tl In de lucht leer je pas weer mens te zijn G, I maeftei#" Hobbyduiz endpoot I komt handen 1 tekort Meer doen met bestaande spelletjes -Axel xl/?/// Je Schrijver BU DE TUD BIJ DE TIJD BIJ DE TIJD BIJ D an anderen modecentra ere modellen klantenkring bmdat wij al- anderen wil- OOSTBURG HET ZELVERS andere kijk zweefvliegen indeling zelf maken competitie 7/ 'ij [CK DECKER andere voorkomende rische apparaten. OOSTBURG |rt.A. TRIOU jjK s'i'iülVI DAGBLAD VOOR ZUIDWEST NEDERLAND Ivrijeftijcl-vrii vertaald] EINSPIREERD door de slogans: „Krijg eens een andere kijk op de wereld" en „Vliegen is gezond voor u", krijgen de laatste jaren steeds meer Brabanders en Zeeuwen zin om te gaan vliegen. De luehtvaartscholen en de vlieg clubs varen er wel bij. Afgezien van het feit dat een vliegbrevet (met als het even kan ook nog een eigen vliegtuigje er bij) het als statussymbool op de dag van vandaag nog uitstekend „doet", is vliegen inderdaad een heerlijke sport en het is echt geen wonder dat dagelijks meer mensen gaan vliegen. Met argumenten dat vliegen een gevaarlijke en een dure sport is, hoef je bij deze mensen niet aan te komen. Aan het feit dat je (ajs alles tenminste goed gaat) een kleine f. 3.000 kwijt bent voordat je je eerste vliegbrevet in je zak hebt, gaan de vliegsport enthousiasten voorbij 'met de opmerking: „Moet je maar eens gaan vissen. Wat ben je dan niet kwijt als je die sport goed wil beoefenen? Of ga anders maar eens autorijden als hobby nemen". En met de opmerkingen over het ge vaar van het vliegen zorg je hele maal voor een lachertje. Met een grijns op het gezicht alsof ze willen zeggen: „We zullen deze leek eens een paar dingen goed aan zijn verstand brengen", geven ze je dan als commentaar: „Maar me neertje, autorijden is veel gevaarlij ker dan vliegen. Je moet maar eens met ie kist boven een autoweg zit ten. De schrik slaat je dan om het hart als je al die auto's rakelings langs elkaar heen ziet schieten. Je snapt dan eigenlijk niet dat er niet meer auto-ongelukken gebeuren. Nee, geef mij het vliegen maar, dat is veel veiliger". Verder krijg je te horen dat vlie gen goed is voor je gezondheid en dat doktoren zelfs mensen van. zes tig jaar nog voorschrijven om te gaan vliegen. Dat klinkt allemaal zo geweldig dat je je gaat afvragen waarom ziekenfondsen dan geen vlieglessen financieren in plaats van poeders en pillen. „Je gaat in de lucht de betrekkelijkheid van de dingen zien. Je krijgt echt een heel andere kijk op de wereld, zowel letterlijk als figuurlijk. Je vraagt je in de lucht af: hoe is het nou mogelijk dat die gemeenteraad daar beneden ruzie zit te maken? Je kunt je in de lucht eigenlijk niet voor stellen dat onder de mensen bene den je zoveel onenigheid heerst," zijn opmerkingen, die de leek aan sporen om ook eens te gaan vliegen. Of hij het doet is een tweede, want om te gaan leren vliegen heeft men niet alleen een behoorlijk gevulde portemonnee nodig, maar ook een goede gezondheid, verantwoordelijk heidsgevoel, gevoel voor sportiviteit, een sterke wil, een gezond verstand en begrip voor logica. Beschikt men over dit alles, dan kan men gaan leren vliegen. En ondanks de vergelijkingen met vissen en met autorijden is vliegen toch echt geen goedkope sport. Bij de inschrijving als leerling-vlieger bij het opleidingsinstituut van King Air Service op het vliegveld Seppe, begin je b.v. al met storten van een ■borgsom van f. 100,-, een bedrag dat je terugkrijgt als je met of zonder brevet vertrekt. Het leren vliegen kost je onder leiding van een in structeur f. 75,- per uur. Tenminste wat betreft de praktische kant van de opleiding, want voor de theoreti sche cursus, die ongeveer drie maanden duurt als je elke week een avond de cursus volgt, dien je f. 125,- neer te tellen. Over het algemeen mag de leer ling vlieger na twaalf of vijftien lesuren solo-vliegen. Na minimaal dertig vlieguren doet de leerling examen bij de Rijks Luchtvaartdienst voor het beperkt vliegbrevet A. Hij heeft dan inmid dels al een overlandvlucht gemaakt en zijn techniek is door de instruc teur behoorlijk bijgeschaafd. Met een beperkt vliegbrevet A mag je zelf vliegen, je mag een keer passa giers meenemen, maar je mag geen commerciële vluchten uitvoeren en je moet boven Nederlands grondge bied blijven. Wil je ook eens met het vliegtuig naar het buitenland, dan dien je het volledige vliegbewijs A te halen. In totaal moet je dan minstens 55 vlieg uren hebben, waarvan tien uur in- strumentvliegen, het z.g.n. blind vliegen. Verder is het op het vlieg veld Seppe ook mogelijk om de radio- en telefonie-opleiding te vol gen. Deze cursus duurt ongeveer een half jaar en voor f. 225,- kun je eraan meedoen. De geslaagde cursist mag dan ook op een vliegveld als b.v. Schiphol landen. Het volgen van de R.T.-opleiding wordt overigens steeds meer aangeraden. Praktisch alle amateur-sportvliegers laten het wel bij het volledige vliegbewijs A Slechts een enkeling gaat nog ver en het R.T.-diploma. der studeren en vliegen voor het B- 3 brevet, maar de man, die dit doet, wil over het algemeen wel beroeps vlieger worden. Ook wordt nog wei nig gebruik gemaakt van de moge lijkheid om bij King Air Service te leren vliegen op de helicopter. Geen wonder, want het halen van een vliegbewijs voor hefschroefvliegtüi- gen kost ongeveer f. 12.000 tot f. k wil iedereen die vlak vooi zijn pensionering staat aanraden ervoor te zorgen dat hij de een of andere liefhebberij heeft. Anders moet het volgens mij een hele dobber zijn om de dag door te ko men." Dat zegt de heer K. Goud zwaard (65), ruim vijf jaar gepen sioneerd als opzichter van de plantsoenendienst en als leraar in 'e tuinarchitectuur. De heer Goudzwaard zelf hoeft er helemaal niet bang voor te zijn dat hij »ich ook maar een moment van 15.000. Voor een lesuur op de heli copter moet je f. 350,- neertellen, hetgeen door ingewijden een rede lijk bedrag wordt genoemd, als je de hoge aanschaf- en onderhouds kosten van een helicopter in aan merking neemt. Tot nog toe hebben we het prak tisch uitsluitend over motorvliegen gehad. Het zweefvliegen is echter een sport, die in Zuid-Nederland ook door veel mensen wordt beoe fend. Opvallend is dat de zweef- vliegclubs enorm veel jeudige leden hebben. Het zweefvliegen onder de jongeren is dan in het verleden ook flink gestimuleerd. Verschillende clubs kregen daardoor zoveel jeugd leden, dat er per lid maar weinig tijd was om inderdaad te vliegen. Daardoor is de laatste jaren het ledental van de Gilzer zweefvlieg- club Illustrious van 120 tot 95 ge zakt. Met zweefvliegen ben je heel wat tijd kwijt. In een zweefvliegclub moet veel werk verzet worden, want over het algemeen stelt men zich od het standpunt dat door de leden alles zelf gedaan moet worden. Bij de Gilzer zweefvliegclub is b.v. ie der lid verplicht 40 uur per jaar voor de vereniging te werken. En voor die twaalf uur vliegen per jaar moet dan bij Illustrious f. 20,- contributie per maand worden betaald. Daarbij komt dan nog f. 15,- voor w.a.-verzekering, f. 32,50 voor het lidmaatschap van de K.N.V.V.L. (jeugdleden tot 21 jaar betalen hiervoor f. 20,-) en f. 10.- voor de medische keuring. Leden bo ven de 40 jaar moeten ieder jaar worden gekeurd en de jongeren om de twee jaar. Lid zijn van een zweefvliegclubkost dus per jaar ongeveer f 300.Zweefvliegen is wel een stuk goedkoper dan motor vliegtuigen, want huren van een motorvliegtuig kost ruim f. 50,- per uur als je tenminste zelf een brevet hebt en zelf vliegt. Het geld is vooral voor de jeugd meestal de belangrijkste reden om te kiezen voor het zweefvliegen als ze per se de lucht in willen. „Ik zou best willen motorvliegen, maar dat is voor Nederland toch nog een vrij dure sport. Zweefvliegen kan iedereen betalen", zegt de heer Voeten in dit verband. Afgezien van het geldelijke verschil tussen beide vormen van vliegen, is naar de me ning van de heer Voeten zweefvlie gen toch iets mooier dan motorvlie gen. „Je wordt omhoog getrokken, je probeert hoogte te winnen, je kijkt naar de wolken en vraag je af: zou er thermiek in zitten? Wij vin den het geweldig als er thermiek is. Dit in tegenstelling tot een motor vlieger, die vindt dat bij thermiek zijn kist in de lucht een beetje onrustig doet. En wij moeten het de dag zal vervelen. Hij houdt er maar liefst acht liefhebberijen op na. De hobby's van de heer Goudzwaard: het verzamelen van oude prentbriefkaarten, oude mun ten, oud timmermansgereedschap, oude aardewerken voorwerpen, oude tegels, knipsels die betrekking heb ben op de geschiedenis, fotografie en het houden van een herbarium. Niet alleen de heer Goudzwaard toont belangstelling voor zijn hob by's, ook anderen hebben er zeker interesse voor. „Ik heb een hon derd twintig ansichten beschikbaar gesteld van oud Goes om medewer king te verlenen aan de uitgave van het boekje „Goes in oude ansich ten". Dat is overigens maar een bijzonder klein onderdeeltje van mijn kaartenverzameling, want ik heb in totaal ongeveer 13000 prent briefkaarten. waarvan er 3500 uit Goes komen. Ik wil mij helemaal op Goes gaan specialiseren, daarom ge bruik ik de overige kaarten, die uit het hele land afkomstig zijn, als ruilmateriaal". Ook voor zijn andere liefhebberij en blijkt belangstelling te bestaan. In het museum van Noord, en Zuid- Beveland aan de Singelstraat in Goes staan ongeveer 60 aardewer ken voorwerpen die door de oud leraar en opzichter in de loop der jaren zijn verzameld. juist van die thermiek hebben. Het is jammer dat er niet altijd ther miek is als je tijd hebt om te vliegen. Soms zit je op kantoor en is er buiten volop thermiek. Dan zou je wel naar buiten willen rennen om ervan te kunnen profiteren", zegt de heer Voeten enthousiast. Ook het zweefvliegen moet echter eerst geleerd worden. Het eerste wat je moet halen is het B-brevet, dat je pas krijgt als je alleen vijf vluchten keurig uitvoert. De begin neling maakt eerst zo'n veertig tot vijftig vluchten samen met de in structeur. Daarna maakt hij nog een twintig tot dertig vluchten alleen de lucht in. Meestal duurt het wel een jaartje voordat het B-brevet behaald is. En daarna wordt het werken voor het C-brevet. Hiervoor dient de zweefvlieger minstens viif minuten hoogtewinst te hebben gehad of lan ger dan een half uur te hebben gevlogen. Dit brevet is overigens vrij gemakkelijk te behalen. Het gebeurt wel eens dat iemand, die zijn B-brevet haalt, ook meteen zijn C-brevet bemachtigt. Na het C-brevet komt het D-bre- vet, ook wel het zilveren brevet genoemd. Hiervoor dienen een vlucht van 50 kilometer te worden uitgevoerd, een hoogtewinst van 1000 meter te worden bereikt en een duurvlucht van vijf uur te wor den gemaakt. In deze regionen komt men al de geroutineerde zweefvlie gers tegen. Het gouden brevet is een volgende stap. De eisen hiervoor zijn: een afstandsvlucht van 300 ki lometer, een hoogtewinst van 3000 meter en een duurvlucht van vijf uur. Vervolgens kan men zijn brevet sieren met diamanten. In totaal drie diamanten kunnen worden behaald, nameliik voor een afstandsvlucht van 500 kilometer, een hoogtewinst van 5000 meter en een doelvlucht van 300 kilometer. Hiermee is men dan aan de top van het zweefvlie gen, een top, die nog maar door weinigen in Nederland is bereikt. B. AUGUSTIJN ZWEEFVLIEGEN Eindhorense Aeroclub, Pieter Stockmanslaan 53, Eindhoven. „Illustrious", Markdal 8 te Ul- venhout. Verenigde Zeeuwse Aero Club Kloosterweg 100, Haamstede. West Brabantse AeroclubBurg. Freyterslaan 145a te Roosendaal. Aeroclub Keiheuvel. Mol (Bel gië). MOTORVLIEGEN King Air Services, vliegveld Seppe te Bosschenhoofd. Vliegclub Seppe, vliegveld Seppe te Bosschenhoofd. „Ik heb een zekere voorsprong op andere verzamelaars omdat ik door mijn werk bij de plantsoenendienst natuurlijk veel te maken heb gehad met graven- Ik kan u wel verzeke ren dat ik dan wel terdege mijr ogen de kost gaf. Ik heb bijvoor beeld heel wat gevonden bij he' uitdiepen van de Vest in Goes". In totaal heeft de heer Goudzwaar. 210 aardewerken potjes, vaas jes ed. Daarnaast is hij ook nog ii het bezit van een collectie 17e ei 18e eeuwse tegels, die eveneens ii het museum zijn tentoongesteld. Deze voornoemde hobby's zij zonder meer de belangwekkendst liefhebberijen van de heer Goud zwaard Zijn andere bezigheden mc gen echter niet onvermeld blij vei Bij de fotografie geniet het make van dia's zijn voorkeur. De hee Goudzwaard is in het bezit van eei kleine tweeduizend dia's die hij al lemaal zelf maakte. Ook zijn eollee tie timmermansgereedschap mag ge zien worden. „Ik ben in het bezi van een schaaf uit ongeveer 1600 die ik in de oorlog voor een pakji tabak heb geruild". Waarom nu zo veel hobby's? „Ach, het is goed voo je algemene ontwikkeling en boven dien heb je „iets" omhanden". W. VAN DAM Hout beschilderen. Waarom niet? Origineler kunnen uw kandelaars, servetringen en eierdoppen nooit worden! Er zijn al hele pakketten voor in de handel. Met de komst van de tele visie zijn eigenlijk ook de avonden verdwenen die het hele gezin gezamenlijk rond de huistafel doorbracht; kaartend, sjoelend of op wat voor manier dan ook spelend. Waar zijn de avonden geble ven dat men thuis in het ge zin samen aan iets bezig was? De kreet „Spelletjes voor de lange winteravonden" was in ons land vroeger een begrip. Toch is het nog steeds zo dat wij vanaf onze vroegste jeugd worden geconfronteerd met het spel in al zijn verscheidenheid. Baby's leren spelenderwijs de wereld kennen en kinderen groeien spelend op. Zelfs als ze volwassen zijn bedrijven de meeste Nederlanders met zekere regelmaat bepaalde vormen van het spel. En hoe meer vrije tijd, hoe meer men de kans krijgt spelletjes te doen. Pro fessor Huizinga schreef het boek „Homo Ludens", (spelen de mens) en sindsdien wordt het woord ludiek te pas en te onpas gebruikt. Spelletjes zijn in allerlei vormen verkrijgbaar, variërend van een eenvoudig pakje kaarten, enkele dobbelstenen of een ganzenbord tot het ingewikkelde go- of het mah jong spel. Er zullen maar weinig gezinnen zijn die nooit het een of andere spel hebben aangeschaft. De fabrikanten varen nog steeds wel bij het uitbrengen van alle mogelijke spelletjes. De grootste Nederlandse firma op dit gebied Jumbo krijgt jaarlijks vele nieuw ontworpen spelen aangeboden. De meeste ont werpen worden direct terzijde ge legd, omdat ze teveel gebaseerd zijn op bestaande dingen. Patenten remmen wat dit betreft de ontwik keling De uitvinder van het mono- polyspel deed bijvoorbeeld uitste kende zaken, maar hij zorgde er wel voor dat niemand zijn vinding nabootste en dus bleef zijn succes ongeëvenaard. De fabrikanten zoe ken het tegenwoordig meer in se- mi-wetenschappelijke denkspelle tjes of op moderne techniek geba seerde behendigheidsspelletjes. Voorbeelden daarvan zijn elektro, memory of scalec trix. Ruwweg kunnen de bestaande gezelschappen in een aantal groe pen worden ingedeeld. De meest voorkomende zijn misschien nog wel de door de overlevering be waard gebleven verjaardagsspelle tjes. Wie heeft er nooit pluisje geblazen, koek gehapt, ring gesto ken of pand verbeurd? Tot de gangbare in huiselijke kring toege paste gezelschapsspelen zijn deze niet te rekenen. Dat zijn wel bijvoorbeeld de eveneens door overlevering bew aard gebleven kaart- en dobbelspe len- We noemen hier toepen, pe- toeten en het in Zuidwest-Neder land zeer bekende rikken, dat zelfs van de huiskamer naar de wedstrijdzalen verhuisde. Met dob belsteen zijn misschien nog meer variaties te bedenken dan met kaarten. Niet alleen wordt de dob belsteen vaak gebruikt als motor voor andere spelen, maar ook met dobbelstenen zelf zijn zeer veel variaties bekend: kasje gooien, zessen, pokeren etc. Bij uitstek geschikt voor de huiskamer zijn de oude gezellig heidsspelletjes als ganzenborden, mens erger je niet, trik-trak, do mino en kienen. Aan deze spelle tjes kan iedereen meedoen. Specia le kennis of behendigheid is er niet voor nodig, en spanning is er altijd wel. Behendigheid is wel nodig bij mikado, sjoelen en vlooien. Inzicht en intelligentie zijn nodig bij scha ken, dammen, monopoly, stratego, scrabble om er maar een paar te noemen. De laatste jaren is een nieuwe tendens te bespeuren in het spel letjeswezen. Meer en meer worden ingewikkelde technieken en uitge kiende apparatuur te baat geno men. Een voorbeeld daarvan is elektro waarbij men een aantal vragen krijgt voorgelegd. Via een plugje en een rood lampje kan gecontroleerd worden of het ant woord al dan niet juist is. Een ander voorbeeld in dit soort: psy cho, uitgaande van psychologische testtechnieken. Eigenlijk zijn er de laatste jaren niet of nauwelijks nieuwe spelle tjes op de markt gekomen. De meeste spelletjes die als nieuw worden gepresenteerd blijken im mer variaties te zijn op een oud thema. Tegenwoordig kun je bij voorbeeld een derby-spel krijgen dat in principe niets afwijkt van ganzenbord of mens erger je niet; het zo snel mogelijk afleggen van een traject met hindernissen. Toch bestaat er een mogelijkheid om nieuwe en dus meer creatieve spelletjes te spelen. In augustus verscheen in Breda het maandblad Oelaat met een speciaal nummer waarin allerhan de oude spelletjes waren opgeno men, aangepast aan eigentijdse en plaatselijke toestanden. Het idee is eenvoudig. Wanneer in het be staande monopolyspel de namen van de straten aangepast worden aan de eigen stad of het eigen dorp wordt het speelgenot aanzien lijk vergroot. Hetzelfde kan ge daan worden met bijna alle be staande spelletjes. Alleen al het in elkaar zetten van dergelijke „nieu we" dingen is een spelletje op zich. Het hele gezin kan suggesties doen voor leden die in een kwar tetspel kunnen voorkomen. Vooral omdat er op deze manier een ele ment van herkenning in gebracht wordt, spreekt het veel meer tot de verbeelding. Heeft u bijvoor beeld een hekel aan uw schoon moeder, dan zou haar als model voor een ezeltje-prik-spel kunnen gebruiken. Het aantal mensen dat op deze manier i-pelletjes speelt is welis waar niet bijzonder groot, maar het verdient toch aandacht dat de mogelijkheden die zij ontwikkeld hebben eens onder de loep geno men worden. Zo kennen wij een beroepsmilitair die de stukken van het schaakspel heeft vervangen door eigenhandig vervaardigde symbolen uit de militaire wereld. Mensen die hun eigen monopoly spel hebben gemaakt zijn er legio. Voor de verschillende vraag- en antwoordspelen is het natuurlijk moeilijker om zelf dingen te be denken, want de gein van die spel letjes is' juist dat het antwoord onbekend moet zijn. Origineel is .echter wel het idee van de vader die voor zijn zoon het elektro-spel dusdanig aanpaste, dat hij er zijn Franse woordjes mee kon leren. In het reeds genoemde Oelaat worden bijvoorbeeld-nog aangepast het memoryspel (met gemeente raadsleden), pijltje werpen (met kroegbazen) en ganzenbord (op de sekstoer). Ook de commer-ie heeft op zijn manier pogingen gedaan om oude spelletjes aan te passen. Vroeger speelde men bijvoorbeeld met treintjes, tegenwoordig heeft <Je fabrikant ervoor gezorgd dat men elkaar met het scalec trix spel kan beconcurreren door sinmpelweg au tootjes tegen elkaar te laten racen. Het competitie-element is eigen lijk in alle gezelschapsspelletjes terug te vinden. Altijd is er een verliezer of een winnaar, altijd is de een sterker dan de ander bij welk spel dan ook. Dit heeft vaak tot oorzaak dat ruzies, jaloezie of anderszins nijdige gezichten na af loop van het zo gezellige avondje te zien zijn. Daarom zou eigenlijk iedereen die zich op gezette tijden met gezelschapsspelletjes bezig houdt zijn dozen, borden, kaar den, e.d. moeten aanpassen aan eigentijdse (wan)toestanden. Op die manier hoeft men zich niet meer zo te ergeren aan elkaar (hoewel dat natuurlijk lang niet altijd het geval hoeft te zijn), maar aan de op de hak genomen toestanden- U moet natuurlijk wel beginnen uw tv-toestel op de hak te nemen. H. MAAS 'ili :«Ji K. G. GOUDZWAARD Oostburg

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1970 | | pagina 29