fe* $5 Spel van artiest met metaal, weer. licht en cellen Over keuze tussen dwepen en flirten [§)©Q[]Q[l£lCl](g[y) TORREZ MAAKT ZICH STERK Verpleging zaak van leerlingen" Vaticaan vraagt kier op kunst schatten te passen WONDERLIJKE PLASTIEK VAN GLADDINES Situatie in Bolivia verward kunst cultuur Schoon is je ware ACTIEGROEP: Paul tegen Paul I VRUBAS 21 MEI 1971 INFORMATIEF JAZZCON CERT, vanmiddag om 14,30 uur in het Bredase Turfschip. De voortzet ting van vier dagen jazz-oude stijl. U wist het al? Misschien nog niet dat van het grote nachtconcert mor gen, met Jabbo Smith en Benny Waters een lp gemaakt zal wor den. HAMMERVELD FESTIVAL, het cussesrjjke jazzfzstival te Roer mond gaat ook dit jaar weer door, al krijgt de vorm een nog speelser karakter. Op 6. 7, 8, augustus kunt u er terecht. HET BRABANTS PROJECT, voor de tentoonsteling „Sosbeek buiten de perken" blijft binnen de perken. Er was wel wat subsidie losgekomen, maar niet voldoende. Jammer. In ieder geval kunnen nu de acht kunstenaars gehonoreerd worden voor hun bijdragen van dit geld. Bovendien worden acht pagi- ma's van de catalogus voor hun idee- en ingeruimd. De Brabantse bijdra ge blijft dus een papieren. INTERNATIONAAL CONGRES voor evangelische kerkmuziek in Den Haag van 1 tot en met 7 juni. Sprekers uit acht Europese landen en Amerika, maar vooral veel mu ziek; o. a. premières van het oratori um „Ezzolid" van Joh. Nep David en en dialogische uitvoering op 2 orgels van de zogenaamde Orgelmis van Bach door 2 Finse organisten. HET NEDERLANDS BELEID inzake internationale culturele be trekkingen stelt nog weinig voor, al dus een studierapport van de KVP. „De zwakte van het tot nu toe gevoerde beleid is", naar het oordeel van de door dr. S. Couwenberg voorgezeten commissie, te wijten aan een groot aantal factoren, zoals het betrekkelijk zwakke culturele besef van het Nederlandse volk, dat gepaard gaat met een sterke com merciële inslag". De commissie be pleit o. a. het -instellen van een vaste 2e kamercommissie voor dit beleidsonderdeel en het oprichten van enige Nederlandse culturele in stituten in het buitenland OWEN WINGRAVE is een nieu we tv-opera van Benjamin Britten, die tegelijk voor de Britse en Ame rikaanse tv in première ging. Zeer lovende critieken. Britten gaat er nu een theaterversie van vervaardi gen. De Bredase beeldend kunstenaar J. Gladdines legt de laatste hand aan een wonderlijke metaalplastiek. Tien meter hoog is het gevaarte, dat hij sedert februari gemonteerd heeft in een grote hal van de Chassé- kazeme; de enige geschikte ruimte, die hij daarvoor na 2 maanden zoe ken vond. Het grote roestvrij stalen teken wacht echter nog op twee elementen, die eraan toegevoegd moeten worden: het buitenlicht en het weer. Deze zullen namelijk gaan spelen met deze cybernetische (be weegbare) plastiek, omdat Gladdines er een massa elektronica ingebouwd heeft. „Er zit een halve „computer" in". Een dezer dagen wordt het ge vaarte vervoerd naar Rotterdam, waar het - in opdracht van die gemeente - geplaatst wordt in een vijver bij de lts (2000 leerlingen) in Groot IJsselmonde. „Vooralhet onvoorspelbare inte resseert me" verteld Gladines, die tussen zijn werkzaamheden als do cent aan de St.-Joostacademie door, actief blijft zoeken naar nieuwe beeldende mogelijkheden. „Van huis uit ben ik conventioneel beeldhou wer opgeleid door Esser maar langzamerhand kom je er ach ter, dat dit het niet meer is. Ik interesseer me nogal voor de elek tronica en zo ben ik thuis dingetjes gaan maken, die hij voorbeeld door storings- en ontstoringselementen speelse patronen opleveren. Met de ze plastiek kreeg ik natuurlijk een geweldige kans om het grootser aan te pakken. Ondanks de prijs van 38.000 blijft dit niet meer dan een betaald experiment. Maar de moeite waard". De plastiek bestaat uit een tien meter hoge buis, waarvan twee me ter in een kelder onder het water verdwijnt. Daar zit de motor, die de hele constructie laat wentelen tot er fixatie-punten optreden. Deze wor den veroorzaakt door een drietal puntige elementen, die aan de kop zijn gemonteerd. Deze elementen bewegen op weer en licht en roepen zo een onvoorspelbaar, zich veran derd, lijnenspel op. Het middelste element werkt op de luchtdruk, omdat er een soort ba rometer zit ingebouwd. Deze „weer- bepaler" kan een op- en neergaande beweging maken, zodat „toeschou wers" aan dit monument tevens kunnen zien (als toegift) welk weer er op komst is. Het rechtse element bevat vier fotocellen (LDR), lichtgevoelige weerstanden, die op zoek gaan naar punten met gelijke Rehtwaarde (in de lucht, water, zon etc.). Het kan horizontaal en verticaal bewegen. Het linkse element bevat twee cellen en kan volgens hetzelfde principe alleen verticaal bewe gend. Gladdines heeft massa's werkte keningen gemaakt, voor hij eraan be gon. De hele structuur moet het niet alleen technisch - maar ook esthetisch doen. Wie de bedradingen, de kop pelingen, het fijnmechanische frase- werk etc. van nabij bekijkt begrijpt hem wanneer hij zegt„Het is zó iets geks, omdat fijn en grof mecha nische werk bijeen te zien". Hij zet de motor aan. Langzaam bewegen de elementen zich op en^ neer en ff Een onvolledige indruk van de 10 meter hoge plastiek van Gladdines, zoals het nog ten dele in de steigers staat opgesteld in de Seeligkazerne. je krijgt het vermoeden, dat dit, acht meter boven het water, wel eens een wonderlijk schouwspel zal kun nen opleveren. En dat hier een artiest aan het werk is kun je bovendien nog concluderen uit zijn opmerking: „Ik heb er niets aan berekend; het is allemaal geschat; er zit een groot gok-element in". Een gok, die het slagen meer dan waard lijkt. Maar dat zullen we binnenkort in het Rotterdamse water moeten zien. 9 BRABANTS CENTRUM voor het Amateurtoneel houdt maandag 24 mei om 20 uur een algemene leden vergadering in de Tilburgse schouw burg. Van iedere vereniging worden twee leden verwacht. Zal het een open doekje worden voor het ama teurtoneel? JEUGD EN TONEEL organiseert van 28 juni tot 1 augustus in het Europahuis te Bemelen een 5- weeks-theaterproject voor jongeren van 16 tot 23 jaar. O. 1. v. Anton van Geffen wordt gewerkt aan een experimentele produktie, die zal worden gespeeld. Deelname 70. Inlichtingen 0 3465 - 25 43 Het is al weer een tijd geleden dat PAUL DE WISPELAERE in de ridderzaal van het Muiderslot de prijs voor de Literaire Kritiek ont ving. Menig criticus herinnerde zich 'toen dat hij het laatste boek van deze criticus, „PAUL TEGEN- PAUL", Nijgh en Van Ditmar 1970, prijs 1.11, nog bespreken moest. Zo gaat dat vaak met gebundelde essays: ze blijven liggen. Een bij zondere reden als een literaire prijs gunt hen dan het licht van de publi citeit. Geen gewone nalatigheid, doch eerder een soort schaamte, weer houdt de criticus ervan het werk van een vakbroeder (mag ik zo vrij zijn?) te recenseren: maak je het niet al te bont, indien je een boek, dat zelf al een grootscheepse bespre king is, nog eens dunnetjes over doet? Zo kun je wel aan de gang blijven: eindeloze kettingreactie.... Laat men het boek zelf maar lezen, laat men zijn eigen intelligentie en emoties maar botvieren op dit boek, de bespreking over een bespreking heeft men daar niet voor nodig. Het is waar, maar één ding moet ik rechtzetten: met „Paul tegenpaul" is méér dan een handvol boekbe sprekingen gebundeld. Het is een boek over de Wispelaere zelf. Zijn eigen leven staat er in, voor zover zoiets op papier is te zetten. Boek besprekingen maken er een onder deel van uit. Ze zijn geassimileerd in een leven, dat over dat leven haast dwangmatig, als een ziekte, schrijven wilmoet. Alles wat in dat leven gebeurt (het lezen van een boek, een liefdeshistorie, de dood van de vader of van een vriend, de liefde voor de moeder, het huis, een hoogzwangere poes) wordt bijeengeschreven en uit el kaar gerafeld. Een gewone essay bundel is „Paul tegenpaulj' dus ze ker niet, eerder een dagboek. Niet voor niets is de ondertitel van dit boek: 1969-1970. Wie ós Paul de Wispelaere? Een tipje van de sluier opgetild in de vorm van een paar citaten. "Ener zijds, anderzijds: aan deze dialek- tiek van denken, voelen en oordelen ontkom ik niet omdat ik niet aan mezelf ontkom. Wie mij daarin wil aanvallen, mag en moet dat doen, hij heeft zelfs de plicht mij op deze plek te kwetsen omdat hij precies daar mijn wezenheid kan raken. En mijn wezenheid raken, is het betaam ervan bevestigen." (69). "De criticus is tegelijk op het boek gericht en op zijn eigen schriftuur, hij verlangt misschien meer naar zijn eigen schriftuur dan naar de lektuur, hij is een janus met dubbel voorhoofd, hij voert het boek dat hij leest terug naar de bron waaraan het ontsproten is: het verlangen en de behoefte om te schrijven." (95). 'voor de boeien de, niet zelden geniepige, soms be klemmende, alReht wel decadente ervaring van ambivalente situaties heb ik ook in het leven zelf een voorkeur. De dialektische beweging van binden en 'losmaken vormt er meestal het patroon van. Het hyper- bewuste samengaan van echte ver liefdheid en het zich laten ontwik kelen van anti-gevoelens. Op reis gaan en tot het laaitste moment ar gumenten zoeken om thuis te blij ven. Veel van mijn moeder houden en de karaktertrekken haten die ik van haar in mezelf terugvind." (124). Naar aanleiding van de schrijver Amiel: "de allesoverheersende, tege lijk verlammende en bevrijdende indruk dat het ik niet bestaat, dat het vervluchtigt in de talloze ver schijnselen waartoe men zich aange trokken voelt, waarmee men dweept of flirt en waartussen men niet kan kiezen." (149). Is dit de reden waarom de Wispelaere (omdat hij niet voor een van beide kiezen kan) dat opvallende mengsel van dag- boekproza en kritiek schrijft? Waar op berust dit niet kunnen kiezen? Op onmacht? Deze gedachte houdt mij al geruime tijd bezig: in hoever re bepaalt onmacht nieuwe stromin gen in de literatuur? WIM HUYSKENS „WAT aan ons onderwijs mankeert wordt het duidelijkst aan de school die tot voor kort door het leven ging als kweekschool en nu als pedagogi sche academie zich probeert waar te maiken. Een nieuwe naam als een vlag op een modderschuit. Wat zij altijd gedaan heeft is het in stand houden van het bestaande, zeker ook van de bestaande tegenstellingen in de maatschappij, van de ingebouwde discriminatie tussen de klassen. On behoorlijk en onbegrijpelijk is, dat van het zicht op deze tegenstellin gen geen beginpunt wordt gemaakt voor het ontwikkelen van een on derwijsstrategie, die erop gericht is deze tegenstellingen fundamenteel op te heffen", aldus de redactie van PROCES-5 (Prof. van Vlotenweg la, Bloemendaal) in een nummer dat ge heel gewijd is aan Strategie-Pedago gische adademie. Dat gebeurt met o.a. bijdragen van Loek Zonneveld: De verloedering en de afbraak van de fundamentele onderwijsvernieu wing; Ruud Jacobs: Methodisch wer ken in onderwijs; Wim Sprenger: Vernieuwingsstrategie etc. „HET flucturerende beschavingsni veau van wedstrijdspelen zal steeds onverklaarbaar blijven als het niet in verband wordt gebracht met het algemene niveau van sociaal aan vaardbare gewelddadigheid, van organisatie van de beheersing van gewelddadigheid en van de daarmee samenhangede gewetensvorming in de betrokken samenlevingen". Citaat uit de interessante studie van Nor- bert Elias over „Sport en geweld" in DE GIDS-2 (Beulingstr. 2 Amster dam). G. van Benthem v.d. Bergh schrijft vervolgens over „De beteke nis van de sociologie van Norbert Elias. waarbij zich verwonderd af vraagt waarom deze nog niet we reldberoemd is. „Het stellen van de juiste vragen, misschien is dat in de huidige fase van de 9ociale weten schappen wel het meest belangrijk". Verder o.a. A. de Froe: Simon Vest- dijks onthullende verhullingen; Ru- dolf Geel over de beeldliteratuur van Bruintje Beer („waarom ik be grijp, dat vdn de technische aller belabberdste heruitgave zoveel exemplaren verkocht worden"; en F. Frenkel over de Rechtswetenschap als „vrolijke wetenschap". „SCHOON is hier mooi en goed. Schoon is overzichtelijk betrouw baar braaf. Schoon is in den hoge en hier. Vuil is lelijk en elders.Schoon is je ware, vuil is de onderwereld en slecht, vuil is nergens goed voor. Vuil is daarentegen, schoon is ten minste nog, vuil is wat moet je ervan zeggen, vuil is ergens ondui delijk, vuil is de grote hoop, schoon is in elk geval toch, maar vuil is toch werkelijk". Zinsnede uit een fragement van het boek Chr. En- zensberger „Grösserer Versuch über den Sehmutz", dat binnenkort als „Tractaat van enige omvang over de vuiligheid" in het Nederlands ver schijnt (Bruna). Dit fragment staat afgedrukt in RAAM-73 (Brigit- tenstr. 7, Utrecht) Corn. Verhoeven in dit nummer: „Horatius, een mid delmatig intellect uit de eerste eeuw voor Chr., op zoek naar een even- wichting leven en gevoelig voor elk tegenwicht, is alleen te redden voor latinisten, d.w.z. voor mensen die er geen behoefte aan hebben van ie dereen een tijdgenoot te maken" (artikel: De Bekering van Horatius) Tenslotte gewezen op Raymund Bruning: Jaspers-Nietzsche: een misverstand. „Voor zover het zich laat waarnemen is geen van de be staande politieke partijen al tot het inzicht gekomen dat het culturele beleid, naast het socia le en economische beleid, één van de drie pijlers moet zijn waarop het totale en gecoördi neerde beleid in de toekomst zal moeten steunen". J. van Riemsdijk (Raad v.d. Kunst) (Van onze correspondent) LA PAZ De Boliviaanse regering heeft vorige week een revolu tionair volksverbond gevormd, teneinde meer politieke steun te ver krijgen tegenover de uitdaging van links. Het nieuwe verbond brengt het politieke commando van de werkende klasse, de volksvergade ring, de nationale revolutionaire beweging, de socialistische partij en het nationale bevrijdingsleger bij elkaar in de machtstrijd, die zich in de bergachtige Zuidamerikaanse republiek onwikkelt. JUAN JOSé TORREZ Het is duidelijk, dat je revolutio nair, nationalistisch of socialistisch moet zijn en het liefst alles tege lijk om in het moderne Bolivia ergens te komen. Typerend voor de hele verwarde situatie is, dat de rechtse hoop zich tegenwoordig richt op de nationale revolutionaire beweging, die na de uitermate radi cale revolutie van 1952 in Bolivia aan de macht kwam. Het revolutionaire volksverbond schijnt door president Juan José Tor- rez te zijn gesticht in het bolwerk van de conservatieven, Santa Gruz in Oost-Bolivia, als tegengewicht voor de volksvergadering. De verga dering, die bestaat uit afgevaardig den van arbeiders en studenten en enkele vertegenwoordigers van linkse politieke partijen, zegt de enige echte volksbeweging in Bolivia te zijn en daarmee ook de aangewezene om te regeren. Ze werd gevormd door het poli tieke commando van de werkende klasse, dat de volksopstand van ok tober van vorig jaar leidde. Deze op stand bracht Torrez in het presi dentiële paleis. Het politieke comman do heeft de afgelopen zeven maanden een opmerkelijke eenheid vertoond. Constant heeft het zich verzet tegen pogingen van Torrez om tot compro missen te komen met de rechter vleugel van het leger en heeft het Torrez naar een links beleid gestuwd, zoals de nationalisering eind april van de enige Bolivia overgebleven Amerikwaanse investering: de Matil- de zinkmijn. Torrez heeft getracht de macht van het politieke commando te beper ken maar als hij zich geplaatst zag tegenover opposotie van uit het le ger, heeft hij zich steeds tot de vak bonden moeten wenden om zijn po sitie te verdedigen. De eerste keer dat hij wilde voor komen, dat de volksbeweging het Congresgebouw zou gebruiken, zei hij, dat het gebouw herstel behoef de. Om er zeker van te zijn, dat er werkelijk gaten in het dak zaten, stuurde hij werklieden, die de gaten even maakten. Dit spelletje kwam uit. Toen zei Torrez, dat de verga dering er wel bijeen kon komen. Aangezien ze niet volgens de grond wet was gekozen, kon ze echter geen echte macht uitoefenen. De volksvergadering antwoordde, dat Torrez evenmin enig grondwette lijk recht op zijn positie bezat. Als het politieke commando van de wer kende klasse de bevoegdheid heeft otn een president te installeren, dan heeft het ook de bevoegdheid om het congres te vervangen door een volks vergadering. Torrez heeft dit niet geaccepteerd en probeert nu druk voor juni of juli verkiezingen te organiseren, die hem, naar «hij hoopt, een werkbare politieke basis zullen bezorgen. De volksvergadering zal echter voor de verkiezingen, die waarschijnlijk op 22 juni zullen plaatsvinden, haar eer ste bijeenkomst houden en er beslist een aantal revolutionaire resoluties aannemen. En daarmee zal dan druk uitgeoefend worden op Torrez. Met de verkiezingen in gedachten heeft Torrez zijn revolutionair volks verbond opgericht. Waarschijnlijk hoopt hij zo het voorbeeld van zijn voorganger te volgen en steun te ver krijgen van de boeren, wier leiders aanzienlijk minder revolutionair zijn dan die van de mijnwerkers. Niemand echter neemt deze po gingen langer serieus, daar het leger en de mijnwerkers de twee werke lijke bronnen van politieke macht zijn in Bolivia. De nationale revo lutionaire beweging heeft tussen 1952 en 1964 geregeerd met de steun van de mijnwerkers. Toen zij die steun verloor, werd ze snel omvergewor- penpen door het leger, dat vlug en meedogenloos de mijnen bezette. Met het politieke commando van de werkende klasse en de volksver gadering komen de mijnwerkers nu weer aan de macht. Waht het leger is al sinds de dood van Che Quevara drieëneenhalf jaar geleden verdeeld in kibbelende partijtjes. Torrez regeert op het ogenblik in Bolivia omdat hij er op voorbereid was, gebruik te maken van het ver deelde leger en contact te zoeken met de mijnwerkers. Maar de laatste tijd ziet het er naar uit, dat zij het voor het zeggen hebben. Volgens waarnemers is er maar een manier, waarop de huidige ont wikkeling kan worden omgedraaid. Het leger zou een eenheid moeten worden en met geweld de volksver gadering moeten ontbinden. Het is echter gemakkelijker om te praten over de eenmaking van het leger dan het te bewerkstelligen. De gebeurtenissen in Bolivia in de komende maanden zouden wel eens tot ver over haar grenzen van be lang kunnen zijn. Als Torrez niet besluit, de autoriteit van de volks vergadering te aanvaarden, zal hij praktisch gedwongen zijn die met geweld te onderdrukken. COPYRIGHT THE GUARDIAN/DE STEM. VATICAAN (AP) Het Va ticaan heeft de bisschoppen over al ter wereld gewaarschuwd de kunstschatten te beschermen en op passen voor priesters „die mo dernisering en veranderingen in de liturgie gebruiken als een voorwendsel om kostbare mees terwerken te verkopen". In de brief staat dat het Va ticaan klachten heeft ontvangen van gelovigen jegens „niet-ge- rechtvaardigd opruimen, diefstal len, wederrechtelijke toeëigening en vernietiging van het histo risch kunsterfdeel van de kerk". De bisschoppen moeten, zo luidt de brief, de inventaris gaan opmaken van het bezit van de kerk op het gebied van kunst werken, en dit moet zeer gede tailleerd gebeuren. De waarde moet erbij worden vermeld, en een afschrift van 't geheel moet naar het Vaticaan worden ge stuurd. Als er als gevolg van de nieu we liturgie meesterwerken niet meer nodig mochten zijn, dan moeten deze elders in de kerk een onderkomen vinden, en als deze „absoluut onnodig" mochten worden voor gebruik in de kerk, ,,dan moeten zij in een bisschop pelijk museum worden geplaatst, en nooit worden gebruikt voor profane doeleinden". (Van onze correspondent) AMSTERDAM. De Amsterdamse hoogleraar dr. H. J. Leenen, die so ciale geneeskunde doceert aan de ge meentelijke universiteit, heeft een ziekenhuis eens een samenstel van ruimten genoemd, door een centraal verwarmingssysteem met elkaar ver bonden. Hij gebruikte het beeld in zijn kruistocht voor een vernieuwing van de structuren binnen de zieken huizen. Naar zijn mening moet de in terne ziekenhuisorganisatie worden gezien als een gekoppeld systeem van verantwoordelijkheden. Niet slechts' van bestuurders en directie, maar' van alle groepen van medewerkers,, welke hun arbeidsveld binnen een ziekenhuis vinden. De verpleegsters, die elkaar gevon den hebben in de actiegroep „Verple-, gingskollektief' zullen zijn opvattin gen stellig in een lijstje plaatsen. De Amsterdamse hoogleraar verwoordt in congrestaai wat er aan vinnige kritiek onder de verpleegkundigen leeft. De verpleegsters kwamen on-" langs in de openbaarheid met een manifest, waarin zij hun beroeps broeders en -zusters in soms nogal gespierde taal uitnodigen binnen de eigen werkgemeenschap pal te staan, voor meer democratische structuren in de ziekenhuizen. Aan de voorbe reiding van het manifest is lang ge werkt. Het is louter toevalligheid, dat het tenslotte in druk kwam nagenoeg gelijk met het ogenblik, waarop prof. Leenen zijn gedachten voor een con-'j gres van artsen en juristen in Nij megen ontvouwde. De initiatiefneem sters omhelzen deze toevalligheid uan_ ganser harte. Ze hadden zich geen onverwachter pleitbezorger kunnen, wensen, voor wat zij willen. n Het manifest laat zich wat moeilijk lezen, mede omdat er bij de techniekj het een en ander is fout gegaan. Bo vendien heeft men in het eerste ge drukte stuk van „Verplegingskollek- tief' teveel onderwerpen in een keer in kritische beschouwing willen ne men. Praten met twee van de initio-„ tiefneemsters, de Amsterdamse ver-y pleegsters Hetty Pronk en Mariëtte Bes levert een veel duidelijker beeld op van wat er in het wereldje van de i verpleegkundigen bloeit. „Ik zal mijn vak nooit afvallen," bespiegelt Hetty Pronk. „Ik ben al meer dan tien jaar gediplomeerd en ik blijf het werk« met veel liefde doen. Alleen de werk-1 omstandigheden inspireerden me totjj meedoen aan de actie. Het verpleeg- sïersberoep kan alleen maar populo- riteit winnen wanneer er binnen de ziekenhuizen aan de werksfeer ste- ji vig wordt gedokterd." Met haar collega Mariëtte Bos is i ze bezorgd ovër het grote verloop, dat er in de verpleging is. Vroeger is de enorme mutatie onder het verple- gend personeel wel eens verklaard uit een hang naar een zeker avontuur. 2 Het heette, dat meisjes zich in de om- geving waar ze geboren waren en de school doorlopen hadden, de ver- s pleegstersopleiding volgden en daar- 's na elders in het land in een zieken- huis als gediplomeerde aan de slag j gingen. Hetty Pronk gelooft er niet J in. Ze meent eerder dat de verouder- de structuren, welke binnen zieken- huizen heersen, schuldig zijn aan het j enorme verloop. Als positief gevolg u van wat „Verplegingskollektief" met de actie voor democratische verhou- 1 dingen verwacht zij, dat vrouwen met jj een opleiding als verpleegkundigen zich langer en trouwer voor de ver- pleging beschikbaar zullen stellen. „Op de keeper beschouwd worden J de patiënten in de ziekenhuizen op het moment in hoofdzaak verpleegd 4 door ondeskundigen, namelijk door t leerlingen. Een gediplomeerde komt j „de ladder" op. Ze wordt eerste ver- a pleegster, subhoofd, hoofd en is daar- mee voor de werkelijke verpleging t verloren. Ze wordt volledig in beslag j genomen door de organisatie." Hetty Pronk ontkent het belang van de or- 1 ganisatie niet, maar ze vindt tegelij- 5 kertijd dat de deskundigheid daar het jj eerst moet worden ingezet, waar ze j| nodig is: de verzorging van de pa- tiënt. Ze vindt ook dat de afstand tussen de behandelende medici en verpleegkundigen te groot is. Het f contact beperkt zich veelal tussen de j medicus en het hoofd van de afdeling. J De verpleegster die de hele dag de patiënt observeert, komt er niet aan te pas. In vele gevallen weet ze zelfs niet waarom de patiënt in het zieken- huist moest worden opgenomen. Ze v let er slechts op dat hij netjes in zijn 'f bed ligt, dat hij op tijd zijn medicij- jj nen krijgt (zonder te weten welke) 3 en dat ze zijn belletjes beantwoordt, jj Heeft de patiënt behoefte aan enige j( aanspraak, bij de zuster kan hij nau- 5 welijks terecht. Ze heeft geen tijd. Bovendien beheerst ze de gespreks- j; techniek niet. „Onze opleiding blijft f: beperkt tot het bijbrengen van tech- j nisch-verpleegkundige handelingen. 5 Op het gebied van de intermenselijke relaties wordt ons niets geleerd. Over t personeelsbeleid bijvoorbeeld horen we helemaal niets. Toch wordt van een verpleegkundige verwacht dat ze J leiding kan geven, nadat ze ha ar i „kruis heeft gehaald". „Verplegingskollektief' wil, zo ti staat er in het manifest, naar een jj nieuwe verpleging streven. Een ver- t pleging waar in de eerste plaats de intermenselijke relatie het belang- i rijkste is. En als waarschuwing laat f men erop volgen: gebeurt dit niet dan 8 loopt men het gevaar dat de huidige J tendens naar efficiënter, technischer j. werken in de ziekenhuizen zich in l versneld tempo gaat afspelen met als C gevolg dat de verpleegkundige van de t mens vervreemdt. De zusters Pronk en Bos vinden dat er in „jas" aan de e Keizersgracht in Amsterdam over de- ze facetten als aanloop voldoende is gediscussieerd en dat men daarom nu jj in een stadium van actie is gekomen, t En daarom gingen er 6000 krantjes het land in, bestemd overigens voor 23.000 vrouwen en mannen die werk- zaam zijn in de verpleging in N«d«r- land.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1971 | | pagina 9