STAATSSECRETARIS DRS. OOSTENBRINK:
Middenstand
mag niet
worden
fijngemalen
Dieren beschermers
contra Boltini
Mr. Scholten gaat
..regionaal
spreekuur houden
Van
niet
Hippi:
werkt
paarde
CHEF d
Duif va
Schrijve
de snels
STELLETJE HALF - DEBIELEN
AR-kamerlid voor Zeeland en Brabant
Conflict tussen
pastoors
op Ameland
VORMING VAN I
binnenland
buitenland
1- MKmsmmmmmm:
URGENT
NIET BANG
SLECHT
Limburgse pendel
naar Duitsland
11.500 man
MOEILIJKSTE
papier
oor uw pen
Pastorale zorg
Int. symposium
over rijgedrag
in het verkeer
Verongelukte piloot
komt na 38 dagen
weer boven water
Dinsdag 3 augustus 1971
(Van een onzer redacteuren)
Ik ben niet defaitistisch over het voortbestaan van het midden-
en kleinbedrijf. Het klimaat in ons land mag echter niet zo ongun
stig worden, dat het grootste deel van de middenstand wordt fijn
gemalen. De middenstandsbedrijven moeten juist blijven groeien
om alle kosten op te kunnen vangen. Dat betekent investeren en
dat kost weer geld. De hardnekkige inflatie veroorzaakt bij vele
middenstanders een gevoel van grote machteloosheid. Hoeveel an
deren kunnen zoals de loontrekkenden hun lasten niet afwentelen.
Middenstanders hebben die mogelijkheid nauwelijks. Daarnaast
worden ze in het kader van het prijsbeleid argwanend in het oog
gehouden, opdat ze niet teveel lasten in de prijzen gaan doorbe
rekenen.
Dit is een van de visies van de
nieuwe staatssecretaris op Econo
mische Zaken, drs. J .J. M. Oos
tenbrink (34) tijdens een vraagge
sprek met dit blad. Onderminister
Oostenbrink, nog geen 2 weken
aan het bewind is speciaal belast
met de integratie van aangelegen
heden betreffende het midden- en
kleinbedrijf in het totaie rege
ringsbeleid.
Hij is niet banig, dat hij als de
„benjamin" in de nieuwe regerings
ploeg-Biesheuvel te weinig ge
wicht in de schaal kan leggen.
„Pet is geen kwestie van leeftijd.
Er zijn wel meer jongere geweest,
die hun invloed ondanks een jeug
dige leeftijd konden uitoefenen".
De nieuwe onderminister heeft
niet zoals zijn voorganger een af
geleide taak van de minister van
Economische Zaken. „Ik vul minis
ter Lan-gman aan wat betreft het
beleid t,a.v. het midden- en klein
bedrijf. Nog nader zal premier
Biesheuvel met mij overleggen,
hoe mijn positie in het kabinet
wordt. Mijn werkterrein strekt
zich feitelijk gezien mijn opdracht
over vele departementen uit", al
dus drs. Oostenbrink, die erop
wijst, dat ook in het verleden een
integratiebeleid t.a.v. middenstand
werd gevoerd. „Nu krijgt het een
zwaarder accent".
meer dan iedere staatssecretaris
dan ook actief zal bijwonen. „Ik
wil een vrij entreebiljet hebben in
deze raad om op het juiste moment
binnen te vallen, wanneer er een
middenstandsbeleid rakend onder
werp wordt aangesneden", aldus
de staatssecretaris, die het nog
steeds onbegrijpelijk vindt, dat
voorzitter P.G. v.d. Weele van het
Koninklijk Verbond van Onderne
mers, hem nogal scherp heeft afge
wezen. „Ik heb vijf jaar bij een
middenstandsorganisatie gewerkt
en toen en daarna bij de Raad van
het Grootwinkelbedrijf samen met
de heer Van de Weele in vele
commissies samen aan tafel geze-
tén. Waarom hij mij afwijst is mij
niet duidelijk. Bij de Raad van het
Grootwinkelbedrijf werd ik ook
geconfronteerd met problemen, die
in de meeste gevallen betrekking
hadden op het midden- en kleinbe
drijf", aldus drs. Oostenbrink. De
confessionele organisaties in het
midden- en kleinbedrijf hebben
zijn benoeming wel toegejuicht.
(Van een onzer redacteuren)
DEN HAAG „Pas een half uur voor de uitzending van de
radionieuwsdienst, waarin mijn benoeming wereldkundig werd ge
maakt, wist ik pas, dat ik staatssecretaris van Economische Zaken zou
worden", aldus drs. J. J. M. Oostenbrink. „Ik was door mijn
benoeming verrast. Mijn vrouw niet minder. Toen ik mijn 7-jarige
dochter probeerde uit te leggen, wat een staatssecretaris is en wat ik
nu allemaal ga doen, was haar eerste reactie Papa, ik ben blij dat
u niet meer elke dag met de auto naar Amsterdam moet rijden".
De nieuwe staatssecretaris (34) is van geboorte Amsterdammer,
bezocht het Dominicuscollege in Nijmegen en behaalde in 1954 het
diploma gymnasium alpha. Daarna studeerde hij aan de Gemeente
Universiteit van Amsterdam en deed in september 1960 doctoraal
examen economie. Na militaire dienst kwam drs. Oostenbrink in
dienst van Hunter Douglas in Rotterdam als bedrijfseconoom. Van
1963 tot en met 1968 was hij verbonden aan het Nederlands Katholiek
Ondernemers verbond, laatstelijk als plaatsvervangend algemeen secre
taris. Op 1 januari 1969 werd hij staatssecretaris van de Raad van het
Grootwinkelbedrijf. Drs. Oostenbrink is in het bijzonder belast met
het midden- en kleinbedrijf en de integratie van alle aangelegenheden
ervan in het totale regeringsbeleid. Ook gaat hij zich bezig houden
met het toerisme en het ijk- en accountantswezen.
Onderminister Oostenbrink staat
gezien zijn nieuwe taak meer tus
sen een minister en een staatsse
cretaris in. Hij geeft dit toe, maar
is niet banig, dat hij tussen de wal
en het schip karnt te vallen. Hij
wil zijn invloed ook laten uitstrek
ken tot in de ministerraad, die hij
Een snelle uitwerking van de
gedachten van commissie-Van
Soest acht de nieuwe staatssecreta
ris van groot belang. „Hierbij moe
ten ook de organisaties duidelijk
aangeven hoe ze er over denken
en moeten ze hun visie op onder
delen van het plan om een belas
tingvrije pensioenvoorziening op te
bouwen, vanuit het bedrijfskapi
taal geven. Het is volgens het re
geerakkoord de afspraak dat dit
plan zo vlug mogelijk wordt uitge
werkt. Er moet in verband met de
kosten dan maar met andere prio
riteiten worden gesehoven. Het
hangit natuurlijk ook af van de
economische situatie of deze voor
de middenstand zo belangrijke
plannen geheel of gedeeltelijk
kunnen worden uitgevoerd. De
middenstanders en hun organisa
ties hebben er recht op, dat dit
gebeurt", aldus onderminister Oos
tenbrink, soepel gezeten in een
van de fauteuils van zijn mime
lichte werkkamer.
Drs. Oostenbrink heeft begrip
voor de toenemende onrust onder
de middenstanders. Geen antwoord
weet hij op de vraag hoe hij zal
reageren op demonstraties van bo
ze middenstanders. „Of hij de
wind uit de zeilen van de Neder
landse middenstandspartij zal ha
len, die drie zetels in het parle
ment heeft?". Een antwoord daar
op blijft hij schuldig. „Ik ben na
tuurlijk wel benieuwd naar hun
opstelling in de kamer. Ik kan mij
de ontevredenheid bij de midden
stand wel voorstellen, vooral via
de inflatie, waaraan zij bijzonder
bloot staan. Ik ga zeker proberen
die ontevredenheid weg te nemen.
En ik hoop, dat de organisaties in
het midden- en kleinbedrijf daarbij
hun volledige medewerking geven.
Daarbij stel ik de voorlichting,
scholing en, vorming centraal. Die
moet dan ook worden uitgebreid",
aldus de nieuwe onderminister, die
zich ziet als de „public-relations-
tnan van het midden- en kleinbe
drijf, die de aandacht van de rege
ring zal vragen voor de problemen
van de kleine ondernemers. Ik ben
echter geen verlengstuk van een
pressiegroep", aldus drs. Oosten
brink.
iÉl
Deze beige wollen mantel uit de collectie van de Parijse ontwerper Ted
Lapt dus is luchthavengenoemd. De naam zal wel ontleend zijn aan de
vier opgestikte diagonaalzakken. De ceintuur is van zwart leer.
V)
•>1
UTRECHT (ANP) Uitermate
beledigend, denigrerend en in strijd
met de zorgvuldigheid jegens de
naasten noemde de Haagse advocaat
mr. C. J. Colijn gisteren de uitlatin
gen aan het adres van het Neder
lands Jack London-verbond (tegen
dierentuinen, circussen en in gevan
genschap levende dieren), die cir
cusdirecteur Toni Boltini in mei
heeft gebruikt in een gesprek met
een verslaggever.
In een kort geding bij de presi
dent van de Utrechtse rechtbank,
mr. J. W. van Eek, eiste het ver
bond een verbod opnieuw dergelijke
denigrerende uitlatingen te doen en
publikatie van het veroordelende
vonnis in een door de rechtbankpre
sident te bepalen vorm in de krant,
die de gewraakte uitlatingen publi
ceerde
„In mijn ogen zijn de ménsen van
het Jack-London-verbond echter een
stelletje half-debielen, die een aan
misdadigheid grenzende mentaliteit
erop nahouden", zou de heer Boltini
hebben verklaard tijdens een begin
mei gehouden landelijke persconfe
rentie ter gelegenheid van zijn jubi-
leumtoernee. Bovendien zou de heer
Boltini het verbond van leugens
hebben beticht, omdat in het bonds
blad een foto was afgedrukt van een
dompteur, die een stoel voor zich
houdt, waarmee leeuwen zouden
worden mishandeld.
De raadsman van de heer Boltini,
mr L. J. H. de Vink, betoogde dat
de dompteur die stoel niet gebruikt
om te mishandelen, maar om een
afstand tussen hem en de leeuw te
scheppen. Als verdedigingsmiddel
dus. Wat beledigend genoemde uit
latingen betreft, zei mr De Vink, dat
de gramschap van de heer Boltini
zich niet richt tegen de doelstellin
gen van het verbond, maar wel te
gen de toegepaste middelen. In alge
meenheid wordt permanent beweerd
dat dieren in circussen en dierentui
nen worden mishandeld. In strijd
met de waarheid wordt gesteld, dat
leeuwen geen tanden en klauwen
meer hebben „omdat die er zijn
uitgeslagen".
Boltini vindt deze bestrijdingsme-
thode getuigen van achterlijkheid en
heeft de mensen van het verbond
daarom balf-debiel genoemd. Het
was, aldus mr De Vink, evenwel
niet zijn bedoeling, dat een en ander
zou worden gepubliceerd. Mr. Colijn
neemt het de heer Boltini vooral
kwalijk, dat hij zijn cliënten voor
leugenaars heeft uitgemaakt. Recht
bankpresident mr J.'W. van Eek zal
dinsdag 10 augustus vonnis wij-
wca.
(Van onze Haagse redacteur)
DEN HAAG Het zat mr. Jan Nico Scholten (49) met de afgelo
pen verkiezingen niet mee: door het teruglopen van de AR-aanhang
kwam hij net 2072 stemmen te kort om lid te kunnen worden van de
Tweede Kamer.
Inmiddels is de heer Scholten toch
teruggekeerd in het parlement,
waarvan hij vóór de verkiezingen
ook al enkele maanden deel had
uitgemaakt, namelijk van september
verleden jaar toen hij de heer Van
Bennekom opvolgde, tot de kamer
ontbinding in mei. Die terugkeer
dankt hij aan Barend Biesheuvel,
die immers zijn kamerzetel ruilde
voor die van de minister-presidant.
De heer Scholten is, hij komt daar
rond voor uit, bijzonder blij met bet
herwonnen kamerlidmaatschap.
„Ik heb het bewust altijd gewild".
Hoewel de betrekkelijk kleine AR-
fractie niet het „instituut" van regi
onale kamerleden kent, wordt de in
Andel wonende burgemeester van
de gemeenten Andel, Giessen en
Rijswijk geacht de regio-belangen in
de Tweede Kamer te behartigen,
een niet zo eenvoudige taak omdat
in dit geval met de regio wordt
bedoeld: Zeeland en Noord-Brabant.
Scholten wil die zaak goed aanpak
ken en is in Heusen en Altena al
begonnen met het houden van een
politiek spreekuur. „Iedereen kan
daar terecht met klachten en wen
sen. De band met de kiezers is voor
mij erg belangrijk. Ik ben van plan
dat in heel Brabant en in Zeeland te
gaan doen".
Zijn eerste twee spreekuren in
Andel („nee, niet in het gemeente
huis, maar in een café, op neutraal
terrein anders beschouwen ze je
teveel als de burgemeester") zijn
een leuk succes geweest. Twee maal
25 mensen met de meest uiteenlo
pende problemen hebben Scholten
.tot de overtuiging gebracht, dat hij
en mee door moet gaan. „Je hebt als
kamerlid een soort ombudsfunctie.
Je moet altijd klaar etaan voor de
mensen".
Die wens altijd te willen klaar
staan voor de kiezer brengt mr.
Scholten gelijk op een nijpend pro
bleem, waarmee alle kamerleden
overigens worstelen: de ronduit
slechte omstandigheden waarin ze
hun werk moeten doen. „Je hebt
geen eigen kantoor, geen eigen se
cretaresse. Het Nederlandse kamer
lid is als het ware een schip op het
strand. Dat is een onaanvaardbare
situatie. En dat geldt temeer voor
het waarmaken van je taak als con
troleur van het regeringsapparaat.
Er moet op het Binnenhof meer
ruimte komen voor de kamerleden,
opdat het parlement beter kan func
tioneren. Het is naar mijn smaak
vooral een technische en financiële
zaak".
Juist de dag nadat ik met de heer
Scholten heb gesproken verschijnt
er in de kranten een bericht over de
verbouwing van de kamer. Veran
dert dat wat aan zijn standpunt?
Scholten (telefonisch): „Ik heb
dat bericht gelezen en ik wacht met
belangstelling af hoe dat zal uitpak
ken, Maar voorlopig handhaaf ik
mijn mening, dat de kamerleden
onvoldoende geaccommodeerd en
toegerust zijn".
MAASTRICHT (ANP) De pen
del van Limburg naar Duitsland
heeft in 1970 een hoogtepunt bereikt.
Onder invloed van de hoogconjunc
tuur en de spanningen op de ar
beidsmarkt in het Duitse grensge-
bied, nam de pendel toe met circa
2000 mannen en steeg daarmee tot
11.500. Ruim 40 pet. is werkzaam in
de Duitse bouwnijverheid en 27 pet.
in de metaalnijverheid. In de Duitse
mijnindustrie werken nog altijd
ruim 500 Limburgse pendelaars.
Het Maastrichtse districtsbureau
voor de arbeidsvoorziening in Lim
burg, dat deze cijfers heeft bekend
gemaakt, is van mening dat pendel
genuanceerd moet worden benaderd.
Het pendelen is een niet weg te
denken onderdeel van de Limburgse
arbeidsmarktstructuur, maar er zal
moeten worden gezorgd voor een
evenwichtige pendelbalans. De een
zijdige pendelbeweging naar Duits
land veroorzaakt met het voort
schrijden van het herstructure
ringsproces en de toenemende eco
nomische bedrijvigheid in Limburg,
een gevoelig verlies van arbeidspo
tentieel. Ondanks het aantrekken
van buitenlandse arbeiders bleef in
de Limburgse metaal- en bouwnij
verheid een grote vraag bestaan
arbeidskrachten.
Kamerlid en Brabants Statenlid
Scholten (binnenkort ex-burgemees
ter, want de drie gemeenten die hij
als zodanig dient worden opgehe
ven) is eveneens benieuwd naar de
praktische betekenis van de toezeg
ging in het regeerakkoord, dat de
fracties beter uitgerust zullen wor
den. Het is in ieder geval geen luxe
vindt hij, want soms kom je aan het
simpelste routinewerk niet eens toe.
„Ik heb nog onafgewerkste stukken
liggen uit de vorige periode".
Hij komt dan nog even terug op
dat regionale spreekuur. „Het is de
bedoeling er in september mee te
starten. Om het goed te doen geldt
echter weer, dat het parlement ver
sterkt moet worden, anders wek je
verwachtingen, die je niet waar
kunt maken".
Blijft hij lid van de Brabantse
Staten?
„Ja, het is een ideale combinatie.
Als statenlid krijg je provinciaal
voedsel voor je nationale taak en
omgekeerd. Ik hoop daarom op goed
overleg met de Zeeuwse statenfrac
tie. Dat is een absolute voorwaarde,
wil ik de Zeeuwse problemen (die
voor een goed deel trouwens ook
nationale problemen zijn Delta-
werka-en, Zeehavenbeleid goed
kunnen behartigen".
West-Brabant en Zeeland hebben,
vindt de heer Scholten, veel ge
meenschappelijk: het Reimerswaal-
plan en eventueel ook de nationale
tweede luchthaven („maar die zal
wel in de Markerwaard komen")
zijn voor beide provincies belang
rijk. Van groot belang is zijns in
ziens ook, dat de ontwikkeling van
Rotterdam enigszins aan banden
wordt gelegd ten gunste van Zee
land.
Mr. Jan Nico Scholten is zijn poli
tieke loopbaan begonnen. Als zeven
tienjarige werd hij ARJOS-lid en
tijdens zijn studententijd (VU Am
sterdam) „deed ik veel aan poli
tiek". Hij hield zich in die tijd erg
bezig met de Nieuw-Guinea kwes
tie. „Ik was in 1963 een van de
eerste Nederlanders, die in Indone
sië een gesprek had met Soekarno".
Over zijn kamerlidmaatschap:
„Zie ik als de moeilijkste baan die
ik ooit heb gehad. Maar ik houd van
nieuwe dingen".
EGBERT ZIJLEMA
(Van een onzer verslaggevers)
AMELAND Op het eiland
Ameland is min of meer een
conflictsituatie gerezen tussen
twee Duitse pastoors, Hubert en
Fritz Jansen uit het Westduitse
Recklinghausen enerzijds, en de
pastoor van het eiland Ameland,
F. Hendriks anderzijds.
De oorzaak hiervan is dat pas
toor Hubert Jansen na afloop
van de drie eucharistievieringen
een verklaring voorlas, waarin
hij zijn mening over de hoge
prijzen die de Duitse kinderen
volgens hem op het eiland moe
ten betalen, niet onder stoelen of
banken stak. Volgens pastoor
Jansen gelden er drie prijzen op
het eiland: een voor de toeristen,
een voor de eilanders en ten
slotte een voor de Duitse kinde
ren, die daar in kampen verblij
ven.
Er zijn momenteel 9.400 kin
deren, afkomstig uit het Roer
gebied, Zuid- en Noord-Duits-
land, op het eiland, die worden
uitgezonden door het sociaal cha-
ritas vakantiekinderwerk. Ze ko.
men al sinds 1953 op het eiland
en zijn afkomstig uit minder
draagkrachtige gezinnen.
Pastoor Jansen noemde het een
sociaal onrecht om „op deze ma
nier de Duitse kinderen af te
zetten. We halen nu al levens
middelen van vaste wal, omdat
ze daar goedkoper zijn", aldus de
pastoor. Hij dreigde zelfs met
terugtrekken van de kinderen.
Pastoor Hendriks verklaarde
over deze kwestie: „De gebroe
ders Jansen, die mij bij de dien
sten assisteren, moeten niet den
ken dat ze alles kunnen doen. Ik
ben ook zeer boos over deze
voorgelezen verklaring, waarvan
ik niet van tevoren op de hoogte
ben gesteld".
Illlllllll!
1 Brieven voor deze rubriek moeten met vol.
ledige naam en adres worden ondertekend. Bij
publicatie zullen deze vermeld worden. Slecht»
bij hoge uitzondering zal van deze regel wor
den afgeweken. Naam en adres zijn dan bij
de redactie bekend. Publicatie van brieven
(verkort of onverkort) betekent niet dat dt
radactie het in alle gevallen eens ls met irv
houd, c.q. strekking.
Na-ar aanleiding van uw artikel ii
dit blad, over de benoeming van di
heer W. Tobé als gehuwd zielzorga
in Etten-Leur, ben ik zeer veront
waardigd. Volgens mij klopt er iel
niet met de Nederlandse kerk. OJ i
misschien de communicatie tussei
Rome en Nederland scheef getrek
ken?
Dit is toch wel een duidelijk voor-
beeld van discriminatie. Nemen \vi
de ex-kapelaan van Teteringen. De
ze werd aan het lijntje gehoude
met de woorden: Als je wilt t-rou
wen, garanderen we je dat je 4
meeste functies in de zielzorg noj
mag vervullen, op enkele na. Maa:
toen puntje bij paaltje kwam, kreej
hij het bericht, dat hij geen enkel
functie meer mocht uitoefenen.
Nu vraag ik me toch wel danig al
waarom mag een gehuwd priest®
geen zielzorg meer verrichten, e
een gehuwde leek, met theologisch
studie, zoals de heer Tobé, wel
Waarom wordt een gehuwde Jee!
bevoorrecht boven een gehuwd:
priester ?Zij zijn beiden toch mei
sen. Je zou het idee krijgen dat he
een kwestie is van iemand eei
baantje gunnen. Sorry, het moes
even van mijn hart.
BAARLE-NASSAU
J. V. D. VEEKEN
(Naschrift redactie. Wat betri
de zielzorgsfuncties van de heer V:
der Veeken in Teteringen: nadat
zijn aanvraag tot dispensatie van
celibaatsverplichting had ingediei
is de heer Van der Veeken,
voorafgaand onderzoek en enquêti
ring van de gelovigen, aangestel
als pastor met uitsluiting van
typisch priesterlijke functies. Pi
daarna kwam, vrij plotseling,
Rome de bepaling af dat priestc:
voortaan slechts dispensatie uit
celibaatsverplichting zouden krijgei
als zij in het geheel geen pastoral
werk meer zouden doen. De hetj
Van der Veeken heeft toen tl
gekozen voor dispensatie en moe:
bijgevolg zijn pastorale werkzaam)
heden in de parochie stopzetten. Inl
derdaad mag een gehuwde leek n'
zijn theologische studies wel ei
aantal pastorale taken vervullei
Van de zijde van het bisdom verin
men wij dat men ook daar dez
gang van zaken betreurt.).
NOORDWIJKERHOUT (ANP)
Gisteren is in het congrescentra I
„De Leeuwenhorst" te NoordwijkeL
hout een internationaal symposM I
geopend. In besloten vergadering! I
zullen de psychologische aspect: g
van het rijgedrag in het wegverka I
worden besproken. Gehoopt wori I
de resultaten van de bespreking! I
weer te geven in aanbeveling! r
voor overheidsmaatregelen en vet»
der onderzoek.
Aan het congres wordt deelgenil
men door zestig wetenschappelijl I
onderzoekers uit veertien landen;
helft van dit aantal komt uit Ameil
ka. De zes Nederlandse deelnemef
zijn afkomstig van de Stichting Wil
tensohappelijk Onderzoek Verkeer I
veiligheid, de vrije universiteit
Amsterdam en het Instituut vo: I
Zintuigfysiologie RVO-TNO. Dl
meeste deelnemers zijn door hul
regeringen of univeirsiteiten aangfl
wezen en worden financieel gesteuul
om aan het congres deel te nemeif
Dee bijeenkomst is besloten gehoil
den om „een vruchtbare kennisovei|
dracht in kleine kring mogelijk I
maken".
YAKUTAT (ALASKA) (AP)
In Yakutat (Alaska) is een 23-jarig'
jongeman aangekomen, die 38 dag®
eerder, een vliegtuigongeluk het1
overleefd. Gary Anderson verte"
dat zijn vader, die 55 jaar oud i
het ongeluk ook had overleefd ma»
dat hij hem niet meer gezien had.
Gary werd gevonden nadat
piloot de letters s.o.s. had gezier
die Anderson jr. met de voet bl
getrokken op het strand van at)
rivier, 105 kilometer ten westen VS
Haines. De jongeman was er licht
melijk goed aan toe, alhoewel h
ruim 27 kilo was afgevallen. Hij ha-
geleefd op wortels en rivierwatt
In totaal had hij te voet een afsta®
afgelegd van ruim 160 kilometer va
waar zijn toestel was neergekome®.
Deze machine, een watervliegtuig)1
was tot landen gedwongen op
rivier de Alsek toen het weer bil
zonder slecht was. Dit gebeurde
24 juni. Vader en zoon landden bï|
houden. Gary kon naar de kant
men maar zag dat zijn vader, 0'
een zwemvest droeg, door het wat®
van de snelstromende rivier we®
meegevoerd. Anderson sr. was licht
melijk in goede toestand en e"
goede zwemmer, zei hij. De jong®
was later teruggegaan naar de plaat
waar de machine lag, en ging to®
lopen, stroomafwaarts.
Dinsdag 3 augustus 1971
Hans van Enkhuizen, val
een verkeerde voorstellir.'
reis naar Helsinki heeftl
(Van onze sportre<
ROTTERDAM Voo
figuren uit de Nederlau
sportwereld smeden op
plannen ojn op niet al t>
mijn te komen tot de v
een stal van talentvolle
den, waarover de Neder
pische Sportbond (NHS)
schikking moet krijgen.
(Van onze duivesportmedi
ZAAMSLAG De c<
Zuid-Beveland hield een
vanuit Doornik voor joi
deelname 1168. Deze v
gewonnen door een dl
Schrijver uit 's-Heer A
die met een gemiddeh
van 1280,39 meter per
de concurrentie te snel w:
Pl-aatsgenoot H. St:
tweede. 3. D. Rijk, Hein
A. Westdorp 's-Heerenl|
Danker, 6. C. Aerts, 7.
G. de Bruine, 9. J. Kroi
to Kruiningen. 10. G.
Heerenhoek.
Uitslag wedvlucht van
180 oude duiven, afstam
en 8. M. Minnaard, K
hoogste snelheid 829,47 i
en 9. M. Pieterse, Wemt
van de Drie, Ovezande.
®eulen, Schore, 7. P.
tenddjke, 10. J. Poleij, Ka
Wedvlucht v-anuit Pon
ce: „De Snelvliegers"
®et 283 jonge duiven,
seeuw (1097,5 mpm). 2.
3- A. Boonman, 4. H. Kr:
J- Wille. 7. J. van de
"osterbaan, 9. J. Bakkc
Paepe.
Met 109 oude duiven!
Aalbragtse (1127,13 mpr
Die 3. A. Boonman 5. T;
n"»10 A- van Hijfte, 7.
A- Wage, 9. J. van de
Recht Voor Allen" S'
3'°nge duiven, hoogste sj
1 en 9 M. van de
Pokke, 3. A. de Smit, 41
0- J. Dezutter, 6. J. Waj
Meijer. 10. A. Coppens