„Monseré is nu een stille legende"
SLAG VOOR DE WIELERSPORT
waard
Vedetten in
berusting
erslagenheid
in karavaan
arijs-Nice
PERSOONLIJKE TRIOMF
VOOR STERKE VIANEN
Inspraak-krant
Uitslagen
Parijs-Nice
sport
üeine drie"
,C. van Dalen:
leede voorzitter
DINSDAG 16 MAART 1971
HET gebeurde tussen kwart over drie en half vier. Een ramp. Het was een fataliteit..." Dat waren de woorden van Noël Foré, ploeg
leider van Mars-Flandria. Ongeveer een uur daarvoor was zijn kopman, de wereldkampioen op de weg bij de profs, Jean-Pierre
Monseré- beter bekend als Jempi, tij dens een koers,, om het leven gekomen. Jempi Monseré raakte een blauwe Mercedes, die
zacht op het parkoers reed. De renner raakte met zijn linkerknie de rechter koplamp, schoof over de motorkap, versplinterde de voorruit
en smakte een aantal meters verder tegen het wegdek. Enige minuten later kon een gealarm eerde dokter slechts de dood constateren.
Nog geen jaar nadat hij de wereldtrui veroverde in september in het Engelse Leicester overleed de wereldkampioen in zijn trui en
in zijn sport: in de Omloop van de Kempen met start en finish in het kermisvierende Retie
Jlijkens een uittarting van de
ïsheuvel in De Stem betitelt
progressieve driemaster
ine drie". Enige bescheiden!
hem sieren. Volgens de
[andP'Untenquête scoorden
igressieve partijen 46% t
voor de confessianeel-consei
:ven („CDU" en VVD). Overij
het doel van de progressieve
rste instantie niet de meerder!
i reëel zijn ze wel, maar de hui
eerderheid In een minderheid
randeren. In tegenstelling
sittrekker wam de AR sdhuwea
.airbij een progressief minden^
ibinet niet.
(Van onze sortredactie)
CRGEN OP ZOOM
JTRECHT (ANP) De
ïdsraad van het Christelijk
al Vakverbond heeft de heer
Dalen gisteren benoemd
jeede voorzitter van het CNV.
>e heer Van Dalen (49)
Is 1 januari 1967 deel uiilt
rbondsraadbestuur. Hij gaat
innemen van de heer
[eerdsma, dlie op 3 februari
A. Borstlap opvolgede
/eede voorzitter en ddie kort
emd wend tot burgemeester
jfomseradeel.
RETIE ,.Nee. echt, ik kan het
let geloven. Dit is niet waar". Het
klouk als een noodkreet. Heftig
zwaait hij het hoofd heen en weer
nis wil hij de werkelijkheid van
zich afschudden. Zijn ogen staren
jof in het zwart van de koffie, die
een tijd vergeefs staat te dam
pen Noël Fore is zichzelf niet
Beer. De anders zo joviale ploeglei
der van Mars-Flandria hult zich in
een stilzwijgen en zoekt vergeefs
tam uar cen beeld dat een zwarte vlek
5 ia zijn herinnering kan doen verge-
Ml.
Het blijft bijna een obsessie. „We
reden hand rzestig kilometer
komit het er-
zwijgt
dfc. dachit
dat ister ene van ons. Ik zag dattere-
ne in de hoogte vloog..... en ik wist
dat het Jempie was". Hij stokt en
slikt zijn emotie weg. „Ik ben met
een uitgestapt naar hem toegelo
pen het was zeer erg ik heb
gehuild om een dokter zeer vlug
hij kwam rap maar ik wist al
dart; het gebeurd was te laat
Noël Forè, briljant spreker, praat
als een klein kind. De lange pauzes,
waarin hij duidelijk wegzinkt in een
diepe droefheid, wisselt hij af met
flarden van het triesite beeld, dait hij
even tevoren heeft waargenomen
Een beelid, dat hem blijft pijnigen.
„Hier, kijk!" Heftig grijpt hij in de
binnenzak van zijin colbert. „Hierl"
Een polshorloge schuift over tafel.
Het zwamt lemen bandje is gescheurd.
„Dat was van hem. Van Jempie".
Foré'a stembanden klitten, aan el-
ïovintie Utrecht
tnceert
UTRECHT (ANP) —Het pro
aal bestuur van Utrecht heelt
orbereiding van het streek]
het hele streekplangebied in
jior Nederland unieke inspra;
dure ontworpen. Deze week
tidden- en Zuidoost-Utrecht
dage van 135.060 exemplaren
m-liuis een acht pagina's tel
rant bezorgd die de toepa"
ram „Inspraak" draagt.
Iln een moderne lay-out en
Mllustreerd zet het provinciaal
uur uiteen aan welke ontwitói
fen binnen het streekplan»
lordt gedacht.
«Teneinde de inspraak een opl
J kans te geven, heeft het provi
ïl bestuur de inspraak-krant
jn-huis laten bezorgen. Wie
aar één van de negen hearing
urnen, kan via een enquêteioi
er zijn wensen en verlangens
iar maken. Het provinciaal bei
In Utrecht hecht veel waarde
■ze proefneming, die waars:
Ik door andere provinciebesl
tvolgd zal worden.
pteund dooi'
lame inspectrices,
eft ze al een
ponnen met een
Irijzenspelen.
prdienen.
|in naar:
nd N.V.,
f, Enschede,
agen:
040)512896
Tan onze speciale verslaggever)
ST. REMY DE PROVENCE Het
'Wijk ongeluk van wereldkam-
®en Jean Pierre Monseré was een
richt dat de karavaan van Parijs-
ice eerst niet wilde geloven en
wna amper kon verwerken. Mon-
ré's ploeggenoten van Mars-Flan-
h liepen met strakke bleke ge-
toten door de gangen van hotel
Chalet Fleuri, waar ploegleider
ah Schotte de journalisten op-
'chtte aan de ingang en waar Eric
®an zei zijn koffers te zullen pak-
voor de terugreis. „Wat de di-
tohe in België ook beslist,'' zei hij,
Sa in ieder geval meteen naar
Al moet ik met een taxi, ik
'hek, hoe dan ook. Dat is ver
lokkelijk."
enkele straten verder op ka-
jy van hotel Castelet de Alpilles,
'Me Eddy Mierckx een grote
jend van Monseré zijn verdriet
|een verwerken. „Hij vraagt om
to met rust te laten," zei ploeg-
lec Lomme Driessens, „asjeblieft,
'f hem niet. Hij huilt aan één
'k door. Eddy is helemaal over
totoeren. Hij kan er niet van spre-
r Driessens zelf moest meer-
~e malen slikken om zijn ontroe-
te bedwingen. „Jempie kwam
P bij mij thuis. Hij was een echte
r®d. Vlak voor Parijs-Nice zijn
samen gaan eten. Waarom
ie niet naar Parijs-Nice, vroeg
r, m. Och Lomme, zei hij, ik be-
t? me liever in België voor. Dat
l ,®e beter. Ik kan niet geloven
hij dood is. Ik kan het werkelijk
êeloven."
lï^andria ploegleider Brik
te reageerde zich af met ein-
getelefoneer naar België, zón-
succes. Wit weggetrokken liet
A^Ptekken aanvragen om het
iin eerst via de persagent-
Up1 an 6e Salie de Presse en
Per radio bekend werd, te
iinrin' "Hrt is toch onwaar-
Jmijk," herhaalde Schotte steeds.
1 zo onwaarschijnlijk. Ik ken
m» iVanaf zrii11 eerste jaren. Zijn
koerste ook, en dan bracht
faj.p- Jempie mee. Toen
Sikh""6 met wielrennen begon,
én rw altyd Scwolgd en advie-
scgeven. Hij was een geweldig
fijne jongen, altijd vriendelijk, altijd
content, nooit mopperen of ruzie
zoeken. Nooit, nooit. Ach ja, natuur
lijk waren er wel eens harde dis
cussies maar dat betekende niks,
Jempie gedroeg zich altijd correct.
Voor de ploeg was hij een uitste
kende kameraad. Een vriend voor
iedereen. Het is onvoorstelbaar wat
er gebeurde. In de Ronde van Anda-
lusië heb ik het met hem nog gehad
over dit soort accidenten.
Dat was toen Eric Vermeeren tij
dens een training verongelukte. Eric
en Jempie kenden elkaar goed van
hun juniorentijd. Ze waren vrien
den. Jempie liet vanuit Sevilla een
rouwtelegram zenden. Is het niet
erg, Brik, zei hij tegen me. Zo jong
op deze manier te verongelukken.
En nou is ie het zelf. Ze waren alle
twee 22 jaar. Dat hou je toch niet
voor mogelijk. Was ie maar naar
Parijs-Nice gekomen, zeg je dan.
Had ie maar gestart, dan was dit
niet gebeurd. Ach, ik weet het, dat
is gepraat om niks. Maar je denkt
het toch hé.
Noodlot, daar valt niet over te
discussiëren. Jempie wilde niet in
Parijs-Nice starten, omdat hij zich
te licht vond voor zo'n zware koers
in het voorjaar. Laat mij maar thuis,
zei hij. Parijs-Nice is een koers voor
sterke vette coureurs als Eric Leman.
Na mijn winterseizoen voel ik me
nog niet hard genoeg om de kou
en de regen te kunnen verdragen."
De verslagenheid van de Mars-
Flandria renners uitte zich in de
woorden die iedereen gebruikte en
als reactie op dit droeve nieuws uit
België „Ongelooflijk, verschrikkelijk,
hij was een fijne collega."
Jacques Anquetil zei: „Dit is een
enorme klap, voor iedereen die de
wielersport volgt. Monseré was een
groot coureur die wij allen erg zullen
missen."
Jempie Monseré werd gisteravond
in de Salie de Presse herdacht met
een minuut stilte waarvoor alle tele
foongesprekken werden onderbroken
en het ratelende werk van de telex
apparaten werd stopgezet. Vandaag
zal er voor de start in St. Remy een
minuut stilte in acht worden geno
men door de rennerskaravaan.
PETER HEERKENS
kaar. Zijn gezicht verstrakt. Enkel
de lippen trMen gespannen.
De wijzers van het uurwerk krui
pen langzaam verder. Hef mechanis
me is onbeschadigd. Als in trance
blijven Noëls ogen erop gericht. De
tijd. Een uur geleden was hij er
nog. Maar de klok wil niet stil
staan. Realiteit. Het is voorbij. Alsof
hij ontwaakt uit een droom richt
Noël Foiré zich op. Zijn stem klinkt
zacht en vrij regelmatig. „Ik zal het
moeten aanvaarden. Net als ieder
een. Een grote slag voor heel België,
voor die hele wielersport".
Noël Foré pakt het horloge voor
zichtig vast en laat het in zijn
binnenzak glijden. „Het loopt nog",
zegt hiij. „Maar wat heb je daaraan.
Een relikwie. Geen horloge. Het was
vain hem. Jempie Monseré is een
legende".
En dam vertwijfeld: „Maar een
stille legende. Wat heb je daar
aan?!...." Hij drinkt voor hef eerst
aan zijn koffie. Voorzichtig. Met
kleine slokjes. Elke keer slikt hij
zijn verdriet weg. De koffie proeft
hij nauwelijks. „Daar", wijst hij,
„daar, zie je die tafel, daar met dat
gele laken?! Daar heeft-ie nog geze
ten. Voniig jaar. Toen waren we ook
hier" En dan vertelt Noël Foré over
de legende, de stille legende, zoals
hij die levend ziet. „Ik ken hem al
lang. Al van zeven acht jaar terug.
Hij was een vriend van de De
Vlaemimak's. Ik heb hem altijd be
wonderd. Als amateur toonde hij
grote kwaliteiten. Als liefhebber
heb ik hem beter leren kannen in
de Ronde van België en Olympia's
Tour. twee jaar geleden. Ik kende
hem heel goed. Hij had alle kwali
teiten. Hij was wat speels, maar hij
kon alles. Hij was van zichzelf over
tuigd. En gelukkig in de wieler
sport. Een groot talent. Hij weid
algemeen beschouwd als de „nouvel
le vagu-e", de man, dlie kon wait-ie
wilde
Noël's blikken dwalen weg van
het gele tafellaken. „Daar zat-de",
merkt hij nog op. „Nooit meer
Hij staat op. Bijna reumatisch.
„Zoiets", fluistert hij hoofdschud
dend, „zoiets heb ik nog nooit mee
gemaakt. Dat is verschrikkelijk. Een
fataliteit. Hij was speels. Hij kon
van het leven genieten". Noël snuift
verontwaardigd. „Het leven!", ge
tergd komt dat eruit. „Het is niet
meer. Het is een legende. Maar een
stille legende..—"
JO SIMONS Noel Foré: „Ik kan het niet begrijpen
FOTO: BEN STEFFEN
MERCKX ONVERSLAANBAAR
De Belg Bravere aan de leiding van het gesloten peloton tijdens de vijfde
I etappe van Parijs-Nice.
(Van onze speciale verslaggever)
ST. REMY DE PROVENCE Wat zich in het weekeinde van Parijs
Nice aftekende, krijgt steeds scherpere contouren: de koers ligt stil.
Eddy Merckx wordt niet aangevallen. De grote meester zelf spreekt
ondanks het gebrek aan enige tegenstand vergoeilijkend over zijn
concurrenten die blijven zitten waar ze op de eerste dag toen het
klassement gemaakt is terecht kwamen. „Ach", verontschuldigt
Eddy Merckx de groten van het peloton, „het is ook zo lastig koersen
met steeds volle wind op kop". Maar de vedetten zelf ontlopen de
waarheid niet en zoeken geen excuus. Jan Janssen vatte de realiteit
goed samen toen hjj in Saint Remy zei: „Wie heeft er nog zin om
Merckx aan te vallen. Hij rijdt zich misschien kapot, en waarvoor?
De paar seconden die hij eventueel wint, haalt Merckx op zijn gemak
terug in de tijdrit te Turbie. Hij heeft de ronde in zijn zak".
I?.
Gerard Vianen wordt omhelsd door enkele plaatselijke schonen na zijn fraaie ritoverwinning in Parijs-Nice.
Voor de vierde achtereenvolgende
dag was er geen werkelijke aanval op
Merckx geweest. De groep liet het
korte ritje van Bollène naar St.-Remy
een grote eensgezindheid zien en na
140 kalme kilometers won Gerard
Vianen met lichte voorsprong op Leo
Duyndam, waarmee „Nederland"
aardig op de voorgrond trad. De wed
strijd op zich echter, het verloop van
ParijsNice, schoot er in aantrekke
lijkheid geen centimeter mee op.
Daarvoor is de berusting van de ve
detten te groot, al borrelt onder de
oppervlakte de eerste intrige. Die
spitst zich toe tussen Molteni en Bic,
tussen Jan Janssen en Eddy Merckx.
Bijna de hele wedstrijd deelden de
Bics plaagstoten uit en ofschoon hij
er weinig onder leed, wilde Merckx
aan de finish wel kwijt, dat hij het
alles bij elkaar toch lastig had ge
vonden. „Janssen en Ocana", zei
Merckx, „lieten steeds gaten vallen.
Ze maakten onophoudelijk openingen
en zodoende moesten mijn mannen
en ik nogal eens extra aanzetten.
Och, je lijdt er wel niet verschrikke
lijk veel mee, maar zoiets is toch ver
velend". De rustverstorende acties
van de Bics markeerden flauw de
goede bedoelingen die er misschien
toch nog wel zijn om Merckx pijn te
doen en voorts mocht men ze be
schouwen als gevoelige wraakoefe
ningen van Jan Janssen, die bij de
start in Bollène uiterst gebeten was
op Eddy Merckx van wie hij via
de journalisten het verwijt kreeg,
dat hij hem ernstig hinderde in de
spurt van de vierde etappe.
mijnheer Merckx. Laat hem mijn
mond niet openbreken. Pas op, hè,
iaat hem dat vooral niet doen. Nou
dan is ie aan het verkeerde adres,
dat kan ik je verzekeren. Ik zal hem
vandaag of mangen eens precies vra
gen wat hij op me aan te merken
heeft, en dan is het beste voor hem
dat hij wat rustiger wordt. Wat krij
gen we nou.
Eddy Merckx haalt nonchalant de
schouders op, als hij hoort dat Jan
Janssen ontkent hem gesneden te
hebben. „Ja, ja", grijnst de kampioen
minzaam, „ja dat zal wel. Als ik zeg
dat ik met alle macht in mijn rem
men moest knijpen om geen grote
valpartij te veroorzaken, dan is het
toch duidelijk wat er gebeurde? Vindt
U niet? Had ik niet met geweld ge
remd dan zou ik gevallen zijn. Jans
sen reed volkomen onreglementair".
En daar bleef het voorlopig bij, zij
het dat Merckx in de koers de eerste
prikken van Jan Janssen kreeg uitge
deeld, maar van invloed op de wed
strijd was het niet. Wat kan dat
eigenlijk wel zijn bij Merckx?!
„Het heeft geen zin te attaqueren",
zegt Gösta Petterson, nummer 3 in
het algemeen klassement, „dat is on
mogelijk tegen een man als Eddy".
Maar Merckx's ploegleider Lomme
Driessens verkondigt hard: „Ze dur
ven niet aan te vallen, dat is het, ze
durven niet en misschien kunnen ze
niet. In ieder geval gebeurt er niks.
Niks, niks en nog eens niks, dat is
iets wat ik niet versta"
blemen kunnen geven, maar men
maakt er de fout géén kopman aan
te wijzen en drie bazen in één huis
dat kan niet. Dat loopt nooit goed af.
Eén man leider, de rest bedienden.
Zó hooi-t het!"
BIC-ploegleider Maurice de Muer
zegt: „Wat kun je je nog beter wen
sen dan drie coureurs zo van voren.
Moet je daar één kopman van aan
wijzen? Weineen, Ocana, Janssen en
Letort hebben alle drie verschillende
kwaliteiten. Waarom zou ik dan niet
gokken op een dag dat een van die
specialiteiten een overwinning ople
vert?".
Lomme Driessens blijft er echter
bij, en dat is inderdaad de kern van
de saaie zaak dat er hoe dan ook
te weinig wordt aangevallen.
Vraagt men er de renners naar, dan
wordt bij het horen van de naam
Merckx de schouders opgehaald.
Merckx, wat wil je tegen Merckx
beginnen?
„Ik weet niet wanneer ze zuEen
aanvallen. Misschien in Nice", grapt
Driessen met een bittere trek om de
mond.
Eddy Merckx blijft ondanks alles
aardig voor zijn koersvrienden. „Ze
hebben het niet makkelijk gehad met
altijd die felle wind pal tegen. Dat
viel zelfs mij tegen. Maar toch ver
wacht ik nog een flinke aanval voor
deze ronde gedaan is."
En daarmee verwierf Merckx zich,
naast de onderscheiding „beste ren
ner" ook het predikaat „grootste op
timist".
Bedienden
„Pas op hè" brieste Jan Janssen
ongewoon fel. „Laat Merckx me niet
tegen krijgen. Ik heb altijd goed met
hem kunnen opschieten en ik respec
teer zijn kwaliteiten, maar dit soort
flauwekul moet ie laten, anders is ie
nog niet klaar met me. Wat een
komediant! Och, hij zal misschien
heus wel even lastig gezeten hebben,
dat is nou eenmaal altijd bij een
massasprint, maar dat ik hem in gro
te moeilijkheden bracht, is belache
lijk geklets. Mijnheer Merckx denkt
zeker dat ie God zelf is. Nou, dan
komt hij Jan Janssen nog wel eens
tegen als dat zo doorgaat.
En denk erom, dat ik verschrikke
lijk vies kan zijn als het moet. Ai,
ai, ai. Ik kan wel niet zo hard fietsen
als hij, maar ik zal hem toch wel
krijgen als hij zo doorgaat. Dan zal
ik nog eens wat gaan zeggen over
Petterson: „Er is nou eenmaal geen
beginnen aan om Merckx van de eer
ste plaats te rijden. Daarvoor fietst
hij té goed en daarvoor zijn zijn
knechten té sterk."
Driessens zegt: „Onzin, zo'n ploeg
als BIC met drie man vooraan in het
klassement, zou ons echt wel pro-
VANKMTOTKM
VIJFDE ETAPPE
1 kilometer: demarrage van Ste
vens. Van den Bossche gaat mee.
2 kilometer: kopgroep ingelopen.
17 kilometer: ontspanning van Pou-
lidor.
18 kilometer: Poulidor achterhaald.
133 kilometer: demarrage van Ge
rard Vianen.
136 kilometer: Vianen ritwinnaar in
St.-Remy,
(Van onze speciale verslaggever)
ST. REMY DE PROVENCE
Voor de tweede keer binnen ruim een
week is Gerard Vianen zegevierend
over de streep gegaan. Zijn overwin
ning betekende meer dan een per
soonlijke grote triomf, want zijn
etappe-overwinning in Parijs-Nice
komt voor zijn merk Mercier op een
geweldig moment. Uitgerekend één
dag voor Vianens triomf kreeg ploeg
leider Louis Caput te horen dat er
voor hem geen plaats is in Miiaan-
San Remo. De Italiaanse organisators
lieten Caput weten dat zijn ploeg te
weinig presteerde om Milaan-San Re
mo binnen te komen. „Niet interes
sant", kreeg Mercier te horen en
daarmee was tevens de huidige waar
de van Raymond Poulidor getekend.
De eerste plaats van Gerard Via
nen in St. Remy zal de deur welis
waar niet wagenwijd opengooien,
maar Caput heeft nu in elk geval wél
naast Vianens zege in Genua-Nice
meer te bieden.
De manier waarop Gerard Vianen
in St. Remy won, was in alle opzich
ten een verrassende. Voor hemzelf
en voor het peloton. Er heerste na
aankomst grote verontwaardiging,
over de slordigheid in het routeboek,
Leo Duyndam, de man die net
naast de ritoverwinning greep in
St.-Remy de Provence.
dat duidelijk een plaatselijke ronde
van zeven kilometer aangaf. In de
praktijk bleek het echter nog geen
kilometer te zijn. Hooguit negenhon
derd meter. De drie kilometer voor
St. Remy demarreerden Gerard Via
nen („de koers viel even stil en daar
kon ik van profiteren") kreeg zo
doende minder tegenstand dan het
peloton hem gedacht had te kunnen
geven. „We moesten hier toch zeven
kilometer, is niet?!", zei Jan Janssen
op een vragend verwijtende toon.
,,Wel degelijk", zei Gerben Karstens,
,.ik heb het zelf in het routeboek ge
zien".
Omgekeerd werd ook Gerard Via
nen verrast, maar dan net anders.
Pas bij het binenrijden van dit dorp
realiseerde ik me dat er een plaatse
lijke ronde was, maar ja, toen zat ik
zo lekker van voren dat ik dacht:
„Toch maar doorgaan, je weet nooit".
In de straten van St. Remy hield
Vianen zijn voorsprong, al was die
bij aankomst onder de druk van de
groep gereduceerd tot enkele tien
tallen meters op Leo Duyndam,
tweede in het dagblassement. Voor de
27-jarige Gerard Vianen uit Koeken-
gen, was deze overwinning een onge
kend goed begin van het seizoen na
de eerste plaats in Genua-Nice, zon
dag een week geleden. „Dat ik zo
sterk rijd ligt echt niet aan het feit
dat ik weg ben bij Caballero. Ze zul
len dat misschien wel zeggen, maar
dat is onzin. Ik denk dat het komt
omdat ik dit seizoen meer wedstrijd-
kilometers gemaakt heb voor de eer
ste grote koersen begonnen".
Het werk in Franse dienst bevalt
Vianen zeker nu uitstekend.
„Aardige mensen bij Mercier. Vooral
Poulidor. Daar sta ik steeds weer van
te kijken, wat voor een geweldige
vent dat is. Het enige wat ik hier las
tig vind, is de taal. Ik spreek en ver
sta wel Frans, maar als ze het rap
praten kan ik er niks van volgen.
Enfin, dat zal wel wennen".
„Met een tweede plaats van Leo
Duyndam pakte de Goudsmit-Hoff-
ploeg voor de tweede achtereenvol
gende keer net naast het eerste grote
succes", zei Kees Pellenaars. „Nou rij
den we al een paar dagen lekker mee
van voren en steeds komt er iets tus
sen". Pellenaars gaat voor vandaag,
dinsdag, zijn plannen afstemmen op
Wim Schepers. „Die rijdt formidabel.
Hij moet er morgen invliegen. Zelf
voelt hij zich nog niet helemaal goed,
maar ik heb gezegd: jij kunt me nog
meer vertellen. Jij bent er sterk ge
noeg voor".
Vijfde etappe: 1. Gerard Vianen
(Ned), 136 km in 3 uur 1 min. 41
sec., (met bonificatie 3,21.36); 2. Leo
Duyndam (Ned), 3.21.44 (met bonifi
catie 3.21.40); 3. Daniel vain Rijcke-
ghem (België) 3.21.45 (met bonifica
tie 3.21.43); 4. Mourioux (Fr) 3.21.45;
5. Mortensen (Den) zt.; 6. Peelman
(Belg) zt.; 7. Delepine (Fr) zt.; 8.
Franco Bitossi (It) zt. Vervolgens het
peloton in dezelfde tijd.
Na de vijfde etappe ziet het alge
meen klassement er als volgt uit: 1.
Merckx (Belg) 22.31.35 2. Ocana
(Sp) op 18 sec.; 3. G. Petterson (Zw)
23; 4. Letort (Fr) 27; 5. Zoetemelk
(Ned) 29; 6. Janssen (Ned) 30; 7.
E. Petterson (Zw) en Aimar (Fr) 36;
9. Rouxel (Fr) 42; 10. Leman (Belg)
1,09; 11. Mouroux (Fr) 1,26; 12. Go-
defroot (Belg) 1,30; 13. De Schoen-
maecker (Belg) 1,56; 14. Mintjes
(Belg) 2,04: 15. Ballind (It) 2,31: 16.
Krekels (Ned) 2,37; 17. In 't Ven
(Belg) 2,42; 18. Mortensen (Den)
8,02; 19. Perm (Fr) 8,28; 20. Van
Ryckeghem (Belg) en Huysmans
(Belg) 8,43; 23. Tabak (Ned) 11,18:
30. Vianen (Ned) 12,13; 31. Jansen
(Ned) 12,14; 35. Duyndam (Ned)
12,30; 48. Karstens (Ned) 13,10; 64.
Pijnen (Ned) 13,36; 78. Rentmeester
(Ned) 36,23; 80. Schepers (Ned) 36,58;
81. Stevens 39,00; 82. Benjamins
39,09; 83. Van Katwijk 40,48.
I