Gaat en vermenigvuldigt u
alve liter
Pleidooi voor „slechte" huizen
Tragische operatie
Lawines
34238
Musicali"
E TENOR
JOSEPHINE g
X
X
Q.
O
O JOSEPHINE
LUKE
LUCKY
SUSKE
EN WISKE
Luister even Uasih-i1o$mar, hunnen
wj ervaren, evenuichfye en rijpe ou-
deren niet beter de uereld verbete- j$\j^
ren dm die jon^esnaken die...}
tlomentje hé,Uasik-t\o$
Mar.. HU bedoelL'diejon
<je5nsken die meel dyna
mischer, intelligenter i
en doordrijvendervjnl\
7
droefheid in mjjn
houten harf heerst, hen ik niet
antyoordenEen boie tovenaar
heeft mij van Uasih-ilaral $e -
scheiden!
daltons
°P vrije
voeten
twee
toffe
totems
Dan is er maar één mid
del om een antuoord te
kr^en f De totems sa-
~X men brengen !y^
koffiemelk is
nig en toch
aromSantornel
ïelkleverancief-
'n ffi-product
WOENSDAG 4 NOVEMBER 1970
15
tor
koor vraagt
:zen is een vereiste)
in s.v.p. bellen of schrijven:
V. FRANSSEN
Breda Tel. 39195
CL
LU
GO
IS de woning een verbruiks-
«oed! Deze vraag stelt zich de
■Lr Gérard Blachère, directeur
|ïan het „Centre" scientifique et
Itechnique du batiment" in het tijd-
I schrift „Revue politique et Parle-
I mentaire".
Hij vraagt zich af of thans niet
Ihet ogenblik is gekomen om de
■woning als een consumptiegoed te
I beschouwen en derhalve m onze
I moderne maatschappij te bouwen
Ivoor een periode van twintig jaar.
De korte duur van een construc
tie biedt volgens hem enkele voor
telen. Vooreerst zal naar zijn me
ug het kapitaalverlies, ontstaan
■Hoor afbraak voor stedebouwkun-
redenen, geringer zijn. De ei-
...aar van een kortstondige wo-
IJjng zal meer volgens de mode
I van de dag gehuisvest zijn als hij
de twintig jaar een nieuwe
Iwoning koopt.
I Vanuit economisch oogpunt stelt
(de heer Blachère de vraag welke
prijs is die zou moeten worden
Jtaald voor een constructie die
[vijfentwintig of tien jaar zou du-
■ren.
Vergeleken bij een traditionele
woning, dient de prijs van een
woning die slechts 25 jaar haalt,
een besparing van ongeveer 30
te bieden en een woning met een
levensduur van tien jaar een be
sparing van 60
Momenteel zijn er aldus de
schrijver echter geen construc
ties op de Franse markt, die 60 of
30 goedkoper zijn dan de duur
zame bouwwerken. Gelet op de
thans bestaande prijzen is het dus
noodzakelijk dat alle bouwwerken
meer dan 25 jaar duren.
Uit een onderzoek rond Ameri
kaanse woningen trekt de heer Bla
chère de conclusie dat de Ameri
kanen met een individueel inko
men dat meer dan tweemaal zo
groot is als van de Fransman, ook
tweemaal meer kan besteden aan
huisvesting. Zij kunnen zich ont
doen van woningen waarmede de-
Fransen nog gelukkig zouden zijn.
In feite wordt het klassieke
Amerikaanse huis gekenmerkt
door de eenvoud van zijn ruw
bouw, de maatafstemming, de
kwaliteit en de overvloed van zijn
uitrusting. De heer Blachère is van
oordeel dat deze Amerikaanse pro-
duktiviteit ook het doel van
Frankrijk zou moeten zijn.
Het groeiend succes van het
„mobil home" in Amerika dient
volgens de schrijver eveneens ver-
me' Dit mobile huis is geen cara
van maar een verplaatsbaar of lie
ver verplaatst huis, gebouwd door
de samenvoeging van verscheidene
lichte elementen.
Deze woningen zijn goed be
woonbaar, hebben een kortere be-
staansduur dan de traditionele wo
ningen en zij zijn interessant van
wege de prijs.
Deze systemen waaien over -naar
Europa. Wanneer deze woningen
verkocht worden tegen dezelfde
prijzen als in Amerika, zullen ze
volgens de heer Blachère de eerste
economisch verantwoorde wonin
gen zijn met korte duur.
(Uit „Volkshuisvesting, tijdschrift
van het Christelijk Sociaal Cen
trum voor Volkshuisvesting).
EEN SCHRIJVER kon het ballet-
mogtepunt van de dit jaar gehou
den „Festwochen" in West-Berlijn
voor zich opeisen. Günter Grass.
':èn van de bekendste auteurs van
de Duitstalige naoorlogse literatuur
'„Die Bleehtrommel", „Hundejah-
'e") otving voor zijn ballet „Vo-
iêlverschrikkers" (zie foto) lof en
:nthousiaste bijval van critici en
een deskundig publiek. De jonge
Beriijner Ariibert Reimann in
gesprek met Grass) componeer
de de muziek bij de duistere han
deling (choreografie: Marcel Luit-
pard), waarin vogels en vogelver
schikkers een verbond sluiten te
gen een tuinman. De imaginaire
wereld van de vogelverschikkers
wint de strijd de tuinman ver
andert zichzelf in een van hen,
zijn dochter wordt in triomf ont
voerd naar de groteske toversfeer
van de lompenachtige figuren.
Reeds op de dag van de première
in de Duitse Opera in Berlijn wa
ren de experts het erover eens, dat
de „Vogelverschikkers" van Grass
en Reimann spoedig tot het inter
nationale repertoire zouden kunnen
behoren.
WERELD zal in 2006 twee
maal zoveel mensen tellen als op
tat ogenblik ook al lopen zowel
let geboorte- als het sterftecij-
terug, zo staat te lezen in het
[ste demografische jaarboek
Van de V.N.
De wereld telde in juli 1969
miljoen mensen en dit zal als
huidige groei voortduurt over
■s meer dan dertig jaar meer dan
miljard zijn.
1.988 miljoen of 56 procent van
a wereldbevolking woont in Azië
E, a. v°lgen Europa, Afrika. La-
£SAmerika. Sovjet Unie en
"in •Amerika' respectievelijk
345, 276, 240 en 224 miljoen.
ue laatste drie jaar is de we
reldbevolking jaarlijks met 1.9
procent toegenomen of van medio
1968 tot medio 1969 met 69 mil
joen.
De grootste vruchtbaarheid on
der vrouwen vindt men in Jorda
nië en Bahrein aan de Perzische
Golf gemiddeld vijf kinderen.
De Zweedse en Nederlandse
vrouwen hebben een gemiddelde
levensduur van 76.5 jaar, hetgeen
een record in de wereld is.
In slecht^ vijf landen hebben
mannen een langere gemiddelde
levensduur dan de vrouwen. Het
zijn de ontwikkelingslanden, Op
per Volta, Ceylon, India, Jordanië
en Pakistan.
Uit de cijfers blijkt verder dat
in sommige Zuidamerikaanse lan
den en in West-Indië meer dan 70
procent van de kinderen onwettig
is. Het percentage ongehuwde
moeders in Israël en Egypte is
daarentegen een stuk lager dan
één.
Het aantal levend geborenen op
duizend mensen is teruggelopen
van 35 a36 inl960 tot 33 nu. Het
teruglopende sterftemcijfer is echter
verantwoordelijk voor het gelijk-
blijven van de bevolkingsgroei.
Het sterftecijfer liep terug van 16
per duizend mensen in 1965 tot 14
in 1969.
Nog even de rangorde van de
grootste steden: Tokio 9 miljoen,
New York 8 en Londen 7.8 miljoen
inwoners. En van de landen: China
740 miljoen, India 537 miljoen, de
Sovjet-Unie 240 en de V.S. 203
miljoen.
MET TWEE MENSEN moet
men diep medelijden hebben:
met professor André Quenee uit
Bethune in Noord-Frankrijk en
met één van zijn patiënten die
een operatie niet heeft over
leefd.
Wat is er gebeurd?
De hoogleraar, een radioloog,
had in het noorden een uitstekende
naam als chirurg. Door zijn vak
was hij zo gepassioneerd, dat hij
meer dacht aan al zijn patiënten
dan aan zichzelf. Hij nam te veel
risico en op een gegeven dag
bleek, dat zijn hand door radio-
stralen was aangetast. Hij liet zich
onderzoeken in het Parijse Foch-
ziekenhuis en daar luidde het on
verbiddelijke vonnis: de arm
moest worden geamputeerd om de
rest van het lichaam te redden.
Dat betekende vanzelfsprekend het
einde van zijn carrière als chirurg.
Voor de amputatie werd een af
spraak gemaakt in het Parijse zie
kenhuis.
Maar op 27 mei 1967 verscheen
in de particuliere kliniek van pro
fessor Quenee een glazenmaker,
Jean Vanbergue, 24 jaar, die
klaagde over pijnen in de rug. De
hoogleraar onderzocht hem en con
stateerde nierstenen. Hij stuurde
hem terug naar zijn huisarts met
opdracht zich te laten doorlichten.
Jean kwam terug met de foto's en
daar bleek uit, dat de diagnose van
de hoogleraar goed was geweest.
Jean, die in de professor een onge;
kend vertrouwen had, wilde door
niemand anders dan alleen door
professor Quenee worden geope
reerd. „Dat is volstrekt onmoge
lijk", zei de hoogleraar, „want
over twee dagen moet ik naar
Parijs voor de amputatie van mijn
arm". Maar omdat Jean niet tot
rede was te brengen, zwichtte de
hoogleraar en de dag voor zijn
vertrek 's morgens om half tien
lag Jean op de ►peratietafel.
Tijdens de operatie deed zich
een bloeding voor, die pas laat
gestuit kon worden, omdat er in de
kliniek geen bloedflessen waren en
men ook de bloedgroep van Jean
niet kende. De hoogleraar na de
bloedtransfusie menend, dat de pa
tiënt buiten gevaar was, nam nog
diezelfde middag de trein naar Pa
rijs voor zijn amputatie. Maar on
derwijl stierf de patiënt aan een
tweede bloeding. De familie dien
de een aanklacht in en een eis tot
schadevergoeding.
De rechtbank heeft uitspraak ge
daan en de hoogleraar veroordeeld
tot vijfduizend frank boete en tot
een schadeioosstelliinig vam hooderd-
tieaiduizend framik. De hoogleraar
beriep zich op de aandrang van
zijn patiënt, maar de rechtbank
overwoog, dat zelfs bij een over
haaste operatie alle voorbereidende
maatregelen moeten worden geno
men wat in dit geval, door het
ontbreken van bloedplasma en de
onbekende bloedgroep niet het ge
val was.
MENIGEEN laat zich weerhou
den mee te doen aan wintersport
uit angst voor lawines. Het is een
feit dat elke winter hier of daar
slachtoffers vallen. Soms een enke
le of een paar uit een groep waar
van de rest ongedeerd bleef, of
sneller werd gevonden. Wanneer
de plaats waar zij bedolven liggen
maar vlugger bekend was, zou er
veel gewonnen zijn.
Een Britse firma gaat een appa
raat op de markt brengen dat het
skiërs en sneeuwliefhebbers ge
makkelijk zal maken, snel precies
vast te stellen waar mensen door
een lawine zijn verrast (slachtof
fers van een lawine hebben gemid
deld twee uur onder de sneeuw te
Leven). Het gaat om een micro
electroniscb apparaatje met twee
elementen. Dank zij deze vinding
kunnen leden van het gezelschap
of Lieden uit de buurt de getroffe
ne al te hulp snellen zonder de
aankomst van reddingsploegen af
te wachten. Aangezien het appa
raat maar 130 gram weegt en ge
makkelijk in de zak van een ano
rak of pantalon past, kost het niet
de minste moeite het mee te ne
men. Zodra het bedolven wordt
onder sneeuw begint het golven
met een lage frekwentie uit te
zenden die een electrisch veld
creëren dat in een sonoor signaal
wordt getransformeerd.
Proeven, in de Alpen genomen,
hebben aangetoond dat het appa
raat onder een sneeuwlaag van6
meter, duidelijk kan gehoord wor
den in een radius van 6 meter.
De schrijfster van de cabaretteksten en kinderboeken, Annie M. G. Schmidt,
heeft opnieuw een boek, MINOES, gebaard, dat zonder enige moeite geschre
ven schijnt te zijn, zeer geslaagd derhalve door soepele hantering van de
taal, luchtig uitgesponnen fantasie en grappige kijk van zaken op de overigens
zeer onwerkelijke geschiedenis van een poes, oie als gevolg van een verkeerd
gevallen consumptie verandert in een meisje maar nochtans de kattegewoon-
ten niet aflegt. Dit leidt tot gecompliceerde situaties, waarmee alleen een
schrijfster als Annie M G Schmidt zeer geloofwaardig weet te spelen. Hoogst
vermakelijke en verteerbare kost van kinderen rond de 8 jaar.
Een heel fijn cadeau voor de categorie tussen vijf en acht jaar is Richard
Searry's „MIJN LEUK ABC". Vooral een zalig kijk-boek met talrijke plaatjes
waarin telkens dezelfde dieren in telkens andere, meestal erg grappige,
situaties verkeren. Maar heel bescheiden, en toch heel essentieel, is er een
knap verwerkte pedagogische ondertoon die de allerjongste lezers niet
alleen helpt spellen, maar ook spelenderwijs vertrouwt maakt met allerlei
begrippen. Kinderen uit de eerste twee klassen van het lager onderwijs
zullen er enorm veel plezier aan beleven Wat jongeren ook, want het is een
voortreffelijk kijk'-boek, dat erg aantrekkelijk is uitgegeven door N.V.
Centrale Uitgeverij Harderwijk.
Uitgeverij Cantecleer heeft Lea Smulders de eer van een „Omnibus" aan
gedaan. Uit het omvangrijke oeuvre van de schrijfster, die al jarenlang niet
van de kinderboekenmarkt is weg te denken, heeft de uitgeverij een keus
gedaan van vijf werkjes gebundeld in een 222 pagina's tellend boek, prettig
leesbaar en verzorgd uitgegeven met tekeningen van Wim Bijmoer en vooral
van Coby Krouwel, die ook het vrolijke fleurige bandontwerp voor haar
rekening heeft genomen. De vijf verhaaltjes bijeengebracht onder de titel
„GEEF ME DE VIJF" zijn Brammetje Beer in het dierenbos, Meneertje
Verkeerd, Tijntje Toverschaar, Stapvoet het ezeltje in liet Pannenkoekenhuis
en Stappertje Step. Beproefde en door de tijd gestaalde lectuur kennelijk.
Vooral de jongens zullen bijzonder genieten van het boek „PJOTR" door
Jan Terlouw. Het is een verhaal van een Russische jongen, die kort voor
de revolutie in Rusland als halfwees zijn vader in de gevangenis ziet ver
dwijnen en later naar Siberië De man heeft zijn zoon, die aangevallen werd
door een marskramer, willen beschermen en daarbij de marskramer gedood.
Als zijn vader veroordeeld is, gaat Pjotr op voetreis naar Siberië, een tocht
van ongeveer vier jaar. De jongen is dan ai opgegroeid tot een bijna vol
wassene, die heel wat avonturen achter de rug heeft tijdens ^eze voetreis.
Volgens ons is dit boek het beste van de eerste vier in een nieuwe Regen
boog-serie. (Uitg. Holkema en Warendorff.)
Alet Schouten dook voor „DE MARE VAN DE WITTE TOREN" ver in de
geschiedenis van Europa, toen dit werelddeel nog beheerst werd door Romei
nen, Germanen, Kelten en andere stammen, met alle strijd die toen gaande
geweest is. Toverkracht, slimheid, brute overheersing en overwinning spelen
een grote rol in dit spannende verhaal, dat tenslotte uitmondt in heldendaden
van de jonge Kelt, bijna te ongeloofwaardig >m waar te zijn. De spanning is
er overigens niet minder om (Uitg. Holkema en Warendorff.)
Ook het boek „GEEN MELK VANDAAG' van E. W. Hildick is uit het
Engels vertaald. Het wijkt sterk af van de drie voorgaande boeken. Het is
namelijk een nogal humoristisch gegeven over een paar jongens die een
melkboer helpen in zijn wijk. Natuurlijk maken ze hierbij van alles mee,
gekke en vreemde dingen Het boek doet ons denken aan een toneelstuk,
soms aan een film-scenario. Het is nu en dan ook in dialoogvorm geschreven.
De typische Engelse padvinderssfeer verloochent zich in „Geen melk van
daag", niet. (Uitg. Holkema en Warendorff.)
Een boek waar de zogenaamde oudere jeugd (inclusief de ouderen) plezier
aan kunnen beleven is HET TEKEN VAN FÜHLA van Alan Garner, die in
'68 de begeerde Carnegie-Medai won voor het beste jeugdboek. Deze jonge
auteur heeft zich bijzonder verdiept in oude legenden en volksverhalen van
Keltische oorsprong en die zijn de moeite waard In dit decor plaatst hij het
verhaal van enkele stadskinderen, die in Wales een van de weinige streken
in het Westen waar de toverkracht zijn macht wist te behouden verstrikt
raken in een vervaarlijke wereld. „Het teken van Fohla", een armband die
zij als geschenk kregen, redde Susan en hoar broer Colin tenslotte uit de
gevaren. De Nederlandse vertaling van dit uit '63 stammende boek (The
Moon of Gomrath) door Snya des Tombes, tracht zoveel mogelijk aan te
sluiten bij de authentieke sfeer, waarbij het soort dialectisch taalgebruik
daarbij gehanteerd niet over is te brengen en nogal geforceerd aandoet.
Overigens spanning in een leefwereld, die nog- bestaat, maar wel ver afligt
van de onze. Daarom waarschijnlijk zo boeiend. (Uitg. Lemniscaat, R'dam.)
BULLETJE EN BONESTAAK hebben bij verschillende generaties ouderen
een bekende klank. De dikke (Bulletje) en de lange (Bonestaak) beleefden
hun avonturen tussen 1921 en 1935 in een stripverhaal in het dagblad Het
Volk. Vanaf 1924 tot in de oorlog waren de belevenissen van het tweetal
ook in boekvorm verkrijgbaar. De serie werd onderbroken door de geweld
dadige dood van de schrijver: A. M. de Jong uit Nieuw Vossemeer: de man,
die ook Merijntje Gijzen tot leven bracht. De Jong werd door SS-ers dood
geschoten.
Twee jaar geleden werd een deel van de oorspronkelijke tekst en tekenin
gen herdrukt in twee boekjes. De uitgever rekende er natuurlijk op dat
veel ouders, die de avonturen van Bulletje en Bonestaak destijds verslonden
hebben, de boekjes voor hun eigen kinderen zouden aanschaffen. Dat is
prompt gebeurd. De boekjes waren ai gauw aan hun tweede druk toe. We
zouden A. M. de Jong echter ernstig tekort doen wanneer we er niet
onmiddelijk aan toevoegden dat het verhaal van Bulletje en Bonestaak
levendig, fantasievol en nu en dan bizar genoeg is om ook de jeugd van deze
tijd aan te spreken. De jeugd zal ook de tekeningen van de in 1966 overleden
George van Raemsdonck zeker leuk vinden maar we vermoeden dat de
hernieuwde kennismaking voor veel ouderen op dit punt zal tegenvallen.
Dat is niet zozeer de schuld van Van Raemsdonck dan wel het gevolg van
de sterke ontwikkeling in het striptekenen r,a 1945.
Na het succes van de twee boekjes die in 1968 zijn uitgebracht zijn nu
de deeltjes 3 en 4 op de markt verschenen: „Uuwe Hein onder de zeerovers"
en „Avonturen in New York". Ze zullen wel niet de laatste zijn.
Bulletje en Bonestaak zijn wel erg duur geworden: 5.90 per deeltje
(Uitgeverij De Arbeiderspers).
hé .'wat e
CM" ND'
39