RENTMEESTER: „IK ZIE T SOMBER IN Prinsen heeft weer excuus PERSPECTIEVEN GOUDSMIT-HOFF ZIJN NIET BEST Karstens: Wie had hier nou op gerekend CHRISTIAN RAYMOND ZORGT VOOR VERNIETIGENDE SLAG Tabak overtreft zichzelf Dopingco ntr ole bijna fataal voor R. de Vlaeminck Jan Janssens visie op de Tour Ontwikkeling Janssen antwoordt lezers Nooit verwacht rhaal over rkrachting ^ek smoes r THERE IS... sport MHH Redactie Hein Groothuis emir ;ns nog aanzienlijk groter dan het geboortecijfer In Neder- '68 tot een ongekende laagte (er werden toen minder dan jy's per 1000 inwoners per ;eboren) en we opeens dat tage 10 achter de bejaarden opduiken, kregen we plotse- andacht voor de vergrijzing ze bevolking. vreemde is dat we, als we .et „bejaardenprobleem" spre- 2 bejaarden als een uitzonder- ategorie mensen beschouwen, het gaat om een hoogst nor zaak. Een eeuw geleden be- weliswaar slechts éénvierde nze bevolking de ouderdom, nu bereikt slechts éénvierde erdom niet. 1 u maar wilt. lebruik en J;ere termijn, rtsen het gebruik li tien verkochte ia |oms. >eg. dbekend merk Lubber Compan en voor deze rubriek moeten met vol- inaam en adres worden ondertekend. Bij tie zullen deze vermeld worden. Slechts ie uitzondering zal van deze regel wor- geweken. Naam en adres zijn dan bij lactie bekend. Publicatie van brieven of onverkort) betekent niet dat de het in alle gevallen een* I* met in* c.q. strekking. ex-Bredanaiar die deze stad eeds een warm hart toedraagt ik me zorgen te maken. Als set „Agge mar leut hebt" niet in, maar over Breda gebezigd llijkt deze zorg gerechtvaardigd. NOORDWIJKERHOUT H. VERDEUEN n onze redactie binnenland) STERDAM Het blijkt, dat -jarig meisje, dat vorige week Amsterdamse politie aangifte 'an ontvoering en verkrachting, alse aangifte heeft gedaan. Zij daarmee haar ouders haar late omst verklaren. Tegen haar is -verbaal opgemaakt, jongedame vertelde de politie rige week, dat zij in de Jan lenstraat door drie mannen in ulo was gesleurd, waarna zij omgeving van een zwembad anenburg door een van de man- was verkracht. Zij gaf een ceurig signalement en de poli- loofde het verhaal, publicatie in kranten van de allen van het „slachtoffer" een man de Amsterdamse po- a met de mededeling, dat hij ;nnis had gesproken, die hem 1 had: „Wat in de krant staat iwekul. Ik ben met die meid 'eest". jongeman die deze verklaring fgelegd werd gevonden. Het hield haar relaas nog vol, viel tenslotte door de mand. Enalementen, die zij had opge- bleken van bestaande perso- e zijn, die toevallig het café bezocht, waar het slachtoffer e jongeman de avond van de huiskomst had doorgebracht, üden nergens iets mee te ma- Dinsdag 29 juni 1971 55 Wim Prinsen: het liep allemaal spaak Cees Rentmeester: met pijn en moeite (Van onze speciale verslaggever) STRAATSBURG „Nee", weer de Wim Prinsen af, het zijn geen smoesjes. Wat ik zeg, is geen uit vlucht". Hij stond er wat verlegen bij, de kleinste man van de Tour in wie Kees Bellenaars meent een aar dige klimmer te hebben. „Ik reed wat spaken uit mijn voorwiel. Het ging aanlopen. Hier, kijk maar". Dat vooral, voerde Wim Prinsen als een excuus aan, was de 'verkla ring voor zijn achterblijven op de Fiirsitplain, de berg waarop in de tweede etappe de groite slag viel. Daags ervoor, sukkelde Wim Prin sen uiit de kopgroep in de beklim ming van de Cöte d'Happach. Zijn verklaring toen: „Te klein gereden". Hoe dan ook: twee momenten van duidelijk afwezigheid en twee ver ontschuldigingen, die niet zijn kwali teiten raakten. Wim Prinsen voelde waar de ge dachten om draaiden en sprak dap per: „Ik verzin geen smoesjes. Het was niet door gebrek aan macht of kunnen dat ik achterbleef. Ze zullen het straks wel merken als die ande re bergen komen. Daar ben ik erbij, ik weet het zeker". Dan, 'met teleur stelling in zijn stem: „Het valt me wel tegen dat het zo gelopen is. Natuurlijk. Dit verwachtte ik echt niet. Maar ik ben er gelukkig een, die niet gauw z'n kop laat hangen. Ik kom er wel weer bovenop". Behalve de teleurstelling rond Wim Prinsen en het verspelen van Gerben Karstens' groene trui („ik had ham natuurlijk nog graag een paar dagen gedragen maar dan zou ik me misschien zo hebben moeten forceren dat ik voor de hele Tour was uitgeteld. Nu kan ik altijd nog wel een ritoverwinning pikken") had Kees Peller, aars en zijn Goudsmit-Hoff-ploeg de pech dat Cees Rentmeester veel last kreeg van een blessure. „Zoveel", zei de jonge ZeMW, „dat ik bang ben er over enkele dagen uit te moeten. Ik geloof niet dat ik nog veel ritten rijd". De klacht van Cees Rentmeester betreft z'n linker knie. „Ik scheurde in een Belgische koers een pees. In het ziekenhuis van Goes ben ik ervoor behandeld, maar het hielp weinig. Volgens mij forceerde ik teveel in het Nederlands kampioen schap. Ik gaf alles en daardoor ver ergerde de blessure". Voor de start van de tweede etap pe, kreeg Cees Rentmeester van Tour-arts Judet een verdovende in jectie, maar de pijn vefdween niet. „Na twintig kilometer kwam ik in grote moeilijkheden. Gelukkig heb ik het einde nog kunnen halen, maar ik zie het voor de komende dagen somber in. Enfin, ik ga vana vond maar weer eens naar de dok ter. Kijken of die me kan opknap pen'.'. Tegenover al het sombers van de tweede rondedag stond voor Gouds- mit-Hoff ook wat positiefs: Harrie Steevens kwam niet in moeilijkhe den. De eveneens met een kniebles sure sukkelende Limburger door stond de zware etappe in het pelo ton. Hij bleef de hele dag in de grote groep, zonder al te veel moei te. Een flinke opluchting na een eerste dag, waarin de inzinking ka- tastrofale vormen dreigde aan te nemen. PETER HEERKENS De grote klap is gevallen. *5^ Eerlijk gezegd had ik niet ge- dacht dat er op dit moment al zulke grote verschillen zouden zijn. Een ding staat nu vast; de winnaar komt gegarandeerd uit die groep van vijftien. Het verloop van de rit is uiteraard in het voor deel van Merckx geweest. Hij is een paar lastige jongens als Letort en Agostinho kwijt. Die kunnen na tuurlijk nog wel aanvallen, maar zoveel minuten goed maken is toch wel een heel moeilijke opgave. In feite heeft Christian Raymond Merckx een grote dienst bewezen. Het is normaal dat de renners op de top van een berg op hun gemak rijden. Ze laten zich wat uithollen. En dan kunnen de achterblijvers weer bijkomen. Raymond deek ech ter als een steen naar beneden. De anderen volgden. Dat was er de oorzaak van dat er geen aanslui ting meer tot stand kwam. Op fluweel zit Merckx echter nog lang niet. Zoetemelk, die ik nu toch wel als een van de gevaarlijksten voor Merckx zie, Pettersson en Ocana zitten er nog steeds bij. En mannen als Raymond, Delisle, The- venet en Van Impe moet je ook be slist niet uitvlakken. Die kunnen zich stuk voor stuk goed handha ven in de bergen. Nee, het was be slist geen ontsnapping van water dragers. De grote verliezers zijn de man nen van Pellenaars. Niet een erbij. Dat begrijp ik toch niet. Een Ha- rings en Van der Vleuten kun je niets verwijten. Van hen is bekend aat ze in de bergen niet mee kun nen. Maar Karstens had ik er toch wel bij verwacht. Die rijdt toch goed. En die Prinsen ik heb hem nooit zien rijden over wie Pelle naars zoveel ophef maakte. In de eerste bergen komt hij al op ach terstand. Ik begin aan zijn capaci teiten in de bergen te twijfelen. Dat hij op de Cauberg met Zoete melk samen van voren zat, zegt mjj niet zoveel. De Cauberg is nu een maal niet te vergelijken met een echte col. Nee, ik vind het een slecht teken voor Goudsmit-Hoff. Er moet tocli iets aan schelen. Pellenaars had er iemand bij moeten hebben. In de Alpen en Pyreneeën mag hij hele maal niets verwachten. Voor mijn gevoel zijn er weinig perspectieven meer voor zijn ploeg. En die groe ne trui voor Karstens zie ik nu ook niet meer zo zitten nu Roger de Vlaeminck hem heeft. Die kan In de bergen nog wel want puntjes verzamelen, iets waar Kar stens beslist niet op hoeft tc^^ rekenen. En Merckx is er na- tuurlijk ook nog. (Van onze speciale verslaggever) STRAATSBURG Christian Raymond (bescheiden wielerprof) heeft zich voorgenomen („Ik weet het zeker") om als mannequin de kost te gaan verdienen als hij met koersen moet stoppen. Hij Ijjkt dan een zonnige toekomst in te gaan, want hij kan de show stelen. Het wielerpeloton van de Tour ondervond het en ging met het schaam rood op de kaken af. Door het optreden van Christian Raymond, die op het strijdpodium van de Tour klom en er durf demonstreerde, ver speelden ze op 14 man na negen minuten en 27 seconden. Ruim voldoende om allte hoop op een goede eindplaats te kunnen laten varen. De Tour had er met het zo rigoureus uitdunnen van de renners- rijen een sensationele dag opzitten. door peter heerkens Zijn show presenteerde Christian Raymond in de afdaling van de Col die Firstplam waair Joop Zoetemelk met 10 seconden voorsprong was doorgekomen, daarmee zoveel pun ten verzamelend, dat hij comfortabel op die eerste plaats vain het berg- kiassement staat. Bij het afschuiven van de FirStplain deed Christian Raymond wat niet onlogisch lijtot, maar toch zelden voorkomt: hij joeg zijh metgezellen in de vlucht zo hard op dat de gevolgen ruïneuze vormen aannamen. „Meestal", rede neerde Gerben Karstens niet ten onrechte, „komt hot hele spul in zo'n afdaling samen. Wie had hier nou op gerekend?". Christian Raymond: de show stelen Er heeft zich in de tweede etppe een enorme chaos voorgedaan achter het rennerspeloton. Door een geslo ten overweg in Raedersheim (na 21 kilometer) kwam de complete stoet journalisten gewend om voor de renners uit te rijden achter het peloton terecht. De smalle wegen, daarna de beklimming en afdaling van de Firstplan, leidde er toe dat zich dolle achtervolgingen afspeelden voor iedereen weer op zijn plaats zat Als strijdlustigste coureur hoe kon het anders benoemde men in de tweede etappe Christian. Ray mond. J. Janssen, Viergeerstraat 215, Terneuzen: „Denkt u dat Merckx nu nog bang is?" Jan Janssen: „Merckx heeft na tuurlijk een goede slag geslagen. Ik geloof beslist wel dat hij zich nu meer op z'n gemak zal voelen. Maar hij zal echt nog niet hele maal gerust zijn met mannen als Pettersson, Ocana en Zoetemelk vlak achter zich".' B. C. Koomans, Graaf Hendrik IH-laan, Breda: „Gelooft u dat er tussen Merckx en Zoetemelk een afspraak voor het begin van de Tour is gemaakt?" Jan Janssen: „Ik weet zeker dat er geen afspraak is gemaakt. Dat renners op elkaar wachten, zoals in de Midi Libre met Merckx en Zoetemelk is gebeurd, is zuiver een kwestie van tactiek: om niet alleen te hoeven rijden". A. Koksinski, Tramsingel 3A, Breda: „Is er niet één methode Merckx te verslaan? Zo ja, wel ke?" Jan Janssen: „Er is één metho de: met z'n allen tegen Merckx rijden. In de praktijk is dat echter niet te realiseren. De andere ren ners zouden dan allemaal bereid moeten zijn hun plaats op te offe ren. Bn dait zal hooit het geval zijn, omdat iedereen zijn eigen belangen wil verdedigen". B. Adcma, Wisserskade 44, Hank: „Wat prefereert u in de Tour een merkenploeg of een lan denploeg geformeerd rond één renner". Jan Janssen: „Ik prefereer een landenploeg, ondanks het feit dat ik in een landenploeg de Tour lieb gewonnen. De saamhorigheid in een landenploeg is veel beter. In een merkenploeg rij je het hele jaar met elkaar". R. Lambregts, Bankenstraat 9, Etteh-Leur: „Is de Tour de Fran ce in kleinere vorm ook door da mes te volbrengen?" Jan Janssen: „Ik hoop dat ze er nooit aan beginnen. Ik vind het dames-wielrennen een verschrik kelijke bezigheid. Op de piste gaat het nog, maar op de weg vind ik het uit den boze. Een Tour is veel te zwaar voor dames". Wanneer U Jan Janssen een vraag wilt stellen over Tour-zaken die U bezighouden, kunt U dat vanavond doen tussen 18.30 en 19.30 uur. Men dient daarvoor onze sportredactie te bellen, telefoon Breda (01600)- 22341, toestel 215 of toestel 143. Toen Christian Raymond aan zijn showstuk begon, lag het peloton op 50 seconden. Een achterstand, die het opliep in de beklimming waar eerst Armani, Sanqoer en Bruyère de snelheid op voerden met een korte demarrage, waarna Delisle en vervolgens Joop Zoetemelk, wiens rijden zo'n sterke indruk maakte dat het alles belooft voor het winnen van het bergklasse- ment en opnieuw een eervolle klas sering achter Eddy Merekx. Onge veer 1 kilometer onder de top waag de Joop Zoetemelk zijn derde aan val op de volle buit van de berg- sprinil. „Raymond was met gespron gen, i'k dacht: dit is het moment". Soepel en lenig wiegde Joop Zoete melk voorbij Raymond. De basis voor een sensationele ontwikkeling was gelegd. In de trekkracht van Joop Zoetemelk gingen 18 renners njee: Fuente (als tweede op 10 sec. over de Firstplan), Van Impe (op 15 sec.), Raymond, Merckx (op 20 Tour-debutant Tino Tabak zorgt voor verbazingwekkende prestaties. Niemand, die er meer verbaasd over is dan hijzelf. FOTO'S: JOHAN VAN GURP. sec.), Tabak, Mintjens, Mortensen, Ooana, Go sta en Thomas, Petterson, Roger de Vlaeminck, Van Sprinigel, Motta, Thevenet, Paolini, Delisle en Zubaro. Drie van hen (Mintjens, Zn- bero en Fuiente) waadden terug in het peloton, waarin alle Nederlan ders, op de achterblijvers Harings, Rentmeester, Van Katwijk en Ben jamins na, zaten. Wim Prinsen, van wie Goudsmit Hoff het in de bergen zou moeten hebben naar verwachting van Kees Pellenaars, dobberde in de grote groep. „Ik kwam tot op 20 meter bij de top, toen viel ik stil". Rini Wagtmoms: „Ik bleef die eer ste goed volgen, miaar op bet mo ment dat ze sprintten moest ik los sen. Daarna mocht ik vanzelfspre kend niet rijden, omdat Merckx weg was" en groene trui-drager Gerben Karstens: „Ik dacht: niet forceren, rustig naar boven. Er komen notg dagen genoeg. Dat de slag zo ver schrikkelijk zou worden, dat had ik nooit verwacht". Aan het wiel van de driftige, to meloze Christian Raymond suisden de 15 koplopers steeds barder Weg van bet peloton. Eerst aarzelend („We geloofden er in het begin niet zoc in", vertelde Joop Zoetemelk), daarna alsmaar feller („Vooral dank .zij Hermam van Springel", prees Ed dy Merckx zijn knecht) trokken de 15 op pad voor een vernietigende slag in het klassement. Voortreffe lijk samenwerkend (Joop Zoete melk: „Er mankeerde niets aan") daverde het ploegje naar Straats burg, in hun midden enkele minder bekenden duldend. Een van hen: Tino "abak, trouwe toeverlaat van Joop Zoetemelk. Als eerstejaars prof speelt Tino Tabak een steeds opvallender rol in deze Tour en als daar iemand verbaasd over is, dan in de eerste plaats hijzelf. „Ik weet het allemaal niet meer", stotterde hij in Straatsburg van pure opwinding, „echt, ik weet het niet meer. Hoe dit mogelijk is?! Dat ik met al die groten zo maar naar boven ga en dat ik het hog# tempo kan volgen, het is mij een raadsel". Samen met Paolini en Thevenet deelde Tino Tabak als outsider in de minuteruwinst van de tweede Tour dag, die Eddy Merckx spectaculair afsloot miet een sprintzege over zijn landgenoot Roger de Vlaeminck, wiens eerste reactie op de nederlaag zo diep uit het hart kiwaim, dat ze voor herhaling niet vatbaar was. (Van onze speciale verslaggever) STRAATSBURG. Twintig kilo meter voor het einde van elke etappe wordt via Radio Tour aan alle vol gers meegedeeld, wie er na afloop van de etappe naar de dopingcontrole moet. Dat zijn altijd de eerste twee van die dag, de drager van de gele trui en twee renners, die door het lot uitgekozen worden. Gisteren moesten zich melden Eddy Merckx, Roger de Vlaeminck, Jacques Botherel en Luis Zubero. De renners krijgen een half uur de tijd om zich na het einde van de etappe bij de tour-artsen te mel den voor het doen van hun plasje. Maar wie niet verscheen: Roger de Vlaeminck. Er ontstond door het wegblijven van De Vlaeminck grote paniek. Men zag er al weer een dopingschandaal voor ogen. Toevallig liep, meer dan een uur na de aankomst, de assistent ploegleider van Mars-Flandria, Noël Foré, nog in de perszaal. Hij werd op de hoogte gebracht en Foré begaf zich ijlings naar het hotel van de ren ners, Carlton genaamd. Daar klom De Vlaeminck net uit het bad. „Waar om ben je niet naar de dopingcontrole gegaan?", luidde de vraag. De Vlae minck schrok en antwoordde: „Dat ben ik helemaal vergeten. Ik heb in het stadion nog een tijdje gewacht op de huldiging voor de groene trui, maar er was geen nieuwe groene trui en toen ben ik maar naar het hotel gereden want ik was doornat en ver kleumd en ik heb al een kou gevat." Ook ploegleider Briek Schotte had niet meer aan de dopingcontrole ge dacht. Schotte en De Vlaeminck spoedden zich daarop naar de per manence waar de doktoren nog aan wezig waren. Er ontstond een heftige discussie. Aanvankelijk wilden de doktoren het plasje van De Vlae minck niet aanvaarden. Hij was im mers meer dan een uur over tijd. Maar na heel veel heen en weer ge praat kwam het alsnog in orde. Op gelucht reed De Vlaeminck opnieuw naar zijn hotel. Roger de Vlaeminck: plasje ver geten De enige Waal in de Molteni- ploeg van Eddy Merckx blijkt een Nederlander te, zijn. Joseph Bruyère namelijk, door zijn niet-Vlaamse woonplaats een uitzondering, is in Maastricht geboren. Hij woonde er tot zijn derde jaar en verhuisde daar na naar Visé. Gianni Motta heeft in de rit naar Straatsburg de prijs van de elegant ste renner verdiend. Tot meest beminnelijke renner werd gisteren Jean Dumont uitge roepen.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1971 | | pagina 3