen was het bed tijd. Pas in bed drong het in het op dat moment niet meer door duikplanken gehavend hoofd door dat parachutes ook wel eens niet opengaan. En dan, zo verduidelijkt Anne miek geheel ten overvloede, „is het onherroepelijk afgelo pen". Ze sliep die nacht slecht. De volgende morgen was het slecht weer en de sprongen moesten worden uitgesteld. „Je zit elkaar dan wel een beetje op te peppen" en er wordt weinig gegeten. Toen klaarde het weer op en startte het vliegtuig. Annemiek: „De instructeur ging mee en die zat er heel rustig bij. Maar ik kneep hem toch echt. Ik zuchtte maar eens wat, want je wil toch afmaken waar je aan begonnen bent, maar mijn been ging constant op en neer. Ik kon hem niet stil krijgen, dat been bleef trillen". Anne miek sprong daarom met een trillend been en ook dat had verder geen gevolgen. Heel wat moedigen sprin gen inderdaad één, twee of drie keer en bedenken dan wellicht dat sjoelen ook een erg aardig tijdverdrijf is. Van elke groep van twintig mensen die zich bij de Eerste Neder landse Parachutistenclub op het vliegveld Seppe in de buurt van Roosendaal of el ders melden, blijven er gemid deld twee over. Die andere achttien overleven het wel, maar demonstreren plotseling een grotere hang naar tafel tennis of biljarten. Annemiek vind.t dat maar jammer omdat je pas na een aantal sprongen begint te merken hoe heerlijk het allemaal wel is. Voor haar club op Seppe is het minder droevig, want op deze manier wordt de kas tenminste wat gespekt. De latere sprongen kosten slechts 12 gulden per keer en daar houdt niemand geld van over. Hoewel er zich volgens An nemiek mensen van allerlei slag melden, zijn die mensen over het algemeen wel van het mannelijke geslacht. Ze schat dat er in Nederland 150 tot 200 personen zijn die regel matig voortijdig uit een vlieg tuig stappen, „maar de vrou wen daaronder zijn te tellen". Bij de jongste Nederlandse kampioenschappen waren er slechts vier deelneemsters en Annemiek was op Seppe heel lans de enige vrouwelijke springer. En waarom springt zo'n jon ge vrouw die zich in de Bre dase gymnastiekzaal toch ook wel uit kan leven, met grote regelmaat uit een vliegtuig, nu ze bij het duiken wat beter uitkijkt? Is het leven ook in Breda niet alleszins redelijk? Annemiek: „In het begin is het prachtig om daar onder die koepel hangend naar be neden te kijken, maar later merk je dat de vrije val pas echt zalig is. Je bent helemaal vrij in de lucht, je voelt je zo onbezorgd". Op zo'n moment betwijfel je of het zinvol is om dit soort opmerkingen te verslaan, want je voelt je zelf pas weer onbezorgd als je van het keukentrapje af mag, om dat het gordijn bevestigd is. Gelukkig voelt Annemiek daarin met je mee: „Als ik zes hoog in een flat voor het raam sta, dan vind ik dat doodeng. Maar in een vliegtuig, heb ik dat niet, misschien omdat je dan het contact met de grond mist". En dus springt ze er uit, „himmelhochjauchzend", zoals ze verzekert. Ze voert als nader bewijs aan dat iedereen die met een parachute aan de grond komt ook zeer vrolijk kijkt. Of men moet bij een wedstrijd het doel gemist heb ben. Dat dreigde bij de laatste internationale wedstrijden in Spa met Annemiek het geval te zijn. Midden in de nacht moest ze in een lichtcirkel te recht komen. Er werd vlak voor de landing een foto ge maakt, Annemiek was even verblind en ze hield haar voe ten niet helemaal bij elkaar. Een knie klapte naar buiten en nu heeft ze geen meniscus meer Ze won wel de tweede prijs. Maar los van dit soort klei nigheden kun je volgens An nemiek in de lucht van alles doen zoals salto's maken en dat i« het zalige van een vrije val. Ze is al eens veertig se conden gevallen eer de para chute open hoefde en die veer tig seconden geven haar dan iets waar ze nu verslaafd aan zegt te zijn. Eén keer dreigde ze alle re cords te breken. Ze kwam bij 't verlaten van 't vliegtuig op haar rug terecht. Toen ze aan de ripcoard trok gebeurde er nietr. Ze wachtte nog even en greep toen naar de reserve- parachute. Door die laatste be weging ging de grote parachu te alsnog open. „Naderhand sta je wel even op je benen te trillen", geeft ze toe. Ze is ook twee keer in een boom geland, maar het waren dennebomen „en dat is zalig zacht om in te landen. Het is alleen lastig om 'je paraehufé er weer uit te krijgen". Eén keer landde ze in erg ondiep water. Ze dacht lekker kopje onder te gaan, maar „zat toen al met mijn stuitje op de grond". Verder geen averij. Annemiek, nog steeds met haar been op de stoel en de krukken bij de hand, wil iedereen het parachutesprin gen van harte aanbevelen. Het enige wat haar benauwt, is de autorit van het vliegveld naar haar kamer in Breda. „Je ziet zo vaak dat anderen fouten maken en zelf heb ik het ook niet zo op al die knopjes. Ik ben altijd blij als lk weer heel huids uit mijn auto stap". dat er nog steeds een enorme toename is in het gebruik van deze middelen. Het roken van marihuana nam tussen 1968 en 1970 toe met 273 pet., LSD werd in 1970 meer dan 3 maal zoveel gebruikt dan in 1968 en de toename van geestver ruimende stoffen in het alge meen was 335 pet. Vooral het gebruik van zware middelen en het frekwente gebruik neemt volgens de onderzoe kers snel toe. Het soms ge bruiken van marihuana ver dubbelde in de genoemde pe riode, het frekwente gebruik werd daarentegen drie maal zo hoog. bepalen. Volgens Nijmeegse onderzoekingen zou de fre- kwentie waarmee men zoete stoffen tot zich neemt o.a. be palend zijn voor het ontstaan van caries. Wanneer men vele malen per dag iets zoets eet krijgt het gebit geen kans om zichzelf te reinigen en wordt de tand- aanslag (met de daarin le vende bacteriën) voortdu rend gevoed. De Nijmeegse prof König concludeert daaruit dat het beter is om 't suikerverbruik niet teveel over de dag te spreiden. De Nederlandse suikerin dustrie gaat het fundamen teel onderzoek naar de wijze waarop suiker in het lichaam wordt omgezet stimuleren. Volgens de suikerfabrikanten zijn lang niet alle bestaande opvattingen over dit zoete produkt juist. Er moet wor den uitgezocht op welke ma nier suiker schade veroorzaakt om de juiste bestrijdingsmid delen te kunnen vinden. De hoeveelheid suiker die 'n mens per dag consumeert schijnt in ieder geval niet 't voorkomen van tandbederf te Slaap stimuleert de groei van varkens. Praktijkonder zoekingen hebben uitgewezen dat een slapend varken een gelukkig varken is dat snel groeit en geen problemen met zich meebrengt. Een onrustig varken varkens raken snel geprikkeld neemt aanmer kelijk langzamer in gewicht toe. De onderzoekers conclu deren hierin dat in verband met de vleesproduktie rust in en om de varkensstal van groot belang is. De angst voor het schep pen van een precedent, die vaak tot ongenuanceerdheid Een onderzoekteam van de Utrechtse universiteit gaat deze week met een schap van de KNSM een tocht over de Atlantische oeceaan maken om geofysische metingen te verrichten. Men doet dit door middel van geluidsgolven en bepalingen van het mag netisch veld. De geluidstrillingen geven inlichtingen over de structuur van de bodem en de magne tische metingen over de aard van het gesteente. Bijzondere aandacht zal er worden ge schonken aan het zgn. Mid- Atlantische gebergte. Het breukpatroon van deze berg rug schijnt de sleutel te zijn tot een beter begrip van het ontstaan van dit gebergte en daardoor van de Atlantische Oceaan. Volgens de huidige theorieën is de Atlantische O- ceaan ontstaan door het uit eendrijven van Europa en A- merika op het vloeibare bin nenste van de aarde. De Britten hebben een ri vier-aquarium met een na tuurlijke stroming (een fluva rium) gebouwd en zullen daar mee onderzoek gaan verrich ten op het terrein van de wa tervervuiling. In dit laborato rium het enige in zijn soort loopt een complete mini- rivier met waterplanten, vis sen en insecten. Enige dagen na de opening kwam er zelfs een kleine ijsvogel op bezoek. De proeven in dit namaakri- viertje en de daarbij behoren de bassins hebben o.a. betrek king op de overlevingskans van verschillende vissoorten. Canadees onderzoek over het gebruik van alcohol en drugs in dat land heeft uitgewezen en soms tot onrechtvaardig heid leidt, is een vorm van gemakzucht. De retorische vraag „waar houden we dan op?" mag nimmer als argu ment worden aanvaard om in het geheel niet te beginnen. (Stelling bij proefschrift van V. Eijsvoogel, Am sterdam) Het maken van stellin gen bij een proefschrift wordt over het algemeen als weinig zinvol ervaren. Het is echter nog minder zinvol door mid del van een stelling kritiek te leveren op dit gebruik. (Stelling bij proefschrift van G. Koel, Eindhoven) De doctorstitel geeft in vele gevallen eerder informa tie over het karakter van de promovendus dan over zijn vermogen tot zelfstandig on derzoek. (Stelling bij proefschrift van P. Stoelinga, Nijme gen). De mogelijkheid om op artikelen te promoveren vormt een positieve bijdrage tot een betere integratie van weten schappelijke ambitie in het gezinsleven. (Stelling bij proefschrift van E. van Hall, Nijme gen). De ontwikkeling van de gezondheids - wetenschappen zou zeer gebaat zijn met de integratie van de medische- en veterinaire opleidings- en onderzoeksfaciliteiten in een faculteit voor Algemene Ge neeskunde. (Stelling bij proefschrift van J. Lelijveld, Nijme gen). Niet langer dienen poli tiek sociale maar wetenschap pelijke overwegingen ten grondslag te liggen aan de keuze van Nederlandse bijdra gen in het medisch onderzoek ten behoeve van ontwik kelingslanden. (Stelling bij bovenge noemd proefschrift). OM het tijdrovende analyseren van hartcardiogrammen te ondervangen heeft Siemens een computer gebouwd die dit automatisch doet. Bovendien is het mogelijk om via deze com puter vrij snel de onderzoekresultaten ter beschikking te krijgen i aardoor tijdig ingrijpen ver gemakkelijkt wordt

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1971 | | pagina 16