ME-poll met
verrassingen
Hoe run
ik een Big Band?
NOG EVEN
EN JE
HEBT WEER
VAKANTIE
jargon (II)
PAUSSCHAP EN MACHT
kerk[
wij
nul
I7TT9
Christendom
meer dan
engagement
Moraliseren
jongeren
pagina
Soorten
dr. corn, verhoeven
eindredactie
hans maas
ZATERDAG 23 JANUARI 1971
degene die van dansen houdt graag
dancings bezoekt en ook drinkt,
iemand die zich wil uitleven zal
van beatfeesten houden en zo
ontstaat een complex van
voorkeuren die bij de erotisch-
a-vontuurlijk ingestelde toerist past.
De cultuurmens houdt van kastelen,
toto's maken, wandelingen, volks
dansen, goede boeken en tochtjes
maken.
Meisjes tonen iets meer
interesse voor natuur en cultuur.
Schoolgaande jongeren houden
meer van concerten en
internationale werkkampen
dan werkende jongeren.
Er bestaat nauwelijks samen
hang tussen de twee vakantiestijlen
en de houding tegenover
jeugdherbergen. Het erotisch-
avontuurlijke type is duidelijk
in de meerderheid tegenover het
culturele type. De ideale vakantie
voor de jongeren ligt, volgens de
enquête van de Nederlandse
Jeugdherberg Centrale, in buiten
landse reizen, aan het strand of de
zee, meit de auto of op de brommer.
HET wordt tijd om aan de
vakantie te gaan denken, tenminste
als je van plan bent afspraken
te gaan maken en niet gewoon te
doen waar je zin in hebt.
Want als je iets wilt bespreken
moet je het nu langzamerhand
doen wil je het gevaar dat
anderen je te ving af zijn
ontlopen.
Er zijn verschillende
mogelijkheden want het reizen
naar het buitenland is zo
gek duur niet meer, tenminste
met jeugdreizen. Er zijn
verschillende grote organisatie
bureaus die extra jeugdgidsen uit
geven en gespecialiseerd in
jeugdreizen ROY (bekend uit
de schoolagenda's). Het voordeel
van dit bureau is dat je altijd
onder jongeren bent. Jeugdgidsen
van andere bureaus kun je in elk
boekingskantoor gratis krijgen.
Voor een kleine 400 gulden kun je
tiaar Spanje dat ondanks oproepen
van anti-Franco bewegingen nog
org in trek blijkt), naar de
Italiaanse Rivièra, naar
IN ROOSENDAAL zijn achttien
jongens met een uniek experiment
bezig. Al een paar maanden
proberen ze nu een echte Big
Band van de grond te tillen.
Ondanks het feit dat het zeer
moeilijk is om optredens te
versieren (zaaleigenaren zien
er weinig in of willen althans
haast niets betalen) blijven
ze enthousiast.
Het intiatief werd genomen
door de bekende jazzmusicus
Jack van Poll. „Ach, het is gewoon
een ontzettend toffe boel, als
we repeteren. Het is alleen
zo jammer dat we weinig meer
doen dan repeteren".
Vorig weekend trad Poli's
Big Band bij wijze van proef
op in het Hijgend Hert te
Breda. Het succes was echter
groot genoeg om herhaald te
worden. Jack van Poll pro
beert nu te regelen om in
ieder geval één keer in de
Joegoslavië en naar Oostenrijk.
Per vliegtuig. Je kunt ook per
toeringcar of trein. Vorig jaar is
Christoffel reizen met een
avontuurtje begonnen dat zij dit
jaar handhaven. Het zijn de
zogenaamde Geluksreizen. Je geeft
op welke weekend je af wil reizen
Twee weken voor je vertrek krijg
je dan bericht waar de reis naar
toe gaat. (Dat is in elk geval of
Spanje Italië of Joegoslavië).
Het reisbureau heeft hierdoor
■speling in de boeking en kan
wat korting geven. Voor binnem-
tanders heeft het Nationaal Bureau
voor Toerisme een aantal
trippertjes en vergeet ook de
tienertrips van de spoorwegen
niet. Wil je jeugdherbergen langs
informeer of sluit jezeH aan bij de
Nederlandse jeugdherberg Centrale
(N.J.H.C.
En dan bestaat er ook nog de
mogelijkheid om aan diverse
kampen deel te nemen. De meeste
mogelijkheden op dit gebied bestaan
in eigen land. Het goedkoopst ben
je uit als je gebruik maakt van de
maand in het Hert op te treden.
,Dat zou een mooi begin zijn.
Het komt de inspiratie ten goede
als je met een publiek speelt."
De sound van het orkest
klinkt erg professioneel. Er
zitten dan ook nogal wat
jongens in die hun sporen reeds
in kleiner verband in de
jazz verdient hebben (Jopie
Hendriks, Charles Green, Alfred
Smid). Opvallend is de grote
vrijheid die de musici
genieten tijdens het spelen.
Minder als bij de andere
Big Bands er is er in
Nederland trouwens maar
ééri, die dan nog bestaat uit
mensen die heel af en toe
als ze toevallig even tijd
hebben tussen hun schnabbels
door bij elkaar komen, we
bedoelen inderdaad de mannen
van Boy Edgar), minder als bij
andere Big Bands dus, worden
er strakke lijnen gelegd. Het
service die de Stichting Kampen
en Reizen VJCJ geeft. Het
schommelt allemaal zo'n beetje
rond de honderd gulden per week.
De keus is groot: Tenten
woudlopers werk sport,
film ruiter, zeil kano en
enkele buitenlandkampen,
Nu we het toch over vakantie
hebben is het interessant even
een onderzoek te vermelden, dat
drs. S. van den Berg voor de
N.J.H.C. heeft ingesteld naar
jeugdherbergen en haar bezoekers.
De conclusie hieruit luidt dat er
twee soorten jeugdige
vakantiegangers zijn. Je kunt
spreken van de erotisch avontuur
lijke en van de culturele
vakantieganger.
In het eerst geval ligt het
accent op activiteiten als dansen
en jezelf uitleven, in het tweede
geval domineert de belangstelling
voor cultuur en natuur.
In dte praktijk betekent dit, dat
geheel komt bijzonder fris' en
vrolijk over het voetlicht.
Jack van Poll: „De moeilijkheid
is alleen dat er niet aan geld
te komen is voor zo iets.
CRM laat je barsten, sponsors
blijven voorlopig nog op de
vlakte en optredens zijn haast
niet te regelen, omdat met de
gage niet eens de reiskosten
betaald kunnen worden".
Het is voor ons zelfs niet
mogelijk om aan het Loosdrecfot
Jazeconcouis mee te doen,
omdat ze daar maar een
vergoeding geven voor formaties
van acht en minder personen.
Maar goed, we blijven natuurlijk
nog wel eventjes proberen".
De gemiddelde leeftijd van
het orkest is ongeveer
24 jaar. Iedereen heeft een
muzikale opleiding. De leden
komen uit Roosendaal en verre
omstreken.
DE uitslagen van de Muziek
Expres Poll 1970 geven enkele
verrassende resultaten en verschui
vingen te zien, die in tegenstelling
tot de verkiezingen in de voor
gaande jaren. De rubricering was
aanmerkelijk uitgebreider dan in
andere jaren, zodat ook een juister
beeld van de populariteitsgraad
van de verschillende artiesten kon
worden verkregen. De ME Poll '70
wordt gepubliceerd in het
februari-nummer van dit maand
blad, dat momenteel in een
oplage van 365.000 exemplaren
verschijnt.
De Haagse popgroep Golden
Earring is duidelijk favoriet van de
ME-lezers. De groep eindigde
nummer één in de afdeling
popgroepen en livegroepen; hun
nummer „Back home" werd uitge
roepen tot beste single; hun lp
„Golden Earring" tot beste lp;
terwijl solo-zanger Barry Hay tot
favoriete zanger werd gekozen,
waarmee hij Boudewijn de Groot
van de eerste plaats verdreef. Hij
werd nu derde, Ben Cramer werd
tweede. Bonny St. Claire verdreef
Bojoura, nu zesde, van de eerste
plaats in het rijtje van
favoriete zangeressen. Liesbefih List
werd tweede, Mariska Veres
(van Shocking Blue) derde. Haar
groep eindigde na Golden Earring
als tweede in de afdeling pop
groepen, The Cats werden derde,
Ekseption vierde. Brainbox
eindigde overtuigend als eerste
in de afdeling underground groep.
Cuby en The Blizzards is de
favoriete bluesgroep.
Radio Veronica is nog steeds
favoriet bij de ME-lezers. Met
88,3% van de stemmen slaat de
piraat Hilversum 3, dat 10,5
baalde. Veronica's Top 40 eindigde
één in die categorie radio
programma's, terwjjl Veronica's
disc Jockey Lex Harding
eveneens als eerste eindigde.
Troost voor de Hilversumse
omroepen is dat het „slechtste
radioprogramma" ook van Veronica
afkomstig is. De gelukkige werd
Frans Ndenhuys met z'n „Men
vraagt en wij draaien".
Wat televisieprogramma's be
treft, werd de AVRO's Toppop
nummer een en daarna respec
tievelijk Piknik (VPRO), Eddy
Ready Go (NCRV), Hadimassa
(VARA), Tot de dood ons scheidt
(KRO) en Een avond aan zee
(AVRO). Het rijtje van de slechtste
tv-programma's ziet er als volgt uit:
Gert Hermien Show (AVRO),
Eddy Ready Go (NCRV), Toppop
(AVRO), MIK (KRO), Voor de
vuist weg (AVRO), Jam (TROS)
en De Woefs en de Lamaars (NOS).
Willem Duys is opnieuw de
tv-persoonlij'k'heid die het meeste
indruk heeft gemaakt. Daarna
volgen Mies Bouman, Henk
Terlingen, Eddy Becker, Willem
Nijholt en Ad Visser.
De favoriete buitenlandse ar
tiesten zijn Melanie (Zangeres), Joe
Cocker (zanger), The Who
(popgroep), Iron Butterfly (under
ground groep), John Mayall
(bluesgroep), Jimi Hendrix
(musicus van het jaar), Lennon/Mc
Cartney (componist van het jaar),
David Frost (tv-persoonlijkheid).
Brigitte Bardot (filmster) en
Robert Wagner (filmster).
Woodstok wordt beschouwd als de
beste lp van het jaar, „In the
summertime" als beste single.
ALS er één kring is waar een
afwijkend jargon gebruikt wordt
dan is het wel de kring van
dienstplichtige militairen. Woorden
en uitdrukkingen die in dienst
gebruikt worden zijn niet alleen
vaak sappig, plastisch, zelfgemaakt
en typerend voor het milieu (dus
bij uitstek geschikt voor ons al
ternatieve woordenlijstje), maar
helaas ook vaak niet voor
reproductie in een krant te
gebruiken.
Ondanks dat laatste kunnen
we toch al vast een poging
wagcr eer paar woorden en
uitdrukkingen te inventariseren.
(Er zijn er nog honderden meer,
en er zullen er ook wel een
stelletje verloren gegaan zijn,;
dus, fillers, ouwe stompen en
burgers stuur die hele sjitboel
maar op).
HAP betekent zoveel als
LICHTING LICHTING betekent
zoveel als jongens die op dezelfde
dag zijn opgekomen. HAP is
iets ruimer van betekenis dan
LICHTING, wordt vaak gebruikt
in de samenstelling SLAPPE HAP.
F1-.LER betekent zoveel als
MOOIE NIEUWE, MOOIE
NIEUWE betekend zoveel als
pas opgekomen dienstplichtige,
(ook FILLIE, een FILLER
stinkt altijd naar de fourier).
OUWE STOMP of gewoon
OUWE is na de burger de
hoogste rang. (Artikel één:
DE OUWE heeft altijd gelijk.
Artikel twee: Als de OUWE niet
gelijk heeft wordt verwezen naar
artikel één). Het is in dienst
gebruikelijk dat wanneer een
FILLER voor de eerste keer
een OUWE ziet hij dit aan
zijn moeder schrijft.
(wordt vervolgd')
(Van een onzer verslaggevers)
DEN HAAG „Velen in de
rooms-katholieke kerk worden er
zich van bewust dat het pausschap,
dat oorspronkelijk, het dienstwerk
van Petrus is geweest, zich is gaan
ontwikkelen tot een macht en dan
heeft dat woord een wereldse klank
en is het gekleurd naar de rechts
kundige zijde. Men heeft de attribu
ten van een vorst naar wereldlijk
model aangebracht.'Dit zei prof.
dr. J.F, Lecrauwaet, hoogleraar te
Tilburg, deze week tijdens een open
discussiebijeenkomst die in de
Haagse Grote Kerk in het kader van
de „week der gebeden" voor de
eenheid van de christenen is gehou
den met als thema „Pausschap en
oecumene".
Het gesprek was georganiseerd
door de Haagse gemeenschap van
kerken. Prof. Lecrauwaet, die hoog
leraar in de dogmatische theologie
w. bracht bezwaren van het paus
schap naar voren. Hij noemde het
het grote struikelblok voor de oecu
mene. In de geschiedenis van de
rooms-katholieke kerk is de serene
gestalte van die paus als herder voor
de eenheid vertroebeld.
Niet alleen werd de paus een
meer wereldlijke figuur, iets wat
ook gestalte kreeg in de houding
tegenover de paus, maar bovendien
vond er door de intensivering van
de macht van de paus een centralisa
tie van die macht plaats, die geleid
heeft tot schade aan de eigen ver
antwoordelijkheid van de bisschop
pen. Het evenwicht in de kerk werd
erdoor vermindered, aldus prof. Le
crauwaet.
Hij betoogde dat deze situatie
voor een groot deel begrijpelijk
was, gezien de invloed van Rome,
die stad van de paus, in Europa als
centrum gehad heeft en gezien de
reformatie in de 16e eeuw. Als reac
tie op de verdeeldheid die er toen
was, koos de rooms-katholieke kerk
voor een bevordering van de centra
lisatie. „Na de noodtoestand is men
echter vergeten die centralisatie
weer op te heffen".
Prof. Lescrauwaet verklaarde on
danks deze bezwaren toch vast te
blijven houden aan het pausschap:
De rk-kerk is een pauselijke kerk.
Hij merkte daarbij op, dat -er wel
andere verwachtingen groeien over
het pauselijk ambt: dat de paus een
dienstdrager is met handelingsbe-
voegheid, en dat er een conciliaire
samenspraak moet zijn.
Prof. dr. A. J. Bronkhorst, hoogle
raar in de theologie aan de rijksuni
versiteit in Utrecht en voorheen
predikant bij de Haagse hervormde
gemeente, ging in op de voordelen
van het pausschap. Het pausschap
heeft beter dan de reformatorische
structuren kunnen bijdragen tot een
eenheid in de r'k-kerik. Het paus
schap heeft de vrijheid van de rk-
kerk in stand weten te houden. Bo
vendien heeft het pausdom veel be
tekend voor het apostolaat. Veel
pausen hebben de rk-godsdienst ge
bracht aan mensen die het nog niet
kenden: de rk-missiearbeid is eeu
wen ouder dan deprotestantse zen
ding.
Als laatste voordeel van het paus
schap noemde prof. Bronkhorst het
feit, dat door de centrale plaats, die
het pausschap heeft, er vele moge
lijkheden geboden werden voor een
vernieuwing van de kerk. Hij noem-'
de in dit opzicht o.a. het werk van
paus Johannes de 23ste.
Hierna zette de hoogleraar uiteen,
dat hij toch niet overtuigd kon zijn
van het pausschap. Hij zag niet in
dat de functie van de paus zo groot
en belangrijk was, dat daardoor de
geestelijke vrijheid van een ander
kon worden aangetast. „Laten wij
de positieve punten van het paus
schap aanvaarden en de negatieve
verwerpen. Dan zou er te praten
zijn. Maar dat mag ik niet. Ik weet
zeker, dat ik toch geroepen wordt
tot onderwerping".
WAT HEEFT DIETRICH BON
HOEFFER bedoeld toen hij in zijn
gevangeniscel piekerde over de
toekomst van het christendom en
al tastende een aantal gedachten,
ontwikkelde die erop neerkomen,
dat het christendom niet langer
een godsdienst kan zijn? De tek
sten, 'n aantal brieven, zijn zo
fragmentarisch dat ze zelf geen
afdoend antwoord geven. Ze zijn
dan ook op vele wijzen uitgelegd,
van strikt rechtzinnig tot in de
geest van de God-is-dood-theolo-
gie. De kernvraag is: wordt het
christendom hier herleid tot een
maatschappelijk engagement of
heeft het toch nog alles van doen
met een persoonlijke God?. Bon-
hoeffer zelf was tot op het laatst
een man van gebed voor wie de
bijbel onverkort het woord van
God bleef. Anderzijds is het over
duidelijk dat hij zijn publiek en
ondergronds verzet tegen het Hit-
Ierregime, dat hij met de dood
moest bekopen, als geloofszaak be
schouwde. Al in 1936 schreef hij
dat men niet tegelijk vóór het
evangelie en vóór Hitier kan kie
zen. Het boeiende in hem is, dat
geloof en werkelijkheidszin elkaar
niet uitsluiten, integendeel juist
zeer nauw verweven blijken. En
daar gaat het hem ook om als hij
droomt van een niet-godsdienstig
christendom. Hij zet zich af tegen
een wijze van gelovig-zijn die aan
de concrete werkelijkheid voorhij
doet leven. Voor hem houdt gelo
ven een hartstochtelijke liefde
voor de aarde en de mensen in.
In een helder geschreven boek
poogt Speraa Weiland tot
een samenhangende verklaring van
de in de brieven verspreide uit
spraken te komen. Volgens hem
heeft Bonhoeffer onder religie een
vvereldontwerp verstaan, waarin
naast of achter de werkelijkheid
wordt gedacht, waarop de mens
betrokken is al zijn eigenlijke be
stemming.
De vooronderstelling van de reli
gie is, dat de mens, boven zich zelf
uit, vraagt om een bestaansvervul-
ling die hij niet in zijn macht
heeft en waarvoor hij op een Ho
gere Macht is aangewezen. Bon
hoeffer zou die andere werkelijk
heid en die niet-aardse vervulling
van het mens-zijn doorzien hebben
als wensdromen van lieden die
niet met de aarde tevreden zijn en
een uitweg zoeken om te ontko
men aan hun historische verant
woordelijkheid.
Het christendom heeft zich van
deze gedachten niet vrij kunnen
houden, maar moet nu pogen zich
ervan te ontdoen. Wat dan nog
aver God, Christus, de Kerk en de
toekomst te zeggen valt, heeft
Bonhoeffer niet kunnen uitwerken.
Hij had 'er geen taal voor tot zijn
beschikking, omdat alle gebruike
lijke geloofswoorden onmiddellijk
de twee werkelijkheden oproepen.
Spema Weiland probeert hier Bon
hoeffer aan te vullen, en ontwerpt
een schets van het geloof als het
doen van de waarheid: er-zijn-
voor-anderen, een door het voor
beeld van Christus geïnspireerde
wijze van handelen midden in de
wereld.
Er zit zeer veel gedachtengoed
van Bonhoeffer in, maar is het zijn
hele gedachte?
Spema Weiland interpreteert
Bonhoeffer sterk vanuit een filoso-
fie die zich geheel binnen de hori
zon van de wereld beweegt. Die
filosofie is op het ogenblik in Onze
cultuur overheersend. Bonhoeffer
fundeert echter de verantwoorde
lijkheid voor de wereld niet op
een filosofie maar op het evange
lie. In Christus heeft God zich met
de wereld vereenzelvigd. Daarom
wordt de gelovige naar de wereld
verwezen en kan hij alleen daar
God vinden. Maar dit wil niet
zeggen dat men niet meer tot een
persoonlijke God bidden kan.
Bonhoeffer wijst ieder gering
schatten van de aarde af, maar hij
is biddend gestorven. Zijn laatste
woorden waren dat dit einde voor-
hem een nieuw begin betekende.-
Misschien geeft een zin uit de
brief van 5 dec. 1943 nog het best
zijn gedachte weer: „Alleen wan
neer men het leven en de aarde zo
liefheeft, dat met haar alles verlo
ren en ten einde schijnt te zijn,
mag men geloven aan een opstan
ding van de doden en een nieuwe
wereld".DRS. R. V.D. HEUVEL
OSB
Dr. J. Spema Weiland, Het
einde van de religie. Verder op het
spoor van Bonhoeffer. Het Wereld
venster, Baam 1970.
Moraliseren is een hachelijke
zaak. Een van de redenen daarvan is
dat degene die moraliseert de schijn
wekt wat al te naief om te sprin
gen met feiten b.v. door te doen
alsof die weinig te betekenen zon
den hebben of gemakkelijk te ver
anderen zouden zijn. Hij praat dan
in een luchtledig, terwijl daarbuiten
alles zijn gewone gang blijft gaan.
Of: hi] plaatst zich in een centrum
vanwaaruit hij richtlijnen geeft aan
anderen, terwijl hij zich zelf daar
aan schijnt te onttrekken. Al morali
serende ondergraaft hij de moraal
die hij spreekt. Het licht dat hij bij
zichzelf aanwezig acht, veronder
stelt hij afwezig bij de ander-
Ik geloof daarom dat het in veel
opzichten interessanter en vrucht
baarder is de manier te bestuderen
waarop gemoraliseerd wordt dan
zich te verdiepen in de inhoud van
de boodschap. Als de verkondiging
van die boodschap leidt tot een ge
drag dat daarmee in strijd is, kan de
fout liggen in de boodschap zelf of
in de verkondiging ervan. Ligt ze in
de boodschap zelf dan is die immo
reel. Ik laat deze mogelijkheid hier
buiten beschouwing en beperk me
tot de verkondiging of de interpre
tatie.
Er is een grondregel waartegen
degene die nadrukkelijk moraliseert,
zelf zondigt. En het interessante van-
deze regel is, dat hij dit ook tot
uitdrukking brengt. Hij is dus een
grondregel omdat hij zowel over het
handelen als over het verkondigen
spreekt. Hij luidt „wat gij niet wilt
dat u geschiedt, doe dat ook een
ander niet". Deze spreuk heeft een
betrekkelijk geringe inhoud en in
spireert waarschijnlijk niet tot grote
daden. Consequent doorgedacht zou
de ene helft de andere kunnen op
heffen of een evenwicht te zien
geven, dat met elk willekeurig ge
wicht, inclusief nul, te bereiken is.
In haar negatieve gedaante sluit zij
alleen maar allerlei zaken uit en
geeft daarvoor een simpel criterium.
Hei „egoïsme" bepaalt de maat van
het „altruïsme"De beslissing een
ander iets te bespraen wordt geno-
men vanuit een ik dat als criterium
beschouwd wordt. Zij wordt dus
niet aan de ander overgelaten.
Ik denk dat dit een goede regel is
en dat een altruisme zonder deze
beperking iets heel vervelends is.
Wanneer namelijk 2de ander beoor
deeld wordt aan criteria die voor
het ik zelf niet gelden, is de gronds
lag gelegd voor allerlei willekeur,
waarin het ik zich gedraagt als een
uitzondering op de regel. De aange
haald spreuk wordt namelijk niet
goed verstaan marineer zij alleen
maar opgevat wordt als een verbod
de ander rechtstreeks kwaad te
doen. Hij kan ook wel zo verstaan
worden: beschouw een ander niet
als een minder zelfstandigminder
bewust of minder gevoelig wezen
dan uzelf. Of: mensen moeten be
schouwd worden als gelijken. Mora
liseren betekent meestal: de positie
van de meerdere, de wetende inne
men. De graad van nobelheid die
hierbij aan de dag gelegd wordt,
heeft eigenlijk alleen maar een on
gunstige invloed op het resultaat.
Omdat we zelf niet graag in een
positie gebracht worden, waarin we
ons tot eeuwige dankbaarheid ver
plicht zien, moeten we een ander
ook nooit zo'n grote en superieure
gunst bewijzen, dat hij in die positie
komt. Juist omdat het ik een criteri
um is, moet het altruïsme als per
soonlijke beslissing afgeremd wor
den b.v. tot anonimiteit
Een ander voorbeeld is het vol
gende. Er wordt tegenwoordig tel
kens weer gezegd, dat de vrije tijd
toeneemt en een probleem gaat wor
den. Persoonlijk ervaar ik bij vrij
wel al mijn kennissen dat ze steeds
minder vrije tijd hebben; ik vraag
mij dus af, voor wie die vrije tijd
toeneemt in plaats van in beslag
genomen te worden door vergade
ringen. Zeker niet voor de sociologen
en futurologen die zich dag en nacht
met dit probleem bezig houden.
Voor wie dan? Ik denk, dat zij
denken: voor de massa, voor de
mensen die zij niet als gelijken
beschouwen. Dat is geen altruïsme.
maar een bevoogding. En precies zi>
gaat het met studenten die vanuit
hun rijke gezin in een fabriek gaan
werken, om de arbeiders „bewust"
te maken. Zij willen met hun al
truïsme niet de gelijken van de
arbeiders zijn, maar hun leiders. Zij
cijferen zich zelf weg en daarmee
het criterium van hun handelingen.
Niemand is gebaat bij een weg cij
fering waardoor plaats gemankt
wordt voor allerlei valse motieven.
Wij willen niet dat een ander zich
voor ons wegcijfert en we moeten
dat dus ook niet doen voor een ander.
Aan een nul heeft niemand iets.
Hieruit zou geconcludeerd kunnen
worden, dat het aangehaalde criteri
um niet geldt voor zeldzame en
grote daden, maar eerder voor de
gewone omgang tussen mensen, voor
daden die rechtstreeks bepaald wor
den vanuit hun onderlinge relatie.
Het criterium minimaliseert sommi
ge van onze daden en aspiraties door
ze in te passen in de beschikbare
communicatie-mogelijkheden tussen
het ik en de ander. Mensen leggen
elkaar beperkingen op en het is
immoreel die te verwaarlozen. Maar
tegenover de dingen zijn we weer
vrij en belangeloos; zij geven ons
meer ruimte voor een beslissende
daad. Ik geloof dat dit de geweldige
morele betekenis van de zakelijk
heid is. Want zij verplaatst de
kwesties naar een terrein waar de
beslissingen losgekoppeld kunnen
worden van willekeur, gunst en ja
loezie. Zij maakt verantwoording
mogelijk. En het moraliseren mer-
bo dig.
t
CJ