Voor dik drie tientjes winkelen in Londen ZEEI FEL Simonse „Compl* lachertj Vervelendst Trip is een slijtageslag maar het is de moeite Bij de foto's: TEKST: Ton Verlind FOTO'S: Cor J. de Boer 1 -voor mij alléén de bést ROYAL CROWN COLi In één etmaal acht uur leu nen, hangen of liggen op een weliswaar gerieflijk maar bij sommigen zeeziekte verwek kend deinend schip: nog zes uur „bussen" in Engelse autocars: een kapitaal spenderen aan taxi's of het andere uiterste zich de blaren op de voeten lopen. Dat moet u er voor over hebben als u in één dag Lon- den-stad wilt bekijken. Een on mogelijkheid is het niet, wel een slijtageslag. Sinds de Engel se onderneming „Townsend Car Ferries ltd" vier jaar geleden vanuit Zeebrugge startte met een geregelde veerdienst tussen deze Belgische stad en Dover, neemt het aantal toeristen dat eendags-uitstapjes maakt naar Londen met duizenden toe. Zo'n eendags-exursie begint 's morgens om zes uur in de ha ven van Zeebrugge. Volgen na vertrek: vier uur varen, drie uur in de bus. Als alles meezit kunt u nog voor 's middags twee uur in een Londense pub tegenover Victoria Station zit ten. Half acht 's avonds staan de speciaal door Townsend ge charterde "East Kent"- bussen op Victoria Coach Station weer in het gelid om de passagiers terug naar Dover te vervoeren. Volgt dezelfde trip als in de morgenuren, nu in omgekeerde volgorde. Rond vier uur glijdt de veerboot majestueus de veel te nauwe oude haven van Zee brugge binnen en een kwartier later kunt u op de kade staan. De trip van en naar de haven niet meegerekend bent u dan, op twee uur na, vierentwintig uur in touw geweest. Netto tijd daarvan voor een nadere ken nismaking met de Engelse hoofdstad: vijfeneenhalf uur. Daarvoor hebt u dan twee maal een nachtrust moeten ruilen voor een bedrag van iets meer dan dertig gulden, want dat is de passageprijs voor een re tourtje Londen. We maakten zo'n trip en kwamen tot de volgende bevindingen. ZEEBRUGGE/LONDEN Dinsdagmorgen 6 uur. Behoed zaam en met vaste hand loodst de ,crew' de ,Free Enterprise 5', het vlaggeschip van Townsend, de smalle havenpij p van Zee brugge uit. Het schip kiest open zee, richting Dover. Aan boord bevinden zich naar schatting tweehonderd passagiers, ver deeld over acht bussen, een handjevol personenauto's en opmerkelijk weinig vrachtwa gens. Het is niet zo druk als gewoonlijk. Vermoedelijke schuldige daarvan de weersta- tions, die de avond tevoren zwaar' weer hebben voorspeld. Ten onrechte blijkt achteraf; „maar er zijn altijd mensen, die er voor thuis blijven," weet Al- bert Ardenois, een oorspronke lijk uit Engeland afkomstige Belg te melden. Albert Ardenois is de „represen tant" van de Belgische vestiging van Townsend. In Nederland zou hij zich public relations officer mogen noemen. De Belg ontplooit zich als een aangenaam reisgids en heeft aan boord faciliteiten, waar van de meeste passagiers alleen maar kunnen dromen. Hij is deze morgen een van de laatsten, die via de geopende muil van het schip het vettige, in dieseldamp ge hulde rijdek opstapt. Het walmen de rijdek is wel de enitree tot, maar niet het imponerendste deel van de veerboot. Wat zich op de bovengelegen- dekken openbaart is een verruk- knig. Ruime lounges met comforta bele gewone en super de luxe vliegtuigstoelen, een goed restau rant, tax-freeshops en een bar. Moeilijk te zeggen wat men in deze duizenden brutoregister-ton- nen metende schuit het meest waardeert: de bar, omdat je er als passagier een „real" Engels ontbijt krijgt voorgeschoteld, compleet met vette worst, warme tomaat, egg en bacon, en thee met melk tegen wil en dank, of de tax-free shop, die je bij elke aankoop het gevoel geeft de belasting op te lichten, ook al is het er helemaal niet zoveel goedkoper. „Kijk vriendelijk. U bent op te levisie- We doen dit om de prijzen laag te houden", staat er op een grote kaart, die bij de uitgang van de winkel tegen de muur hangt. Het geeft een belazerd gevoel, bij het afrekenen te moeten merken, dait je verrichtingen in de winkel voor alle passagiers zichtbaar zijn geweest, want ook in de lounge hangt een monitor. Er is de vijfenzestig koppen tellende bemanning alles aan gele gen om het de passagiers zo aange naam mogelijk te maken. En dat is op zo'n lange reis een geruststel ling. De pogingen beginnen 's mor gens in alle vroegte in het restau rant, waar de gasten bediend wor den door een Engelse ober, die eruit ziet alsof hij alles wat hij opdient in volle omvang eerst zelf heeft geproefd. Hij is de vriende lijkheid zelve: royaal, hoffelijk, flegmatisch, zoals alle Engelse. Hij heeft ook dezelfde onuitstaanbare eigenschap: melk bij de thee. De wat „hogeren" onder de „crew" maken geen uitzondering op de vriendelijkheidsregel. Ze la ten een bezoek aan de vitale delen van het ronkende veerschip ter afwisseling graag toe en vinden het leuk als de passagiers zich voor hun werk interesseren. Het bordje „verboden toegang" onder aan de trap naar de brug blijkt dan ook slechts een loze formali teit. Als je maar vriendelijk toe stemming vraagt. Onze reisgids, Albert, had het na een kort onderhoud snel voor el kaar. „Kom maar mee", zei hij glunderend na even te zijn wegge weest, „ze laten ons de brug zien". Overigens geen privilege: dat doet de kapitein aan ieder die het wil. Voor de ruiten, van de brug stond een vriendelijke, over het water turende quartermaster, H. Mc. Allister, genaamd, afkomstig uit Dover. Achter de navigatieap- paratuur: chief officer R. K. Plant, eveneens uit Dover, twee innemende, joviale „praters". Ze zijn graag bereid iedereen rond te leiden. „Waarom ook niet", zegt de kwartiermeester met een Coronati on-accent. „We yinden het lollig, zolang het maar niet zo druk wordt dat de mensen, ons het uit zicht op het water ontnemen". Het is allemaal erg imponerend wat je op de brug te zien krijgt, zoals de ingewikkelde radiokamer met een batterij telefoons aan de muur. „Veronica zullen jullie toch niet kunnen ontvangen?", wordt achte loos opgemerkt- De eerste officier grinnikt, draait aan een knop en Bij aankomst in Dover staan er Townsend-charter bussen klaar om de passagiers naar Londen te bren gen. Onder hen blijken twee echt paren uit Cadzand te zijn. In de rij voor de douane (wat stempelen die Engelsen graag) zegt de mannelij ke helft: „Blij dat we er zijn. We hebben de dames met eau - de - cologne op de been moeten hou den". Voor zover te zien is er niemand echt zeeziek geworden. We noteren: kwart over tien. Volgen drie uren bussen. Enige afleiding onderweg: zien uit te vinden hoe de air-conditioning wérkt en een norse Duitser die als antwoord op een paar Franse lied jes halverwege plotseling kanon- hard roept „Vive la France". Het klinkt niet erg overtuigend. Verder zwijgt iedereen, totdat Londen in zicht komt. De slum-achitige wijken geven de passagiers een gevoel van te leurstelling. Om twee uur arrive ren de bussen in Victoria Coach station. Om half acht staan de autocars weer gereed en worden de retour-passagiers geacht zich weer aan boord te begeven. We schrijven elf uur als de karavaan weer in Dover arriveert. Na de douaneformaliteiten begeeft ieder een zich weer snel aan boord. Do delijk vermoeid met in de rechter hand loodzware koffers en links een twee pondbiljet voor een slaapcabine lopen we regelrecht een desillusie tegemoet: alle slaap hutten zijn verhuurd- Mijn god, wat heb je op zo'n moment een hekel aan Londen en iedereen Dan volgt eem nacht van waken tot na vier lome uren Zeebrugge weer in zicht komt. De meeste passa giers zijn dan al zo uitgeblust dat ze zich nog nauwelijks herinneren in Albion te zijn geweest. Voorwaar we voorspellen het u: het zal u vergaan zoals ons. Pas na de eerste normale nachtrust zult u het over uw hart kunnen verkrij gen om het toe te geven: „Het was de moeite. Na vier uren onafgebroken varen komt eindelijk de krijtkust in zicht (links boven). Chief-officer Plant heerst met en kele handels en knoppen over hon derden paardekrachten en bij maxi male bezetting twaalfhonderd pas sagiers (hier boven). Westminster Abbey: „Verboden te fotograferen". Och... (rechts). Drie kolossen van motoren voor het aandrijven van drie schroeven worden in de machinekamer door slechts drie onverstoorbare techni ci bediend (daaronder). Links onderaan: Twee Londenaren beiden karakteristiek voor de En gelse hoofdstad: de minder goed gesitueerde „bedelaar" en de met spreekwoordelijk flegma overladen „bolhoed", die snel opstapt als hij ziet, dat hij als bezienswaardigheid wordt gefotografeerd. HieronderBobbiesVraagbaak, wegwijzer en ordebewaker zonder problemen. TERNEUZEN/GOES eerste, tweede en derd delegaties afvaardigen r trictsbestuur van Zuid dering is zoals bekei sectie zondagamateurs eind. augustus openbaarc se vertegenwoordigers: het algemeen zijn de be ten naar hun mening v clubs in Zuid I de dupe 1 gaan by het toelaten va terugkeerde uit het beta: Sai Simonsc, voorzitl enige eersteklasser, die 1 over heeft, was bijzonder Middelburg-Voorzitter, wieni seizoen te maken zou krj drie degradatieplaatsen, fel met: „De nieuwe regelil compleet lachertje. Met h bestuur zondagamateurs he vorig jaar in Breda al een ring gehad over deze kwes werd afgesproken, dat er nog niets zou veranderen, versterkte degradatiebepa lopig zou worden opgeschoij laatste vergadering he'o ik e op aangedrongen om het nie Ik heb toen gezegd: ik rell dat het sectiebestuur op de ring in Breda de sfeer in hef Zuid I heeft gevoeld. En die i duidelijk tegen. En nu gaa plotseling wel doorvoeren, is een lachertje. Ik reken vanmiddag heel het district opstellen tegen dit besluit Eectiebestuur". Sal Simonse, naast voor Middelburg, ook lid van dc vergadering voor Zuid I en b lid van de landelijke bond v teurverenigingen, afdeling vindt het vervelendste, dat dt geen redelijke argumenten r ren kan brengen, die pleiten ze nieuwe regeling. „Het ei gument, dat gebruikt word) situatie met dertien clubs in ste klas. Als er nu steeds i heden door waren onstaan, ik zeggen: ja, ze hebben gelijj dat is niet het geval. Dit jaa TSC zelfs nog een week wach de start van de competitie landstitel, omdat de andere klassen van 12 clubs n klaar waren. Nee, ik vind het een zwak; De leden van het sectiebestuui dondersgoed, dat Zuid I hie maal tegen is. Ze spreken teg^ dig wel eens van inspraak. 1 hadden ze dan in dit geval toepassen. Op deze manier k een geweldige rel want dat| het en daar schieten we nia op. De kans is groot, dat het Zuid I na vanmiddag niet b baar meer is, want ik neem a niemand de dupe wil worden v foutief beleid. Let wel, ik hei tegen Helmond, maar het gaat het principe. Van de zijde vai delburg zullen er een paar mo tafel worden gebracht die om liegenaldus Sal SimoJ Secretaris/trainer A. C. van d de van Axel is het met de he monse helemaal eens. Van eie 'die dit jaar te maken zou met twee vaste degradanten beslissingswedstrijd met num van de tweede klasse A om de in de tweede klas te behoude; „Ik vind deze regeling volkome surd. Indertijd zijn er met d Jating van Helmond concessit daan en over de gevolgen daarj veel te lichtvaardig heengestag dreigden de andere clubs er def van te worden." De Axelse vreest, dat de versterkte deg vooral zal doorwerken in de t| klasse B. Van de Velde: „Het kend, dat er in onze klasse vereohil bestaat in de sterkte elftallen. Door deze regeling kans groot, dat de wedstrijden 1 zullen worden. Het wordt nu een soort knoei! (ADVERTENTIE)

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1970 | | pagina 18