lALI: HET EILAND DER GODEN
®ii
•S&Ssü
N TWEE DAGEN EEN STAD BOUWEN
LAPWERK" VAN
DEN HAAG HELPT
GEMEENTEN
NIET UIT DE NOOD
CULTUUR
GEBONDEN
INDONESIË (SLOT)
bungalow
Ontspoorde NS-ers
is VAN DISSEL
binnenland
buitenland
iris I.R. v. DAM
It woonhuis
ING BOUWLAND "jj
lis W. VROOME
Door FRANS KESSELS
AAN DE HULSTERE
IR IN TERNEUZFA
s 5 - 4 - 2 kamerf/afs
ikelaarskantoor
ROUW N.V.
mmm
IHÉllllÉÉ
IJZELS
ost en
»iing
TE KOOP
srws&s
2900*
van<?.^9'o9en
,n9®n
«es »„:*„;rsfr.a',ïïr
11 w:r::vot cen
Simulatiespel
in hoofdstad
door
dr. corn, verhoeven
Peron krijgt stoffelijke
resten van zijn
vrouw Eva terug
|G HEINKENSZAND
te GOES
I ptember 1971 te 14.00
"Heinkenszand t.v.v j,
onden (S.B.L.) te Utrec^
bliek verkopen
HOFSTEDE
laan de Boerendijk 4 to u
olgt
bonhuis met bijgebouWen
september 1961
19
Hbouwschuur, varkenshc
Issenhut, erf en weiland
8tfl
nbinatie van de Kavels I eilg
feoTuur15 611 22 Septemb»!
fct is voor velerlei doeleind,
eventuele (vestigmgs)vern
pers contact op te nemen
Ide verplichting de gebouw™!
Stemming te onttrekken uit
lining.
ten kantore van de notaris
|IS TE KLOOSTERZANDF"
te HULST
september 1971 om 4 uur
de Waal-Baart te Klooster»
124, ten verzoeke van de Faml
ubliek verkopen
f, erf en tuin te KloosterzanJ
I President Rooseveltstraat 1 i
fcente Hontenisse Sectie H m
|en.
hing koper vanaf 1 oktober!
1 uiterlijk op 15 oktober 1971
loensdag 8 september en ma»
fdkens van 3 tot 5 uur in de mi;
Loopsom binen een maand
Idagen na de toewijzing,
i ten kantore van de notaris i
1-2821).
1 hooiü zit de beeldhou-
b Ounboematje. Tussen z'n
L beTen houdt hij een ru-
W k zwart ebbehout, waaruit
a regelmatige vaste handbe-
l«n schilfers hout wegsnijdt
langwerpig, plat stuk ij-
f" een kant is aange-
rmgzaam. heel langzaam
de plompe, dode stro"h'
-Jormea aan en komt gelei-
v .f well. fijn
XS eeltige handen van de
- kunstenaar ligt een naakt
Jmeisje van ongekende
•lid en gratie. Uit haar na-
P? wonderlijke lotus-
zich vertakt tot griezeti-
en uitgroeit tot een
beangstigende droom van
Whtige gedrochten, die on-
Knd op het niets vermoe-
l meisje neerkijken.
ja jk gefascineerd naar de-
fclende creatie zit te kijken,
L, beeldhouwer, terwijl hij
Ltd opheft en me doordrm-
jankijkt: „Dit is Bali Ogen-
'liikonbekommerd zich koes-
I in eigen bevalligheid en
pracht, maar steeds weer
•,|d door een tot leven geko-
«tlitmerrie van vrees, zorg,
«theid droefheid en onte
rf Hij legt zijn handen
M prachtige beeld en zegt
■nd' „Wij hebben allerlei
timen verzonnen voor dit
eiland. Ze zijn allemaal
maar niet helemaal, want er
„j weer een schaduwzijde",
lijkt naar het beeld, en gaat
Sier:
het laatste paradijs.
'duizenden tinten groeit de
de zich eindeloos uitstrek-
i opklimmende en afdalende,
terrassen tegen de heuvels en ber
gen voor ons. Tussen het groen
van de sawa's spelen eenden in
het water, en grote witte reigers
tekenen zich af ais heldere stip
pen, dromend op hun hoge stelt-
poten. Wolken spelen met de top
pen van de bergen, die rustig toe
laten dat aan hun voet karbouwen
stoeien in de modderige velden, of
met houten ploegen de natte grond
muilen vol lange messcherpe tan
den, die het doen en laten van de
menselijke schepsels om zich heen
nauwkeurig gadeslaan. Verkeers
borden staan op stenen pilaren, en
worden streng bewaakt door een
erboven hurkende demon, die soms
het bord zelf met zijn afgrijselijke
klauwen vasthoudt. „Demonen en
geesten beheersen het eiland. Ze
wonen in de rivieren en op de
omwroeten. Oude mannen met lan
ge stokken, waarvan het uiteinde
is versierd met een lapje stof,
drijven lange rijen achter elkaar
lopende eenden voor zich uit om
deze op de sawa's te gaan hoe
den. En overal rondom ons wui
vende palmen en bamboestruiken,
waartussen met kunstzinnig hout
snijwerk bewerkte huisjes dromen
in de zon. Een grandioos paradijs
van onbeschrijfelijke schoonheid.
De meeste mensen van Bali wo
nen in kleine smerige dessa's (1)
die van de buitenwereld zijn afge
sloten door een met rijstestro be
dekte moddermuur. De mensen
voelen zich pas echt veilig als ze
achter deze muren zijn bij eikaar,
en weg van de wereld buiten: de
mensen, de goden, de demonen.
Bali, eiland der demonen.
In tuintjes en op pleinen, tégen
gevels en op de muren staan prach
tige gebeeldhouwde stenen ge
drochten, met uitpuilende ogen,
opstekende spitse oren en gapende
sawa's, in de bomen en op de
bergen. Ze zijn kwaadaardig en de
mensen niet goed gezind, en daar
om boezemen ze iedereen vrees in.
En iedereen is er dan ook op uit
deze demonen tevreden te stellen.
Bali, eiland van de duizend tem
pels.
Groots en majestueus rijst de
Taman-Aynn-tempel uit de groene
vlakte omhoog. Tientallen meisjes
dragen kleurig versierde manden
vol vruchten op het hoofd, en lo
pen achter elkaar op de tempel
poort toe, waarnaast een bordje
hangt: „Vrouwen die in de men-
struatietijd zijn, mogen hier niet
binnentreden". In de tempel aan
gekomen nemen Hindoe-priesters
de offergaven van hen over, en de
meisjes knielen neer op de grond
tussen mannen en kinderen in en
beginnen - met een bloem tussen
de opgeheven handen - met ge
bogen hoofd te bidden. Een oude
vrouw schept water uit een ijzeren
ketel en besprenkelt hiermee de
rijen en rijen naar de grond ge
keerde hoofden, kleien kapel-ach-
tige offerhuisjes, lange bamboe
stokken met waaierige pluimen en
behangen met kleurige vaandels,
staan verspreid over het tempel
plein. Van talloze wierookstokjes
kringelen kleine wolkjes omhoog,
verenigen zich met elkaar, en leg
gen een grijs waas over deze mys
terieuze wereld van een diepgelo
vig volk. En buiten in het open
veld, in de sawa's en op de berg
hellingen staan kleine stenen tem
peltjes met repen stof, bamboe
twijgen en bloemen versierd en
langs de wegen grote van bladeren
gevlochten sterren op lange stok
ken om de mensen eraan te herin
neren dat de geesten en goden
overal zijn en alles zien.
Er is veel armoede op het eiland,
vooral in de steden het komt vaak
genoeg voor dat de mensen in
twee dagen niet eten, omdat er
geen eten is. De enige plaats waar
ze dan hun zorgen kwijt kunnen is
-in de tempels. Bali, eiland van
romantiek.
Vrouwen en mannen baden in
alle onschuld, totaal naakt in de
rivieren en op de sawa's langs de
grote weg, en wuiven naar ons als
we voorbijrijden. Een jonge moe
der met een baby op haar arm
plukt rode bloemen van een hibis
cus en legt die achter de spitse
oren van de stenen demonen rond
om. Dan plukt ze twee witte
frangipani en steekt die liefdevol
achter de oortjes van haar habytje,
als een teken van reinheid en on
schuld. Vrouwen en meisjes lopen
langs de wegen met manden en
schalen vol moeizaam en kleurig
gerangschikte kunstwerken van
groenten en fruit op hun hoofden.
Statig en kaarsrecht schrijden ze
naar de markt, en hun kunstwer
ken worden tot gewoon voedsel
voor stervelingen. In de dessa's is
altijd wel wat rijst te vinden om
in leven te blijven, de mensen zijn
daar erg weinig-eisend, maar ais
er ziekte komt is er veel ellende,
want er is geen geld om genees
middelen te kopen. Bali, het magi
sche eiland.
Rookpluimen stijgen omhoog
uit het kleine kratertje op de hel
ling van de Gunung Batur, de
enige levende godenberg van Bali.
In januari 1969 .heeft hij voor het
laatst zijn razernij uitgespuwd en
zijn eigen grootsheid bedekt met
een braaksel van zwarte doods
heid. Schuin achter hem, weerspie
gelend in een prachtig meer rijzen
de Gunung Abang en de 3000 me
ter hoge Gunung Agung de lucht
in. Aan de voeten van deze godde
lijke drieëenlieid groeien dahlia's
en afrikaantjes en salvia's en rozen
en duizenden andere bloemen in
evenzo veel kleuren. Een jongetje
loopt tussende straatventjes door
en legt in bananenbladeren ver
pakte klonten gekookte rijst tussen
de koopwaar, als een offer aan de
goden. Een magere hond volgt hem
en slokt de offertjes op zodra ze
zijn neergelegd. Er schijnt geen
kwaad in te steken, want niemand
jaagt de hond weg. Niemand weet
wat de goden zullen gaan doen,
wanneer de vulkaan weer uit zal
barsten. Een dit is een reden tot
nooit eindigende onrust voor de
mensen op Bali. Bali, eiland der
schepping.
In de handen van de beeldhou
wers ontstaan de mooiste danse
resjes en godinnen, spelende her
tjes en afgrijselijke monsters.
Steenhouwers zitten aan de weg
kant, en kappen en schuren uit
zachte zandsteen de wonderlijkste
wezens. Een jongen van een jaar of
12 legt met uitzonderlijke be
kwaamheid de laatste hand aan
een olifantje. Schilders toveren op
een wit doek. En een vierkante
meter stof wordt een ontmoetings-
plaats voor honderden goden en
geesten. Vrouwen weven zilver- en
gouddraden tot een festijn van
dansende demonen. Op het eiland
der schepping is de scheppende
mens een god geworden.
De kunstenaars leiden een hon-
gerbestaan. Aan een goed beeld
werken ze drie tot vier weken en
ze verkopen het dan voor 1500 of
2000 1-oepia's aan de Amerikaanse
loeristen die in Bali Beach hotel
5000 roepia's per nacht betalen. Ba
li, eiland der goden.
In totale overgave, de wereld om
hen heen vergetend, dansen de
meisjes met ongekende sierlijkheid
op het ritme van de betoverende
muziek. Hun hoofd, hun vingers,
hun ogen vooral, dansen mee, en
Se prachtige kleding die ze dragen,
vormt een onmisbaar en sprookjes
achtig onderdeel in dit schouw
spel van mystieke schoonheid, ik
word meegesleurd in een vreemde
geheimzinnige wereld, die ik niet
kan bevatten. En daar voel ik me
leeg worden, en eenzaam, omdat ik
er niet thuishood. Omdat ik nooit
kan deelnemen aan de denkwereld
van dit innerlijk onmetelijk rijk,
groot en gaaf volk. „Onze dansen
zijn een ode aan de meesters van
het eiland", zegt de beeldhouwer
zachtjes. „Bali is het eiland der
goden, want het hoort toe aan de
goden". En zijn handen strelen
liefkozend het slapende meisje aan
zijn voeten.
te HULST
september 1971 n.m. 4 uur in j
lin de Grote Markt te Hulst, k
pvel
«BAAR VERKOPEN:
erhole en Kuitaart, kadastraa
lontenisse sectie K nr. 687
1 40 centiaren.
wijlen mej. A. Malcontent a
Ivan Mol voor f 680,de hoo
hber 1975.
(het genot van de pachtpem
|en ruilverkavelingsrente val|
or rekening van koper.
binnen een maand na dt li
Iten binnen een week.
ter inzage ten kantore van de(
alwaar eventueel nadere inlia.
zijn.
uitzicht op de Schelde
-flat 550,4 k-flat i
I per maand.
- Terneuzen - Tel. Ol®4851
ÏRNEUZEN
k. Aftimmering plafonds, type
ëgels enz. kunnen in overleg
Voor inlichtingen: W. Jut
(ADVERTENTIE)
Laat ons de
zorgOTW
uw verzeteMngen
ar-taxateur o.g.,
1. 01150-4327.
G
INGE
id zal cp
september
lags om 14
enigingsge-
aan de
te Kloetin-
1223 B.W.
n:
'n- en
huis
ïagazijn en
it 67 te
astraal be-
Kloetinge,
103, groot
:e aanvaar
ing van de
dient op
koper te
i overleg
ers. Lasten
i 1 septem-
Isom uiter-
na toewij-
'ing veiling
een week
tingen ten
noemde no-
por iemand
4 dagen per
kinderen te
inlichtingen,
uur, tel
taxateur o.g., Leeuwen!»3" i
gemeente
Vrijstaande gru- s
met garage, c.v. 1
tuin. I
2 woningen aan
laertstraat met Jksbj
c.v.. (gunstige ro*8™
ge).
Grote woning ®e
gemeente a
Groot pand w de
gemeente tebNï'
fSluiskiD
Woning met berg'°
tuin. Vrij.
Woning met
magazijn
Onze leze" f
mark., een
mark,
zijn er velen
g niet
min
gaan
'K en w "'"Hgrtvuiiu, uins-
HONTENlSStllj oensdag in het Esso Motor
Grote woning J. Amsterdam proberen of zij
Terhole. Vr«. sla<1 tonnen bouwen.
«wuwen.
Inlichtingen: c( E
g. a. p. dek°r( Plaatsje met wat
on»1 ««tamittt0:en',wat
inruil?0""' sroèn en
el nlaat m°et' zoals dat met
"■"■Sen ^'osenheid, volop
«Hingen" t ^emeenschappelijke
-en 8let st' ie en handel
Wel®st hun 411 'let «aar
*0^'uUr htVr en het ffe-
't de taak te zor
gen dat alles langs lijnen van gelei
delijkheid gebeurt, zodat wordt voor
komen dat de bevolking gaat mor-
Preoies als in werkelijkheid zal dat
niet meevallen. Wie wil zien hoe het
zich allemaal afspeelt, kan gaan kij
ken, want de bijeenkomst is open
baar. De organisatie berust bij het
adviesbureau Arnhem n.v., een doch
ter van de Heidemij., die zich bezig
houdt met adviezen op het gebied
van de ruimtelijke ordening. Want
daar gaat het om: hoe hou je orde
als je ruimtelijk gaat ordenen. Dat
proces speelt zich af in een periode
van soms enkele tientallen jaren,
maar hoe het gaat worden moet op
dit moment reeds worden vastge
steld.
OneeTbiedig gezegd houden ruim-
telijke ordenaars zich dan ook bezig
met koffiedikkijken als zij hun plan
nen opstellen. Gezocht is naar me
thoden om toch iets te weten te ko
men en een daarvan is het j,spelen"
van z.g. „management games", waar
bij men modellen opstelt van wat
men wil bereiken om die dan ver
volgens op hun consequenties te on
derzoeken. Nadeel hiervan is dat men
uitsluitend met objectieve factoren
werkt. In de ruimtelijke ordening
wordt men echter ook met niet-ob-
jeotief te maken factoren geconfron
teerd, zoals de tevredenheid van de
bevolking. Om ook de wensen en de
verlangens van de bevolking in het
model te incorporeren zijn de simu
latiespelen ontwikkeld. Zo'n simu
latiespel wordt volgende week ge
speeld.
Het gaat hier om een door die
Zwitserse architect M. Geiger uitge
dacht spel, dat door het adviesbureau
Arnhem aan Nederlandse maatsta
ven en aan de Nederlandse wetge
ving op het gebied van de ruimtelij
ke ordening is aangepast.
Aan het spel dat volgende week
wordt gespeeld, nemen zowel plano
logische deskundigen deel als leken,
zoals vertegenwoordigsters van de
Nederlandse vereniging van huis
vrouwen. Verder komen aan het bord
miensen uit handel en industrie, een
Dolle Mina, studenten en hooglera
ren en ambtenaren die op verschil
lende niveaus met ruimtelijke orde
ning en stedbbouw te maken hebben.
T
(Van onze Haagse redacteur)
DEN HAAG Rustig aan, want het lijntje is al gebroken, ben je
met een variant op een oude zegswijze geneigd te zeggen, als je
de alarmerende berichten leest over de toenemende tekorten op de
rijksbegroting.
Dat lijntje schijnt een overspannen staaldraad te zijn, die met een
enorme knal is gebroken en in zijn vaart ettelijke gaten in de broze
begroting heeft geslagen. We zullen daarom een nog zuiniger rege-
ringspolitiek te zien krijgen dan ons aanvankelijk werd voorgehouden.
Intussen en nou moet ik even
een sprongetje maken van de rijks
begroting naar de gemeentebegro
tingen zijn die begrotingstekorten
voor de meeste gemeenten geen
nieuws. Ook Zuidwest-Nederlandse
gemeenten kampen al jaren met be
grotingstekorten, gewoon omdat de
uitkeringen, die de gemeenten van 't
rijk krijgen (uit het zogenaamde ge
meentefonds), ontoereikend zijn om
de gemeentelijke taak te vervullen.
Al zo lang dat gemeentefonds be
staat (ruiim tien jaar, want in i960
trad de financiële verhoudingswet
rijk-gemeenten in- werking) gaan ge
meentebesturen gebukt onder de et
telijke teleurstellingen die deze fi
nanciële verhoudingswet heeft ver
oorzaakt. De wet is weliswaar met
allerlei verfijningsmaatregeien bijge
schaafd, maar bevredigend werkt ze
nog steeds niet.
Vandaar dat er nu opnieuw een
wijzigingswet panklaar ligt. En, om
alle gemeentelijke hoop 'maar direct
de bodem in te slaan, het wordt op
nieuw een lapmiddel. Het wetsont
werp, waarover de Tweede Kamer
de woensdag en/of donderdag na
derde dinsdag gaat debatteren, be
oogt in feite niet meer dan een her
verdeling van de beschikbare mid
delen. Van een structurele verbete
ring is beslist geen sprake. De wets
wijziging zal er op neerkomen, dat
sommige gemeenten, vooral de drie
grote steden (maar die zitten dan
ook het ergst in nood) er beter van
worden, andere (de kleinere gemeen
ten in het bijzonder) slechter.
Teleurstellend moet het voor de in
nood verkerende gemeenten zijn, dat
de procedure die aan de indiening
van het wetsontwerp vooraf is ge
gaan, vrij langzaam is verlopen. Eerst
was er een onderzoek van de raad
voor de gemeentefinanciën. Deze
raad baseerde zijn research-werk
noodgedwongen op oude gegevens,
namelijk uit 1964. Daardoor kon, zo
als mijns inziens terecht wordt op
gemerkt in het voorlopig verslag,
geen recht worden gedaan aan de ac
tuele situatie van de gemeenten. De
indieners van het wetsontwerp, de
voormalige ministers Witteveen en
Beernink, erkennen dat, maar spe
len de bal terug naar de gemeenten
die hun jaarrekening en hun CBS-
gegevens te laat zouden insturen.
Het rapport van de raad voor de ge
meentefinanciën dateert van juni
1968. Het duurde toen nog tot 1970
aleer de beide bewindslieden hun
wetsontwerp indienden en eerst nu,
anderhalf jaar later, komt de zaak
in openbare behandeling, let wel:
dan gaat de kamer debatteren over
een wetsontwerp dat is gebaseerd op
gegevens die zeven jaar oud zijn.
Men kan dus niet bepaald zeggen,
dat „Den Haag" staat te trappelen
van ongeduld om iets aan de precai
re situatie van de gemeenten te doen.
Er is, toen de Kamer bijeen was
voor het debat over de regeringsver
klaring (begin augustus) nog een
poging ondernomen do:r de oppo
sitie om het wetsontwerp begin
september te behandelen en er niet
mee te wachten tot na de derde dins
dag. Dat zou een tijdwinst van drie
weken hebben opgeleverd en de
meerderheid van de Kamer vond het
kennelijk niet de moeite waard om
daarvoor speciaal zijn reces te onder
breken. Het blijft dus de woensdag
en/otf donderdag na 21 september. De
gemeenten hoeven er niet al te reik
halzend naar uit te zien, dacht ik.
Het blijft regering en Kamer er
kennen het beide lapwerk. Voor
een werkelijke leniging van de ge
meentelijke nood ziji steviger maat
regelen nodig, maatregelen van struc
turele aard. Helaas, die zullen er,
nu er in Den Haag zo hard om be
zuinigingen wordt geschreeuwd, wel
niet inzitten.
Het kan, dacht ik, geen kwaad,
hier nog even te vermelden, dat men
nog tot vrijdag 10 september zijn
schriftelijke opmerkingen kwijt kan
over de plannen een buisleidingen-
straat aan te leggen tussen Pernis en
Zeeland en België. Vooral in West-
Brabant moet er nogal wat gespit
worden in de (agrarische) grond.
Brabant immers geniet de twijfel
achtige eer twee vertakkingen in zijn
bodem te krijgen, iets waar het
Landbouwschap zich deze week te
gen verzette. Ik heb al horen verlui
den, dat de georganiseerde landbouw
een goede kans maakt zijn zin te
krijgen en dat de Tweede Kamer er
veel voor voelt het plan overeen
komstig de wensen van het Land
bouwschap te wijzigen (dus een buis-
leidingenstraat na-ar Nispen en van
daaruit langs de Belgische grens een
aftakking naar Zeeland). Alleszins de
moeite waard dus, deze kwestie, om
uw opmerkingen niet achter de kie
zen te houden. De Tweede-Ka'mer-
commissie, die de zaak moet voorbe
reiden, wacht ze tot vrijdag in. Het
adres is Binnenhof la, Den Haag.
Men richte zijn brief aan d-rs. A. Hu-
bert, griffier van de commissie.
EGBERT ZIJLEMA
UTRECHT (ANP) Personeelsle-
dan van de spoorwegen die zodanig
„ontsporen'' dat ze moeten worden
gestraft, worden voortaan gehoord
voordat de straf wordt opgelegd.
Straffen als vermindering van sala
ris, terugstelling in rang en ontslag
werden opgelegd door de concerndi
rectie, die zich daarbij uitsluitend op
de stukken baseerde. Deze strafbe-
voegdheid is nu gedelegeerd naar de
directeuren van de verschillende
diensten, die voor zij uitspraak doen
de „zondaar" boren. De uitspraak
moet door de directeur personeels
zaken zijn goedgekeurd.
In 1969 werden aan NS-ers 366
niet-materiële straffen als berisping
en terechtwijzing opgelegd en 4 straf
fen in de materiële sector.
In 1970 werden er 388 niet-mate-
riële straffen en 5 materiële opge
legd.
In allerlei discussies rond de
vraag of de maatschappij veranderd
kan en moet worden, wordt door
degenen die zowel van het een als
van het ander overtuigd zijn, zeer
veelvuldig het woord „cultuurgebon -
den" of ook wel „cultuurbepaald"
gebruikt. Als ik mij niet vergis,
wordt het woord het meest gehan
teerd door mensen die er bezwaar
tegen maken dat aan de vrouw be
paalde, typisch vrouwelijk genoem
de eigenschappen worden toege
schreven waardoor zij voorbestemd
lijkt sommige taken wel en andere
niet te vervullen.
Er wordt bijvoorbeeld gezegd dat
de vrouw „van nature" een zorgend
wezen is. Daarom is zij, voorzover
ze niet dag en nacht met haar gezin
bezig is, het meest geschikt voor de
Verzorgende beroepen. Het is geen
toeval dat in deze beroepen de sala
rissen wat lager zijn dan in de
sector van de typisch mannelijke
activiteiten. Want, zo zou de redene
ring verder kunnen gaan, dat hele
diepzinnige verhaal over natuurlijke
aanleg en zo is gewoon een verzin
sel waarmee in een typische man
nenmaatschappij de vrouwen wor
den afgescheept met de minst dank
bare taken. Wie dus voor de eman
cipatie van de vrouw is, moet voor
zichtig zijn met uitspraken over
„natuurlijke" eigenschappen. Wat
conservatieve mannen voor natuur
aanzien is alleen maar een rol die
aan het meisje en de vrouw in onze
maatschappij wordt opgedrongen.
Hoe meer de vrouw zich met die rol
identificeert, des te meer lijkt haar
houding door de natuur zelf te wor
den bepaald. Maar in precies dezelf
de mate is zij het slachtoffer van
een structuur die erop gericht is
haar te discrimineren of in elk geval
de rol op te leggen van zorgende
figuur op de achtergrond. Als zij
zich in die rol gelukkig voelt is dat
omdat ze zich met haar slavernij
verzoend heeft.
Het woord „cultuurgebonden" is
een eerste uiting van opstandigheid.
Het lijkt een bres te slaan in de
fatale geslotenheid van een rolver
deling. Want terwijl de aanduiding
natuurlijkte kennen geeft dat het
gaat om een onverantwoordelijk ge
geven althans in de zin dat wij
het initiatief tot die verandering
niet kunnen nemen suggereert
het woord „cultuurgebonden" dat de
verandering helemaal in ons bereik
ligt. Het onderscheid lijkt helder en
zinvol. De tegenstelling natuur en
cultuur (of zelfs: afspraak) treedt al
vanaf de vijfde eeuw voor Christus
op in discussies rond de verander
baarheid van de samenleving. Zij is
voor het eerst uitgesproken door
Griekse sofisten, filosofen die een
nieuw terrein zochten voor het den
ken. Omdat zij niet alleen bespiege
lend wilden denken, maar ook wer
kelijke invloed wilden hebben op de
samenleving, probeerden zij een wig
te drijven in de massieve vanzelf
sprekendheid die als „natuurlijk"
gegeven ervaren en als onverander
baar aanvaard werd. Een deel daar
van werd afgesplitst als cultuur,
produkt van menselijke afspraak en
dus vatbaar voor menselijke invloed
en veranderingen. De formulering
van dit onderscheid is een grote
vondst. Zij wijst de menselijke
macht en vrijheid een terrein toe.
De sofisten verdienen dan ook gro
tere waardering dan zij gewoonlijk
krijgen. Maar toegepast op het pro
bleem in verband waarmee het
woord „cultuurgebonden" meestal
gebruikt wordt, roept het onder
scheid drie vragen op. De eerste
heeft betrekking op de juistheid er
van. Het is maar de vraag of de
mens niet in de natuur grotere ver
anderingen teweeg brengt dan in
zijn eigen cultuur. Cultuur kan ook
wel zijn: een onverantwoordelijk
patroon van gedragingen tengevolge
van de veranderingen die de mens
in de natuur aanbrengt. Juist de
natuur is het menselijk werkterrein.
Ik laat dat verder buiten beschou
wing. De tweede vraag gaat over de
toepassing van het onderscheid.
Zonder een wil tot verandering die
al uitgaat van het onderscheid, is
het moeilijk vast te stellen wat „na
tuurlijk" en wat „cultuurgebonden"
is. Is bijvoorbeeld de vrouw van
nature een zorgend wezen of is haar
dat zorgen bijgebracht? De derde
vraag gaat over de praktische uit
voering. Aangenomen dat een be
paald gedrag inderdaad aantoonbaar
cultuurgebonden is, kunnen we het
dan ook zo maar veranderen? Oorlog
is cultutirgebonden, maar blijkbaar
kan niemand deze uiting van cul
tuur tegenhouden. Er zijn mensen
die om die reden zeggen, dat het
een natuurverschijnsel is en „dus"
onveranderbaar. Maar precies zoals
het een schrale troost is dit te zeg
gen. zo is liet misschien ook alleen
maar een doekje voor het bloeden
vlotweg iets „cultuurgebonden" te
noemen. Onze onmacht wordt erdoor
versluierd, maar niet weggeno
men.
MADRID (APP) Het stoffelijk
overschot Vftn Eva Peron, de tweede
vrouw van ex-president Juan Peron
van Argentinië die als balling in
Madrid leeft, zal aan Peron worden
teruggegeven, zo heeft de Argentijnse
ambassadeur in Spanje gisteren mee
gedeeld.