HET "ENIG" ZUSJE HEEFT: Geen "broertje dood" aan huis vol mannen ARTHUR CONAN DOYLE BLIJFT SPOKEN garantie gemak da's makkelijk! ijn ank 139 er uk .voor wie 'm aanneemt .voor wie'm afgeeft Lees maar! -^Schrijf maar! DONDERDAG 9 JULI 1970 15 .tv m Ook eeri RIEKIE ..heitje voor karweitje. JACQUELINE door broers verwend ramJj-nKT ram 4.2tr ram 8 Itr. 4^49" jramjMfM IS isnsdaa 15 iulL (Van een onzer verslaggeefsters) BREDA/OOSTERHOUT/ZE VENBERGEN Enig meisje tussen de mannen. Je ziet ze op hun werk, in hun vrije tijd, maar ookthuis. En dikwijls zjjn broers lang niet zo galant als collega's of vrienden. Het üiiig zusje wordt meestal gezien ais meisje-van-de-klusjes infe rieur aan bezigheden en ambi ties van de ik-broer. Er zijn meisjes, die zich dit traditionele stempel van het lijf gewassen hebben. De „zoek het zelf maar uit"-zusjes, die zich niet tevre den stellen met een fornuis-car rière nog voordat ze een man hebben. Er zijn er echter ook, die zich kra.npachtig onder de lading klusjes uit proberen te werken, maar daarin lang niet altijd slagen. Meisjes, die zich nog heimelijk een uurtje moeten afzonderen om eens een roman te lezen of zomaar wat te mijmeren. Over broederlij ke dictaturen bijvoorbeeld. Dit laatste type komen we nog veel tegen op het platteland, waar een huishoudschool dé aangewezen plaats is voor meisjes, die door gezinsomstandigheden van aanpak ken moeten weten. „Ik zou geen zus willen hebben" zegt de 17-jarige Bredase Juliette van Banning, die een opleiding volgt voor kleuterleidster. En ze weet waar ze over praat, want ze heeft zes broers. „Ik kan veel be ter met jongens opschieten. Je kunt het in de klas ook merken. Met broers blijf je een beetje bij. Ze discussiëren bijvoorbeeld veel over politiek en daar blijft auto matisch wat van hangen. Ook ben je niet zo gauw geschokt door wat minder parlementaire uitdrukkin gen. Daar raak je immers wel aan gewend". r»l' enig meisje tussen de heren moet je je ook wel eens terugtrek ken in een verdedigingstoren om van daaruit de situatie rustig te kunnen overzien. „Vroeger werd ik veel gepest, maar daar leer je van. Je gaat je steeds beter verweren. Ik heb.geen tijd voor al die karweitjes, die m'n broers me in mijn schoenen willen schuiven Wél draai ik automatisch voor de kleintjes op. Als bijvoor beeld de vaat moet worden ge daan, dan trekken de twee oudsten aan hun stutten en gaar, ze in de garage aan een motor zitten rom melen. Maar daar zijn het jongens voor". Juliette heeft geen „boe zemvriendinnen". Meisjes vindt ze meest giechels. „M'n broers heb ben ook speciale maniertjes, wan neer ik eens met een vriend thuis kom. Dan wordt die jonger, hele maal getest. In het begin ergerde ik me daar echt aan, maar nu niet meer Vroeger dacht ik we] eens: al die kerels! maar nu voel ik me best tussen die jongens" „Ik heb liever vijf broers dan vijf zusters" meent de 20-jarige Toos Peters uit Breda. „Wel probe ren ze je allerlei „meidewerk", zoals ze dat noemen, aan te sme ren. Ik laat ze dan wei voelen, dat ik daar niet op gesteld ben. Ik ben echt niet zo'n harde werkster in het huishouden. Tamelijk slordig. Het is geloof ik heel normaal, dat ze je voor hun karweitjes willen spannen, maar bij ons thuis is er een soort taakverdeling. Ze moeten de rommel in hun eigen kamer ooruunw Er zjin wc! eens kleine ruzietjes, maar dan meest over fu tiliteiten". Toos, die op het ogenblik haar opleiding voor kleuterleidster vol tooit, voelt zich door haar broers dikwijls in bescherming genomen. ..Als er in vreemd gezelschap een dronken vent te dicht in mijn buurt komt, dan is het: „blijf van m'n zus af!". Er is bij ons thuis een echte familieband, 's Avonds zijn we vaak gezellig bijeen om wat te discussiëren. Vroeger moest ik altijd erg hard roepen, voordat mijn stem werd gehoord. Je kreeg geen kans aan hei woord te komen, maar ook dat verandert". Samen met haar broers sport ze, drinkt ze een borreltje en lacht ze. Ze heeft geen vriendinnen, want ze ergert zich aan de bemoeizucht van vrou wen. Wel heeft ze een vaste vriend. „M'n broers nemen me het wel eens kwalijk, dat ik nooit met een leuke vriendin kom aanzetten. Maar dat spelen ze ook, want zelf zijn ze handig genoeg!" Een meisje, dal van aanpakken weet in een gezin met vijf broers is de Oosterhoutse Betsy van den Hout (14). Ze bezoekt enkele da gen per week de huishoudschool om later haar droom - eens naai ster te worden - te kunnen verwe zenlijken. „De meeste van mijn broers werken op het land, dus dan komt er in een huishouden heel wat voor kijken. Ik vind het logisch, dat ik mijn moeder help. We heb ben het werk altijd eerlijk ver deeld. Doet zij de slaapverdieping, dan zorg ik voor huiskamer en keuken. We weten er wel weg mee. Het gaat lekker vlot. Als de mannen van het land komen moet de rommel aan kant zijn, de bood schappen gedaan, de kleren gewas sen". En als Betsy eens een paar uur voor zichzelf wil hebben? „Dan moet ik het natuurlijk wel vragen. Meestal maak ik het werk thuis dan wat sneller af. Zo ben ik. bijvoorbeeld dol op zwemmen. Mijn moeder heeft er nooit iets op tegen, als ik eens een uurtje naar hei zwembad ga". Een andere Oes ter houtse tiener, de 14-jarige Rie- kie van Oerle bekijkt de zaak wat anders. „Als de jongens me een karweitje willen laten opknappen, vraag ik daar geld voor. Zo kom ik aan een aardig zakcentje en meestal bedenken ze zich dan nog wel een keertje". En ze heeft vier broersDit commerciële trekje zou men van de bedeesde Riekie niet verwachten. Misschien een ideetje voor andere ijverige zus jes? „Bij ons thuis is het niet zo, dat de jongens verwend worden, maar dat zij hun enig zusje in de watten leggen", zegt de moeder van de 14-jarige Jacqueline Verschuren uit Zevenbergen. Jacqueline be steedt haar vrije tijd niet aan de zorg voor haar drie broers, maar aan plaatjes draaien, kleren en soms al een beetje make-up uit proberen. De jongens dragen haar op handen en daar profiteert ze maar al te graag van. Haar jonge moeder glundert als ze toegeeft haar dochter het meeste werk uit handen te nemen. Ze is blij met de harmonie in het gezin en meent, dat deze echt niet bevorderd wordt door het meisjes lastig te vallen met allerlei klusjes. Conclusie: liet lot van een enig zusje kan oneindig variëren - V-r -,£A li fdj-'-r' '-vS1.-' "V1 '1 t c' 1 - v - -v 1 -.V (Van onze correspondent Roger Simons) LONDEN Precies 40 jaar geleden stierf Engelands meest beroemde schrijver van detecti veverhalen, sir Arthur Conan Doyle. Maar als in het pand no. 2 aan Devonshire Place, in de londense artsenwijk van Harley Street, de lift op geheimzinnige wijze tussen de tweede en derde verdieping blijft hangen, zeggen de bewoners van dat huis: „Sir Arthur is weer onder ons". De geestelijke vader van Sher lock Holmes was 71 jaar toen hij het tijdelijke met het eeuwige ver wisselde. Ondanks zijn hoge leef tijd komt hij vandaag de dag nog flink spoken. Omstreeks 80 jaar geleden woonde hij in Devonshire Place 2 op kamers. Conan Doyle was een Schot, geboren op 22 mei 1859 in Edinburgh, die aan de universiteit van zijn geboortestad voor arts gestudeerd had. Zijn dokterspraktijk in Londen leverde echter niet veel patiënten op, voor al omdat de geneesheer liever ver halen zat te schrijven dan dat hij zich om zieke mensen bekommer de. Het verwonderde niemand, dat Conan Doyle na verloop van tijd in Devonshire Place 2 de brui besloot te geven aan zijn artsenpraktijk en dat hij zich volledig begon toe te leggen op het schrijven van ro mans. Zijn vroegere woning wordt tegenwoordig aan 7 verschillende dokters verhuurd, die er elk een eigen kabinet hebben, met een ge zamenlijke wachtkamer, zoals dat in deze dure artsenwijk gebruike lijk is. Het pand werd in de loop van de jaren gemoderniseerd en uitge rust met een lift, maar de dokters geven hun patiënten vaak de raad via de trap naar boven te komen. Want ofschoon de lift iedere maand vakkundig nagekeken wordt, heeft ze de vreemde ge woonte met haar lading tussen twee verdiepingen te blijven han gen. Het merkwaardigste is nog wel, dat dit alleen gebeurt wan neer de lift patiënten aan boord heeft en dat ze stilhoudt tussen de etages waar zich de kamers van Sir Arthur Conan Doyle bevonden. Het is bekend, dat deze auteur tijdens zijn leven grote belangstel ling koesterde voor spiritisme. Een en ander kan misschien verklaren, waarom de ramen van Devonshire Place 2 soms vreselijk rammelen, zelfs wanneer het buiten bladstil (ADVERTENTIE) Elke girobetaalkaart wordt door de Postgiro tot 100,-gegarandeerd. Dat is de waterdichte zekerheid dat elk bedrag tot/100,-per kaart op uw postrekening wordt bijgeschreven. Snél, gespecificeerd en wel! Dus: kaart ontvangen? Giropas gezien? Kassa! cte tekfifuRgttOt/dec. t Betaal met de pen prompt en precies het juiste bedrag. Zonder buikige portemonnaie of bultige portefeuille. De girobetaalkaart - u krijgt er steeds 20 - is altijd pasklaar: geen gewissel en „Hebt u niet kleiner?". En al uw uitgaven staan overzichtelijk zwart op wit dank zij de dagafrekeningen. I P is, en de vloeren bij wijle kreu nend kraken, net alsof er een geest met uiteraard onzichtbare laarzen zijn ronde doet. Niemand weet precies wat Sir Arthur nog komt uitrichten in zijn oude huis. Moge lijk zoekt hij er een verloren ma nuscript of probeert hij zijn colle ga's esculapen de schrik op het geneeskundige lijf te jagen, omdat hij het niet kan verkroppen dat hun wachtkamer steeds vol zit, wat in zijn tijd zeker niet het geval was. Maar ofschoon Conan Doyle niet voldoende belangstelling kon op brengen voor klachten van jicht of koude koorts, stelde hij zijn me dische kennis onbaatzuchtig ten dienste van de bestrijding van de misdaad. Hij werd een wereldver maarde criminoloog, die de politie door middel van zijn Sherlock Holmesverhalen leerde hoe zij de licate sporen kon verduurzamen met een laagje gips. Hij ontdekte ook het laboratoriumonderzoek van stofdeeltjes op kleren, om achter het beroep van de verdachte of het slachtoffer te komen en om na te gaan waar hij of zij geweest was. Bovendien is het dank zij Conan Doyle, dat de Britse rechtspraak nu óók een hof van beroep kent. Hij heeft talrijke personen ge red, die onschuldig veroordeeld waren, omdat de politie zich niet voldoende ingespannen had, Conan Doyle paste in zijn eigen onderzoe ken altijd methoden toe, die hij voor Sherlock Holmes uitgevonden had. Zijn invloed op het werk van de politie, werd zelfs door de Sü- reté Générale van Frankrijk er kend. Het Süreté laboratorium van Lyon is opgedragen aan de nage dachtenis van Sir Arthur Conan Doyle. Het Amerikaanse FBI heeft alle methoden en ideeën van Sherlock Holmes, alias Conan Doyle, inte graal overgenomen. William J. Burns, chef van Pinkerton's, het grote Amerikaanse detectivebu reau, schreef dat Doyle zelf schuil ging achter Holmes, de knapste detective van deze eeuw. In de politiescholen van talrijke landen werden werken van Doyle als leerboeken gebruikt. Het eerste Sherlock Holmesver- haal verscheen in 1887 en werd gepubliceerd in „Beaton's Annual". Holmes en Conan Doyle begonnen evenwel pas de aandacht te trek ken, nadat een eerste van een lan ge reeks nieuwe Holmesverhalen in 1891 gepubliceerd was in het populaire Londense „Strand Maga zine". Vele jaren later gaf Doyle toe, dat men Holmes als zijn zelf portret mocht beschouwen. „Als iemand Sherlock Holmes is", zegt hij tot een journalist, „dan ben ik het". Sir Arthur Conan Doyle schreef 71 boeken. De meest bekende daarvan zijn historische romans: „The White Company" en „Sir Ni- gel", een verhaal over de Boeren oorlog (hij was van 1889 tot 1902 militaire arts in Zuid-Afrika). Ook over de eerste wereldoorlog zijn van de hand van Conan Doyle 6 dikke boeken verschenen. In 1913 waarschuwde hij zijn land voor het gevaar van de Duitse U-boten, Het graf van Sir Arthur Canon Doyle en zijn vrouw te Minstead. in een verhaal dat „Danger" geti teld was. Op het Britse ministerie van Marine werd ermee gelachen, maar in 1916 verklaarde admiraal Von Kappel, commandant van de Duitse keizerlijke vloot, in de Reichstag: „De Duitse natie mag de Britse admiraliteit dankbaar zijn. omdat zij geen aandacht be steed heeft aan de waarschuwin gen van sir Arthur Conan Doyle". De beroemde schrijver wist het Britse ministerie van Oorlog ertoe te brengen alle soldaten met stalen helmen uit te rusten. Zelfs het personeel van de Koninklijke Mari ne heeft z]jn reddingsgordel aan Conan Doyle te danken. In die tijd woonde Sir Arthur al sinds 1907 nabij Crowborough in het graaf schap Sussex. Daar is hij gestor ven en werd hij begraven. In 1955 bracht men de stoffelijke resten van Sir Arthur en Lady Doyle echter over naar Minstead in het New Forest, waar zich nu een eenvoudig graf bevindt. Doyle hield van deze mooie streek waar in zijn roman „The White Compa ny" gesitueerd werd. In 1957 werd van de „Northum berland Arms"-pub in Londen de „Sherlock Holmes" gemaakt. In de jaren tachtig van de vorige eeuw was deze pub een deel van het „Northumberland Hotel", op enke le stappen van Trafalgar Square. In dit hotel ontving Sir Henry Baskerville de geheimzinnige brief, die Holmes ertoe aanzette de beluchte jachthond van de Basker- villes op te sporen. Het hoofd van dit vreselijke beest staat vandaag de dag in een glazen kast in de Sherlock Holmes Pub. Men kan daar nog vele andere tective bewonderen en er zelfs een „herinneringen" aan de grote de- „authentieke reconstructie"- van Holmes' zitkamer bezichtigen. Ze ziet er zo overtuigend echt uit, dat de meester-speurder maar even de deur uit schijnt om een pakje pijptabak te halen. Zoals bekend, woonde de fictieve Sher lock Holmes en dr. Watson op kamers in Baker Street 221. Bedoel de straat is nog steeds een even grote attractie voor binnen- en buitenlandse toeristen als Dow ning Street met zijn weliswaar niet fictieve nummer 10, waarin de levensechte premier van Groot- Brittannië woont.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1970 | | pagina 15