ig 25 jaar geleden Dachau bevrijd VERSLAG VAN EEN GEVANGENE ABN Spaarbiljet 197076 Hoeveel kost een brief naarMilaan, München,Marseille? Algemene Bank Nederland f100.- groeit naar f155- in vijf jaaren acht maanden Dachau gereed voor de toeristen U bent welkom bij de Precies hetzelfde als naar Monnickendam reen kwartje. Want de PTT stuurt uw brieven tot 20 gram tegen het binnenlandse tarief naar: België, Luxemburg, West-Duitsland, Italië, Frankrijk en - voor hetzelfde geld - naar San Marino, Vaticaanstad en Monaco. Aardig reisje voor 25 ct! Nog per vliegtuig ook! PTT Tam.vA'. yffla V— FRANCE EINDHOVEN Zondag 29 april 1945. Een datum en een dag die de nu 55-jarige Willem van Lanschot nooit zal vergeten. Om tien minuten voor half zes 's middags kwamen enkele Ame rikaanse soldaten van de Rainbow divisie de poort in van het reusachtige Duitse concentratiekamp Dachau. Enkele honder den Amerikanen bevrijdden 32.000 gevangenen: Russen, Po len, Fransen, Belgen, Joegoslaven, Duitsers dominee Nie- möller was er Ehrehaftling en zo'n vierhonderd Nederlan ders. Van Lanschot, vermagerd en zelf niet gelovend dat hij, de man die sinds 1942 door de Duitsers voortdurend was ver hoord, gekweld, mishandeld, het er levend had afgebracht, was een hunner. Nadenkend staat hij met legitima tiebewijs 00491 in de hand. „Romme lend tussen oude papieren vond ik het. Alles kwam weer bij me boven. De hele ongelooflijke geschiedenis van dat papier." Hij kreeg het 28 mei 1945 irn Parijs. Uit banden vain ma joor J. C. Lee. Het maakte hem in een klap tot verbindingsofficier van de afdeling krijgsgevangenen van de G-l divisie van het hoofdkwartier van de geallieerde krijgsmacht in Europa: SHAEF Main, heette dat. „Een gewaagd stukje van die handvol Amerikanen die ons kamp bevrijdden. Ze hadden geen tanks. Ze kwamen binnen, terwijl de SS- bewaking nog de wachttorens bezette en de mitrailleurs gericht hield op de opgewonden gevangenen. Dat het al lemaal goed is gegaan, begrijp ik nog steeds niet." Die intocht maakte een eind aan dagen vol geruchten, angst, vertwij feling en vage hoop. Het kamp Daehau in Beieren, waar meer dan 300.000 mensen zijn omgekomen, was be vrijd. Een poging van de fanatieke SS-Vikingdivisie om de laatste da gen van de oorlog nog tot het kamp door te dringen en alle gevangenen te vernietigen, was mislukt. „Dat het afliep wisten wij. Dagen crematorium opgestapeld." Van Lanschot werd door de Ame rikanen als verbindingsman tussen hen en de kampleiding aangewezen. 30 april arriveerde een Amerikaans hospitaal. „Ik denk nog steeds met grote eerbied terug aan wat die art sen en verpleegstertjes hebben ge presteerd. Aan dokter Frans Shaef- fer, nu leidend arts van een kinder ziekenhuis in Philadelphia. Aan die meisjes, die honderden stervenden niet meer konden helpen, maar die in ieder geval zorgden dat hun laat ste indruk van dit leven er een was van vriendelijkheid zo lang ont beerd van menselijkheid. Buitengewoon wat die mensen de den, hoe perfect ze alles in een wip organiseerden. Prominenten van de nazi-partij uit de gemeente Dachau werden opgetrommeld om de hon derden lijken te begraven. Ze hadden het lef om handschoenen te vragen. Zo vies om aan te pakken, weet u!" De Amerikanen zorgden onmiddel lijk om voedsel. Want de toestand was onvoorstelbaar. „Ik heb geharde soldaten die het kamp binnenkwa men zien braken, zien huilen, zien verstijven van ontzetting. Er kwamen senatoren die flauwvielen. Daar hebben we eigenlijk gelukkig nor- .tevoren al. Er werd in de omgeving geschoten. SS'ers hadden de benen genomen of probeerden zich, in ge vangeniskleren, onder de duizenden te verbergen. Dat lukte natuurlijk niet. Ze zagen er gewoon te welge daan uit. Uit de nevenkampen waren in de dagen vóór die 29ste transpor ten binnengekomen. Die mensen wa len er miserabel aan toe. Vaak had den ze dagenlang gesjouwd, zonder eten en drinken. Vlak voor de be vrijding had de SS nog zo'n 1000 joodse gevangenen in wagons gela den en opgesloten. Al die mensen zijn in die wagons na de bevrijding dood aangetroffen, bij het kamp. Nog vlak voordat het handjevol Ameri kanen aankwam, deden geruchten de ronde dat alle gevangenen afgemaakt zouden worden. De spanning was om te snijden. De bevrijding veroorzaakte een ge weldig tumult. Gevolgd door djepe ontroering. Na die aanvankelijke vreugde-uitbarsting, viel er als het ware ineens een soort mystieke stil te over het kamp. „We hebben het er levend afgebracht!" Iedereen wil de meteen weg. Naast vreugde ineens de wanorde. Want men kón niet weg. Er heersten besmettelijke ziekten, het aantal stervenden was zeer groot, hier en daar lagen de doden, uitge teerde lijken, tot aan het dak van het maal geen idee van, wat mensen mensen kunnen aandoen. Dat komt allemaal weer bij mij op door het terugvinden van dat persoonsbewijs." Die vierhonderd Nederlanders in Daehau hebben het na de bevrijding eigenlijk extramoeilijk gehad. De meeste landen zonden met spoed re patriëringsmissies. Hun mensen wis ten dus dat er thuis aan hen werd gedacht, dat er hulp onderweg was, dat ze zo snel mogelijk weer thuis zouden zijn. Maar uit Nederland kwam er niets. „Wel individuele po gingen. Deken Tuerlings, bijvoor beeld, werd door vrienden gehaald. Toen er voor ons niets kwam, heb ben wjj de hoofden bij elkaar gesto ken." Van Lanschot zorgde dat Pim Boel- laard valse papieren kreeg. Die ver trok, meerijdend in een auto, naar Nederland. „Wij hoorden niets. Ge leidelijk aan stroomde het kamp leeg. U begrijpt, hoe wij ons voelden." Van Lanschot heeft toen zelf de zaak aan gepakt. Op een manier die nu on voorstelbaar lijkt, maar die toen Europa was een chaos mogelijk was. Hij liftte met een Amerikaans vliegtuig naar Brussel. „Ze zetten me even af!" Zonder papieren kwam hij bij de Nederlandse verbindingsoffi cier aan. „Wat komt u doen?" „Ik Detail van het monument van de Joegoslavische beeldhouwer Glid Nan- dor, dat op 8 september in het voormalige concentratiekamp Dacliau zal worden onthuld ter nagedachtenis van hen, die tijdens de tweede wereld oorlog daar het leven lieten. Prins Bernhard zal de plechtigheid bijwonen. kom uit Dachau en wil naai' Neder land om daar te vertellen dat er zo'n vierhonderd Nederlanders naar huis willen." „Ja, maar er is hier geen transport voor u en vanavond heb ik een etentje Van Lanschots ogen worden nog hard als hij dat verhaal vertelt. Alleen die ogen ver raden wat er op die mededeling door hem is gezegd. Het resultaat was in ieder geval dat de officier Van Lan schot naar huis bracht, in Vught. Toen hij thuis arriveerde, liep het dorp uit. Overste De Bie bracht hem naar Bos en Duin in Oisterwijk. Daar was minister-president Gerbrandy. „Ze wilden mij niet binnen laten. Nou ik maakte een herrie van je welste. Gerbrandy vroeg toen wat er aan de hand was. Iemand uit Da chau? Laat binnenkomen! Ik kreeg een borreltje en vertelde alles. Fel! Schopi me die adjudant tegen een been. Ik nam geen blad voor de mond. „Waarom schop je me?" Ger brandy lachte. Hij begreep me wel. Kon niets doen en verwees me naar prins Bemhard. Via vele omwegen naar Het Loo. Werd er fijn ontvangen. Boeüaard had de prins al ingelicht. Ik kreeg van hem de schriftelijke opdracht de repatriëring te verzorgen. Terug naar Den Bosch. Met brief en in Ne derlands uniform. Met hulp van ve len, vooral van overste De Bie, werd er toen een transport van 30 auto's samengesteld, 1 motor-ordonnans en 1 personenauto. Dekens en eten kre gen we uit Eindhoven. En toen rijden naar Dachau." Zonder geld, zonder papieren. Alleen met de brief van de prins. Bij Maastricht bleef de grens ge sloten. Het transport had immers geen kotormenummer. DACHAU. Het voormalige concentratiekamp Dachau is ge reed om de toeristen te ontvan gen. Onder het mom van „on derhoudswerken" is zo langza merhand alles er „schoon" ge worden. Het museum onthult de bezoekers iets van de verschrik kingen die de honderdduizenden gevangenen er moesten onder gaan. Evenals een korte film die wordt vertoond. In het museum van Dachau, waar de administratrice me vrouw Ruth Jakusch een biblio theek met werken in vele talen uit een zeer bescheiden budget op niveau moet houden, ontbre ken om een voorbeeld te noe men de drie delen die tot nu toe zijn verschenen van de hand van professor dr. L. de Jong over de geschiedenis van het ko ninkrijk der Nederlanden in de tweede wereldoorlog. „Die zijn voor ons veel te duur," zegt zij. Maar de toeristen kunnen er desondanks weer terecht. In dat „schone" kamp, waar een kwart eeuw geleden een eind kwam aan de executies, de folteringen, het sterven-aan-de-lopende-band. Het ziet er nu allemaal heel net jes uit. Een bezienswaardigheid die je bezoekt om daarna ergens lekker te gaan eten. Dat is Da chau anno 1970. En dat kon alleen het geallieerde hoofdkwartier uitgeven. Maar de Amerikaanse commandant had be grip voor de situatie, reed met ons mee naar de grens en maakte zelf de slagboom open. Toen moesten we zelf verder. Op Dachau aan. Soms dwars door de velden heen, want vele wegen en bruggen waren ka pot. Pim Boellaard was vooruit ge reisd om alles in orde te maken. We namen ook Nederlandse officieren mee die uit krijgsgevangenschap kwamen." De Amerikanen weigerden het transport zonder meer uit Daehau te laten vertrekken. „Dat befaamde ko- lonnennummer, weet u!" Vuil, zonder papieren, zonder geld, moe en ge prikkeld, vloog Van Lanschot naar Parijs, naar Fontainebleau, naar het geallieerde hoofdkwartier. „Hoe ik door alle controles heen kwam, weet ik nog steeds niet. Een MP vroeg mij om mijn papieren. Ik sprak Neder lands tegen hem en liep door. Naar de Nederlandse missie. Maar het was zaterdag. MP laat mij binnen, ver trouwt het niet en draait achter mij de deur op slot. Hij gaat een Neder landse officier waarschuwen en laat dat nu toevallig mijn oude vriend Jan Lee zijn!" In een wip kwam een heel appa raat in beweging. Toen is dat per soonsbewijs even geproduceerd. Van Lanschot werd meteen verbindings officier bij SHAEFF. Hij kreeg een kolonnenummeT dat onmiddellijk werd doorgegeven naar Duitsland. Met de nachttrein reist hij naar Brus sel. De Nederlandse verbindingsofficier in Brussel had het niet meer toen hij binnenstapte. „U wilt toch niet zeg gen dat u weer uit Daehau komt?" Van Lanschot vertelt zijn verhaal, over de kolomne die in Dachau wacht op zijn terugkeer. „Kan niet," zegt de s r..'j *lïiC% Vijtim&m'i'. if: V oj>Xk is: Tfaé: <Utweester Wm««/.éitwi» ih'unm^rJt5G'«60é omüm m. wmnjF-i larmim hanzLtekemsg tm ém teals MMM 0§Uk*l. ASes De Nederlandse missie bij het geallieerde hoofdkwartier in Fontaine bleau gaf Van Lanschot een persoonsbewijs dat hem in een klap tot ver bindingsofficier maakte. De officiële status maakte het voor hem ge makkelijker de Nederlanders uit het concentratiekamp Dachau te halen. verbindingsofficier, „want de lui van de Dachau-repatriëringscommissie zitten nog hier in Brussel." Simpel zegt Van Lanschot nu, een kwarteeuw later, dat hij met die mensen „enige woorden" heeft ge wisseld. Men kan zich voorstellen dat die woorden nog lang hebben nage klonken. De auto van de verbindingsofficier was kapot. Maar er stond een 1%- tons truck met zeep die naar Breda moest. Van Lanschot ging achter het stuur zitten en leverde prompt de zeep af op de KMA. Vandaar naar Het Loo om zich terug te melden bij de prins en maatregelen te treffen voor het opvangen van de kotonne in Nederland. „Eind mei waren ze hier," zegt Van Lanschot. „Die bevrijding van Da chau is nu 25 jaar geleden. Veel er van was voor mij vervaagd. Dat oude persoonsbewijs heeft alles weer wak ker gemaakt." JACQUES LEVIJ (ADVERTENTIES) dat is een samengestelde interest van 8% per jaar! de inkomstenbelasting verschuift, en dat kan fiscaal voordeel opleveren en bovendien krijgt u, als u meedoet met het Algemeen Premie Spaar- plan, 'n extra premie, omdat er 5 jaarwisselingen in de spaarperiode vallen elk kantoor van de ABN kan u alle inlichtingen verstrekken over de finan ciële voordelen van het ABN Spaarbiljet 1970/76 fltS* (ftuc lYY\rt%anrd)ifyuj/ 'ïllcbrtAulU-

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1970 | | pagina 13