PENSIONERING WERKT ALS EEN SCHOK
Eén op
de tien
f Mikantie? 1
Neem Aspirine
dan ook mee!
DERDE ONGELUK IN RUIMTEVAART
Record-prestatie liep
ramp
CIA-DIRECTEUR
BEZOEKT ISRAËL
Vandaag start afdeling Z.W.-Nederland C.O.C.
„IEDER OORDEEL
Fusies in
ZONDER
KENNIS VAN ZAKEN IS EEN VOOROOR DEEL"
werk van
reclassering
binnenland
buitenland
Men moet voor
overdrijving
oppassen
i \Gor de kinderen:
Aspirine Junior met vruchtensmaak.1
Ereschuld
Donderdag 1 juli 1971
Bij het bereiken van de pensioen
gerechtigde leeftijd raken nogal wat
mensen plotseling in e'en vacuüm.
Op zichzelf komt de pensionering
meestal natuurlijk niet onverwacht,
men weet lang van te voren op
welke dag men met pensioen zal
gaan. Maar de meeste bereiden zich
niet op dat pensioen voor en ze
worden er ook niet op voorbereid.
Ze ondergaan de pensionering --.s
een trauma, we spreken van de
pensioenschok.
Mej. dr. P. G. M. Schrama, hoofd
van de afdeling research van de
bedrijfsgeneeskundige dienst van de
PTT zei in '65 op een studiedag in
Driebergen over de voorbereiding op
de pensionering: „Wanneer men
mensen van 55 of 60 jaar bijeen
gaat roepen om met hen te spreken'
over of ze voor te bereiden op het
in de verte zioh reeds aankondigen
de pensioen, zal men op veel weer
stand stuiten. Het pensioen is nog zo
ver weg, er kan intussen nog zoveel
gebeuren, men wil zich geen zorgen
maken vóór die tijd".
Toch zijn de deskundigen het er
over eens dat een voorbereiding op
de pensionering nodig is. Dr. Mun-
niohs vindt dat de mensen beter op
hun oude dag voorbereid moeten
worden en dat er cursussen moeten
komen zoals er ook cursussen zijn
voor verloofden. Hij denkt aan een
soort „lessen in het oud worden".
Pensionering heeft een plotseling
karakter: van de ene dag op de
andere. Uitzonderingen daargelaten
denken weinig mensen ej- over na
dat ze eenmaal bejaard zuilen zijn.
Tegen het pensioen aan leven veel
ouderen er wel naar tooe, maar
toch komt er heel vaak een wat
moeilijke aanpassingsperiode als het
eenmaal zover is. Als het werk en
leven erg samenvielen (pastoraal
werk, onderwijs) dan blijkt dat
nogal eens funest te zijn. Bij verte
genwoordigers van deze beroepen
komt nogal eens de pensionerings-
dood.voor.
Men moet echter oppassen voor
overdrijving: over het algemeen
wordt pensionering gunstig beoor
deeld en redelijk verwerkt. Boven
dien gaat niet iedereen op'zijn 65e
met pensioen: in '60 oefende 20%
van alle mannen boven de 65 nog
een beroep uit, dat wil zeggen dat
ze minstens 15 uur per week in dat
beroep werkzaam waren. Een ander
deel heeft na het pensioen nog wel
wat bijbaantjes en voor de groep die
helemaal niets meer om handen
heeft probeert men in verschillende
steden speciale werkplaatsen van de
grond te krijgen, meestal zonder
veel succes.
De voorberieding is niettemin zeer
gewenst en het is zaak daarbij ook
de vrouwen te betrekken. De vrouw
heeft over het algemeen tot aan dat
moment zelfstandig haar huishouden
bestuurd en krijgt er nu een verve
lende pottekijker bij. Een belangrijk
onderdeel van de voorbereiding is
dat men de bejaarde exact op de
hoogte stelt van het toekomstig in
komen. Dr. Munnichs vraagt zich af
of deze voorbereiding geen taak
voor de vakverenigingen is. Voor
veel werknemers is het een groot
geestelijk belang.
Dat pensioen gaat dan wel van de
ene op de andere dag in, de behoef
te aan rust ontstaat ai veel eerder.
De verkenning van de mogelijkhe
den om buiten de eigenlijke beroeps
arbeid zinvol bezig te zijn moet
ook al lang voor het pensioen begin
nen, wil men er op zijn 65e vol
doende mee vertrouwd zijn. Het te
gendeel is vaak waar. Naarmate
men ouder wordt doet men zijn
werk ten koste van grotere inspan
ningen. Men geeft hobby's op, gaat
niet meer naar vergaderingen en het
contact met vrienden verslapt. Het
werk vraagt alle aandacht en ener
gie; 's avonds thuis valt men na het
eten, wat televisie kijken, of de
krant lezen in slaap. Op deze wijze
is de „vereenzaming" vaak al lang
vóór het pensioen begonnen.
Mensen als dr. Munnichs wijzen
er steeds op dat men de beginnende
ouderdom beter bij 40 of 30 jaar
kan plaatsen. Een feit is dat men
bijvoorbeeld in de wedstrijdsport
nauwelijks nog mensen van boven
de dertig tegen komt.
In de VS is berekend dat in 1900
gemiddeld 32 jaar gewerkt werd
en in 1960 42 jaar,- tien jaar langer.
Die tien produktieve jaren méér
brengen meer problemen mee. Ter
wijl in het eigen bedrijf de inzet, de
binding en de betrouwbaarheid van
de oudere werknemer nagenoeg al
tijd geprezen wordt, ko'men er bij
het solliciteren elders bijna altijd
moeilijkheden. Het bestaan van een
overigens uitstekende organisatie als
„Het leven begint bij 40" wijst ook
op een zieke plek in onze samenle
ving.
In „De psychologie van het ouder
worden" van D. B. Bromley (Aula
pocket) worden diverse oorzaken
genoemd die de goede reputatie van
de oudlere werknemer verklaren,
een hiervan is dat de superieuren
zelf tot de „oudere" mensen plegen
te behoren, zij zouden de behoeften
van de oudere werknemer beter
kunnen begrijpen.
Een andere oorzaak is dat oudere
werknemers een kwetsbare positie
hebben daar zij minder gemakkelijk
een nieuwe betrekking kunnen vin
den. Vandaar dat het voor hen van
belang is om hun betrekking te
behouden en efficiënt te werken om
het bedrijf gaande te houden.
Niettemin werkt men al 10, 15
jaar vóór de pensioengrens niet
meer zo snel en raakt men sneler
vermoeid. De werknemer boven de
50 is in heel wat bedrijven soms een
blok aan het been geworden in
plaats van een waardevolle
kracht.
Maar, liefst één op de 4 mannelij
ke werkkrachten is 50 jaar of ou
der.
We zullen wegen moeten vinden
hen zo optimaal mogelijk te laten
fungeren.
Het ministerie van Sociale Zaken
en Volksgezondheid heeft het Ge
meenschappelijk Instituut voor Toe
gepaste Psychologie in Nijmegen op
dracht gegeven voor een onderzoek
naar ue positie var/ de oudere werk
nemer. Hét ondezoek, dat het vol
gend jaar zal worden afgesloten, is
vooral gericht op de maatregelen die
het bedrijfsleven neemt om oudere
werknemers, die problemen geven
binnen het eigen bedrijf, op te van
gen
(ADVERTENTIE)
(Van onze redactie buitenland)
MOSKOU Wat een record
prestatie van de Spvjets op het
gebied van de ruimtevaart leek
te worden, is onverwacht uitge
lopen op een tragische ramp. De
drie gisterochtend dood in hun
cabine gevonden, astronauten
Dobrovolski, Patsajev en Volkov
hadden sinds 7 juni geschie
denis gemaakt in het eerste be
mande ruimtestation.
Zij verrichtten waarnemingen
van de aarde, fotografeerden de
wolken en de aardoppervlakte,
richtten instrumenten op be
paalde daarvoor uitgekozen ster
ren en deden medische en bio
logische proeven. "Voor de ont
wikkeling van een toekomstig
rumtevaartstation volbrachten
zij een serie technische taken.
De Saljoet cirkelt reeds sinds 19
april van dit jaar in een baan
tussen 200 en 300 km hoogte rond
de aarde. Deze baan is verscheide
ne malen gewijzigd. Op 24 april
koppelde de Sojoez-10, die de dag
tevoren was gelanceerd, vast aan
de Saljoet. Vijf en een half uur
later werd de koppeling weer ver
broken, zonder dat een ruimte
vaarder de Saljoet was binnen ge
gaan- Twee dagen na de start
landde de Sojoez-10 weer. In het
westen werd vermoed dat deze
VOLKOV
ónderneming op moeilijkheden was
gestuit.
Pas de tweede poging, met de op
6 juni gelanceerde Sojoez-11, had
succs. De koppeling lukte en de
ruimtevaarders gingen de volgende
dag het ruimtestation binnen. De
combinatie Sojoez-Saljoet was on
geveer 20 meter lang en woog
volgens het Russische persbureau
Tass meer dan 25 ton.
De nu zo tragisch geëindigde
vlucht werd algemeen als een
prestatie van pioniers geprezen.
Het ruimtestation betekende een
grote stap voorwaarts voor het
ruimte-onderzoek. Het doel van
komende ruimtestations is vooral
een grondig onderzoek van de bo
demschatten en voedelreserves van
de aarde, om daar een beter ge
bruik van de te kunnen gaan ma
ken. Van een ruimtestation kunnen
bovendien gemakkelijker ruimte
vaartuigen voor reizen naar andere
planeten worden gelanceerd.
De dood van de drie ruimtevaar
ders is het tweede ongeluk in de
Sovjetrussische ruimtevaart dat in
het westen bekend geworden is. en
het derde in totaal.
Op 27 januari 1967 kwamen de
drie Amerikaanse ruimtevaarders
PATSAJEV
Virgil Grissom, Edward White en
Roger Chaffee om tijdens een ver
blijf in hun Apollo-cabine bovenop
een Saturnusraket, waarmee zij
enige maanden later een ruimte-
vlucht zouden gaan maken. Zij
verbrandden levend. De zuivere
zuurstof in hun stuurhut maakte
van een vonkje biirnen enkele se
conden een laaiende hel.
Drie maanden later, op 23 april
1967 verongelukte de Sovjet-Russi
sche ruimtevaarder Vladimir Ko-
marov na zijn eerste proefvlucht
met de Sojoez-1. Zijn ruimtevaar
tuig viel bij de landing te pletter
omdat de parachutes zich niet ont
vouwden-
Voor twee van de drie omgeko
men ruimtevaarders was het hun
eerste vlucht, Dobrovolski en Pat-
sajew. Volkov was al eens eerder
in de ruimte geweest. Alle drie
waren gehuwd en hadden kinde
ren.
Gezagvoerder overste Georgi Ti-
mofeyevitsj Dobrovolski was enige
dagen voordat hij aan zijn ruimte-
vlucht begon 43 jaar geworden. Hij
was op 1 juni 1928 in Odessa
geboren. Na de speciale school
voor de luchtmacht en de lucht-
machtschool Tsjoegoejevo doorlo
pen te hebben, kwam hij in dienst
als jachtvlieger. Zijn vrouw Loed-
DOBROVOLSKI
mila is lerares wiskunde en heeft
twee dochters., Maria (11) en Na-
tasja (3).
Ingenieur Viktor Ivanovitsj Pat
sajev stierf kort na zijn 38ste ver
jaardag, die hij op 19 juni in de
ruimte met zijn medereizigers aan
boord van de Saljoet had gevierd.
Dit ongewone feestje in de ruimte
was over de televisie uitgezon
den.
Patsajev was in 1933 in Aktjoe-
binsk (Kazakstan) geboren en
kreeg zijn opleiding aan het insti
tuut voor de industrie in de Russi
sche stad Pensa, Voordat hij in de
rangen van de ruimtevaarders
werd opgenomen, werkte hij als in
genieur bij een constructiebureau.
Zijn vrouw Vera verricht weten
schappelijk onderzoek. Zij heeft
twee kinderen, Dmitri (13) en
Svetlana (8).
De jongste van de drie, lucht
vaartingenieur Vladislav Nikolaje-
vitsj Volkov, was 35 jaar. Voor
hem was het de tweede ruimte-
vlucht, zijn eerste ondernam hij in
oktober 1969 aan boord van de
Öojoez-7. Hij had in 1959 zijn op
leiding aan het instituut voor de
luchtvaart in Moskou voltooid en
trad toen in dienst van een con
structiebedrijf. Zijn vrouw Loed-
mila is eveneens ingenieur en
heeft een zoon. Vladimir (12).
(Van een onzer verslaggevers)
UTRECHT BREDA MID
DELBURG Vier reclasserings-
verenigingen, die ongeveer 75 pro
cent van het reclasseringswerk
verzorgen, willen fuseren. Het
zijn de Dr. F. S. Meyers-vereni-
ging, het Nederlands Genootschap
tot Reclassering, de Katholieke en
de Protestants-Christelijke Re-
classeringsvereniging.
1
JERUZALEM (RTR/AFP) Voor
het eerst sedert de vestiging van
de staat Israël bezoekt het hoofd
van de Amerikaanse inlichtingen
dienst, de CIA, Israël voor bespre
kingen op het hoogste niveau. Vol
gens gewoonlijk welingelichte krin
gen is het hoofd, Richard Helms,
twee dagen geleden in het geheim
aangekomen en heeft hij al bespre
kingen gevoerd met premier Golda
Meir, de minister van defensie, Mos
je Dajan, en de minister van buiten
landse zaken, Abba Eban. Voorts
zou hij zijn Israëlische collega,
wiens identiteit geheim is, ontmoe
ten.
Volgens enkele zegslieden houdt
het bezoek verband met de groeien
de Amerikaanse ongerustheid over
de implicaties van het onlangs ge
tekende Russisch-Egyptische vriend
schapsverdrag. Ook meent men, dat
er gesproken wordt over de behoef
ten van Israël op het gebied van de
veiligheid na de gemelde uitbrei
ding van de Russische wapenleve
ranties aan Egypte, die volgens Is
raël 't machtsevenwicht in het Mid
den-Oosten bedreigen.
In politieke kringen in Israël
wordt groot belang gehecht aan het
bezoek. Men onderstreept, dat Ri
chard Helms een sleutelpositie in de
V.S. inneemt en dat hij deelneemt
aan de vergaderingen van de defen
sieraad en van praktisch alle orga
nisaties die te maken hebben met
veiligheidsvraagstukken. Hij behoort
ook tot de adviseurs van president
Nixon.
De New York Times maakt in een
bericht uit Jeruzalem melding van
het bezoek van het hoofd van de CIA.
Een woordvoerder van de Ameri
kaanse ambassade verklaarde „geen
enkele inlichting" te kunnen geven.
Maar volgens het bericht uit Jeru
zalem zou de Amerikaanse ambasas-
sadeur, Walworth Barbour, naar men
meent, zelf de afspraken hebben ge
maakt voor dit bezoek, dat drie a
vier dagen zou duren.
Aanvankelijk was in Israël censuur
gesteld op het nieuws van het be
zoek van de CIA-directeur, maar
het publikatieverbod werd opgehe
ven, nadat het nieuws in het buiten
land was uitgelekt.
Het Leger des Heils doet om prin
cipiële redenen en vanwege de af
wijkende organisatiestructuur niet
mee.
Hetzelfde geldt voor de Medische
Consultatiebureaus voor Alcoholisme
en Drugs, die eerst meer duidelijk
heid willen over de positie van de
reclassering en van de bureaus in de
samenleving.
De verenigingen willen de fusie
op 31 juli 1973 afgesloten zien.
Het besluit om te gaan fuseren
viel tijdiens een in Utrecht gehouden
bijeenkomst van alle landelijke re-
classeringsverenigingen. De basis
voor dat besluit werd eigenlijk al
een jaar geleden gelegd, tijdens een
congres van de 700 800 medewer
kersisters) van de reclasseringsver-
enigingen. Zij pleitten toen voor een
erkenning van hun beroep, voor een
minder van de justitie afhankelijke
positie van de reclassering en voor
een meer efficiënte organisatie van
hun werk.
De fusie zal in de personele sector
geen nadelige gevolgen hebben. Er
zullen wel enkele gevoeligheden
moeten worden overwonnen, zeker
óók op regionaal niveau.
DE 31-jarige buschauffeur W. B.
uit Rozenburg is door de rechtbank
in Rotterdam veroordeeld tot één
maand gevangenisstraf en vijf jaar
ontzegging van de rijbevoegdheid.
Hij had twee maal o dezelfde plaats
met zijn autobus een botsing veroor
zaakt.
BAYER
(ADVERTENTIE)
(Van een cmzer verslaggevers)
BREDA Vandaag wordt in
Breda een afdeling zuidwest-
Nederland opgericht van de
Nederlandse vereniging van ho
mofielen COC. De eerste iniatief-
nemer was drs. J._ Zuidgeest, di
recteur van het diocesaan insti
tuut voor huwelijk en gezin.
Waarom hier een afdeling van
het COC, waarom heeft juist hij
het initiatief genomen en hoe is
het begonnen? Drs. Zuidgeest:
„Het begon met een briefje van
de bisschop."
„Ruim een jaar geleden kreeg ik
bezoek van een homofiel vrienden
paar dat op zoek was naar een huis
in Breda. Ze hadden overal nul op
het rekest gekregen onder allerlei
motieven. Het beslissende motief
was nooit genoemd ze waren homo
seksueel. Een van hen heeft toen de
stoute schoenen aangetrokken en is
naar de bisschop gestapt. Mgr. Ernst
heeft gezegd „Ik wil dit niet af
schuiven, ga naar Zuidgeest".
„Ik kreeg een briefje wan de bis
schop, het vriendenpaar is bij mij
op bezoek geweest, we hebben ge
praat en toen ben ik oip mijn beurt
begonnen met allerlei gemeentelijke
instanties te polsen om woonruimte
te vinden. Naarmate dit minder luk
te en ik steeds meer stootte op
afweer (allemaal heus niet zo
kwaad bedoeld) en de meest bizarre
dingen kreeg te horen, die niets met
homofilie te maken hebben werd
het me steeds duidelijker dat er aan
de voorlichting naar buiten van alles
ontbreekt".
„Ik merkte dat men gewoonweg
de meest onmogelijke ideeën koes
tert over homofilie, maar er in wer
kelijkheid helemaal niets van weet.
Ieder oordeel zonder kennis van za
ken is nu eenmaal een vooroordeel.
Zoiets wordt meestal geboren uit
angst voor iets onbekends
„Toen begreep ik, dat je de hele
samenleving een stuk gezonder zou
maken door te proberen een aantal
vooroordelen op te ruimen. En daar
mee kun je meteen een stuk ruimte
scheppen voor een stel medeburgers,
die precies zo zijn als alle andere
mensen, die enkel één ding gemeen
schappelijk hebben dat ze toevallig
hun liefde en genegenheid voorna
melijk richten op iemand van het
zelfde geslacht. En voor hel overige
kan hun liefde niet zo echt of onecht,
net zo diep of ondiep zijn als van
allie anderen"
„We begonnen een jaar geleden
met een aantal mensen een gesprek.
Homofielen en niet-hornofielen. We
wilden dat zoveel mogelijk sectoren
van de samenleving vertegenwoor
digd zouden zijn iemand van het
onderwijs, van de gemeente, van het
maatschappelijk werk, van het vor
mingswerk voor de jeugd, iemand
uit de artsenwereld, de pers, het
bureau voor levens- en gezinsvragen
en iemand van die telefonische hulp
centrale. Bij die SOS-dienst krijgen
ze elke maand zo'n vijftien tot twin
tig telefoontjes (afgezien nog van
degenen die persoonlijk langsko
men) van mensen die met hun ho
mofiel-zijn geen weg weten in het
Westbrabantse wereldje".
„Wat wij wilden, was het oprich
ten van een Werkgroep Homofilie.
Die zou in de eerste plaats aan
homofielen wegen willen wijzen
naar personen en instanties waar ze
terecht zouden kunnen. In de twee
de plaats wildien we mogelijkheden
voor hen scheppen om anderen te
ontmoeten in een sfeer waarin ze
zichzelf zduden kunnen zijn. Want
bedenk wel, dat onze alledaagse he
tero-maatschappij daar geen enkele
mogelijkheid toe biedt".
„In de derde plaats hebben we in
de loop van dit jaar gemerkt dat er
nog altijd een enorm hiaat is in de
voorlichting. Er is afweer, er is dis
criminatie, er zijn vooroordelen. En
dat allemaal komt voort uit gebrek
aan kennis. Aan die drie zaken wil
den we wat gaan doen opvang van
homofielen die maatschappelijk en
daardoor ook persoonlijk in de knel
zitten; het creëren van een ontmoe
tingsruimte en voorlichting''.
„Dat ik hier vanuit het diocesaan
instituut mee begonnen ben is om
dat ik geloof dat het tot de meest
wezenlijke opdrachten van het
christendom behoort ruimte te ma
ken opdat ieder mens tot zelfont
plooiing, tot verlossing ,kan komen.
En als kerken heb je een ereschuld
in te lossen, want van een kerkelij
ke stellingname is op dit terrein en
totnutoe alleen maar gebruik ge
maakt om die ontplooiingsmogelijk
heden af te sluiten".
„Ach kijk, vroeger werd ook door
de kerken geoordeeld vanuit het
vooroordeel, dus zonder kennis vam
zaken. Maar naarmate ook in kerke
lijke kring de inzichten doorbreken
die in wetenschappelijke kringen
groeien, gaat men de homofilie en
de homofiel meer serieus benaderen.'
En zo weet de huidige wetenschap
absoluut niet te zeggen, hoe iemand
homofiel wordt of waarom hij of zij
het is. Men kan alleen constateren
dat iemand op zeer jeugdige leeftijd
al homofiel is en dat daar praktisch
geen verandering in komt ook al zou
men het willen".
„Als dit dan de belangrijkste ge
gevens zijn, dan kun je nauwelijks
een andere conclusie trekken dan
geef deze mensen de ruimte om vrij
te leven in deze samenleving, want
je kunt immers ook Sri onze maat
schappij geen noodzaak aanwijzen
om hun geaardheid te veranderen.
Niemand heeft er wat je noemt last
van. En het zou zelfs wel eens
integendeel een grote winst kunnen
zijn voor onze samenleving als ook
de homofiele medemens er als ho
mofiel zijn bijdrage aan zou kunnen
leveren".
Op zijn wijze
„De groep die zich nu in Breda
gevormd heeft, gaat er vanuit dat
ieder mens het recht heeft op zijn
wijze relaties te leggen. Dat bete
kent niet, dat we naast de gebruike
lijke aanvaarding van het „normale"
heterofiele gedragspatroon ook een
plaats willen inruimen voor een ho
mofiel gedragspatroon. Je kunt die
twee niet tegenover elkaar stellen
Ieder mens heeft maar een paar pro
cent mensen „waar hij iin valt", cfcie
hem liggen en een nog kleiner per
centage spreekt je ook seksueel aan.
En voor mannen zijn het niet alleen
vrouwen die hen „liggen" en voor
vrouwen niet alleen mannen".
„Overal waar een eerlijke, open
sfeer is merk je dat men dat ook
herkent. Als hetero voel je je alleen
maar meestentijds, gewoonlijk, door
iemand van het ander egeslacht aan
gesproken. Maar praktisch voor geen
mens is de wederzijdse aantrek
kingskracht van mannen voor elkaar
en van vrouwen voor alkaar on her
kenbaar. Daarom geloven we dat
een verruimende opvatting over ho
mofilie ook sanerend zal werken
voor de gehele samenleving. Er aal
een stuk angst verdwijnen voor de
spookbeelden die men oproept bii
het woord homoseksualiteit".
„Als je er van uitgaat dat seksua
liteit een van de mogelijkheden is
tot menselijke communicatie en re
latie, dan valt er al een stuk van de
bedenkingen weg tegen mensen die
het kennelijk prettig vinden om
meestentijds, om gewoonlijk, in re
latie te treden met mensen van hun
eigen geslacht".
„De kennismaking met een groot
aantal homofielen heeft mijzelf ook
tot andere gedachten gebracht. Ik
stond er vroeger ook afwijzend te
genover. Totdat je gaat ontdekken
dat homofielen doodgewone mensen
zijn. Ik ervaar mijzelf ook overwe
gend als hetero, maar in de werk
groep hebben we nadrukkelijk ge
steld dat ons uitgangspunt moet
zijn niet de wereld in twee hokjes
vangen".
„Die werkgroep is heel breed sa
mengesteld; we wilden zoveel moge
lijk mensen en instanties uit onze
zuidwest-Nederlandse samenleving
in dit werk betrekken. En al heel
snel kwamen we gezamenlijk tot de
conclusie, dat we om ons doel te
bereiken, niet beter konden doen
dan aansluiting zoeken bij de Ne
derlandse Vereniging voor homofie
len, het COC. Die mensen hebben
een vracht ervaring en ze kunnen je
een brede wetenschappelijke en
praktische begeleiding aanbieden.
We hebben daarom unaniem beslo
ten om een afdeling zuidwest-Ne
derland van het COC op te richten.
En dat gaat vanavond om acht uur
in hotel Cosmopolite in Breda ge
beuren".
I