irtifd
smet
Bank
iENST
lank
wij
Europa's eerste tandradspoorweg
na een eeuw nog springlevend
en Rijen
Team
Trekpleister
Dividend
Elke dag
rerleg) een voortgezette
g,assurantie of bank-
ïieke kombinatie van
•ken in teamverband)
lerlei richtingen
aanwezig,
inistratie- en
iburg, Spoorlaan 308
i. Tel.04250- 33016.
71-792/04
van
Inzienlijk worden
ldie leiding geeft
(den.
Rdigden voor de
Ikten,
e,
|idig H.T.S.-er of
ne ervaring be-
Èn gemeente of
leid worden op
Iratie, welke be
lie te zenden aan
1 Rijen N.Br.
If zijn 25 - 35 jaar
land met de
gelijkheden, een
holing op
bociale akademie.
held geboden dooi;
kterne kursussen
In en de
vakgebied op de
gen wij uit een
len aan of een
Ir een oriënterend
J. Eerdmans van
laken Direktoraat
ardam-Rotterdam
Amsterdam,
ZATERDAGBIJLAGE VAN DE STEM/22 MEI 1971
Uit
Ik krijg soms de indruk dat
onze tijd nog slechts één taboe
kent: het grote taboe dat er
geen enkel taboe meer zou mo
gen zijn. En één is er zeker
overgebleven: het taboe van de
dood.
Bisschop Simonis
Al heb ik nou honderd van
die aanvoerdersbanden om, als
er geschopt moet worden, schop
ik.
Willem van Banegem.
Ik kan me nog herinneren
dat we in de vormingsklas op
een trapnaaimachine moesten
werken. Ik kreeg er de zenu
wen van. Ik ging steeds achter
uit.
Lenny Kuhr
0 Als ik prof word wil ik ze
ker niet meteen de Tour de
France worden ingeduwd. Ik
pas ervoor onmiddellijk kapot
te worden gemaakt.
Cees Priem
0 Vrouwen kakelen als kippen
zonder kop, maar mannen leg
gen geen eieren.
Gesegde.
0 Als je aan de bal bent denk
je niet. Je moet nooit denken
hoe je het moet doen. Als je
gaat denken is het al te laat.
Het is intuïtie.
Johan Cray ff
0 Wanneer je pas dertig bent
en 35 miljoen bezit, kan nauwe
lijks van je verwacht worden
dat je je als een trappist zult
gedragen, maar enkele eerbied
waardige heren uit de finan
ciële wereld van Londen sche
nen dat van mij te verwachten.
John Bloom
een oud-wasmachine-koning.
Tweeënveertig jaar heb ik
achter de koeien aangelopen.
Toen ze verkocht waren heb ik
die kerel gezegd: je ziet zelf
maar hoe je ze het land uit
krijgt, ik kan het niet.
Boer Goes die moest wijken
voor stadsuitbreiding
Eens zei hij"De dieren zijn
niet altijd zo serieus als jij wel
schijnt te denken. Hoeveel zul
len zich een aap om de men
sen lachen.
Richard Irvine over
Walt Disney.
U zult nooit horen zeggeh
dat religie opium voor het volk
is, want dat heeft ook Marx
nooit gezegd. Dat is een typisch
voorbeeld van een vals citaat.
Marcus Bakker.
Ons land wemelt van de ze
geldiefjes. Het is altijd weer
mensonterend om te zien hoe
de winkeliers proberen hun
klanten - vooral de mannelijke
-de gratis waardezegeltjes door
de neus te boren.
Elegast
Het ergert me als iemand
een leeg bierflesje op het to
neel zet, want het toneel is hei
lig net als het biljart.
Jan Blaaser
Juist in stille streken heb je
ontzettend veel last van het ge
luid van brommers. In Am
sterdam kun je op een terras
genieten van de stilte in het
lawaai. Lawaai valt buiten veel
meer op.
Pons Jansen
•Het is gemakkelijker moder
ne kleren te maken dan een
moderne stad te bouwen.
Pierre Cardin
Ik kan pas van léven spre
ken als ik in Frankrijk ben.
Daar ben ik een doosnee-bur
ger.
Wini Sonneveld
Veel geld uitgeven heet im
moreel en ouderwets.
Gerry Stutz.
Het
rijke leven
:fc
van de
zeezeiler
door
ROB HOOGVELD
„Ik denk dat wij in het pa
radijs niets anders doen
dan om de Admirals Cup
zeilen". Wilton-Feyenoord
directeur O. van de Vorm
leunt achteloos tegen de
rijk met verzilverd blik ge
laden prijzenkast van zeil
vereniging De Maas. Bui
ten, in de Rotterdamse
sporthaven deint zijn me
terslange zeiljacht „Zwer
ver". Overladen met lau
werkransen. Vergaard in
de 15 jaar dat het schip de
zeeën doorkliefde. „Een
pracht boot", zegt hij met
een mengeling van trots
en tederheid. Dinsdag
vaart hij met z'n 9-koppige
bemanning uit voor de
wedstrijd Breskens-Har-
wich.
Rond hem zitten de kopstuk
ken uit de wereld der zee
zeilers. Potige heren. Bruin
verbrand in blauwe blazers.
De mannen die met hun jach
ten de grootse vaderlandse
traditie van Abel Tasman tot
Michel de Ruyter hoog hou
den. Niet voor niets. „Ze val
len vrijwel allemaal in de
hoge belastingsklasse" merkt
Van de Vorm op. Meer dan
een slordige 100.000 gulden
ben je snel kwijt voor een
goed zeewaardig zeiljacht.
Toch is het niet slechts een
rijkelui's sport. De eigenaar
(is de kapitein) kam niet va
ren zonder team. De 52-ja-
rige Haagse handelsdirecteur
J. Hozee, hoog genoteerd met
zijn schip „Bolero": „Ik blijf
op zee rustig achter mijn roer
staan. Op het dek zitten de
jonge kerels aan de zeilen en
de touwen. Zwaar werk. Dek
hengsten worden ze genoemd.
Wilton-directeur Van de
Vorm: „Dit is geen oude-he-
ren-sport. Geroutineerde zei
lers zijn broodnodig. Jonge
mensen die in een team pas
sen. Vooral dat laatste is van
het grootste belang. De zwak
ste schakel bij noodweer op
zee is niet het materiaal, de
boot, maar het team, de men
sen". Bolero-kapitein Hozee
knikt instemmend.
In die wilde zee zit voor de
bonzen onder de zeezeilers
overigens een van de groot
ste verleiders. Het gevecht
met de elementen daagt hen
uit. De zee roept. De zeezei
ler antwoord. Handelsman
Hozee: „Je moet vechten. De
uitdaging accepteren en alles
doen om de baas over je ei
gen boot te. blijven. Dat gaat
niet vanzelf. Ook in de handel
gaat het niet vanzelf. Ook
daar moet je vechten. Dat
zit in je bloed. Ik kan niet
rustig in een zomerhuisje of
zo gaan zitten. Uitgesloten".
Het zijn stuk voor stuk vech
ters. Mannen die bij nacht en
ontij de grillen van Neptu-
nus durven te trotseren. „Je
beste vriend kan op een gege
ven moment je grootste vij
and Vorden", zegt de Bres-
kensé rèd'Ér P. Vroon. Het is
deze 41-jarige man, die in
de 25 jaar dat hij op zee zeilt
geschiedenis maakte, door met
tal van prijzen huiswaarts te
keren. „Je kunt de zee soms
met een wastobbe oversteken,
maar even later kan een gro
te vrachtvaarder op diezelfde
zee in moeilijkheden raken".
Van de Vorm valt hem bij:
„Er komen momenten dat je
aan de grens van het fijfsbe-
houd kpmt. Het klinkt sen
timenteel, maar dan komt er
een schietgebedje over je lip
pen. Je kunt niet uitstappen,
terwijl je schip op en neer
wordt gesmeten in de water
massa's. Je moet eruit zien
te komen. Dat eist karakter".
Een gevaarlijke sport Nee
zeggen de mensen die wind
kracht 8 tot 9 in hun note-
dopje overleefd hebben. Zeker
de jachten die vandaag de dag
worden gebouwd, kunnen
nauwelijks zipken, mits juist
gehandeld wordt. In de 25-ja-
rige geschiedenis Van de over
koepelende Noordzeeclub is
nog nooit een man in het zee-
De noordzeeclub is
in Nederland de spil
waarom wedstrijdzeilen
op zee draait.
De 25 jaar oude club stelt
zich tot doel wedstrijden
„buiten de duinenrij"
te houden, het kweken
van bemanningen
en stuurlieden en het
aanmoedigen tot de bouw
van jachten.
Hoogtepunt in het leven van
de zeezeiler vormen
de wedstrijden om de
Admirals Cup.,
die om de twee jaar
worden gehouden.
Aan de wedstrijden doen
ongeveer 20 landen
mee,
die ieder een team
afvaardigen met
maximaal drie jachten.
Er worden in totaal vier
wedstrijden gevaren met als
hoogtepunt
de bekende „Fastnet" race:
start Cowes naar
Fastnet Rock bij
het zuidoostelijk puntje
van Ierland.
Nederlandse kandidaten
voor de
Admirals Cup Race
dit jaar zijn:
Bouman met Belita -
W. Oosterwijk met Staron -
J. Hozee met Belero -
A. Goudriaan met Nymphaea
en tenslotte P. Vroon
met Standfast.
De laatste twee
boten pas onlangs van
de helling gerold
bij de Breskense jachtbouwer
Frans Maas.
De wedstrijden
die dit weekend
rond Breskens worden
gehouden
en die uitmonden in de
race naar Harwich
aanstaande dinsdag,
vormen de selectie
voor de drie jachten
die tenslotte voor
Nederland zullen deelnemen
aan de race om de
begeerde Admirals Cup.
Zij treden daar onder meer
in het strijdperk
tegen de
Britse premier Edward Heath,
een verwoed zeezeiler.
water achtergebleven.
Het seizoen met de grote
wedstrijden breekt weer aan.
De zee roept andermaal. Dins
dag vertrekken 40 zeewaardi
ge jachten uit Breskens voor
de race naar het Britee Har
wich. Schepen van allerlei
afmetingen, onderverdeeld in
5 klassen. De goedkoopste
zo'n 50.000 gulden, de duur
ste tegen de 200.000. Voor
miljoenen guldens vaart er
het zeegat uit. Het ruime sop,
hun paradijs, tegemoet.
Voordat de Rigi-Bahn
was aangelegd, lieten de wel
gestelde toeristen zich door
inheemsen naar boven dra
gen. Foto beneden; Tegen
woordig wordt men door mo
dern elektrisch materieel naar
boven gedrukt.
door
JOOP- BARTMAN-
Zwitserland telt wel der
tig bergtopen van vierdui
zend en meer metër hoog.
Het is dus tamelijk vreemd
dat juist aan een betrek
kelijk bescheiden alp de
bijnaam „Koningin der
bergen" werd gegeven. De
Rigi met haar weinig im
posante vorm van begroei
ing dankt haar faam voor
al aan het onvergetelijke
uitzicht dat ze biedt. Van
haar top, op achttienhon
derd meter hoogte, geniet
men bij helder zicht van
een panorama dat zich
over liefst achthonderd ki
lometer in het rond uit
strekt. Alle historische
kernpunten van het Hel-
vetische eedgenootschap,
gegroepeerd rond de gril
lige waterspiegel van het
Vierwoudstedenmeer, kun
nen van hier af worden
waargenomen.
Daar de centraal gelegen Ri
gi bovendien zonder onover
komelijke moeilijkheden kan
worden beklommen, werd ze
al vroeg een toeristische
trekpleister. Al in 1756 werd
er op 1440 meter een herberg
geopend, in 1816 nog driehon
derd meter hoger 'n hote. En
voordat de spoorlijn er
kwam telde men op de Rigi
al veertigduizend toeristen
per jaar. Die bereikten hun
doel te voet als ze drieëneen
halve frank niet bezaten om
zich naar boven te laten dra
gen. Mankracht was toen.
goedkoper dan paardekracht
want per paard kostte de be
stijging van de Rigi zes
frank. Het vertrekpunt voor
dat soort uitstapje was het
plaatsje Weggis, waar het in
het seizoen zo druk was dat
er een verkeerspolitie aan te
pas moest komen. Weggis
was er dan ook helemaal
niet op gebrand eindpunt
van een bergspoor te wor
den. Het vreesde werkloos
heid onder dragers en voer
lui en liet de eer aan het een
paar kilometer verder gele
gen Vitznau. Dat hebben ze
geweten in Weggis, want de
eerste Europese bergspoor-
weg van nauwelijks zeven ki
lometer lengte werd en bleef
een must voor elke bereisde
Röel of vluchtige vakantie
ganger.
De baan werd gebouwd vol
gens een door de Zwitserse
locomotieven - deskundige
Niklaüs Riggenbach uitge
vonden systeem, dat in 1863
in Frankrijk gepatenteerd
werd. Zijn concessie - aan
vraag voor de Rigi-spoor-
weg werd echter pas door
het kanton LuzeriF gehono
reerd toen men vernam dat
in de Verenigde Staten een
dergelijke tandradbaan met
succes functioneerde. De
geldschieters waren vlugger
met hun vertrouwen en hun
kapitaal, want de 1250 aan
delen vlogen op de eerste in
schrijvingsdag al weg.
Dat de Rigi-lijn een jaar la
ter werd geopend dan Rig
genbach had aangekondigd,
lag niet aan de zeshonderd
arbeiders die met de aanleg
bezig waren. Dat was een ge
volg van de Frans-Duitse
oorlog, waardoor vijfduizend
meter rails en enige perso
nenrijtuigen bij Franse fa
brikanten geblokkeerd ble
ven.
Al spoedig ging Riggen
bach's geestdriftige uit
spraak „Ik wil heel het volk
op de berg brengen zodat het
van de heerlijkheid van ons
verheven land kan genieten"
in vervulling. De zestig
duizend reizigers uit het eer
ste exploitatiejaar waren in
1875 al een stuk boven de
honderdduizend gegroeid. De
komst van een concurrent op
de noordelijke helling met
'n minder fraai traject maar
met een directe treinaan-
sluiting op Luzern en Zu
rich, terwijl men Vitznau
van Luzern uit alleen per
boot kan bereiken veroor
zaakte in 1880 wel een terug
val welke echter zes jaar la
ter alweer overwonnen was.
Een enorme opbloei ontstond
na de tweede wereldoorlog
onder invloed van het mate
rieel en vervoerstechnisch
mogelijk geworden massa
toerisme. In het afgelopen
jaar maakten bijna 530.000
mensen een ritje op de sinds
1937 elektrische Rigi-Bahn.
Daar komt nog een
aardige tonnage aan vracht
bij, want de op de Rigi ont
stane hotellerie kan praktisch
alleen per rail bevoorraad
worden.
De aandeelhouders hebben
dan ook nooit spijt van hun
investering behoeven te heb
ben. Dividenden van twintig
percent vormden geen uit
zondering. Het is waar dat
het kanton bij zijn eerste
concessie voor een eeuw be
lastingvrijdom verleende,
maar hoewel dit voordeeltje
nu afgelopen is en Rigi-Bahn
bovendien in 1968 een kabel
baan tussen Weggis en de
Rigi bouwde om de even
tuele concurrentie voor te
zijn toucheerden de kapi
taalverschaffers ook nu nog
altijd 4,5 percent, een resul
taat waarop men elders ja
loers mag zijn.
Voor het publiek is nog wel
wat belangrijker dat er on
der de zeventien miljoen pas-
ww
sagiers die door de Rigi -
spoorweg werden vervoerd
nimmer een. slachtoffer van
een ongeluk, hoe gering ook,
is gevallen. Pionier Riggen
bach moet een bijzonder de
gelijk en vooruitziend man
zijn geweest: van de 77.000
ribben waarin de tandwie
len van de locomotieven
eerst en de elektrische mo
torrijtuigen nu zich vast
klemmen dateert 95 pet. nog
uit het openingsjaar!
Dat de stoom het nog best
doet, kan de toerist dit jubi
leumseizoen zelf vaststellen,
want één keer per dag wordt
een rit van Vitznau naar het
eerste eindpunt Kaltbad ge
maakt met behulp van de
oorspronkelijke tractie
vorm. Met negen kilometer
per uur gaat het bergop
waarts, waarbij een vrijwel
constante stijging van 25 pet.
250 meter per kilometer
omhoog wordt overwon
nen. Het kittige helrode mo
derne elektrische materieel
doet 't weliswaar in de helft
van de tijd als 't naar boven
gaat, maar bergafwaarts,
wanneer ai remmend de
vrijgekomen energie wordt
teruggevoerd, rijdt het niet
harder dan twaalf kilometer
per uur. Rigi en Vitznau,
waar bijna iedereen aan het
bergspoortje een stuk brood
verdient, omringen het
eeuwfeest met veel festivi
teiten waarbij de folklore
goed aan haar trekken komt.
in het Zwitserse vervoers-
museum te Luzern wordt 'n
speciale tentoonstelling ge
houden, maar het pronkstuk
van de tandrad-historie staat
op het station te Vitznau,
naast de gedenksteen voor
pionier Riggenbach. Het is
een der eerste locomotieven
van de Rigi-Bahn, die op
valt door haar hoge vertica
le ketel, een mammoetach
tig insect dat honderd jaar
geleden dampend en stam
pend de berg bedwong.