DE AANSLAG OP DE UNIVERSITEIT
Planning
Woordbreuk
7,ierdagbijlage van II september 1971
Den Haag, 2500 solidariteits-
telegrammen uit het gehele
land. Hoogleraren spreken op
strijdbare massavergaderin-
gen. Crisis in politiek Den
Haag. Voorstellen tot volledi
ge centralisatie van alle uni
versitair onderzoek worden
ingetrokken. Jhr. de Brauw
gaat weer in de verzekerin
gen."
Zal het allemaal zo'n vaart
lopen? Heeft het wetenschap
pelijk onderwijs reden om
moord en brand te roepen?
De titel van de rede die prof.
van Melsen maandag uit
sprak luidde bijvoorbeeld:
"0e manslag op de universi-
De 38-jarige in het Limburg
se Nieuwenhagen geboren
psycholoog is precies een jaar
lid van het Universiteitsbe
stuur van de Katholieke Uni
versiteit. Daarvoor was hij lid
van het Dagelijks Bestuur van
Curatoren.
inkomen naar de universitei
ten zou gaan.
Minister Veringa schreef: "Wij
zijn van oordeel dat zowel op
gronden van maatschappelijke
rechtvaardigheid (gelijke kan
sen voor iedereen) als op
gronden van economische
noodzaak (prioriteiten van an
dere takken van onderwijs en
van overige vormen van over
heidszorg) op korte termijn
moet worden\ overgegaafi*tot.
beperking van het aantar stu
denten en verlaging van net;
produkt van cursusduur en»
onderwijsdichtheid bij het
wetenschappelijk onderwijs."
Aan dat produkt is de perso
neelsbezetting gekoppeld en
prof. Vlugter van de TH
Twente heeft maandag gezegd
dat nergens zoveel staf voor
het wetenschappelijk onder
wijs ter beschikking wordt
gesteld als in ons land.
Op tal van fronten is gesteld
dat er meer voor het kleuter
en basisonderwijs moet wor
den gedaan en dat het daar
voor benodigde geld maar bij
het wetenschappelijk onder-
JL-'eze week is het Acade
misch jaar 1971-1972 van
start gegaan. De klaagzangen
van de rectores hebben ge
klonken. Een in Nederland al
bijna vergeten straatbeeld
keert terug, de studenten pro
testeren weer. In Groningen
klonk het lied: "Poesje De
Brauw, kom eens gauw, dan
maken wij gehakt van jou".
Hoewel we dinsdag over een
week pas werkelijk zullen
weten wat er allemaal gaat
gebeuren en vooral ook wat
er niet kan gebeuren, is het
geen geheim dat er zware
donderwolken boven het we
tenschappelijk onderwijs han
gen. Dat er iets moest veran
deren stond overigens al ja
ren vast. Men kan nu eenmaal
niet ongestraft jaar in - jaar
uit de uitgaven voor het we
tenschappelijk onderwijs met
21 procent laten stijgen, ter
wijl het nationaal inkomen
met slechts 9 procent per jaar
toeneemt. De berekening is al
gemaakt dat op deze manier
in 2005 het gehele nationale
Prof. Kremers is bovendien
voorzitter van de begelei
dingsgroep voor het McKin-
sey-project, voorzitter van het
bestuur van het C.I.T.O. (Cen
traal Instituut voor Toetsont
wikkeling in Arnhem), voor
zitter van de Commissie van
Toezicht Centraal Bureau On
derzoek Wetenschappelijk On-
M n| rderwjjs van de Academische
Onze onderwijsredacteur Jos Baad» bestuurslid van de OE-
Ahlers sprak itiet prof, J. JKre- CD'In Parijs (Centre for Edu-
mers, de man, die, als de cational Research and Innova-
KVP haar zin had gekregen, tion>, hij is adviseur vöor de
nu minister van Onderwijs en Jigostenrijkse minister van on-
Wetenschappen zou zijn ge- herwijs inzake de nieuwe
mees1ffi%rimstej^ Veringa had Hochschulè fiir Bildungswis-
;de Naroeene/ hoogleraar al in ,- senschaften te Klagènfurt en
een Vrdeg stadium als zijn hij was tot voor kort ook nog
opvolger aangewezen, maat-; bestuurslid van de SVO
pwïf. Kremers bedankte (Stichting voor Onderzoek van
de eer. """vjr J&g—.r j het Onderwijs).
Minister De Bram
door JOS AHLERS
Het wordt steeds moeilijker
om de weiriige echt capabele
mensen binnen het onderwijs
nog te interesseren om leiding
te geven aan het beleid en
aan de planning. Binnen dat
onderwijs zijn er een hele
hoop mensen die er langza
merhand genoeg van hebben
om voortdurend door de over
heid als kop van jut gebruikt
te worden.
Ik vind het een hele trieste
zaak dat dit alles (bouwstop.
vrijwel bevriezing van de
personeelssituatie) is kunnen
gebeuren zonder dat de uni
versiteiten in de fase van de
kabinetsformatie toen alles
kritiek werd, hebben gewezen
nn de te verwachten gevolgen.
Ik vind dat de Academische
Raad weer eens een keer de
boot gemist heeft, de Raad had
in dit geval zelf initiatieven
moeten nemen. Je had kunnen
oroberen het beleid te corri
geren. Er ligt nu zoveel na
druk op die bouwstop. omdat
dat de enige concrete maatre
gel totnutoe is. Ik vind dat on
zich een heel merkwaardige
maatregel, een slag in de
hi^ht. Je kunt geen bouwstop
afkondigen als je nauweliiks
weet wat de gevolgen ervan
ziin en als ie niet tegelijker
tijd besluit dat er minder stu
denten zullen zijn en derhalve
minder staf."
Als er op het ogenblik als
maar gepleit wordt voor plan
ning en er een planningspro
cedure klaar ligt om inge
voerd te worden (McKinsey)
dan is het bepaald niet de
grote verdienste van de over
heid dat ze dat gestimuleerd
heeft. De overheid heeft in
dat hele proces van planning
eerder vertragend dan stimu
lerend gewerkt. Bii herhaling
hebben de universiteiten op
sooed aangedrongen.
Dan is het bedenkelijk dat
diezelfde overheid de chaoti
sche toestand waarin ze te
recht is gekomen éénzijdig af
wimpelt op de universiteiten
en gewoon zegt: ik draai de
I "eidkraan dicht.
Prof. Onerido heeft heel sys
tematisch de leerprogramma's
van de verschillende medische
faculteiten tegen elkaar afge
zet. Er bliikt daarbij een ver
schil van 400 Drocent te zit
ten bii dei nractica in de prek
linische fase tussen de uni
versiteit die het het meest
heseheiden en de universiteit
die het het meest intensief
doet. Er is dus alle reden om
de urn gramma's ter discussie
te stellen. Weer een symptoom
van het tekort aan nlanning
dat we hebben, in dit geval
aan de kant van de instellin
gen. Waar U ook kiikt, een
tekort aan Dlanning: dat geldt
voor het wetenschaooeliik on-
derwiis en voor het hele on-
derwfis. dat geldt dacht ik
overigens voor meer over-
hoidssectoren.
De nlanning moet nu van de
grond komen, maar binnen 'n
termiin van drie jaar moet U
er niet veel van verwachten.
En daarom vrees ik dat er 'n
enorme chaos gaat komen. De
.maag is ook of minister de
Brauw de middelen heeft om
die nlanningsnrocedure in te
voeren en dat zal de derde
dinsdag ons leren. Als hij die
middelen niet heeft, zullen de
McKinsev-voorstellen de zo--
veelste frustratie voor het on-
derwiis worden."
Wat is hei oordeel van de man
lie de volsende KVP-minister
on onderwiis had moeten wor
den nu over deze coalitie?
Prof. R rem er s "Tk vraag me
af of de nriïs die de confessio
nele nartiien voor de regeer
baarheid van het land hebben
hetaald achteraf voor die nar-
Hien zelf niet te hoog zal blij
ken te ziin. TJ kunt het ook
anders stellen het onderwijs
hetaalt de priis voor het ppr-
tiinnlitieice onnortunisme van
de Pvd A. Bii een coalitie van
confessionelen en PvdA had
een andere onderwiisnaragraaf
voor de hand gelegen."
Ijrof. Kremers: „Ik heb voor de eer bedankt op de
1- dag dat het kabinet is rond gekomen. Dat wil
Kggen: op 30 juni, om 5 uur 's middags. Het belang
rijkste motief was dat het volgens mij niet mogelijk
ws om een verantwoord onderwijsbeleid te voeren
kinnen de financiële grenzen die het kabinet daarvoor
'angaf'.
3. Bovendien gebeurt dat in
een situatie waarin tenge
volge van een gebrekkige
planning in het verleden er
nogal wat onbetaalde reke
ningen bij dat onderwijs
liggen Daardoor wordt het
budget in de komende jaren
extra belast.
JP dat moment ging een be
langrijk stuk deskundigheid
'oor de top van ons duurste
departement verloren. Te
"oor omdat mr. Grosheide
"k niet terugkeerde op het
joinisterie van onderwijs. In
™n plaats kwamen twee niet-
"nderwijsdeskundigen.
"oost onderwijs dan binnen
oon bezuinigingskabinet bui-
'en schot blijven? Prof Kre
mers: "Nee. dat zou zelfs in
mate onbilliik zijn. Maar
W lijkt me juist ervan uit te
'aan dat er een verband is
oasen de omvang van de taak
le de overheid aan het on-
"P'iis oodraagt en de mid
den die de overheid daar-
°°r aan het onderwiis' be-
cniVhaar stelt Aan de kant
an de middelen verdienen nu
r,e Punten overweging:
Kiiken we nu naar de kant
van de taak. Het is bepaald
niet zo dat in een situatie
waarin de middelen zeker
voor het wetenschaooeliik on
derwiis bii na geliik blijven
aan die van '71, ook de taak
geliik blij ft Er komen dit iaar
ohgeveer 10.000 nieuwe stu
denten bij, wie vangt die
10.000 nieuwe studenten op,
wie geeft ze een opleiding?
De taak breidt zich kwantita
tief behoorliik uit. maar dat is
niet het enige. We worden op
korte termiin binnen het we-
tenschaDneh'ik onderwiis ook
nog voor andere taken ge
steld. die een extra investe
ring in mankracht vragen:
Is dat wel zo desastreus, zit
er dan geen rek in de univer
sitaire voorzieningen Prof.
Kremers: "Er zit natuurlijk
rek in de universiteiten, maar
we zijn al zeven, acht jaar
aan het rekken. Neem de si
tuatie hier bij de rechtsge
leerdheid. Per student is er
anderhalve vierkante meter
beschikbaar, terwiil het in
Nederland normaal geacht
wordt dat het viif vierkante
meter is. Daar zit geen rek
meer, daar is in feite sprake
van een noodsituatie.
Het bedenkeliike van alles is
trouwens dat door^ dit soort
economische maatregelen de
structurele vraag waar het
eigenliik om gaat. gemaskeerd
wordt. Die structurele vraag
is: wat ziin wii van nlan met
ons tertiair onderwiis?"
Prof. Sniiders (Groningen)
hfeff vonrsneld dat a] tegen
lf)R5 de helft van alln tonge
ren tertiair onderwiis zal vol
gen. Prof Kremers: "Tk zou
willen dat het zo was. maar
od die explosie ziin we niet
voorbereid, we weten nog
steeds niet wat we met dqf
tertiair onderwijs willen. We
weten niet wat de verhouding
PROF. KREMERS
Foto Jan van Leeuwen.
denten generaties uit de ou
de en dé hieuwe structuur
naast elkaar moeten ver
werken. Wie doet dat? Ver
volgens houdt die wet in dat
er een opzet gemaakt moet
worden voor de opleiding
van assistent-onderzoekers.
Op de derde plaats schrijft
die wet voor dat het post
academisch onderwijs in
Nederland van dè grond
moet komen.
daarvoor moet zeker in de
beginperiode niet onder
schat worden.
hun taak te veel geld uitgaven.
Als dat de mening van het
kabinet is, zouden de universi
teiten mogen verwachten dat
die mening wordt waar ge
maakt en dat de overheid te
gelijkertijd toch minstens een
plan aanreikt om het beter
te doen. Het één noch het an
der is gebeurd. Wel heeft dat
alles tot een aantal standpun
ten van het kabinet geleid,
die niet mis te verstaan zijn.
Het meest kwalijke daarvan
is dat het kabinet het bij wet
ingestelde algemeen financieel
schema aan de kant heeft ge
schoven. Dat schema was be
doeld om de universiteiten 'n
houvast te geven voor een
planning op middellange ter
mijn. Er blijft nu niets van
heel en dat is niet veel min
der dan een woordbreuk. Dat
is één van de redenen waar
om er op dit ogenblik toch
wel duidelijk gesproken kan
worden van een crisis in het
vertrouwen tussen de univer
siteiten en de overheid.
Al dit numerus fixus-maat-
regelen en wachtlijsten die
door universiteiten éénzijdig
genomen worden, zijn daar
aardige symptomen van. Nij
megen heeft gevraagd de Aca
demische Raad bijeen te roe
pen om ons te beraden over
de situatie die ontstaan is,
maar ook omdat her en der
universiteiten zonder enig
overleg tot het afkondigen van
numerus fixus-maatregelen
overgaan. Dat is een onjuiste
zaak. Wanneer het studenten
aantal beperkt zou moeten
worden, is dat een zaak van
het parlement en niet van 'n
willekeurige faculteit of in
stelling. Ik vraag me af of in
een aantal gevallen de motie
ven wel zwaar genoeg zijn en
Aan de ene kant blijven de
middelen voor het weten
schappelijk onderwijs dus
vrijwel gelijk, aan de andere
kant neemt de taak kwanti
tatief toe en komen er nog
een aantal extra taken bij.
Aan het eerder genoemde ver
band tussen de omvang van
taak en middelen wordt heel
duidelijk niet meer vastge
houden. Maar het loslaten er
van is alleen maar verant
woord wanneer het kabinet de
overtuiging heeft dat het tot
nu toe niet goed zat met het
verband tussen die twee din
gen, of met andere woorden
dat de universiteiten gelet op
Daar is de doorvoering van'
de wet-Veringa (bestuurs
structuur). Aan de riiksuni-
versiteiten moet dat in feite
nog beginnen, maar de er
varing van Niimegen heeft
al geleerd dat democratise
ring geld kost.
Dan komt er ook de door
voering van de planning In
de zin van de McKinsey-
voorstellen. Het is te ver
wachten dat het kabinet
daartoe zal besluiten en de
investering in mankracht
Op de tweede plaats krijgen
we de wet-Posthumus. Dat
betekent dat alle studie
richtingen tot een volledige
herprogrammering moeten
komen en tegelijkertijd stu-