VOOR DE OMLOOP IS STICHTING UITKOMST Leo van Hijfte: fijn als Omloop draait Voor uw modieuze THEO ENGELS: „MEER EN MEER ROUTINE Peet Scherbijn: „een schuur vol materiaal" „Soms te veel" Henny van Paemel: data geen probleem Roel Benjamins: „Leuk" Penningmeester Piet Roelands: xeó-* PLEZIER TWEEDE SECRETARIS VICE-VOORZITTER PIET BRIJGGEMAN SECRETARIS m- en ►ver sport? teemt zeer zeker Zündapp. :R tel. 01177-1597 tel. 01178-1462 aat 3 tel. 01178-1560 tel. 01178-1606 t 3 tel. 01140-3546 |op JWGEB1ED REëDSCHAPPEN I- WASMACHINES ger A. J. TRIOU, Zuid- P>, verstrekt U gaarne alle OMLOOP VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN ij Atletiek Wielrennen |Com eens kijken bij: Ei Is! alles voor school kantoor en thuis! IETSHANDEL kSTRAAT 79 01155-1421 LEO VAN HIJFTE maakt nu 4 jaar deel uit van het Omloop-comité. Daarvoor was hij al bestuurslid van de Wielersportvereniging Oostburg. Van Hijfte: „Vier jaar geleden viel er iemand van Oostburg uit het Omloop-comité en toen ben ik in de plaats gekomen. In de organisatie heb ik verschillende taken. Mijn hoofdtaak is toch wel, dat ik samen met de heer Scherbijn zorg, dat er voldoende premies zijn in de ver schillende doorkomstplaatsen. Daar gaat behoorlijk wat tijd in zitten. Vooral de eerste drie jaar. Maar nu die stichting er is, gaat het een stuk gemakkelijker. Publiciteitsman Leo van Hijfte. 155 lekelinck THEO ENGELS is cle man in het Omloop-comité, die representatie achter zijn naam heeft staan. Het is de bedoeling, dat ik de hoge pieten ontvangmaar die kijken je wel eens over het hoofd. Dat vind ik niet erg want ik heb nog veel meer te doen. hi Temeuzen verzorg ik de reclame, uitgezonderd de karavaan. Verder regel ik de verkoop van de program maboekjes. Zoals bekend delen wij de opbrengst van de verkoop met (Van onze sportredactie) TERNEUZEN Het' verhaal van Piet Roelands, de penningmees ter van de Omloop-comité is het verhaal van een noeste werker, die slechts met schroom op de voorgrond wil treden. Piet Roelands heeft het liever over de andere leden van het comité dan over zich zelf. Roemend kan hij zich uitlaten over het vele werk, dat hijvoorbeeld secretaris Henny van Paemel elk jaar weer verricht. Met bewonde ring kan hij vertellen over Gijs Veerman, die zoveel contacten heeft. Roelands vertelt graag over de Omloop, maar niet graag over zijn eigen niet geringe aandeel in de totstandkoming van de grote Zeeuwsch Vlaamse klassieker. Het is bü Piet Roelands aan de waterkant begonnen. In 1945 werd er door de middenstand vm Terneuzen een wielerkoers georganiseerd, die uit mondde in een enorme financiële strop. Piet Roelands was toen secre taris van de bond van oud-miiitairen. Roelands: „Op een gegeven moment zaten Gijs Veerman en ik te vissen. Zo in het gesprek kwam het idee naar voren, dat wij het maar eens moesten proberen om een wielerwedstrijd in elkaar te zetten. Vier weken later hadden we onze eerste koers, die werd georganiseerd door het wielercomité bond van oud-militairen. En zo is het allemaal begonnen." Die laatste zin komt uit Roelands mond als een zucht. Die zucht zou er op kunnen duiden dat de penningmeester van het Omloop-comité er meer dan genoeg van had. Maar even later gaat hij met toch een spoor van enthousiasme in zijn stem verder: „We hebben in een paar jaar tijd die koers tot iets groots uitgebouwd. Op een zaterdag waren zelfs alle categorieën van adspiranten tot en met profs aan het vertrek in Terneuzen. Maar dat was nog niet genoeg voor ons. We moesten nog beter en nog meer. We zijn toen met de heer Verhulst begonnen aan de ronde van Zeeland: een driedaagse met vier etappes. Het was een goed opgezette koers, maar juist het enige wat we niet in de hand hadden het weer dat gaf ons de genadeklap. Op de dagen van de koers was het snikheet en iedereen ging naar het strand in plaats van naar het wielrennen. Het werd een geweldig financieel fiasco." Een fiasco, dat later indirect tot gevolg zou hebben dat de ronde van Zeeland werd gesplitst in twee delen: de ronde van Midden-Zeeland en de Omloop van Zeeuv/sch-Vlaanderen. Piet Roelands: „Gelukkig hadden we genoeg mensen bereid gevonden om borg te staan voor een even tueel tekort, maar het was toch niet leuk, toen ik dat geld moest gaan halen. In ieder geval was het geen pretje. We zijn dan ook snel begonnen met het organiseren van criteriums en van het geld dat we overhielden hebben we ail die mensen terugbetaald." In de statuten van de ronde van Zeeland stond dat geen van de deel nemende comités Koewacht, Heinbenszand en Terneuzen deden het samen binnen een jaar aan een nieuwe grote ronde mochten begin nen. Heinkenszand kwam in de persoon van de heer Verhulst reeds na twee jaar weer op de weg met de ronde van Midden-Zeeland. Roelands: „Het comité van Terneuzen durfde het niet zo snel aan. Vijf jaar na de eerste ronde van Midden-Zeeland zijn wij gestart met de Omloop van Zeeuwsch- Vlaanderen." Piet Roelands is zichtbaar blij, dat hij het lange verhaal van de aanloop achter de rug heeft. Roelands, geboren in Noord-Beveland, waar in zijn jeugd totaal niets aan wielrennen werd gedaan, heeft zelf nooit op een fiets met een krom stuur gezeten. Roelands lacht ais we hem vragen naar de financiële toestand van de Omloop: „In het begin is het altijd moeilijk geweest om de financiën rond te krijgen. We moesten het soms met dubbel tjes en kwartjes bij elkaar schrapen. In die tijd was het wel eens een gok. De toeschouwers langs het parkoers moesten dan de doorslag geven of we wel of niet rond kwamen. Maar nu we die stichting hebben, waarvan mr. Reuser voorzitter is, nu is het een stuk gemakkelijker geworden, 's Winters maken we een begroting en die dienen we bij de stichting in. Kijk, als we nu een begroting van 14.000 gulden hebben en zelf zien we de mogelijkheid om 10.000 gulden bij eikaar te krijgen, dan gaan de leden van de stichting aan het werk om te zien of zij er nog vierduizend bij kunnen „versieren". Maar dan moet het natuurlijk wel een redelijke begroting zijn. Anders zegt de Stichting gewoon: die en die posten kunnen er wel af." Piet Roelands is blij met de stichting Omloop Zeeuwsch-Vlaanderen. Niet alleen, omdat het hem minder kopzorgen geeft, maar ook omdat de stichting de omloop zelf meer aanzien geeft. Roelands verklarend: „Ik moet eerlijk bekennen dat ik in het begin sceptisch tegenover de stichting stond. Ik zag er niet zoveel heil in. Maar nu zeg ik: de stichting is het Ei van Columbus voor de Omloop. De leden van de stichting weten bronnen waar geld vandaan te halen is, waar wij geen moment aan gedacht hadden. Als de Omloop nu op II en 12 juli gaat draaien, dan weten we dank zij de stichting, dat alles betaald kon en kan worden. Ook de aansprakelijkheid is van de leden van het comité weggevallen. En dat is eveneens een groot winstpunt." Het waarom kan Piet Roelands moeilijk omschrijven. Waarom besteedt hij al die tijd aan de Omloop van Zeeuwsch-Vlaanderen? Na enig aarzelen en nadat hij opgemerkt had, dat dat een duivels moeilijke vraag was, zegt Piet Roelands: „Als ik eerlijk moet zijn, dan moet ik stellen, dat ik be trekkelijk weinig om wielrennen op zich geef. Wat me aantrekt is het orga niseren. Ik moet als de Omloop gedaan is tevreden over het eindresultaat kunnen zijn. En dat ik nu tevreden wil zijn over een wielerkoers, dat is zui ver toevallig. Voor hetzelfde geld hebben Gijs en ik het 25 jaar geleden over een korfbal- of een voetbaltoernooi. En misschien waren we nu dan wel met een monster-voetbaltoernooi bezig geweest. Wie wéét?" Ik doe het trouwens met veel plezier. Als dat niet het geval was dan zou ik er nooit van mijn leven aan begonnnen zijn. .Te moet er echt wat voor voelen, anders kun je het niet volbrengen. Ik vind het altijd fijn als de ronde eenmaal draait. Dan denk ik altijd hij mezelf: zie zo dat is toch weer voor elkaar geko men. Ik heb zelf nooit op een race fiets gezeten. Het verkopen van toe gangkaartjes bij de aankomst van de Omloop in Oostburg heeft me in aanraking gebracht met het wielren nen. En nu ik er eenmaal goed in zit, zou ik het niet graag missen". Representatieman Theo Engels. een vereniging, die ons de mensen levert om de boekjes aan de man te brengen. De padvinderij is al een keer naar Engeland geweest van de opbrengst en de zwemvereniging heeft er ook al baat bij gehad. Verder zorg ik voor lietuitzetten van de route van de eerste etappe. Ik maak een kaart zodat iedereen kan bekijken hoe we rijden. Vroeger kostte dat trouwens heel wat meer werk dan nu. Het wordt meer en meer routine. Twee, drie dagen voor de Omloop rijd ik met de politie nog eens de route af om te kijken of alles in orde is. Verder stel ik natuurlijk ook het routeschema samen. Het wordt mijn dertiende jaardat ik in het wielercomité van Terneu zen zit. Dat is wel een ongeluksgetal, maar daar trek ik me weinig van aan. De koers zelf kan ik overigens niet zien. Ik blijf bij de finish in Terneuzen om daar alles te regelen. De afwachtingskoersen moeten toch ook verreden worden. In Terneuzen moet er ook iemand zijn die debe richten van de politie opvangt. Zo nu en dan heb ik wel eens het ge voel dat ik een klein computertje in mijn hoofd heb. Eigenlijk ben ik het manusje van alles in het comité. Ik bouw op wat er op te bouwen valt en breek weer af wat er afgebroken moet worden. Ach, we doen allemaal wat. De een een beetje, de ander een beetje. En met z'n allen lukt het net. Tweede-penningmeester Roel Benjamins. Tweede-secretaris Peet Scherbijn. PEET SCHERBIJN bekleedt in het Omloop-comité de functie van tweede secretaris. „Ik ben belast met de afwachtingswed- strijden. Ik krijg alle aanvragen en inschrijvingen voor Terneuzen en Oostburg. Daarnaast zorg ik ook dat de route op kaart werd gesteld wat betreft de derde etappe. Samen met Van Hijfte ga ik de omliggende plaatsen af voor premies. Peet Scherbijn is naast tweede secretaris van het Omloop-comité ook secretaris van de Wielersport vereniging Oostburg. Ongeveer vijf tien jaar werkt hij nu aan de wiel rennerij in West Zeeuwsch Vlaande ren. Scherbijn: „De vroegere voor zitter van de vereniging in Oost burg, de heer Verhulle kwam op een dag eens vragen of ik er niet voor voelde om in het bestuur zit ting te nemen. Daarvoor had ik zo nu en dan al eens wat gedaan voor de club. Ik stemde toe. Dat was vijftien jaar geleden. Sinds acht jaar bén ik nu secretaris van Oostburg. En, ik doe het maar al te graag. Ik vind het namelijk machtig ais zo'n karavaan van auto's en renners door Zeeuwsch Vlaanderen trekt. En je weet dan, dat je zelf er ook aan mee gedaan hebt om het mogelijk te maken. Een ding vindt ik jammer en dat is, dat ik de wedstrijd niet meer volgen kan. Maar er moet toch ie mand achter blijven om de afwach- tingswedstrijden te regelen. Ik heb namelijk ook de verantwoording voor het irfateriaal. Een schuur vol met vlaggen, borden en dergelijke. Ik zorg, dat de ploegleiders hun borden krijgen. Wijs mannetjes aan die de borden plaatsen. En ga zo maar door. Er gaat heel wat werk in zitten. Maar vergeleken met enkele jaren terug hebben we het nu een stuk makkelijker. Dat materiaal geeft je overigens heel wat kopzor gen. In het begin gaven we het zo maar uit, maar dan krijg je te maken met souvenier-jagers en zie je het nooit meer terug. Nu vragen we een bepaalde borgsom en loopt uitstekend. PIET BRIJGGEMAN is de vlce- voorzitter van het overkoepelende Omloopcomité. Een belangrijk man is het verenigingsleven van Oost burg, want naast de wielrennerij is hij ook nog voorzitter van de schiet vereniging De Treffers, voorzitter Rijtoer Ouden van Dagen, vice-voor- zitter van de toneelvereniging en voorzitter van de buurtvereniging. Piet Bruggeman: „Omdat Terneu zen en Oostburg niet naast de deur liggen, heb ik de leiding hier in West-Zeeuwsch-VIaanderen. Natuur lijk wordt er uitgebreid overleg ge pleegd met Terneuzen, maar acute zaken komen toch bij mij terecht. Dat komt vooral omdat ik de enige van de comité-leden in Oostburg ben die telefoon heeft en vrijwel constant thuis ben. Iemand, die iets moet weten, belt dan logisch mij altijd op. Vijfentwintig jaar gele den ben ik begonnen met het wiel rennen. Vlak na de bevrijding moest er iets gebeuren in Oostburg. We besloten een volkskoers te organise ren, maar het jaar daarop werd het al een echte wielerkoers. Verhulle werd voorzitter van de toen in het leven geroepen vereniging die nu nog bestaat. Ik zit er dus 25 jaar in en als ik eerlijk moet zijn dan denk ik wel eens bij mijzelf: het wordt te veel. Over een paar weken word ik 58 jaar en dan wordt het tijd om wat te gaan afstoten. Het is jammer, dat er onder de jeugd in Oostburg bijna niemand te vinden is, die een bestuursfunctie ambieert. De jongeren hebben er gewoon geen zin in om wat voor een club te doen. Ik maak het zo vaak mee, dat er iets fout loopt, omdat een van de jongens die aanvankelijk enthousiast waren de gemaakte af spraak niet na komt. Maar zou er een komen die zegt: ik wil wel dat of dat van je over nemen dan zou ik niet aarzelen. Ik wil gerust iets afschuiven. Daar ben ik niet te be roerd voor. Nu moet niemand den ken, dat ik tegen de jeugd van tegenwoordig ben. In het gehee niet. Ik vind het fijn, dat ze voor elkaar hebben gekregen, dat ze veel vrijer en eerlijker kunnen leven dan wij voreger. Maar zo nu en dan zouden ze toch een beetje serieuzer moeten zijn. Ze moeten begrijpen, dat het in een grote koers om minuten en soms zelfs om seconden gaat. Als er dan een afspraak is gemaakt, dan zal die ook nagekomen moeten worden. An ders loopt het fout. HENNY VAN PAEMEL is de secre taris. De man, die het volgens enkele comitéleden het drukst van allemaal heeft. Maar toch zegt Henny van ROEL BENJAMINS heeft de woorden tweede penningmees ter achter zijn naam staan." Van af de oprichting van het comité Omloop van Zeeuwsch Vlaande ren maak ik deel uit van de or ganisatie. De voorzitter van de wielersportvereniging Oostburg vroeg mij zeven jaar geleden of ik bereid was plaats te nemen in het comité. Ik was nog maar pas in aanraking gekomen m,et de wielrennerij. Ik kom namelijk uit Drente en daar werd zo'n tien jaar geleden bijna helemaal niet gekoerst. Drie jaar geleden ben ik gekozen tot voorzitter van de wielersportvereniging Oost burg. Maar dat terzijde. Het samen gaan van de comité's uit Terneuzen en Oostburg vind ik trouwens een verstandig besluit. Ook financieel heb je nu meer armslag. Maar Terneuzen heeft het een stukje makkelijker dan de vertegen woordigers van Oostburg in het Om loop-comité. In Terneuzen gaat het maar om vier man, terwijl wij nog te maken hebben met de leden van de wielersportvereniging Oostburg. Als voorzitter voel ik me verplicht verslag uit te brengen van hetgeen er in het Omloop-comité besloten wordt. Daar hebben de mensen vol gens mij recht op. Gelukkig hebben we nooit moeilijkheden, want de leden en de rest van het bestuur zijn nogal soepel. Toen ik pas begon met het werk van de Omloop was het een zwaar karwei. Alles moest geregeld wor den. Maar nu we eenmaal zeven jaar draaien heeft alleen de secreta ris nog een zware taak. De rest kan meer en meer op routine draaien. Al blijft er natuurlijk een heleboel te regelen. Ik vind het altijd leuk, dat er iets groots gebracht wordt in Zeeuwsch Vlaanderen. In Oostburg ben je overigens snel betrokken bij allerlei verenigingswerk. Nogmaals, in Drente had ik weinig wielrennen gezien, maar toen ik hier in Oost burg eenmaal kaartjes ging verko pen, was het zo gebeurd. Binnen korte tijd zat ik er tot mijn nek toe in. Het is overigens jammer, dat wij hier in Oostburg de traditie van de kermiskoers hebben moeten breken door de Zeeuwse kampioenschappen in Kwadendamme. Maar nu draaien we op de oude datum van de Om loop van Zeeuwsch Vlaanderen een criterium in Oostburg ter gelegen heid van de winkelweek. Dan komt de middenstand toch aan haar trek ken...". Vice-voorzitter Piet Bruggeman. Paemel: „Dit jaar marcheert het vlot ter dan in voorgaande jaren. Een paar weken geleden hadden we al twaalf ploegen, waaronder een En gelse en een sterke Belgische forma tie. De andere tien waren ploegen, die nog naam moeten maken in Ne derland. Die schrijven allemaal op tijd in, maar de grote merkenploe gen wachten altijd tot op het laatste moment. Ik dacht echter, dat de ploegen van naam wel in de Omloop moesten starten. Volgens mij is het geen koers, waaraan je zomaar voor bij kunt lopen. De verandering van de datum is trouwens geen probleem geweest. De vergunningen kwamen erg snel af. Zelfs die van Rijkswaterstaat. Daar moet je meestal tot een week voor de wedstrijd op wachten, maar nu was de vergunning al meer dan een maand geleden binnen. In verband met de toeristen hebben we de route zo veel mogelijk aangepast. Ondanks dat zal het op sommige plaatsen toch wel wringen worden. Maar als de politie de zaken regelt zoals in voor gaande jaren, dan ben ik er niet bang voor. De politie, zowel de rijkspolitie als die van de gemeente Temeuzen geeft ons alle medewerking. We heb ben zelfs een bespreking gehad, waar in alle problemen zijn besproken. Fout kan het dus bijna niet lopen." Secretaris Henny van Paemel.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1970 | | pagina 19