UK AJAX KIG UAX S ■81 Raadsleden moeten gaan spelen Schelmenstreken Zal ook hij ooit president worden? den soonlijk ml Vonck Ook Duitse bossen stinken van afval ri De Kennedy Vrouwen door PEARL S. BUCK kunst cultuur I Succes en sof Baarle-Nassau/Hertog en Kultureel Akkoord aangas» Algemeen belang als blabla Balans van festival Inspraak op de ordening Terugblik (2) op de Berlinale DIEREN IN NEW YORK STERVEN AAN LOODVERGIFTIGING „We hebben een nieit ir, maar wel vrij trans- gevoerd", zegt Ab Lui- belangrijteste zorg lijkt ■pig een goede vervanger stra te vinden. Maar ik overtuigd, dat we die >elerskader zeker kunnen >WS, het vorig jaar zo ■de en door allerlei ge plaagde DWS, begint vol d aan een nieurw seizoen roetbal. Dat ós op zich al want het aantal zwarte na afloop van de vorige s was legio. Ook het ge- Ab Luifciniga hoorde Tu niet meer. De kansen ;oede gekeerd, meent bij alleen. rltaten op het veld een uilen meewerken, kan ,ens Ab Luikinga een ta- bezorgd seizoen tegemoet luit hij: „We zijn vorig «gal in negatieve zin dn s geweest. Het zou mooi het dit seizoen precies is. Ik heb daar wel ver- r".- sterdam. Opgericht: 1907. en: blaiüw-zwart shirt, ek. Terrein: Olympisch Locommodatie: 65.000 toe- Aantal contractspelers: jaar 28). Chris Badhofner )ert Binaohi (23), Rob (25), Chris Dekker (25), lijkers (24), Peter Eman its Flinkevleugel (31), irteen (29), Fred Gnirrep ie Goedhart (21), Theo ;1), Jan Jongbloed (30), amminiga (24), Jan Keur is van Leyenhorst (19), leT (21), Klaas Nuninga s Overweg (23), Andre (20), Fred Schoonder- Cor Schoonhoven (18), Sloten (24), Frits Soete- Leo van Straaten (23), olen (27), Carel Vesters ap Viseer (20), Piet nt (27), Henny Vreden- en Dick Windhond m: Chris Dekker (NEC), sens (Ajax), Jan Keur t-Meeuwen), Andre Pe- KW), Cor van Sloten i, Leo van Straten (FSC) 'esters (Haarlem), i: Karei Bonsdnk en mann (FC-Utreoht) en :a (PSV). Pim van de Meent 11e). onze sportredactie) Piet Vonck heeft tij interlandwedstrijd tussen en een Westduitse B' in Munster werd gehou- een voortreffelijke presta- ;d door de ti<v kilometer en in 29 minuten en 53° i De Zeeuw, die zijn Per' record met 12.2 second® i, is daarmee de achtste er die deze afstand binne#1 r heeft afgelegd. l/msudg zu juii iy/i Het vierentwintigste Holland Fes tival zit er weer op. Behalve de pak weg honderdduizend Nederlanders en toeristen, die de zalen hebben bevolkt (en zulks in verheugend grote dichtheden, dit jaar), en be halve de paar miljoen Nederlanders en Belgen, die via de tv een Festi val-graantje hebben meegepikt, ont gaat toch de meerderheid van de Nederlanders wat een liet slechts artistiek, maar ook zakelijk groot scheeps gebeuren zo'n Festivalis. Een paar cijfertjes? In 25 dagen werden 15 manifestaties op de planken of op het concertpodium neergezet. Alles op tijd. Niemand die zich afvraagt waar die décors, die muziekinstrumentui of al die andere artistieke bagage gisteravond nog stond. Maar er waren een hand vol lieden, die dag en nacht een compleet spoorboek moesten waar maken. Want »iiet alleen dat die voorstellingen op tijd in ruim twin tig meedelende steden moesten zijn, er waren ook nog de artiesten. En dat waren dan, naast 76 complete groepen, variërend van een Concert gebouworkest of een Koninklijk Zweeds Theater tot Kamerkwartet ten, óók nog eens 447 individuele artiesten. Laten daar eegis pak weg 200 buitenlanders bij zijn geweest. Er werden dit jaar werken uitge voerd van 165 auteurs en componis ten. Daaronder waren er tientallen, die in opdracht va»i het Festival werden geschreven of gecompo neerd. „Het was onze bedoeling om met de bevolking uit de Belgische encla ve Baarle-Hertog tot een gesprek te komen over het Belgisch-Nederlands cultureel verdrag, de realisering daarvan de daarmee in verband staande zaken betreffende de relatie België-Nederland. Onze opzet bleek echter nauwelijks te realiseren, daar bijna niemand van het bestaan van dit verdrag op de hoogte was, laat staan dat men er zich ei», mening over gevormd had. Op onze vragen over culturele integratie en over za ken die twee buurlanden betreffen kregen we nauwelijks antwoord. Velen begrepen ons niet, p.ideren vonden dat de hoge heren dai maar uit moesten maken." Dat staat te lezen in een verslag dat redactiele den in het laatste Tijdschrift voor Architectuur en Beeldende Ku»isten maakten over hun bezoek aan Baar le-Hertog -Hertog". Herhaalde po gingen om toch tot een gesprek te komen leidden soms tot gespannen situaties. Menigeen meed ons gezel- Hier wordt allesbehalve ,C'-ulturele taal gesproken tegen leden van het TABK-team in Baarle-Hertog. De foto was natuurlijk een fijn plaatje bij de „bevindingen" in het TABK. schap, terwijl zij die zich myder getrokken. Een bejaard Nederlander afwijzend betoonden soms met de voegde ons kwaad toe: „Vroeger harde hand van ons vandaan werden hadden we Arnold Meijer en Wies Moe.is, met hen werkten we aan de realisering van de groot-Nederlandse gedachte. Daar hadden we geen ver drag voor nodig. Wat wij toen deden was pionierswerk, het werd echter niet gewaardeerd. Landverraders noemde men ons". De redactieploeg denkt met heimwee aan de literaire yitmoeting in Brussel in het kader van dit akkoord, waarvan „het be- iang werd gekenmerkt door het ge zamenlijk bewustzijn dat de eenheid van taal niet door het plaatsen van grenspalen en het oprichten van doinyieposten ongedaan gemaakt kon worden". De fout, die het team waarschijnlijk gemaakt heeft is, dat zij vergeten hadden de hoge culture le Brusselse hoed af te zetten en in Baarle-Nassau -Hertog een doodge wone culturele pet op te zetten. Misschien is het zinvol voor dit team om het komende jaar in de meimaand nog ee.is terug te komen om bijvoorbeeld met een of ander harmonie- of fanfarekorps langs de grens te gaan „dauwtrappen". Welis waar een stukje folklore, maar waarschijnlijk lezen we dan iets van een «itegratie tussen het TABK- team en de Belgisch-Nederlandse bevolking langs de grens. Voorwaar de tot een verdrag. Kortom, artistiek en zakelijk is een Festival een monstergebeuren. Dat het allemaal mooi klopte, is de minste eindbalans. Dat het meren deels artistiek van groot belang was, is een belangrijkere balans. Dat het Holland Festival steeds meer nadruk op „Hollands" gaan leggen, is een extra winst op die balans. Op de 63 concerten die dit jaar werden gege ven, kwamen niet minder da»i 64 Nederlandse muziekwerken ten ge hore, eerlijk verdeeld over de oude re garde en over de meest vooruit strevende jonge componisten. Ook op het gebied van dans en toneel (occlusief de speciale jeugdzaken zoals Gupia of de kindermusical Es- peranza) was er veel eigenlands werk. En zelfs de Opera deed mee, al werd nu uitgerekend die Spinoza helaas een tegenvaller. Maar ja, op 156 uitvoeringen kan het niet an ders, of er zijn dingen die tegenval len. De Bacchanten drukten de ver der zo hoge bezoekcijfers van dit Festival ernstig in het gemiddelde; zo'n vierhonderd bezoekers per avond in een zaal voor 1400 verdunt de statistiek behoorlijk. Het Festival heeft, sedert z'n re cente vernieuwing en verjonging, de goede gewoonte om alleen dat aan te kopen, wat men zelf in het bui tenland heeft gezien. Zo'n voorstel ling was „Deafman Glance". Een monumentaal werk, met liefst 91 medewerkers uit 14 landen (waar onder Suriname en Nederland, Ma rokko en België, Brazilië en Nigerï- a). Een voorstelling zonder tekst. Zeer origineel en persoonlijk opge zet door de Amerikaan Robert Wil son (28 jaar). De Europese première vond plaats in april op het Theater festival te Nancy. Het werd een overdonderend succes, bijgewoond door één van de Holland Festival directieleden, die vrijwel letterlijk hemel en aarde heeft bewogen om deze voorstelling nog in Nederlayd te krijgen. En hier werd het min of meer een sof, liep zowat een derde van het publiek al met de pauze weg Klaarblijkelijk hadden die Nederlanders minder geduld dan de Fransen, of minder gevoel voor pan tomimeEen Festival maken is moeilijker dan men denkt. Dat het dit jaar over het gebied van toneel, dans, opera, mime en pantomime zo boeiend was, zo welgekozen en vaak zo verrijkend, is mijn oprechte conV- pliment na 22 maal een avondje zit ten in 25 dagen. C. NICOLAï. Spelenderwijs wijs worden. Bij klaverjassen of „Mens erger je niet" is de inzet niet levensgevaarlijk. Er worden echter steeds meer spellejes bedacht, die wel „levensgevaarlijk" zijn. Inzet: ons leef- en woonmilieu. Vanuit Amerika komen deze „ga mes" (spelen en speltechniek) over gewaaid naair, onze TH's en universi teiten. Door middel van deze spelen, die zo nauwkeurig mogelijk de wer kelijkheid (hijvoorbeeld stadsuit breidingen en streek-planning) na bootsen, kunnen studenten (de toe komstige plannenmakers) vertrouwd raken met alle mogelijke zichtbare en onzichtbare politieke, economi sche, sociale etc. aspecten van de ruimtelijke ordening. Maar ook be stuurders, gemeenteraadsleden en „het grote- publiek" kunnen op deze wijze een inzicht krijgen hoe uit breidingsplannen tot stand komen en achterhalen hoe zij hier invloed op uit kunnen oefenen. Aam de TH te Delft leeft deze mogelijkheid tot bezinning nogal- Voor me ligt een lijvig afstudeer scriptie van Jam Noordman: „Operati onele spelen in de planologie; dra gers vam informatie en ervaring"; verder een comoept-spel „Bivier" (beslissing industriële vestiging) van Jan Goedman en Paul van de KaïmeT, waarvan de KRO-tv opna men 'maakte, tijdens de practisohe toepassing te Nieuwüorp. Het heeft geen zin om op deze plaats diep op de technische kanten van deze spe len in te gaan. Het zou goed zijn, wanneer velen van deze mogelijk heid op de hoogte zijn en er gebruik van gaan maken. In de. agglomeratie Eindhoven zijn ze er bijvoorbeeld spelenderwijs achter gekomen dat een bepaalde wegeniuiitleg in de toe komst een helse chaos zou opleve ren. Geschrokken hebben toen de bestuurders extra credieten beschik baar gesteld voor een nog intensie vere bestudering van de manier waarop het openbaar vervoer betere kansen kan krijgen. Dat spelen' niet zonder meer „spelletjes" zijn, maakt de scriptie van Jan Noordman duidelijk, wan neer hij in het begin tot begripsver klaringen komt en notities maakt bij de talrijk mogelijke methodieken en de hanteerbaarheid daarvan. Daar van getuigen de praiuitische moeilijk heden, die een aantal studenten on dervonden, toen zij in Tunis een mogelijke ontwikkeling spelender wijs in kaart wilden brengen. „De wereld schijnt opgedeeld in twee ongelijke delen. Het ene deel heeft een hoog technologisch en weten schappelijk niveau, het andere deel is nog bezig zijn primaire proble men op te lossen, zoials voeding, kleding en lager onderwijs. De ■grens loopt niet eenvoudig tussen arme en rijke landen". Het spelen derwijs ruimte ordenen staat dam ook nog in de kinderschoenen. Maar de voorlopige experimenten zijn bemoedigend genoeg om er mee door te gaan. Is het niet zo, dat zowel overheid (bestuurders en des kundigen als het publiek langza merhand steeds meer het onbehage lijke gevoel krijgen, dat bepaalde ontwikkelingen zich doorzetten on danks zichzelf, omdat men er geen vat meer op kan krijgen? In deze scriptie worden behalve het Tunis- spel nog het zogenaamde „wegtrase- ringsspel" en het „streiekplanspel" behandeld. Allemaal pogingen om beter vat en inzicht te kunnen krij gen op de consequenties in de le vende praktijk van alledag van ge schetste plannen op geduldig en niet-tegensputterend papier. „Kennis over het functioneren van het „ruimtelijk systeem" is nodig om mogelijk te maken dat de juiste mensen op de juiste manier en op het juiste tijdstip kunnen ingrijpen, en orn goede, nieuwe systemen te bunnen ontwikkelen. Planologen maken gebruik van wetenschappe lijk onderzoek en operationeel on derzoek. Sommigen onder hen ver werpen de werkwijze van de niet- systematisch-werkende intuïtief - pragmatische) planologen. Zij den ken soms dat de empirisoh-weten- sdhappelijbe methode de enige weg is om tot vermeerdering van de zo noodzakelijke kennis te komen. Sommige gebieden van het dagelijkse leven onttrekken zich eohiter aan cle methoden van empirisoh-weten- sobappelijk onderzoek- De systeem benadering tracht de voordelen van beide benaderingen te combineren". Zo houdt Noordman onder anderen een pleidooi voor het spelenderwijs ontdekken waar we met onze ruimte heen gaan, wat we er meer aan het doen zijn. Een opmerking, die we ook nog graag aanhalen: „Een groot pro bleem bij inspraak is, dat men vaak niet ziet, hoe eigen problemen met een groter geheel samenhangen. Voor de niet-ingewijden, niet-speci- alisten is de speltheorie een middel om de samenhangen van problemen op het gebied van de planologie te tonen en hen zo te heipen hun problemen in een groter geheel te zien. Als zodanig is het een middel om inspraak en deelname van het publiek aan het besluitvormingspro ces zinvol te helpen maken. Maar ook, om hen door dit inzicht te leren, waar zij kunnen ingrijpen en zelf hun lot bepalen, bijvoorbeeld in ge bieden, waar bewoners worden gema nipuleerd of waar hun belangen worden verwaarloosd". Met Paul van de Kamer vragen hopenlijk zich velen af: „Zou er in de toekomst misschien toch „spe lend' 'zijn te „ordenen"? Er zullen natuurlijk altijd lieden zijn, die zeg gen: „dat spelletjes-goede". Dit soort „roillen-spelen" kunnen inderdaad ook een ontmaskering teweegbren gen. En er is natuurlijk enige moed voor nodig om - behalve inspraak te hebben - mogelijk ook in je hemd gezet te worden. Anderzijds wordt er met de ruimtelijke ordening toch al dikwijls genoeg een „spelletje gespeeld". Maai- van die spelletjes moeten we nu juist af. En daarbij zouden deze „gaines" een hulpmid del kunnen zijn. Tussen bSÏ: Een film als een schilderij. Daarvan is iets te proeven van dit moment uit Pasolini's Decamerone. de verregende „Dam-sla- de Kurfürstendamm door, rennen van de ene cinema indere, tijdens de 21e Berli ner Filmfastspiel-e. De keuze tussen, die daarbij gemaakt moest worden, was niet moeilijk wat betreft Paso lini's „Deeamerone" en Edgar Reitz „Gesohiohte van Kubelkind". Wij kozen de eerste, omdat onze landgenoot Gerard Vandenberg het camerawerk verzorgd had. Al was zijn fotografie een lust voor het oog, Vogelers film was niet meer dan een sober en traag Blut und Boden melodrama, waarbij van (zeer) dik hout (zeer) dikke planken gezaagd werden rond de strijd tussen de stroper en een graaf anno 1871. Een monotone en overbodige indruk ach terlatend. Pasolini koos voor zijn Decame rone 7 verhalen uit het gelijknamige boek van Boccaccio. Hij wisselde de ze af met de schelmenstreken van Ciappelletto en „omarmde" dit ge heel zelf in de rol van de schilder Gioto, die hij aan het slot bij de voltooiing van zijn wandschildering laat zeggen: „Het is prachtig om een werk te voltooien, maar nog mooier om erover te dromen". De film is een levend schilderij geworden met alle menselijke schelmenstreken, uitbundige levensvreugde en verzet tegen kerkelijke macht in de 14e ■eeuw. Een zevenluik, waaruit een mentaliteit straalt verwant aan onze tijd. De film doet denken aan Felli- ni's heidense kijkspel „Satyrioon", maar Pasolini graaft dieper. O „De Russen zijn dank zij de door de communisten tot stand ge brachte culturele revolutie goed op weg het Westen te overvleugelen. Tegelijkertijd begint echter in de USSR zelf vanwege het stijgende culturele peil een proces van ont dooiing in de ideologische sector. Het een zowel als het ander kan in de bomende jaren voor het Westen van geweldige draagwijdte worden". Zo besluit R. Holtz zijn bijdrage „Sovjet-culturele revolutie, een mo del?" in STREVEN—10 (postbus 233, Den Bosch). „Voor mijn ouders betekende traditie nog iets: een eet servies was familiebezit, er was een geschiedenis aan verbonden, maar zonder verleden. Voor mij is zo'n servies nostalgia geworden: een voorwerp uit het verleden; alleen actualiteit. Wereldvreemd, zoals zo vele dingen in deze wereld en de oude cultuur vreemd zijn". Opmer king van E. de Kuyper in „Beeld spraak V". „De t.v. vertoon-t re gelmatig oudere bioscoopfilms. Dat heeft verregaande gevolgen. Daar door wondt nu ziohtbaar dat geschie denis niet identiek is met terugblik, maar dat geschiedenis nu gebeurt", aldus D. Lauiwaert in „Samen lekker naar de bioscoop". Verder o.a. J. van Meurs: „Enkele ideeën over eu thanasie" en F. Bertia-u: „Weers voorspellingen: wetenschap of kunst?". „Het is te verwachten dat, hetzij de cassette of de plaat, hetzij het systeem van televerbinding met een centrale, een grote invloed zullen hebben op de onderwijsmethodes. Men vraagt zich zelfs af of de t.v. niet volledig de school zal vervan gen", aldus I. Nelissen over „De toekomst van de fenomenen film en t.v." in KÜLTUURLEVEN—6 (Jus tus Lipsiusstr. 18, Leuven).„Con templatie is allereerst een oefening in zijn. Als de mens niet leert er te zijn, belangeloos te verwijlen, dan tonen de dingen zich niet zoals ze in zichzelf zijn, de mensen onthullen bun eigen bestaan niet", schrijft H. Sohaeffer in „Politieke theologie en contemplatie" Verder o.a. F. Ver- riest: „Euthanasie en het recht om te sterven"; G. Keiler: „De Black Power-beweging in de Amerikaanse politiek" en een jaaroverzicht over theologie en godsdienstige ontwik kelingen. „Deze maatschappij doet voort durend een beroep op het „gemeen schapsgevoel", maar het gaat daarbij steeds om een pseudogemeenschap. Het voortdurend blaten van gezags dragers over het „algemeen belang" is diaarvan een sprekend voorbeeld. Vooral in kwesties zoals die van ondernemingsraden zien we dit ele ment voortdurend opduiken. De ar beiders blijken hier echter niet om de tuin geleid, al is er altijd een percentage op wie deze blabla wel effect heeft", noteert R. Sierksma in „Arbeider en arbeidsbeleving" in deze interessante aflevering van DE GIDS4 (Beulingstr. 2, Amster dam). Het nummer bevat enkele opstellen over arbeiders in de indius trie; t.w. E. Ebels: „Het eigenaardi ge van de arbeider"; A. de Froe: „Arbeiders, intelligentie en erfelijk heid" A. de Swaan: „Een boterham met tevredenheid"; A. Jansen: „Ar beider - literatuur - arbeid" en ge noemd artikel van Sierksma. De eens „toegediende" moraal blijkt een moraline te zijn, iets waardoor wij zo niet vergiftigd dan toch iets waaraan wij verslaafd zijn geraakt", opmerking in de uitvoeri ge analyse-over Simone de Beauvoir van P. Jacobs in REKENSCHAP2 (Oudegracht 152, Utrecht). Ver der ga-at in dit nummer O. Noo-rde- bos in op het boek van dr. J. Sperma Weiland: „Het einde der religie" en J. Brandt Corstius op het essay over Miulitatuli van Garmt Stuiveling. eindredactie henk egbers (Van onze correspondent) BONN. Sommige mensen den ken wellicht nog, dat de liefde van de Westduitsers voor ordelijkheid en reinheid voldoende bescherming biedt voor het milieu. Zij vergissen zich. Duitse bossen ruiken naar achter gelaten afva\, stroompjes waarvan het water eens gelijk champagne smaak te, worden verstopt door vuiligheid, oude auto's laat men aan de kant van de weg staan en afgedankte meu bels worden domweg in het land schap gedeponeerd. Zojuist is er een alarmerend rap port verschenen over de situatie in Neder-Saksen, een grootdeels agra risch gebied, waarvan het fraaie landschap jaarlijks miljoenen toeris ten trekt. Volgens het rapport is de melk, die in het aan de Noordzee grenzende deel van het gebied wordt geprodu ceerd alleen te drinken nadat zij ver mengd is met een flinke hoeveelheid melk uit een ander' gebied: de vege tatie daar bevat 120 maal zoveel lood als normaal. Ongeveer 80 procent van de over gebleven natuur in Neder-Saksen wordt door enige vorm van verontrei niging bedreigd. Een deel van 't land schap wordt reeds verminkt door wolkenkrabbende hotels, silo's met appartementen, weckend-bungalows en kampeerterreinen. Een van de ergst vervuilde plaatsen van Europa is zonder twijfel de Dra- chenfels, de rotshoogte van Königs- winter, die volgens de VVV de meest beklommen berg ter wereld, 's Zo mers kunt je er waden door de ijs verpakkingen en sigarettendoosjes. (Copyright De Stem/ The Guardian.) (Van onze correspondent NEW YORK. In de State Island- dierentuin in New York zijn diverse dieren getroffen door loodvergifti- ging. Een aantal is reeds gestorven. Een onderzoek heeft uitgewezen, dat luchtverontreiniging de oorzaak is van het lood, dat in de lichamen van de dieren is aangetroffen. Aangezien dit lood voornamelijk door auto's en lucht wordt ingebla zen, kan dit wel eens ernstige conse quenties hebben voor de mensen in de omgeving en niet alleen in die omgeving. Acht maanden geleden werden me dici voor het eerst gealarmeerd door de dood van een luipaard, die zijn vacht verloor, ophield met eten en stierf. Drie weken later werd zijn half-broer verlamd in zijn kooi aan getroffen. Tijdens de behandeling ontdekte men een grote hoeveelheid lood en zink in het lichaam. Na ken nelijk herstel en een^ tweede verlam ming schijnt hij nu weer op te knap pen. Nader onderzoek bracht soort gelijke gevallen aan het licht bij an dere dieren. De grond in de dierentuin bevatte 4000 delen lood per miljoen. Het ge bladerte was aangetast in een mate, die normaal alleen voorkomt bij planten in wegbermen. 27. Maar toch mocht ik Edward Ken nedy wel en ik was geïnteresseerd in wat hij te zeggen had, maar ook in het observeren, terwijl hij sprak, van de tekenen die ik zo goed herken door mijn ervaring met mijn eigen drie zoons: de strijd om posi tie binnen ieder gezin. Edward Ken nedy was duidelijk de jongste zoon Hij toonde een zekere spanning; on getwijfeld het gevolg van het wedij veren met zijn oudere en misschien briljantere broers, een handicap waar ik al eerder over sprak. Dat waren mijn gedachten terwijl ik naar de jonge senator luisterde en zijn gezicht bestudeerde- Tenslot te onderbrak ik hem om het doel van mijn komst uiteen te zetten. Hij zweeg nauwelijks om naar me te luisteren, weer een verschil tussen hem en zijn broers. Zij waren ou der, zekerder van zichzelf, ze von den het minder nodig hun eigen belangrijkheid te bewijzen. De kunst om te luisteren naar wat een ander te zeggen heeft, de belan gen, gezichtspunten v-an iemand an ders onderkennen is een teken van rijpheid, waarbij de eigen positie niet in het geding komt. Het jongste kind in een gezin moet ratelen, re detwisten, schreeuwen, aandringen, eisen en zo nodig een drifthui krij gen om zijn zin te krijgen. Ik heb een kleinzoon van vijf jaar, een wonder van talent en on deugendheid die, als zijn vader in een staat van onbedwingbare erger nis de liniaal opheft om een ge rechtvaardigde straf uit te delen, zijn microscopische rechterhand op heft en op de pontificale manier van een geroutineerd advocaat zegt: „Wacht nu eens even, pappie. Laat me eerst uitleggen waarom pre cies..." en dan legt bij het ad fini- tum uit tot hij zijn zin heeft gekre- gen. i Die zelfde kleine jongen ziet kans, alleen door onophoudelijk te praten, in de grote familiekring de aandacht te monopoliseren en daardoor de sympathie van iedereen te wekken. Dat zijn eigenschappen van jongste zoons en door die middelen ontko men ze aan de discipline en de maatstaven waaraan de oudere zoons gehouden worden. Ik heb bijvoorbeeld nooit een jongste zoon gekend die geen roeke loos chauffeur was. Mijn eigen jong ste zoon, nu een gezeten burger, in in een bepaalde periode van zijn leven een wildeman achter het stuur geweest. Toen hij in Harvard stu deerde hebben zijn studieresultaten zelfs te lijden gehad onder zijn hartstocht voor race-auto's. Ik kan daarom de neiging van de jonge senator om hard te rijden wel be grijpen- Het overschrijden van de maximumsnelheid is in zekere zin een blijk van onzekerheid, van de behoefte om zichzelf te bewijzen. Wanneer men tot rijpheid komt be staat die noodzaak niet meer en wijst de snelheidsmeter w-eer een normale stand aan. Men zou de. vraag kunnen stellen hoe lang dit duurt. Het antwoord is dat het verschilt naar gelang van degene om wie het gaat. In het geval van Edward Kennedy zou het wel eens langer kunnen duren dan anders, omdat hij drie oudere broers heeft gehad die uitzonderlijk bril jant waren en uitzonderlijke capaci teiten bezaten. Zelfs zijn zusters hebben de kracht en de charme van de Kennedy's. Hij heeft een zware strijd moeten leveren. In zijn kamer bewonderde ik een tamelijk klein met de hand gebeeld houwd bureau. Het blad is met leer bekleed en een metalen plaatje ver meld: Voor Joseph P. Kennedy III. Er staan ook initialen op, „J.B.K." Die initialen staan voor Jacqueline Bouvier Kennedy. Het bureau be hoorde toe aan Joseph Kennedy jr., de oudste zoon van de familie- Het plaatje is bestemd voor de oudste zoon van Robert Kennedy. Robert Kennedy heeft het bureau zelf ge bruikt. Nu werkt Edward er aan maar op zekere dag zal het aan de jonge Joe III toebehoren. Aan de muur hangt ook een inge lijst schoolrapport met allemaal hoge cijfers, slechts één onvoldoende. Dat werd eens uitgereikt aan Rose Ken nedy en, vertelde Edw-ard Kennedy me, door zijn broer Jack die, door zijn ouders aangespoord op school wat beter zijn best doen, wraak nam door een oud rapport van zijn moe der op te scharrelen. Zij, die ge woonlijk alleen maar hoge cijfers haalde, met een onvoldoende? Op Jack's schimpscheut had ze geant woord dat hij moest doen wat ze zei, niet wat zij gedaan had. Mijn bezoek aan Edward Kennedy eindigde die dag in het teken van warme genegenheid voor de familie. We spraken over zijn moeder en het was duidelijk dat hij uiterst trots op haar is. Hij had een sterk ontwik keld familiegevoel dat zich uitstrek te tot alle kinderen, neven en nich ten. Toen ik wegging vroeg ik me af: „Zal deze man ooit president wor den?" We hebben de principes van de democratie tot de onze gemaakt, we leven volgens de wetten en de idea len van de democratie. In een der gelijk idealistisch stelsel zou alles goed moeten gaan, ware het niet en dat is men zich niet voldoende bewust, dat een democratie rivaliteit met zich meebrengt. Iedereen heeft, althans in theorie, gelijke kansen om te slagen. Theoretisch is ieder een net zo goed als ieder a-nder en heeft hij dezelfde rechten en dezelf de kansen om te proberen rijk en machtig te worden. De kink in de kabel wordt veroor zaakt doordat de een in de onver mijdelijke concurrentiestrijd meer succes heeft dan de -ander, door aangeboren talent en wilskracht. Zij zijn van het begin af aan de win naars. In onze generatie zijn dn de Verenigde Staten de Kennedy's van het begin af aan de winnaars ge weest- Ze hebben rijkdom, een knap uiterlijk, stoutmoedigheid, aangebo ren talent en vastberadenheid in zich verenigd. Een dergelijke over vloed van zegeningen kan alleen tot moeilijkheden en tenslotte, zoals we gezien hebben, tot de dood leiden. Ons volk kan een zo verbluffende combinatie eenvoudig niet verdra gen. Onder welk voorwendsel dan ook moeten dergelijke mensen, die „alles meehebben" uitgeschakeld worden. Fred-ric Wertham, de be kende psychiater, noemt het „mag- nicide, het doden van een groot mens". „Democratie", zegt David Riesman, socioloog van Harvard, „werpt de vraag op: waarom ben jij zo groot en ben ik zo klein?" Deze zwakke plek in ons concur rent estelsel kan niet gecompenseerd worden door repressieve maatrege len van hogerhand. Die zouden de grondslagen van het democratische stelsel juist aantasten. Wat met de familie Kennedy gebeurde is een volmaaktvoorbeeld van een afschu welijke misdaad die de democratie zelf aantast. De gewelddadige in vloed van massale en individuele jaloezie op de begaafde en geslaagde mens kan dergelijke mensen zelfs beletten de taak die ze zich gesteld hebben te vervullen. Toch hebben we begaafde mensen dringend nodig. We hebben ze nodig op ieder niveau. 'Zij 'het op veel bescheidener wijze, heb ook ik de ervaring opgedaan die de Kennedy's bijna vernietigd heeft. (Wordt vervolgd.). Ted Kennedy, de enig overgebleven zoon van Joseph P. (hier met Ethel en een aantal van haar kinderen bij het graf van Robert). -

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1971 | | pagina 13