Geestelijke en financiële vrijheid voor de kunstenaar Vriendenkring 'LARESTEEN' [met Algerijnse vrouw nog lang niet geëmancipeerd DOELSTELLING: SONKE installatie 21 november in belgische lovenoegem te Hulst i vr chten tekstalex schell foto's: cor de boer Linksonder: Albert Steel en zijn vrouw voor Huize „Laresteen". Rechtsonder: de grote expositie ruimte van de schilder. EMMINGSPLAN ulst maakt bekend dat mber 1970 gedurende itesekretarie voor een en ontwerp voor een ijbehorende toelichting iriften, aangeduid als ;n ten noorden van de ïgveld Hulst). agen het ontwerp kun- iurende bovengenoem- ngediend bij de ge- D. ester van Hulst thoff. 2S, Tel. 01100 - 7487 ST. JANSTEEN (Zld) sttreding lgië 91-31-1140-2851 ALGIERS, ALGERIJE (AP). De Algerijnse verkoopster kijkt naar de camera van haar klant en haar donkere ogen wor den groot van schrik. „Als u een foto van me maakt zal daar een heel groot schandaal uit voortkomen", zegt zij en ze kijkt vlug door de hele lingerie afdeling van het grootste waren huis van Algiers. De aantrekkelijke, 38-jarige vrouw is te bang om meer dan haar voornaam Salima te noemen. Toch vertelt zij de Ame rikaanse bezoekster gewillig over haar leven achter de sluier, omdat het haar hoogste ideaal is naar Amerika te gaan. Anders dan de meeste vrou wen in het Algerije van vandaag kan Salima lezen en schrijven, heeft zij zich aangepast aan het moderne leven en zelfs in het bui tenland gereisd. Niettemin is zij een van de talloze miljoenen mo hammedaanse vrouwen, die, omdat de traditie het wil, uit eigen keuze of onder druk van haar familie „in poerdah" de hindoe-uitdrukking voor het onttrekken van de vrouw aan de ogen van vreemden blij ven. Op het werk draagt Salima een eenvoudige blauwe stofjas over haar toilet in westerse stijl. Aan het strand draagt zij een bikini maar als zij de straat op gaat zijn alleen haar bruine ogen en slanke enkels zichtbaar onder de witte „haik" het op een zijden beddela- ken gelijkend opperkleed, dat ron dom haar lichaam is gewikkeld en de witte driehoekige „aabjar", ge lijkend op een geborduurde zak doek, die neus en mond bedekt. Salima heeft de sluier gedragen sinds zij op dertienjarige leeftijd de school verliet en zij zegt dat zij zich verdwaald zou voelen als zij er geen droeg op straat. Tijdens de oorlog van Algerije tegen de Fransen werd de sluier door Algerijnse terroristen ge bruikt om niet herkend te worden en Algerijnse vrouwen profiteer den van de beschermende anonimi teit die hij verschafte om bommen te plaatsen en de Fransen te bespi- onneren. Nadat het land in 1962 onafhankelijk was geworden ver wachtten vele vrouwen die tijdens de oorlog fel hadden gevochten te zullen worden beloond met eman cipatie op grote schaal, maar de meesten zijn gesluierd en onont wikkeld gebleven en worden vaak overheerst door vaders, echtgeno ten of schoonfamilie. Toch staat Algerije in afwijking van vele an dere Mohammedaanse landen, zijn vrouwen toe te stemmen en zich te organiseren. De nationale vereni ging van Algerijnse vrouwen UNFA is verrassend optimis tisch gestemd over de toekomst. „Over nog èén generatie zullen de jonge meisjes geen sluiers meer dragen", voorspelt Orilla Mahgrad, de directrice van de UNFA, een vrouw van middelbare leeftijd. „Naarmate de ontwikkeling groeit, groeit ook de vrijheid. Slechts één op-de 1000 leerlingen van de mid delbare meisjesschool draagt een sluier. Nu de regering scholen bouwt in elk berg- en woestijn dorp zal de sluier geleidelijk ver dwijnen". Bezoekers uit het westen aan deze hanvenstad aan de Middel landse zee bemerken al gauw de schaarste van vrouwen tussen de mannen, die zich verdringen op de met bomen beplante boulevards. Soms ziet men in de straten jonge- meisjes zonder sluier wandelen, maar zij wandelen nooit alleen. Arm in arm met hun moeders, vriendinnen, of zusters gaan zij winkelen en eikaars huizen bezoe ken. Openbare gelegenheden zijn zo streng verboden voor nette Alge rijnse vrouwen, dat nergens in de ze stad van 1,3 miljoen inwoners openbare toiletten voor vrouwen bestaan. Zelfs in de meest vrijzin nige Algerijnse gezinnen is het meisjes streng verboden met man nen uit te gaan en mogen zij geen contact met hen hebben behalve misschien in het huis van een vriendin. Dientengevolge is het huwelijk voor meisjes in haar tienerjaren een voortdurende bron van onge rustheid. Als zij niet naar een universiteit gaat is het huwelijk onvermijdelijk de volgende halte en het is onwaarschijnlijk dat zij haar toekomstige echtgenoot ooit heeft gezien voor de verloving. Zelfs thans worden sommige vrouwen in het huis opgesloten en mogen zij er slechts eens per week uit om naar de openbare baden te gaan. Deze zeldzame uitstapjes zijn de hoogtepunten van het maat schappelijk leven van een vrouw. In de dampende betegelde ruimten van de openbare baden worden de vrouwen in zeepschuim gewassen en afgespoeld door bad- vrouwen. Daarna wikkelen zij zich in handdoeken en zitten uren op matten van stro. limonade drin kend en babbelend. Veelal zal de moeder van een huwbare jongeman een wakend oogje houden op de jongere meis jes. Als zij een sterk, welgescha pen en goedgemanierd deerntje ziet, zal zij eventueel een gesprek aanknopen met de moeder van de jongedame, dat wellicht leidt tot overeenstemming over een huwe-, lijk. Pas nadat de ouders het eens' zijn geworden maken hun kinde ren kennis met elkaar. „Eerlijk, we zitten echt in angst" zegt Aitsja Belhadj, een 18-jarige dochter van ouders uit de midden stand. „We kunnen ons niet voor stellen hoe het zal zijn met een man te leven". Ik heb geen broers en geen contacten met jongens", legde haar vriendin, de 19-jarige Nadia uit. „Ik weet niet hoe hij me zal behandelen, of ie aardig of een verschrikking zal zijn". Toch is men het er algemeen over eens, dat echtgenoten niet de hardvochtige meesters meer zijn die ze vroeger waren, maar dit neemt niet weg, dat de mannen hun vrouwen als hun eigendom beschouwen. Zij betalen de ouders van de bruid een bruidsschat die varieert van 200 tot 1000 dollar en schen ken het meisje juwelen en andere waardevolle dingen. Op het platte land wordt de bruidsschat in de regel betaald in schapen, geiten of kamelen, de standsymbolen van de zwervende herder. De veelwijverij, die hier nog ge oorloofd is, verdwijnt geleidelijk omdat maar weinig mannen het zich kunnen veroorloven meer dan een vrouw te kopen en te onder houden, maar de echtscheidings- wetten luiden nog steeds zeer ten gunste van de man en weerspiege len de tijd, toen een man alleen maar driemaal behoefde te zeggen: „Maak dat je weg komt" om van een vrouw af te zijn. Eenmaal getrouwd, behoort de vrouw tot de familie van de man en moet vaak met haar schoonfamilie leven, on geacht of zij dat prettig vindt of niet. Ondanks haar hogere ontwik keling en emancipatie is de voor naamste taak van een Algerijns meisje het huishouden doen, eerst voor haar moeder, vervolgens voor haar man en vaak ook voor diens moeder. Kinderen voortbrengen is een tweede zware taak voor de meeste Algerijnse vrouwen. Tot voor zeer kort hielden de Algerijnen zich aan de Mohammedaanse traditie van grote gezinnen en was het gebruikelijk, dat een vrouw acht of tien kinderen had. Drie jaar geleden heeft de regering het initi- atief genomen voor een propagan dacampagne voor de regeling van de grootte van het gezin. Sindsdien is in elk van de drie grootste steden een geboorterege lingskliniek opgericht, maar slechts 4500 van de 750.000 vrou wen in Algiers hebben sinds 1967 een bezoek aan kliniek gebracht. verleden behoort, maar is in België, waar op het terrein van de kunst andere normen worden gehanteerd, een levend iets. Een kunstenaar in België leeft over het algemeen anders dan bij ons. Het is 'n vreemde gewaar wording op bezoek te zijn in Huize Steel. Een ruime ontvangstsalon, compleet met grote schilderijen, een piano en Mariabeeldjes, kweekt een aparte, moeilijk definieerbare sfeer, die zich het best laat omschrijven door 'onwezenlijk'. Alleen Albert Steel, zijn vrouw en de vriendenkring zijn realiteit, zelfs anno 1970. Op 21 november wordt tijdens een informele bijeen komst op huize Laresteen in het Belgische Lovendegem (bij Gent) de vriendenkring Laresteen' geïnstalleerd. Deze vriendenkring, een soort mecenaat, heeft zich gegroepeerd rond kunst schilder Albert Steel en heeft tot doel de kunstenaar een goed jaarlijks inkomen te verschaffen, waardoor deze zich eindelijk vrij kan voelen en dit in zijn produkten tot uiting kan brengen. Als tegenprestatie mogen de vrienden van Albert Steel jaarlijks een eerste keuze doen uit de gemaakte werken. Echter, er is een voorwaarde: geen portretten. Mevrouw Steel, de geestelijke vrouwe achter de organisatie, die ook de commerciële activiteiten rond de schilderijenverkoop voor haar rekening neemt, stelt dit nadrukkelijk. Haar man heeft dit reeds 20 jaar gedaan en het moet gezegd, hij heeft zich zelf en zijn gezin (negen kinderen) een behoorlijk bestaan verschaft. De vriendenkring kan als voorlopig maximum een 100 leden tellen. De juiste contributie is nog niet vastgesteld, maar zal om en nabij de 10.000 frank (ƒ700.-) bedragen. Meer mag natuurlijk. Dit mecenaat, is een instelling, die in Nederland tot het LEVENDEGEM (B.) „Komt vrienden in het ronde", de aan hef van een oud-vaderlands liede ken, zou het motto kunnen zijn van de pas opgerichte vrienden kring rond de Belgische kunste naar Albert Steel. Alle ingrediën ten om het verleden te laten her leven (ook vroeger kende men dit systeem) zijn aanwezig: Een sprookjesachtig honderd jaar oud landhuis, een meer dan schilder achtige omgeving in de onmid dellijke nabijheid van Gent. een bekende naam in België en Parijs en het belangrijkste: de vele vrienden die het straks Albert Steel mogelijk moeten maken eindelijk dat werk te kunnen maken wat hem het meest intri geert. De schoonheid in al zijn facetten van het leven en zijn om geving. Tot nu toe was het „vrij" werken slechts zelden mogelijk voor de kunstschilder. Om zijn gezin op de voor hem juiste wijze op te voeden, moet er brood en geld op plank en bank zijn. Voor een schilder zijn er dan slechts twee mogelijkheden om aan de gestelde voorwaarden te vol doen: of een wereldbekendheid ge nieten of portretten schilderen. Dat laatste voorbeeld zal Albert Steel in het bloed. Zijn vader was vroeger een bekend portrettist. De voorbeel den zijn daarvan nog op residentie „Laresteen" terug te vinden. Van daar de portretten. Een lucratieve bezigheid. „Het heeft ons geen wind eieren gelegd", zegt mevrouw Steel, het zakelijk brein achter haar man. „ik ben half-Belgisch half Ne derlands, vandaar misschien de za kelijke en nuchtere instelling". Me vrouw Steel verkoopt de schilderij en van haar man en komt terug met stapels opdrachten. Om toch een juiste harmonie tussen creatief zijn en opdracht-schilderen te bewerk stelligen stelde mevrouw Steel een code op, die tot nu toe uitstekend werkte. Dit alles wil niet zeggen dat Albert Steel geen plezier in het schilderen van portretten heeft. De panelen van zijn kinderen zijn daar het levende bewijs van. Maar aan alles komt een eind. Ook aan de kneedbaarheid van een Belgisch kunstenaar, die nu eenmaal een an der leven leidt dan bv. een Neder landse broeder in de kunst. In Bel gië kent men geen contra-prestatie regeling; zonder daarmee te zeggen dat dit instituut een heilzame wer king uitstraalt voor de „onderge schikten". De vriendenkring „La resteen" moet verandering in de huidige situatie brengen. Geestelijke en financiële yrijheid voor de kun stenaar zijn daarbij de uitgangspun ten. Elk lid stelt zich garant voor een bepaald bedrag. De hoogte daar van is nog niet bepaald. Dat hangt af van het aantal deelnemers. Het zal in ieder geval niet minder zijn dan f 10.000 francs minimaal bij een deelname van 100 vrienden in de kring. Globaal gezien een garantie van een miljoen Belgische francs om het ideaal van Albert Steel te ver wezenlijken; onbezorgd schilderen, zich verdiepen in zijn kunst en zoals dat heet zijn blik verruimen. Een aanvaardbare oplossing voor zowel Albert en zijn vrouw, die haar ener gie heeft aangewend de vrienden kring (tot nu toe zo'n 30 leden) van de grond te krijgen. Ook in Zeeuwsch-Vlaanderen heeft dit initiatief de aandacht ge trokken. De heer A. A. Alberse, directeur van de Ned. Credietbank in Terneuzen kan de schilderijen van Albert Steel hooglijk waarde ren, hij trad toe tot de kring zonder zakelijke bedoelingen. Wel wil de heer Albers in Zeeland gegadigden voor de vereniging „Laresteen" inte resseren en over enige tijd schil derijen van Albert Steel in het bank gebouw aan de Nieuwstraat in Ter- neuzen exposeren. Wie is nu eigenlijk Albert Steel? Een bij de eerste kennismaking in zijn riante salon een alleraardigst en vlot causeur. Opgegroeid in een kunstzinnig milieu (vader kunst schilder en moeder een zeer poë tisch ingestelde vrouw). Het schil deren zat de jonge Albert al jong in het bloed. Echter niet gestimuleerd door vader Steel, die van het princi pe uitging dat een bepaalde aanleg er later wel van zelf uit zou komen. Op z'n twaalfde jaar maakte de jonge Steel geweldige kopieën. Ook daar zijn in „Laresteen" voorbeel den van voorradig. Ondanks die natuurlijke aanleg belandde de schilder niet op de academie. De tuinbouwschool werd zijn lot. Toch via de tuinarchitectuur werd Albert Steel gevoel voor kleurharmonie en ritme bijgebracht, dat was in 1932. Het leger riep en in die periode moesten de kameraden van Albert het ontgelden. Figuurlijk natuurlijk, want Albert tekende alleen de „kop pen" van zijn medesoldaten. Zonder een bepaalde aangeleerde techniek, alleen door het veelvuldig kijken naar zijn vader, ontwikkelde Steel zich. Los van het namaken. Voor hij zich helemaal aan het schilderen kon zetten werkte Albert na 1944 op een afdeling van het ministerie van landbouw. „Ik moest daar het saai ste werk doen. Statistiek en op een ponsmachine rammelen. Rond 1950 wilde men mij overplaatsen naar Brussel en dat deed voor mij de deur dicht. Het zat er toch in dus moest het er maar van komen. Mijn vrouw en ik besloten de stap te wagen en te proberen met schilde ren aan de kost te komen", aldus Albert Steel. De eerste twee jaar van het kunstschilderschap verliepen niet zo soepel voor de Steelkens. Daarna kwamen de opdrachten van het gou vernement los. De ster van Albert Steel begon te rijzen en doet dit nog steeds. „Ik ben nog niet uitgekristal liseerd. Mijn evolutie gaat door", zegt Albert Steel. Zijn filosofie van waaruit hij werkt is door een ontwa pende simpelheid boeiend genoeg. Voor hem geen geëngageerdheid met de maatschappij. Hij laat dit graag aan anderen over. Hoewel Albert een „goed" politiek gesprek niet schuwt. Hij kon zich kort na de gemeenteraadsverkiezingen in Bel gië hevig opwinden over de ver schuiving naar het extreem radikale Nee, Albert Steel houdt het liever bij de natuur. Die schoonheid in pure eenvoud, waardoor hij snel wordt geraakt. Zijn stillevens; veel bloemen en wild en het meest uitspringende werk zijn land schappen. In volle warme diep rode en bruine kleuren weet Steel emo ties op te wekken, die voor een oppervlakkige beschouwer verbor gen blijven. Juist in zijn landschap pen evolueert de schilder zich het meest. Van het naturalisme naar het abstracte. Een verinniging met de natuur; zijn enige houvast. Albert Steel heeft haast. In een record tempo verdwijnen al die mooie plekjes waaraan het land schap rond Gent zo rijk is. De verka veling en de opkomende industrie zitten hem op de hielen. Een trieste zaak voor een kunstenaar, die dan toch op zijn eigen wijze protest aantekent tegen deze ontwikkeling, de kans om straks zich alleen maar met zijn voorliefde de natuur bezig te houden trekt Steel aan. Hoe nu precies de vork van de vrien denkring in de Steel zit dringt ogen schijnlijk niet tot hem door. Hij praat er niet over. Dat is een taak voor zijn vrouw. Wel vertelt hij over zijn reizen naar Roemenië, Tu nesië en Frankrijk, zijn museum bezoeken en over zijn drie jaar ge leden verkregen Laureat van de Kunstacademie van Parijs. Auto-di- dact Steel is een groot liefhebber van muziek en speelt zelf graag en veel. In de ruimte die tot zijn atelier behoort, een grote zaal met schouw en gemakkelijke stoelen staat een grote vleugel. Zelfs in die showruimte temidden van zijn schil derijen is Albert, Steel nog niet. Dat is hij pas in zijn atelier, een naar verhouding kleine kamer. Lekker rommelig, een paar op commando fluitende vogels, een oude grammo foon- installatie (met een plaat van Schumann op de draaitafel), tubes- verf, wat tekeningen etsen en een schildersezel. Daarop stond: een por tret van een jong meisje. „Ik had het bijna in een dag af, maar het licht was niet zo best", zegt de schilder. Op 21 november is het Laresteen groot feest. De vrienden kring wordt dan officieel ten doop gehouden. Het is nog niet zeker of de uitnodigingen beperkt worden tot de vrienden alleen. Enkele jaren geleden werden voor een tentoon stelling 500 invitaties weggestuurd er kwamen toen 475 personen. Een beetje veel, want voor zoveel perso nen hebben zelfs de Steelkens geen plaats.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1970 | | pagina 11