Hun grootste hobby
is het sleutelen aan
treintjes
en trams
Israëlische professor laat abrikozen en
perziken in de woestijn groeien
Lekker romantisch in
een oude stoomtram
ARABIEREN KUNNEN ER
HET MEEST VAN LEREN
talentvol
Liza Mini
binnenland
buitenland
lwmwtmmmmmmm
Tramwegstichting brengt museumstukken aan de praat
EXPLOITATIE
RODE VLAG
VINKENTOUW
DOCUMENTATIE
Spanje
Ambities
Een historische opname: een stoomtram.
Zware rookwolken, sissende
stoomkleppen en een schril gefluit.
Wie is niet zo romantisch, dat hij
geen heimwee naar de tijd van de
oude stoomtreinen en -trammen
heeft? Het is nog mogelijk in Duits
land en Engeland, waar nog origine
le stoomtreinen volgens dienstrege
ling rijden.
Maar ook in Nederland bestaat
sinds enige tijd weer de mogelijk
heid om in een oude stoomtram rond
te tuffen. Op het traject Hoorn -
Medemblik kan het nog. Tot en met
28 augustus elke zaterdag vanuit
Hoorn om 10.25, 11,25 en 15.00 uur
Tot en met 15 augustus elke zondag
vanuit Hoorn om 11.25 en 15.00
uur.
Onderhoudswerkzaamheden aan een locomotief.
Velerlei mensen zijn bijzonder enthousiast over het door de
in 1965 opgerichte Tramwegstichting (TS) genomen initia
tief, „historisch" trammateriaal te verzamelen en met de
museumtrams ook te gaan rijden. De TS, voortgekomen uit de
Nederlandse Vereniging van Belangstellenden in Spoor- en
Tramwegwezen (NVBS), wil graag een levend museum zijn.
Heel veel weekend- en vakantie
uren worden door liefhebbers gespen
deerd om het materieel in authentie
ke staat en ook werkelijk rollend te
krijgen of te houden. Mee te werken
aan het conserveren van afgedankt
tramwegmaterieel blijkt een zeer
relax-gevende hobby te zijn. die de
gedachten in een heel andere rich
ting stuurt dan de dagelijkse bezig
heden.
Reeds in 1967 werd een enkele rit
gemaakt met een gerestaureerde
Gooise stoomtramlooomotiief uit 192'1
over het nog in bruikbare staat ver
kerende traject Delft- Loosduinen.
Dat gebeurde op verzoek van de
Delftse studentenvereniging „Leegh-
water" ter gelegenheid van het
eeuwfeest. Intussen was met de Rot
terdamse Tramweg Maatschappij
(RTM) onderhandeld over de over
name van het aanwezige stoomtram-
materieel toen in 1966 de tramlijnen
over de Zuidhollandse en Zeeuwse
eilanden werden opgeheven. Tegen
slopersprijs werden de smalspoor
voertuigen overgenomen en overge
bracht naar het depot in Hellevoet-
sluis, waar het merendeel van dit
materieel nog staat.
„Wij hebben getracht met ons
normaaispoormaterieel van start te
komen en vonden het daartoe ge
schikte lokaalspoortje van Hoom
naar Medemblik", vertelt TS-veor-
zitter F. C. Wieder jr. „Van het mi
nisterie van Verkeer en Waterstaat
ontvingen wij de toezegging voor
een concessie mits we de zaak met
de Nederlandse Spoorwegen rond
kregen. De NS zitten nog met goe
derenvervoer (van plastic bootjes)
op die lijn. Ik verwacht dat we
binnenkort die concessie krijgen,
waarbij wij dan voortaan dat goe
derenvervoer op ons nemen".
De Gooise stoomtramlocomo-tdef,
die verscheidene jaren dienst deed
bij de suikerfabriek te Zevenbergen,
werd na het studentenfeest overge
bracht naar Hoorn. In een van de
NS gehuurde loods werd een werk
plaats ingericht, waar enthousiaste
vrijwilligers het presteerden om in
één winter de ketel van die - tot
dusver alleen maar uiterlijk opge
knapte - Gooise „loc" vakkundig te
restaureren compleet met nieuwe
vlampijpen.
In de zomer v.am 1968 werd een
eerste rit op de lijn Hoorn - Me-
demiblïk gemaakt met deze „stoom
tramlocomotief 18". Inmiddels is het
bezit - dat de TS successievelijk
opbouwt - aangevuld met een groot
aantal tramrijtuigen van diverse
maatschappijen. In 1969 kon een
summiere en in het zomerseizoen
van 1970 een meer uitgebreide week
enddienst worden ingesteld, waar
voor de belangstelling zo groot was
dat er dagen met wel 400 passagiers
voorkwamen. Dit jaar is er een zo
merdienstregeling voor de woensda
gen en de weekends. Inlichtingen:
telefoon 022904862.
„Van onze ruim 850 leden zijn
zo'n 50 leden erg actief voor onze
stichting", verklaart de voorzitter.
„Het kon natuurlijk niet uitblijven
dat we enkele chefs moesten benoe
men, die bijvoorbeeld leiding geven
aan de herstelwerkzaamheden, ter
wijl eern uiit de spoorsfeer komende
chef van de exploitatie uit een club
je van 25 liefhebbers wekelijks
twee of drie mensen aanwijst om op
de vanuit Hoorn rijdende trams
dienst te doen.
Aanvankelijk begeleidden spoor
wegbeambten onze museumtrams,
maar daartoe bestaat bij de NS geen
gelegenheid meer, zodat wij nu zelf
verantwoordelijk zijn voor de vei
ligheid op de lijn. "We moeten dus
voor deskundigen zorgen om als
conducteur, machinist en traingelel-
der op te treden. Enkele van onze
leden hebben het NS-examen ge
daan en verkregen het officiële di
ploma en daarmee de bevoegdheid
om met de geldtas rond te gaan, op
een locomotief te rijden of een trein
te begeleiden. Zoals we de uiterste
zorg aan de veiligheidsvoorschriften
in onze werkplaatsen besteden, zo
doen we dat uiteraard ook bij het
rijden. Dat betekent bijvoorbeeld
dat bij kruisingen met de weg een
man met een rode vlag voorop
loopt".
De vroegere Gooise „lec" heeft
geen moeite om over de spoorrails
te rijden omdat zij indertijd al goe
derenwagens van de spoorwegen
vervoerde. Tramrijtuigen hebben
wel dezelfde spoorbreedte als de
spoorrijtuigen, maar de tramwielen
zijn kleiner dan de spoorwielen en
dat geldt ook voor de flenzen daar
van. Op de rechte baan - mits op
goede breedte - levert dat allemaal
geen problemen op. Bij de wissels
echter - waar uiteraard de gleuf wel
wat erg groot is omdat die door
twee spoorraiilsen wordt gevormd -
moet een stukje ijzer worden inge
legd, dat er tijdens het doordeweek
se goederenvervoer weer wordt uit
gehaald.
De Rotterdamse Tramweg Maat
schappij reed als vrijwel de enige in
ons land met smalspoor, waarbij de
beide spoorstaven 1067 mm uit el
kaar liggen. Bij normaal spoor be
draagt die breedte 1435 mm. Het
enige smaispoortraimrdtje dat in Ne
derland te maken valt, is vanuit het
depot HellevoetsJiuis, waar ook het
begin van de activiteiten ligt. In
1968 kon daar voor het eerst een
aantal tochtjes worden gemaakt voor
enkele honderden meters spoor op
het oude baanliehaam, dat door vrij
willigers was hersteld. Inmiddels is
de baan 800 m lang en in 1970 werd
op dat baanvak volgens een dienst
regeling gereden. In de werkplaats
van Hellevoetsluis wordt met enorm
veel animo gewerkt aan het origi
nele sitaat terugbrengen van smal
spoormateriaal. Als eerste werkstuk
kwam in 1969 een uit 1907 daterend
houten stoomtramrijtuig AB 397
klaar, begin 1970 gevolgd door een
houten rijtuig uit 1913.
„Er is in de loop van hun dienst
jaren veel aan de voertuigen veran
derd", vertelt de voorzitter, „zo kre
gen wij bijvoorbeeld van de NVBS
een aantal trams, waaronder een rij
tuig van de Gooise stoomtram dat
tijdens de Tweede Wereldoorlog
heeft gelopen van Katwijk naar
Noordwijk naar Ledden en Den
Haag bij de Noord- en Zuid-Hol
landse Vevoermaatsehappij (NZH).
Onze hobbyisten zijn 3 jaar bezig
geweest om dat éne rijtuig op te
knappen. De op de buitenzijkanten
aangebrachte ijzeren beplating is ge
sloopt, zodat de mooie teakhouten
latjes van voorheen tevoorschijn
kwamen. In het rijtuig werden ook
weer langsbanken aangebracht. Het
is werkelijk een juweeltje gewor
den".
Als authentieke benodigdheden niet
meer bestaan (soms levert een ad
vertentie in de veie door souvenirja
gers eertijds gesloopte attributen
op), dan worden ze gemaakt.
Inmiddels bezit de TS ruim hon
derd railvoertuigen, zoals stoom- en
diesellocomotieven, diesel- en elek
trische motorwagens, goederen- en
aanhangwagens en personenrijtui
gen. Te zamen zijn zij representatief
voor het eertijds in Nederland rij
dende tramwegmaterieel. Ook met
de elektrische trams hoopt men te
gaan rijden, verscheidene exempla
ren zijn daartoe technisch reeds in
staat, waaronder een oompleet zoge
naamd buitenlijnstel van de HTM.
Het oudste TS-eigendom is de „388",
een RTM-rijtuig uit 1883. Vanzelf
sprekend houdt de TS nog in actie
ve dienst zijnde trams in het oog om
in geval van buitendienststelling
„daar onmiddellijk achterheen te
trekken".
De enige plaats waar de wagens
voldoende onderdak hebben, is in de
voormalige tramremise aan de Rot
terdamse Delfshaven, waar behalve
enkele oude „Rotterdammers" o.a.
ook een motorwagen uit Leiden en
een Amsterdams tramstel staan. Zo
wel in Hoorn als in Hellevoetsluis
staan vrijwel alle museumtrams bui
ten. De stichting hoopt de loodsen-
uitbreiding in Hoorn te kunnen
financieren zodra meer subsidies
naast de reeds verkregen (kleine)
subsidie van de provincie Noord-
Holland - worden toegekend. Ook
elders, zoals in Enschede, Schpve-
ninigen en Amsterdam, wordt ijverig
aan TS-materiaal gewerkt, terwijl
o.a. in Heerlen en Doetinchem no'
enkele oud-gedienden staan die di
TS hoopt te verwerven. Een tram
transport is overigens erg kostbaar
en daartoe is slechts 1 Nederland!
bedrijf met een speciale dieplader
in staat.
Hoewel de TS veelal de geschie
denis van haar bezittingen kent, legt
zij de gegevens niet schriftelijk
vast, In de vorm van een serie
boekjes zorgt de NVBS voor docu
mentatie. De tramliefhebbers vinden
alles naar hun gading in de - voor
een leek soms droge - opsomming
van o.a. data van aanleg, verande
ring en opheffing van tramlijnen,
koersborden en bijzonderheden over
de bouw of buitendienststelling van
het materieel.
Depotchef Scholten op een fraaie locomotief uit Rotterdam.
(Van onze speciale correspondent)
De oudste droom van de Is
raëli's is om de woestijn te laten
bloeien. En de één na oudste is
misschien wel om de technieken
daarvoor over te brengen hij de
Arabieren. Een geniale, kwieke
professor in de botanie heeft nu
een manier gevpnden om beide te
realiseren. Hij kan werkelijk al
les, van perziken tot kameelvoer,
in de woestijn laten groeien zon
der ook maar een druppel lei
dingwater te gebruiken en hij
heeft de methode gevonden om
de boodschap over de grenzen
te krijgen.
Het systeem is goedkoop en bela
chelijk eenvoudig. Ik heb genoeg
perziken en pimpernoten van de
professor gegeten om te getuigen
dat de professor - tenzij hij 's
nachts met een gietertje de boel
bedriegt, maar dat sluit ik uit -
geen grapjes maakt.
Tien jaar lang heeft professor Mi
chael Evenari van de Hebreeuwse
universiteit op kleine stukjes grond
geëxperimenteerd. Nu heeft hij van
een bedoeiënensjeik 486 ha woestijn
gekocht, net ten zuiden van Beer-
sheba, en daar is hij jonge boompjes
en zaaiplanten gaan kweken.
Uit Europa en Amerika komen
jonge wetenschapsmensen om het
proces te leren. Zij ontvangen daar
voor bijvoorbeeld studiebeurzen van
Duitse kerken en Zwitserse liefda
digheidsinstellingen, die deze men
sen later uitzenden naar landen,
waar men veel profijt kan hebben
van deze methode en dat zijn dan
hoofdzakelijk Arabische landen.
Het principe achter Evenari's werk
wijze is verre van nieuw. Driedui
zend jaar geleden werd zij reeds
toegepast door koning Salomo en
zijn opvolgers. En ook door de Naba-
teanen, die grote woestijnsteden
staande hielden met dezelfde mise
rabele 7,5 cm regen per jaar, waar
de Israeli's het mee moeten stellen.
(Evenari ontkent heftig, dat er
sindsdien een verandering in het
klimaat is geweest)- De Romeinen
namen het systeem van de Nabatea-
nen over. Pas toen de nomadische
Bedouïnen de woestijn in de zeven
de eeuw bezetten, stierf de techniek
uit.
Het systeem werkt, omdat de gele
zandgrond die veel van de Negev,
de Sinaï, de Sahara en gelijksoortige
woestijnen bedekt, een korst vormt,
die het regenwater vasthoudt en het
behoedt voor verdamping. Het enige
wat je te doen hebt, is je stukje
grond van steryen ontdoen en er een
lage dijk omheen bouwen om het
regenwater binnen te houden. Gedu
rende de zeg maar 363 dagen, dat
het niet regent, zullen de velden er
even smachtend uitzien als ieder
ander stukje woestijn. Maar onder
de korst zal het water zo goed
„Een Arabisch gezin met een res
pectabel aantal zoons en dochters
om het werk te doen, kan het zaak
je opzetten zonder betaalde krachten
met een eenmalige investering van
minder dan 170 gulden per ha",
meent Evenari.
Het systeem is van groter belang
voor de .Arabieren dan voor de Is
raëli's. Evenari begon zijn werk in
de dagen van Ben Goerion, toen de
woestijnlandbouw nog tweede stond
op dé prioriteitenlijst, na defensie.
Maar de Negev-kibboetsen, waaron
der Ben Goerions eigen Sde Boker,
hebben economisch weinig zin. Aan
gezien de rest van Israël meer
groenten produceert dan waar men
weg mee weet, is er geen reden om
meer te gaan verbouwen in de
woestijn. Dit zou zelfs zo zijn, wan
neer er geen water tegen enorme
worden vastgehouden, dat de plan
ten zelfs een volkomen droog jaar
kunnen overleven.
Evenari begon met het aanleggen
van een ingewikkeld systeem van
kanalen op een oorspronkelijk Na-
bataanse boerderij, waarvan het
stroomgebied de omvang van zijn
velden vele malen overtrof. Met on
middellijk succes kweekte hij er
abrikozen, perziken, noten, erwten,
zonnebloemen, oliezaden, asperges,
frambozen, za-aduien en verschillen
de soorten voedergewassen.
Toen hij het oude systeem ver
beterde door het sterk te verkleinen
met op zichzelf staande „micro-
stroomgebied j es", ieder groot ge
noeg voor twee of drie bomen
werkte het systeem door minder
waterverdamping zelfs nog beter.
Aldus uitgevoerd wordt de
schoonheid van dit idee bepaald
door de goedkoopte en eenvoed.
kosten helemaal van de zee van
Galilea behoefde te worden ge
pompt.
Industrie is nu het wachtwoord
voor de ontwikkeling van de Negev,
al zou Evenari's systeem vanwege
Israels chronisch tekort aan vlees
wellicht gebruikt kunnen worden
voor weideland- Maar voor de Ara
bieren - en ook voor grote delen van
India en Pakistan - zou de methode
een revolutie kunnen betekenen.
„Ze zouden 20 tot 50 maal zoveel
schapen, geiten of kamelen kunnen
laten grazen dan ze op het moment
doen - zonder kunstmatige irriga
tie", zegt Evenari.
Evenari behoort tot de „nouvelle
vague" van de ontwikkelingsweten-
sohap, die van oordeel is dat nieuwe
landen enorme sommen geld verspil
len aan prestige-objecten, zoals
dammen, terwijl de ontwikkeling in
het kleine grotendeels voorbijgezien
wordt. Hij beschouwt de Aswan-
dam als een „ramp voor de land
bouw, omdat die een enorm gebied
zal over-irrigeren met zout water ra
zo uiteindelijk een nieuwe woestijn
zal doen ontstaan".
Hetzelfde geldt voor dammen, di'
hij in India en Pakistan heeft ge
zien. Maar zijn kritiek richt ziel
niet alleen op buitenlanders. „In Is
raël verspillen wij 30 tot 40 proceni
van het water dat wij hebben door
over-irriigatie". Tien jaar lang heef'
Evenari radio-actieve metingen ver
richt om na te gaan hoeveel water
zijn planten precies drinken.
De universiteit van WürzburJ
heeft hem nu voorzien van een cara
van vol met de meest geavanceerde
instrumenten. De woestijnplanten
worden door draden verbonden zod
instrumenten, die hun stofwisse
lingsfuncties op banden vastleggen-
Iedere week worden de banden van
Tel Aviv naar het Duitse WürzburS
gevlogen om er door computers ver
werkt te worden.
Met zijn Texas-hoed, shorts eB
witte sokken ziet de nu 67-jarige
Evenari eruit, alsof hij plezier heeft
in de woestijn. Op zijn experimen
teerterrein even ten zuiden van Sde
Boker heeft hij zich een huis ge'
bouwd met een bloementuin, waai
hij met zijn vrouw zes maanden per
jaar doorbrengt. In het huis brengt
hij bezoekende geleerden en onder
zoekers onder. De eerste vier Duitse
apostelen zijn al gearriveerd en er
worden er meer verwacht uit Zwit
serland en de Verenigde Staten.
Sjeik Odeb Abu Muammer, hoofd
van de Azazme-stam, zal een aan
deel in de opbrengsten van de boer
derij op zijn gebied krijgen en zijn
mannen zullen op de boerderij gaan
werken- Wat het project voor de
gebieden aan de andere kant van de
grens zal betekenen, moet nog blij'
ken.
Ondertussen is de aanblik van
Evenari, zoals hij met gekruiste
oenen op versierde kussens zit in
de tent van de sjeik, er schape-
vlees eet en in het Arabisch bevalli
ge complimenten uitwisselt, het be
wijs van dat daar alvast een goeds
verstandhouding is geschapen.
(Copyright: De Stem-Guardian)
Vrijdag 9 juli 1971
(Van onze showredactie)
AMSTERDAM,
Ze is de dochter van een legen
„e js hard op weg een showste
wereldformaat te worden: Liza
nelli. Ze danst, zingt en actee
te doet het alle drie even goei
dat haar niet één bepaald stem
kan worden opgeplakt. Liza, d<
van de legendarische Judy Ga
en filmregisseur Vincente Mil
is een all-round showster zoa
vandaag de dag nog maar -
Hanr nog steeds groeiende pope
teit beperkt zich dan ook niel
haar moederland, de Verenigde
ten. Ook in Europa's voorsta
theater der lichte muze is ze
Wie meer van de Spanjaard e
Spanje wil begrijp dan de door
snee-vakantieganger opsteekt va:
zijn pakweg drie weekjes Cost
Brava per jaar, moet het boekj
Spanje van hispanist, wijlen, pro:
dr. G. Geers zeker lezen. F
schermt wel erg veel met namen.
Dr. G.J. Geers, Spanje, 5e dru
Uitg. (Wereldvenster-Baarn f 12.50
Met „Een rijtuig in de sneeuw
van de Haarlemse leraar en schrij
ver Barend Rijdes heeft de Neder
landse letterkunde er wel een dikke
en uit een oogpunt vam lectuurvoor
ziening te waarderen roman bij ge
kregen, maar 't is de vraag of 't ooi
een literaire aanwinst is. Het them;
van de mens die in zijn stervensui
zijn leven in grilLige flarden ziet
voorbijtrekken is niet nieuw. Het
werd tien jaar geleden door een van
de pioniers van de „nouveau ro
man", Claude Simon, superieur ge
hanteerd in zijn „La route des Flan-
dres". Omdat Rijdes blijkbaar voor
alles „een mooi boek" heeft willen
maken, laat zijn roman slechts een
indruk van ouderwetsheid achter,
De dood van de bankier Koschloy
vormt een louter uiterlijke aanlel-1
ding tot een reeks flash-backs. De
eenheid van handeling, waarin dat
procédé behoort uit te monden,
wordt te vaak onderbroken om ons
van de ingebouwde noodzaak ervan
te overtuigen. De schrijver valt door
zijn lege mand wegens details als de
naamgeving van zijn personages
overwegend Slavisch, maar ze beta-
rust»
<^SWSÉSiB#>W!-. -
Ml