RATIEV )M urex jgen I Binisfil e (on)zin 'an de ss 0-jarige 99 99 99 99 NIJVERHEID st there is g en verpieginö /Of fsters rïjuit DE STEM/ZATERDAG 16 MEI 1970/VRIJU1T HJPJ W&ÊÈk Vraagtekens Schoolleiders wankelen 's avonds naar huis Ik wil geen regering van minderj arigen Angst Bedorven Spontaan Niet populair m Absurde raee Neergelegd Bijbelvast Vredestijd zo spoedig mogelijk 3 jaar ontwikkeling en bij deling Personeelszaken im - Telefoon: 020 - 21.99.22 heel gewoon n zo'n heel is het Durex envoudig te cialisten voor ten. U krijgt ersrecept. ornaat. Even sigaretten of at is maar end merk van Tipany. In de :oria wordt de oortdurend rd. met 3 jaar voortgezet lagere sell!* I H Leraar Drs. H. L. C. Michielsen (57) heeft harde dingen gezegd. „Ronduit weerzinwekkend is het bedrijf van sommige leraren die de hun toevertrouwde kinde ren tot sabotage en provocatie opzetten tegen hun eigen collega's en hun eigen rector". „De Raad van Leraren past ervoor om tegen vergoeding van verblijfkosten plus twee consump ties, het tabellen-beton in de voorgespannen ijzer- constructie te storten, de vakgroepen te informe ren en tenslotte de hele zaak aan de woedende ach terban te verkopen". Twee uitspraken van Michielsen, de voorzitter van „St.-Bonaventura" en van de Raad van Leraren, de rector van het Gemeentelijk Utrechts Avondly ceum. Twee uitspraken van een somber gestemde leraar Michielsen. In dit gesprek verklaart hij zijn grote somberheid. door JOS AHLERS Drs. H. Michielsen ziet de toekomst somber in „We ko men in het middel baar onderwijs voor grote moeilijkheden. De hele stemming wordt bedorven door een kleine groep die stookt. Ik vrees dat het straks een beweging gaat worden, helaas een bewe ging die uit is op de chaos, op de revolutie. Wat er in schoolparlemen- ten gebeurt is verschrikke lijk. Er komt een volko men hese voorzitter naar buiten met een paar stukgeslagen kopjes, maar er is niets besloten". In zijn jaarrede als Bona- ventura-voorzitter, zei de heer Michielsen dat ons onderwijs voortrent als 'n kip zonder kop. Het ruim drie uur durende gesprek ging over dat onderwijs, de revolutie kwam vanzelf ter sprake. U hebt gezegd dat het uit moet zijn met het kwaad aardige sprookje dat de le raren de Mammoet sabote ren. Wat vindt u op dit ogenblik van die Mammoet? Drs. M.: Er moest verande ring komen ie ons onderwijs, dat was heel duidelijk. En ik moet eerlijk zeggen dat die Mammoetwet een belangrij ke verbetering heeft ge bracht. In de tijd dat ze tot stand kwam heeft ze behoor lijk op de ontwikkeling van de maatschappelijke ge dachte ingespeeld, maar nu ontwikkelen de gedachten zich zo snel dat die Mam moetwet op sommige punten werkelijk verouderd is. De grote moeilijkheid voor de leraren is dat ze hun hele instelling afgestemd hebben ?P de ontwikkeling die toen ia een wet vastgelegd is en nu dreigen er weer allerlei nieuwe veranderingen waar op men de programma's, de didaktiek en die arbeids voorwaarden niet zo snel meer kan instellen. Bij alle publiciteit over de moeilijkheden lijkt het er veel op of het alleen maar gaat om h.a.v.o., v.w.o. en eerstegraads leraren. In werkelijkheid vormen zij nog geen kwart van het totaal. Hebben deze groepen soms een bevoorrechte positie? Drs. M.: Nee, beslist niet. Maar het is nu eenmaal zo dat onze organisatie voor h.a.v.o. en v.w.o. ijvert. De organisatiestructuur heeft tot nu toe met zich meege bracht dat men eigenlijk ge scheiden over een door de wet ééngemaakt onderwijs sprak. In de toekomst zal 't beslist zo moeten zijn dat we niet alleen op onderwijskun dig gebied, maar ook op rechtpositioneel gebied één lijn gaan trekken. Er is erg lang aan de Mam moetwet gewerkt en toch re gende het in 1968 en later klachten dat de leraren door de Mammoet waren overval len. En dat ondanks de toch talrijke experimenten. Drs. M.Dat is de bekende kwestie van de voorlichting. Er zijn inderdaad aan een behoorlijk aantal scholen ex perimenten geweest, maar het is een algemene klacht dat de resultaten van die scholen die later nog met de scholen niet voldoende kon den worden doorgespeeld naar de scholen die later nog met de Mammoet moesten beginnen. Bleven die leraren ook niet te passief? Ik ken experï- menteerscholen waar ze zei den: laat die leraren maar komen. Maar ze kwamen niet. Drs. M.De heer Hoogber gen in Deurne heeft zich wel eens beklaagd over het gro te aantal mensen, dat hij in lichtingen moest geven. Dat is toch weer een ander ge luid. Mr. Grosheide heeft al in ok- vroeg op een spoor zetten is dn strijd met de geest van de wet. lijkt me niet erg enthou siast over de middenschool. Maar het is al gebleken dat een eenjarige brugperiode te kort is. We erkennen ook dat de intellectueel iets met zijn handen moet leren doen en de l.t.s. moet niet langer voor specifieke beroepen op leiden. Wijst dat alles niet naar een middenschool? Drs. M.Dat weet ik nou juist niet. Ik kan meegaan met de gedachte dat men op 12-jarige leeftijd natuurlijk geen beroep moet kiezen. Ik geloof dat 90 procent van de kinderen uit het beroepson derwijs, waarvoor nu gepleit wordt, zoals het nu ligt beslist niilet gelukkig zouden zijn met een gedwongen opleiding op een school waar ze voor een groot gedeelte algemeen on derwijs zouden krijgen. Als je op het ogenblik de mid denschool zou openen in de vorm die de extreme voor standers willen, dan geloof tober '69 gezegd dat de Mammoet een geweldige stoot heeft gegeven aan het denken over onderwijskundi ge vragen. Bent u het daar mee eens? Drs. M.Helemaal. Dat is zo. In de Kamer is de Mammoet het jongste staaltje van ver ouderde onderwijswetgeving genoemd. Hoe reageert u daarop? Drs. M.Wanneer men het vanuit toekomstvisioenen ziet als die van Velema, Van Lieshout, en prof. Van Gel der, kun je misschien ook noemen, dan is ons hele on derwijs eigenlijk verouderd. Maar als je die toekomstvi sies nu eens zorgvuldig gaat ontleden dan zet ik toch nog vraagtekens hij die veroude ring; kun je toch niet binnen de structuur van nu niet al lerlei kleine veranderingen aanbrengen waardoor je de schoolstructuur van nu als bevredigend kunt behouden? Met vrij kleine veranderin gen kun je aan die wet vast houden. Volgens u rent ons onderwijs voort als een kip zonder kop. Zijn er dan geen zwaarwe gende redenen voor een nieuw basisondrwijs en voor een middenschool? De middelbare school is niet meer het vormingsinstituut voor rijkeluiszoontjes maar een service-instituut. De helft van alle 12-jarigen zit jaar-in jaar-uit al op dood spoor. Moeten we dan niet al het mogelijke doen om daar verandering in te bren gen? Drs. M.: Daar hebt u na tuurlijk gelijk aan, maar het is zo verschrikkelijk moei lijk om op het ogenblik een visie te krijgen op lamg- en op kort-zicht. Wij menen juist uit uitlatingen van de staatssecretaris op te maken dat een duidelijke lijn op kort-zicht ontbreekt. Er wor den ook nogal eens dingen gezegd die met elkaar in te genspraak zijn. Er komt een opmerking dat er een eind moet komen aan het catego riaal gymnasium en dan komt er weer een actie van de gymnasium-mensen. Is een categoriale school in wezen niet tegen de geest van de Mammoet? Drs. M.Ik dacht het eigen lijk wel, ja. In wezen komen de keuzemogelijkheden op 'n grote scholengemeenschap beter tot hun recht. Het te ik dat je een enorme ramp kreeg, alleen al op sociaal gebied. Bij het afscheid komt drs. Michielsen nog eens terug op de sociale conflicten die een middenschool nu volgens hem zou veroorzaken: Ik juich een middenschool nu niet toe. Daar zijn we geloof ik pas bij de volgende gene ratie aan toe. Het is ook een kwestie van verschil in belangstelling. Over het algemeen gaat de belangstelling van arbei dersjeugd die vooruit wil uit naar het technische en de be langstelling van de andere jeugd gaat heel vaak uit naar die zogenaamde on bruikbare vakken, naar die humanistische vakken. De autoritaire school sluit niet meer aan op de huidige maatschappij. De maat schappij dwingt de school naar een systeem waarin de vrijheid en de zelfstandig heid van de leerlingen meer centraal staan. Is het niet erg conservatief om ontwik kelingen in die richting met een zoals u deed ramp zalig te noemen? Drs. M.Als U het zo stelt dan hebt U mij verkeerd be grepen. Ik heb just gezegd: uitgaan van het princiep: in spraak van iedereen op zijn eigen niveau en binnen zijn eigen werkterrein is een voor waarde voor het goed func tioneren van een gemeen schap en ook van een school gemeenschap. Maar om nu ineens bestuursstructuren te gaan afbreken en te gaan vervangen door regeringen van minderjarigen dat leidt inderdaad tot rampzalige ge volgen. Adriaan Maas schreef in De Nieuwe Linie dat prof. Iden- burg de vernieuwingswii van de leerkrachten overschat. Niet iedereen heeft graag met kritische mensen te doen. Heel wat onderwijsge venden zijn bang voor veran dering, voor vernieuwing, voor democratisering. Zou de Baad van Leraren niet juist aan een mentaliteitsomvor ming moeten wetken in plaats van elke vernieuwing tegen te houden? Drs. M.Dat is geein gemak kelijk vraag omdat er tege lijkertijd allerlei vra gen wor den gesteld. Als je het ge nuanceerd bekijkt dan dacht ik dat het zo wais dat er in de maatschappij zelf een ont wikkeling gaande is. De school doet er aan mee. De school is nu veel meer in de maatschappij geplaatst dan vroeger en in die ontwikke ling wordt die school meege nomen. In de pedagogische situatie is het echter zo dat vernieuwen binnen een school een veel riskantere zaak is dan in een bedrijf of in de maatschappij, om de heel eenvoudige reden dat men te maken heeft met gemakke lijk beïnvloedbare minderja rigen. De democratisering is een zaak die met grote voor zichtigheid moet worden aan gepakt, hoe conservatief het ook klinkt. De praktijk heeft aangetoond dat een te snelle verandering in de bestuurs structuur tot rampzalige ge volgen kan leiden. Ik kan daar voorbeelden van noe men, maar het zou verre van aangenaam zijn om die in de krant te zetten. pen leraren? Met verwijten als "misdadig sofisme" ver groot U de kloof. Drs. M.Het is mogelijk, maar wanneer ik de publika- ties van de kritische leraren nu eens rustig en objectief lees krijg ik sterk de indruk dat met deze mensen prak tisch niet te praten valt om dat het hen -tenminste die indruk krijg ik- nauwelijks te doen is om verbetering van het onderwijs. Zij zien het onderwijs als een middel tot een maatschappijhervor ming, een maatschappij hervorming waarbij ik een groot vraagteken zet. Het klinkt misschien erg conser vatief hè, als ik dat zo zeg. Bent U gelukkig met de hui dige maatschappij? Drs. M.Nee, dat kan ik niet zeggen, tenminste niet met de ontwikkelingen. Je ziet de te genstellingen steeds groter worden. Het is net alsof bin nen onze maatschappij het kapitalisme in zijn karikatu rale vorm en het communis me in zijn karikaturale vorm tegenover elkaar gaan staan. We moeten natuurlijk - naar een midden, maar het lijkt alsof we naar een revolutie gaan. Je ziet een verscher ping van de standpunten en in die zin vind ik de ontwik keling bijzonder ongelukkig. Drs. M.Ik geloof er niet in. Ik gekoof dat wij onze leer lingen sterk overschatten als wij uitgaan van de veronder stelling dat zij, blootgesteld aan leraren met zeer ver schillende principiële opvat tingen, daaruit objectieve conclusies zullen trekken. De bril van de leraar wordt de bril van de leerling. Bij de behandeling van Gezelle is de leerling katholiek, bij de behandeling van A. M. de Jong socialist. Het doorgeven van cultuur waarden is in zich een con servatieve bezigheid. Loop je niet het gevaar dat het een instelling wordt ook bij za ken die juist een vooruitstre vende aanpak vergen? Drs. M.Ik kan met dat voorstellen, maar U moet niet vergeten dat de jeugd niet zo gemakkelijk te ma nipuleren valt. In deze zin ontwikkelt zich in de meeste scholen tamelijk spontaan 'n heel andere omgangsvorm dan twintig jaar geleden het geval was. Vooral in het westen. Er zijn scholen die hun leraren Piet en Jan la ten noemen. Persoonlijk ben ik er niét zo verschrikkelijk voor, ik ben misschien wat vormelijk. U bent flink van leer gestrok- ken tegen de kritische Iera ren. Zon het echter niet juist Uw taak zijn om een ge sprek op gang te brengen tussen de verschillende groe- Met de maatschappij zelf is toch geen mens gélukkig, met die hedonistische wel vaart. Iedereen die een cent over heeft koopt een auto, wil een caravan en buiten wonen, je bent dat wel. Dat brengt al zoveel scherps en onaange naams in de samenleving. Maar als ik aan onaange naamheden denk, denk ik aan de geestelijke ontwikke ling, niet aan dit, want daar kun je zo weinig aan doen. Een onderwijsman hoeft niet iets te gaan zeggen over al gemeen maatschappelijke problemen. Ik geloof niet dat het onderwijs hier veel aan kan doen, tenzij men de kin deren er voortdurend van doordringt en die kinderen worden er ook voortdurend van doordrongen, alleen niet op school maar door teevee en krant. Ik heb alleen meis jesklassen en daar breng ik dat DoIle-Mina-probleem her haaldelijk ter sprake en dan begrijp ik dat de kinderen er niets van begrijpen. Ze be grijpen niet dat de ei gen mentaliteit van de vrouw niet voldoende tegenwicht vormt in onze bedorven man nenmaatschappij. Imperia lisme, kolonialisme en agressiviteit zijn typisch manlijke ondeugd-en. Onze maatschappij heeft de ty pische karaktertrekken van een jongenskostschool. De vrouw neemt geestelijk deel geen deel aan deze maat schappij. Ik kom er op om dat ik de op de m.m.s. steeds merk dat ze er zo Libelle- achtig tegenover staan. We overschatten de leerlingen. U bent voorstander van con fessioneel onderwijs. Wat vindt U van de nlannen voor een open school? Leraren storten volgens een Unesco-rapport eerder in dan managers. Speelt de onmacht van velen om democratische verhoudingen in het onder wijs te scheppen volgens U daarbij een rol? Drs. M.In een ver verwij derd verband misschien Voor dat afknappen is een com plex van oorzaken te noemen. De hele onderwijsontwikke ling heeft een taakverzwa ring meegebracht. De veran derde didactiek brengt met zich dat leraren vaak twee maal zo veel tijd voor de voorbereiding nodig hébben, projectonderwijs kost erg veel tijd, werken met prac tica eveneens. De grote scholen betekenen een enor me taakverzwaring voor de leiding. Denk aan rapporten- vergaderingen over 2000 leer lingen. Die mensen wankelen 's avonds naar huis. Dan is er het gebrek aan visie waar men met ons onderwijs naar toe wil. Er is de democrati sering, er is voor een leraar een riskante zaak om mee te doen aan een bestuurs structuur. Het kost je vaak alleen maar tijd. Als je wer kelijk eens tegen een jongen moet optreden krijg je de hele pers tegen je en word je voorgesteld als een ouwe conservatief die er uit moet. Men heeft op het ogenblik 'n soort angst voor be paalde groeperingen onder de leerlingen en dat maakt de zaak bijzonder moeilijk. Dat alles samen brengt die pessimistische stemming. Wat zijn Uw drie belangrijk ste onderwijsprioriteiten? Drs. M.Allereerst moet een urenleTaar op dezelfde wijze worden behandeld als de le raar in een volledige betrek king. Op de tweede plaats moet de schoolleiding bij het m.a.v.o. een ruimere armslag krijgen. Dat zijn rechtspositionele zaken. Natuurlijk zou ik ook wel een onderwijs wensen waarin alle leerlingen zich optimaal kun nen ontwikkelen, maar dat is een kreet. Ik zou ook kunnen zeggen dat ik de hemel op aarde wil of dat ik zou wil len dat de helft van de men sen er niet was. Mijn derde wens, en die mag U wel bo venaan zetten, is ook een utopie: ik zou willen dat er overlegvorm gevonden kon worden waarin alle onder wijsgevenden tot een min of meer eensgezind standpunt kwamen over de onder wijsontwikkeling. Zet U dat maar bovenaan. Maar het is een sprookje. gesteld als waarnemend-hoofd ling. part-time verband K1"1^ aiwden eveneens in f|t dheid aanwezig is tot het zo reekenddiensten. BB De eerste avond kon ik het wel aardig volgen, maar daarna werd het ver schrikkelijk ingewikkeld. Het ging boven mijn pet. Met de nderen was het beslist niet anders." sptember a.s. aan onze °P,6n"|# /erzorgsters willen deelneme dienst komen als aspirant-leei mdelijke regelingen, toeslag gegeven. lardus. Nieuwe Passeerders: EB ZAL DIT jaar waar schijnlijk geen jubileum zo stil gevierd worden, als dat van de dienst Bescherming Bevolking, welke nu twintig jaar bestaat. Hoe groot de twijfels zijn aan de effectivi teit van de BB-organisatie in geval van een kernoorlog, blijkt wel uit de uitspraak van een gewondengelei der, gedaan in het BB-or- gaan „De Paladijn": „De H-bom in zoveel lessen. Er is bij de BB wel eens gezegd: „Wanneer bij zo'n aanval tien mensen in Ne derland het overleven, dan is het werk niet voor niets ge weest." Waarom dan geen beveiliging van alle spoor wegovergangen die jaarlijks toch altijd nog zo'n twintig doden eisen. Dat kost aan zienlijk minder dan 50 mil joen gulden per jaar en je houdt meer mensen over. Uitspraken als: BB is on verkoopbaar. De BB is een dure en, in effectief nut, niet rendabele zaak. De BB is, om het zacht te zeggen, niet populair. De BB zal in een volgende oorlog toch van ge nerlei waarde blijken te zijn, zijn aan de orde van de dag. Toen de dienst Bescherming Bevolking in 1950 werd op gericht ter vervanging van de totaal verouderde Lueht- beschermingswet van 1936, was de opbouw gebaseerd op de veronderstelling, dat slechts ongeveer 50 grote ge meenten in Nederland wer kelijk gevaar liepen aange vallen te worden met lueht- wapens en raketten en dat kleinere steden en dorpen en het platteland minder ge vaar zouden lopen. Begin nend met de Suez-crisis en Hongarije bleek deze veron derstelling al spoedig on houdbaar. De organisatie van de BB moest telkens worden gebaseerd op andere veronderstellingen van nog grotere en nog gruwelijkere bommen, van gevaren die niet meer beperkt zouden blijven tot de grote steden en vliegvelden, doch die het gehele land, geheel Europa, de gehele wereld zouden storten in verschrikking en vernietiging. Dat blijkt wel uit de absur de race met de bom. Zowel de Sovjet-Unie als de Ver enigde Staten beschikken momenteel over een enorme „overkiül-capaciteit". Dat wil zeggen, dat zij elk aar in theorie vele keren kunnen vernietigen. Beide landen hebben lange af standsraketten klaaT staan met meervoudige kernladin gen, die boven vijandelijk gebied elk naar een ander doel kunnen worden geleid. Er zitten zelfs fop-kernkop- pen bij, die tot doel hebben 's vijands antiballistische projectielen uit te putten en te misleiden. Sinds 1967 zijn de militaire uitgaven verder toegenomen en als de huidige trend zich voortzet, zal de bewapenings wedloop de komende tien jaar het onvoorstelbare be drag van 14.400.000.000.000 gulden (14,4 biljoen) opslok ken. Dat is evenveel als in de eerste helft van deze eeuw met beide wereldoorlogen werd uitgegeven. In dit licht bezien is het moeilijk voor de BB om zich waar te maken als nuttige organisatie. Daarbij komt nog een dikwijls lachwek kende presentatie bij oefe ningen, die daardoOT wel licht sinds enige tijd niet meer in het openbaar worden gehouden. De BB bestaat bij na 20 jaar, maar een vijf- tienjarenplan voor het schep pen van individuele sehuilge- legenheid is nog slechts in het stadium van voorberei ding. Een inventarisatie leert, dat van de dertien miljoen Ne derlanders bij een atoom- aanval er slechts 108.800 personen ondergebracht kunnen worden in openbare, en 1.736.170 in particuliere schuilgelegenheden. Maar wat stellen die zich voor te doen in de onleefba re wereld, die ze zullen aan treffen als ze de schuilkel ders verlaten. Wat overblijft zijn insecten en ziektekie men, die een grotere weer stand hebben tegen straling dan hogere planten en die ren. Bij monde van chef staf voor civiele verdediging d'Engel- bronner, vertolkt de BB het standpunt, dat als Amster dam bijv. getroffen wordt, er daar niets meer valt uit te richten, maar wel in de naaste omgeving. In dit ge val dus een 'licht' atoombom metje hier en eentje daar. Afgezien van het feit of Ne derland tussen de groot machten in wel de moeite waard is om van de kaart te geven. Premier De Jong vertolkte de zienswijze van de Nederlandse regering, toen hij tijdens het begro tingsdebat voor de civiele verdediging opmerkte: „Ik geloof niet dat Nederland 't eerste doel van een atoom- aanval is, maar we moeten er toch rekening mee hou den, dat het wel eens anders zou kunnen lopen. Daarom moeten we de nodige voor zieningen treffen. We achten de kans, dat een H-bom zal worden gebruikt zeer gering. Maar men kan in deze zaken echter nooit iets helemaal uitsluiten." Het valt te betwijfelen of de doorsnee-Nederlander ook denkt, dat bet allemaal wel mee zal vallen. Men schijnt zich al lang neergelegd te hebben bij het standpunt dat het allemaal toch niets meer helpt: als er een atoomaan- val komt, dan gaan we met z'n allen naar de bliksem en verder niets meer. Het zich wapenen tegen een atoom- aanval op BB-wijze acht de Groningse hoogleraar in de experimentele natuurkunde prof. Smith van generlei nut. Hij noemt het overheidsbe leid inzake de BB ronduit misdadig en misleidend In geval van het uitbreken van een kernoorlog geldt: de eer ste klap is een daalder waard. Op het moment dat beslist wordt kernwapens in te zetten, kan men zich niet meer permitteren een derge lijke aanval te doseren. Want de wapens, die niet ge lanceerd worden, zijn binnen enige minuten daarna door de tegenstander vernietigd. De les van de geschiedenis is dat bij ieder gewapend conflict zwaardere wapens gebruikt worden. Het mislei dende karakter van het over heidsbeleid zit hierin, dat men niet tegen die ontwik keling naar de atoomoorlog vecht maar dat men zich probeert te dekken tegen de gevolgen daarvan. Het wordt voor de regering steeds moeilijker om het BB-apparaat aan het volk te verkopen als een nuttige in stelling. Zeker als nu al vijf tien gemeenten de afgelopen jaren besloten hebben de post BB niet op de begroting te plaatsen of deze er af te voeren, zo hij er al op stond. In de niet kleine gemeente Maastricht lanceerden bij belvaste lieden dit alterna tief: „Bescherm niet de over heidsdienaren, maar richt de schuilkelder in voor 2 bouwers, 2 doktoren. 2 zwan gere vrouwen en 2 academi ci, wat het creëren van een nieuwe wereld reëler maakt." In de begroting voor 1970 is voor de bescherming bevol king 50.928.000 gulden uit getrokken. Hiervan is ruim 44,5 miljoen gulden bestemd voor de jaariijks feragke- rende kosten en 6.320 000 gld. voor investeringsuitgaven. Het grootste gedeelte van 't laatstgenoemde bedrag, 5 miljoen gulden, is voor de voortzetting van het fallout- beschermingsonderzoek, een inventarisatie van de be staande schuilmogelijkheden. Dit onderzoek moet eind dit jaar zijn uitgebreid tot 543 gemeenten met in totaal 8 miljoen inwoners. Als het nog later voltooid is worden de totale kosten op ruim 11 miljoen gulden geschat. Aan de hand van de gegevens die hieruit worden verkregen een representatieve steek proef, die veel minder zou kosten, bleek niet mogelijk kunnen de burgemeesters de schuilgelegenheden in richten en verdelen onder de bevolking. Het beleid van minister Beernink (Binnenl. Zaken), onder wie de civiele verde diging ressorteert, is erop gericht „uiteindelijk de ge hele bevolking een redelijke bescherming te verschaffen tegen atoomstraling" De laatste jaren groeit er ook binnen BB-kringen steeds meer het besef, dat veel BB-materiaal beschik baar kan worden gesteld voor hulpverlening bij ram pen in vredp=uüd. Berin dit jaar heeft een commissie hierover rapport uitgebracht en bij de begrotingsdebatten heeft de Tweede Kamer zich er uitgebreid mee bezigge houden. In deze gedachtengang zou een opgaan van de organisa tie BB in een algemene hulpverleningsorganisatie 'n logische ontwikkeling zijn, zegt minister Beernink in rijn begrotïnvstnolichHng. Te BB zou dan weer be staansrecht verwerven.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1970 | | pagina 21