Sterftecijfer onder jongeren blijft nog steeds onrustbarend stijgen 398. PLASTISCH CHIRURG: „ONS VAK HOORT RIJ DE HAUTE COUTURE" ASSISTENT iN IERSEL JEUZEN er "1 werken, afdeling worden in tijde- ijk van leeftijd en ig- tgen te richten aan aders van Terneu- DE STEM VAN ZATERDAG 21 MAART 1970 VERKEER DE GROTE BOOSDOENER (Van een onzer verslaggevers) UTRECHT Het is onstellend. Driemaal zoveel jongeren tussen de vijftien en negentien jair sterven in 1970 als in 1955. En dat niet alleen; de cijfers voor sterfte en invaliditeit blij- v(n in deze leeftijdsgroepen stijgen, veel meer dan in andere leeftijdsgroepen. Duidelijk heeft staatssecretaris Kruisinga (Sociale Zaken en Volsgezondheid) deze cijfers aan het licht ge dacht destijds in de toelichting op het ontwerp-wet ambulancevervoer. anneeruw vader ke godsdienst u ri vroegere baas. illemaal en voor n de rollen eens e de AKF is en t bedrijf, wél een er werken 250 tongroep: de ze em en tóch het samen met een iodensalaris dat ;r vakwerk wordt i de plaatwerker. AKF om schoon m in een rustige coupon in en de r de AKF en de Jw reactie wórdt aar als een vrij- \KF, 00 - 6940. Vanwaar die schrikbarende stijging an het sterftecijfer onder de jonge- jn? Uit dezelfde cijfers bleek dat (it in alle opzichten te wijten is aan ie stijging van het aantal verkeers- lachtoffers in de groep van vijftien- ot negentienjarigen. Een kwart van- die verkeersongevallen valt in de >roep van vijftien- tot 24-jarigen. I Staatssecretaris Kruisinga merkt In zijn toelichting bovendien nog op dat ook nergens anders dan juist in Nederland die sterftecijfers zo hoog liggen. Het heeft er toch weer mee te maken dat wij een tweewielig I volkje blijven. De bromfietsfabrikan- I ten mogen dan nog zo juichen over de steeds maar weer stijgende ver koopcijfers, de ongevallencijfers to nen aan dat parallel aan die ver- I koopcijfers de ongevallencijfers mee- stijgen. Alleen in de laatste vijftien jaar is het aantal slachtoffers onder de bromfietsers enorm sterk geste gen. Het aantal doden is bijna acht maal zo hoog geworden, het aantal gewonden vijftienmaal. Het grootst i! die stijging onder de groep van vijftien tot negentien jaar, daarna komen de negentien- tot 24-jarigen. Cijfers om even over na te denken, al ivas het alleen maar om een plan Ie ontwerpen om aan die stijging een eind te maken. De instantie die zich j intensief met dit probleem bezig- koudt is het Verbond voor Veilig Verkeer. We praatten erover met de heer F. Sj. van Faasschen, hoofd sectie voorlichting van het Verbond. „Uit de C.B.S.-statistieken blijkt in- I derdaad dat de ongevalsvatbaarheid Ivan de jongere verkeersdeelnemers erg groot is. Vfij brengen dat in ver band met de jeugdige bromfietser en 4e jeugdige automobilist. Op zichzelf is het een heel begrijpelijk verschijn- sd, want een, jongen van 16 jaar die op een bromfiets rijdt, mist nog de nodige ervariig en is daardoor dus «rder ongevalsvatbaar in het ver- ter. U zie in de statistieken in die leeftijd een piek omhoog. Hetzelfde verschijnsel gaat zich voordoen als jongere meisen rijbewijzen halen op achttienjarige leeftijd, ook dan is de ongevalsvabaarheid hoog. Naarma te de erva-ing toeneemt daalt die lijn weer. Dat is dus een verklaring ïoor deze hele zaak". Wat doet het verbond eraan? „In de eerste plaats hebben wij nogal wat ondernomen om de rijexa mens gewijzigd te krijgen. We zijn namelijk van mening en dat geldt voor automobilisten dat het huidi ge rijexamen eigenlijk niet aan de eisen voldoet. Je zou het huidige rij examen eigenlijk moeten zien als een toelatingsexamen voor het ver keer. Men zou eigenlijk gedwongen moeten worden om wat rijervaring op te doen alvorens het definitieve rij vaardigheidsexamen wordt afge nomen. Een examen, waarbij men dus niet zozeer getest wordt op ken nis van het insteken, heuveltjes op rijden en zo meer, maar wat veel belangrijker is, bijvoorbeeld het in halen in het verkeer. Daar vallen juist veel jongere slachtoffers. Er is ook een nota uitgegaan naar de mi nister. Deze hele zaak van rijoplei ding en rijexamens is nu in studie genomen. In die studie is de gedach te die wij hebben ingebracht ook ge ïncorporeerd. Wij moeten gewoon af wachten wat hier voor resultaten uit de bus ikomen". Verwacht u die resultaten binnen kort? „Het is niet een zaak waarvan je mag verwachten dat die op korte ter mijn gewijzigd wordt. Het is nogal een ingreep, want het betekent eigen lijk dat iedere nieuwe automobilist twee k eer examen moet doen. Maar het is wel belangrijk. Wat de jeugdi ge bromfietsers betreft, deze leef tijdsgroep is bijzonder moeilijk te benaderen. Je hebt met een leef tijdsgroep te maken waar alle ad viezen bij voorbaat van de hand worden gewezen. We hebben nu een onderzoek gehouden naar de gedach ten en opvattingen die leven onder de bromfietsjeugd. We zijn ermee bezig en het eerste rapport hebben wij nu binnen gekregen. Daar blijkt eigenlijk uit dat deze leeftijdsgroep alleen maar te benaderen is als men ze als volwaardige verkeersdeelne mers gaat beschouwen. Eén van de problemen is dat wil je de kans hebben het gedrag van deze ver keersdeelnemers te veranderen je deze groep werkelijk een plaats te- geven in het verkeer. Er zijn honderdduizenden brom fietsers en het merkwaardige is dat het wegennet ook geen gelijke tred heeft gehouden met de ontwikkeling van de bromfiets". We moeten dus in eerste instantie af van het idee dat een bromfiet ser een gemotoriseerde fietser is? „Dat is het punt. De irritaties die er natuurlijk zijn in het verkeer ten aanzien van de bromfietser bestaan ook omgekeerd. Bromfietsers hebben eigenlijk nergens plaats in het ver keer. Óp de fietspaden waar dus ook bromfietsers toegelaten zijn bestaat weer irritatie van de fietser ten op zichte vain'die bromfietser en omge keerd. Als je gewoon een eindje wilt fietsen dan irriteren je de bromfiet sers die veel sneller rijden: omge keerd irriteren die bromfietsers zich aan de fietsers waardoor je bijna niet vooruit kunt komen. Maar het is maar één kant van het probleem. Een ander aspect is dat de brom fietsers vaak geen richting aangeven bij het afslaan. Maar op zichzelf is het richting aangeven voor brom fietsers vaak een heel moeilijke en ook wel gevaarlijke manoeuvre. Je moet gas loslaten enzovoorts. Die voorziening van het je hand uitsteken is op zichzelf natuurlijk wel prach tig, maar je vraagt je af: is er niet een technische voorziening voor in de plaats te brengen waardoor dat hand uitsteken wat toch een gevaarlijke manoeuvre kan zijn voorkomen kan worden. We hebben op dat punt een vrij groot onderzoek gehouden en juist over dit soort vragen komen zeer positieve gedachten naar voren van deze jongeren. Uiteindelijk is na tuurlijk onze bedoeling een verande ring van het gedrag tot stand te brengen. Moet het onderwijs meer worden ingeschakeld? „Ja, eigenlijk zijn wij nogal te leurgesteld over het feit dat het ver- keersonderwijs eindigt op de lagere schooi. In het hele voortgezette on derwijs ontbreekt het verkeersonder- wijs. Ontbreekt juist in die leeftijds groep van twaalf jaar helemaal een begeleiding vanuit het onderwijs. Het meisje en de jongen die een HBS be zoeken of welke school voor voortge zet onderwijs ook, worden zonder be geleiding op hun zestiende jaar los gelaten op het verkeer. Ze gaan op een gegeven moment op een brom fiets zitten en weer later hun rij examen halen, als ze eigenlijk de stof van hun verkeersexamen ai kwijt zijn. Dat is een betreurens waardige zaak. Van de andere kant kun je er begrip voor hebben dat door de mammoetwet het onderwijs met nog veel andere zaken te maken heeft. Maar wij hebben hier ook bij minister Bakker sterk voor gepleit. Dan komt er gauw een op de jeugd gerichte actie? „Dat gaan we zeker doen, alleen, we doen het niet meer als vroeger, zo van: „kom jongens, we gaan nu eens de jeugdige bromfietsers aan pakken, we gaan ze nu eens voor houden dat ze altijd hun hand moe ten uitsteken in het verkeer". Dat blijft natuurlijk een belangrijke zaak, maar we weten heel goed dat dat zo zonder meer praktisch kansloos is. Wil' je tot zo'n actie komen, dan zul je een aantal voorbereidende ac tiviteiten naar jongeren toe moeten ontwikkelen waardoor ze in je orga nisatie vertrouwen krijgen. Als je met die jongeren tot de con clusie komt dat het hand uitsteken van brommers in het verkeer zo'n onmogelijke zaak is dat er een ande re technische voorziening voor in de plaats moet komen dan zou je daar voor moeten gaan pleiten." Dus toch eeu langdurige zaak? „In zoverre dat je wel van allerlei zaken op korte termijn kunt gaan aanpakken maar als je bij voorbaat weet dat je kansloos bent dan is het vrij zinloos en zonder meer geld ver spillen. Dan kun je maar beter wat langer wachten, zodat je weet wat je wel kan doen. Aan de andere kant is het zo dat wij op korte termijn, met name op het gebied van het verkeersonderwijs, van alles probe ren te doen om dit toch ingevoerd te krijgen op de scholen voor voortge zet onderwijs. Wij zijn van plan om binnenkort een groep van direct ge- interesseerden hier naar het centraal bureau te halen om eens te laten zien welk programma wij ons voor- steUen dat op de scholen voor het voortgezet onderwijs ontwikkeld zou kunnen worden. We nodigen daar voor onderwij sinspecteurs uit. Zo proberen wij toch in die richting op nieuw weer pressie uit te oefenen. Maar het is natuurlijk toch een hele moeilijke en langdurige zaak". WÊm. iSKiStiiiSÉI SÉÉÈÉ i «s És'Mlp- Stoer steigeren, een geliefde bezigheid voor de jeugd. Maarde straat is nu eenmaal geen manege, (Foto Chris Heil) AMSTERDAM Hebt u flaporen of een kromme neus? Eiwit u dnt uw voorkomenniet voordelig genoeg uitkomt? 10/; hé t u verwondingen opgelopen waarbij uw gezicht of uw maden geschonden zijn? Of verbrandingen waarbij uw huid IWijfc bèschadigd is? De plastische chirurg weet er raad op en "iet aleen voor mensen met geld. Maar met die aanduiding nplasische chirurgie" hebben we eigenlijk 're onnauwkeurig- Md leergeschreven Of fideel heet 't allemaal anders. Officieel [Malt men onderscheid tussen reconstructievechirurgie l [heistellen wat geschonden is) en „esthetische" chirurgie: rood maken van ivat er minder aantrekkelijk uitziet. Toch is uit Engeland afkomstige woord „plastische" chirurgie he- Vitaal niet slecht gevonden. Het doet aan plastische kunsten I fafcen, rtan beeldhouwen. Daar moet je er ook rekening mee tuiden dat er aan een mens meer dan één kant zit. leren doos) OP ZOOM |,"^an df twee fronten van '14-'18 13 let in Europa (en Amerika) alle- Ijful tejonnen", vertelt de plas- BSïhe ciirurg die we hier het I'otrd gwen. Zijn naam zullen we 1% nomen. „Amsterdam is wel tot", zegt hij, „maar het zou Itirt corect zijn als patiënten zich -t de 'oorbeelden zouden herken- Jtffl". D plastische chirurgie begon l«*r dai wel in de eerste wereld- ■Wrlog vanwege de weggeschoten Ijejzenen kaken en vanwege de [?™ze verbrandingen), toch is He elf in andere werelddelen al I bekend. En wordt daar tolt evenzovele eeuwen toege- 1 India bijvoorbeeld kon je i üoderden jaren geleden bij de «*te terecht voor een nieuwe «Wis. Dat wag geen overbodige i want je kon daar je „oude" nogal gemakkelijk verliezen i en gerechtelijk vonnis. En wie de rest van z'n leven als U k«u de herkenbaar wilde zijn, Ikes na vonnis ijlings naar de '^crhfer voor een n'euwe gevel- I He oude Indianen had- I*,, methode om een mens aan I «ftfutUWe .neUs te helpen. En die I': A w'ikt principieel niet af 4tl „a °jZe' Ook zij sneden een ïen A voorhoofdshuid weg en over de oude neus zak- I L i dat tül(+'e er niet op voorbereid is, aanvankelijk van het resul taat. „Je hebt een beest van m'n man gemaakt", was het verwijt van een vrouw, die haar naan kort na de operatie bezocht. Wat ze zag was een gedeeltelijk kaal hoofd, ha ren op de verkeerde plaats en een onooglijke klomp vlees op de plaats waar haar man een nieuwe neus zou krijgen. Die bobbel wordt beslist wel een neus. Hij moet eerst wat inkrimpen en het kan één tot twee jaar duren voordat die ruim opgezette neus- reconstructie voltooid is. Als pa tiënt moet je dus maar geloven. Ook in de esthetische chirurgie ko men heel wat neus-operaties voor. Nu heeft men die kant van de plastische chirurgie lange tijd als een luxe beschouwd. Maar toen we de mens meer gingen zien als een eenheid van geest en lichaam, kwa men we er al gauw achter, dat heel wat mensen zich ongelukkig voelen met hun neus of (wat heel véél voorkomt) met hun flaporen. Er zijn echter veel te weinig plas tische chirurgen en daardoor neigen velen van hen er toe, tegen mensen die met een kleine afwijking komen die ze al vanaf hun geboorte heb ben, te zeggen: daar moet u mee leren leven. Typisch weer zo'n van- bovenaf-praatje van de patriarchale dokter. Die moet de zaak nu eens van de patiënt uit Ieren bekijken. Kent u dat verhaal van. Barbara Streisand? Een typisch voorbeeld Een operatie aan de (té geprononceerde) neusbrug. Op de foto links vóór, rechts na de ingreep. van iemand die zich ongelukkig voelt met haar neus. Fotografen moeten haar per se vanuit een be paalde hoek fotograferen „want an ders valt m'n neus zo op". Nie mand schijnt haar neus overigens zo verschrikkelijk te vinden, maar zij wel. Nou zit zij echter met de moeilijkheid dat als ze haar neus laat veranderen zij Barbara Strei sand niet meer is. Ik had het over flaporen. Het ver anderen vergt maar een kleine in greep en de mensen zijn er ver schrikkelijk gelukkig mee. Je moet bedenken, dat de oude schoolmees ter d'r altijd aan trok en dat je al vanaf je jeugd ermee gepest wordt door je kameraadjes. Op het ogenblik valt het vooral bij meisjes erg op. Ze dragen dan graag lang, sluik haar, maar bij zo'n meisje ko men dan d'r oren als roze schotel tjes er doorheen steken. En dan kun je als plastische chirurg wel zeg gen, dat ze er mee moet leren le ven, maar je moet de mode vol gen; ons vak hoort bij de haute couture. En nu ik dat gezegd heb, moet ik er meteen aan toevoegen, dat de ene chirurg er dus ook meer van maakt dan de ander. Net als bij de mode-ontwerpers. En ik zei het al: Wij moeten leren kijken als beeldhouwers. Ook aan een neus zit- Jten drie kanten en je kunt ze geen van drieën verwaarlozen. Bij de plastische chirurgie kun je dan ook geen vaste methode aange ven. Natuurlijk zijn er grondregels. Elke plastische chirurg heeft na zijn gewone artsexamen eerst nog 'ns drie jaar algemene chirurgie gestudeerd. Vroeger moesten we daarna naar En geland. De eerste Nederlander die dat deed was de chirurg Charles Koch uit Middelburg. De Engelsen hebben het namelijk in de eerste we reldoorlog geleerdnet als de Duit sers. In Wenen had je een hele be roemde. Die dankte er zelf zijn bij naam aan: Nasen-Joseph noemden ze die. Zo'n chirurgische ingreep vereist natuurlijk heel wat. Je moet in de eerste plaats een fijne hand van opereren hebben. Als je niet kunt beeldhouwen wordt het resultaat al tijd amateuristisch. Je moet ook zorgen, niet meer letsel toe te die nen dan nodig is. Het grondprincipe is eigenlijk dat je een levend orga nisme moet overplanten zonder dat het afsterft. Waarmee heb je zoal te doen? In de reconstructieve the rapie bijvoorbeeld met brandwonden of met de gevolgen van huidkanker of (wat heel vaak bij bromfietson gelukken voorkomt) met een ver brijzelde kaak- Heel wat „onderde len" kun je tegenwoordig in kunst stof krijgen. Een kaakpunt bijvoor beeld voor correctie van een onder ontwikkelde kin. Dat is bijna altijd beter dan wanneer je met bot moet gaan werken. Getransplanteerd bot verdwijnt grotendeels alg het niet aan z'n steunende functie kan be antwoorden. En plastic geeft geen schadelijke reacties. Toch worden voor de neus gewoonlijk de beste resultaten verwacht van bot-trans- plantatie. Maar goed, dat voert te ver. Die esthetische chirurgie zorgt er voor dat mensen zich wat gelukki ger kunnen voelen. Neem een vrouw bij wie maar één borst tot ontwik keling is gekomen. Dat komt nogal eens voor door röntgenbestraling in de jeugd, waarbij de aanleg van de borstklier wordt beschadigd. Zo'n vrouw maak je er gelukkig mee als je haar een tweede borst kunt ge ven. En die dingen zijn er, van een soort piastic, met een geleiige in houd. Die worden onder de huid ge plaatst. Ik herinner me een vrouw, die helemaal plat van voren was. Haar man greep elke gelegenheid aan om haar te laten zien wat een boezemrijke vrouwen er toch op de wereld zijn. Als ie zo'n rijk geze gende dame op de televisie zag, dan riep ie z'n vrouw uit de keuken vandaan: „Kom es kijken, Mien, die heeft nog 'n3 wat". Ik heb haar (je hebt viep verschillende ma ten) een paar prachtige borsten be zorgd en d'r man taalt niet meer naar de televisie. En dan zijn er de hazelippen. Die worden tegenwoordig drie maanden na de geboorte al behandeld. Met het gezicht is trouwens toch veel te doen- Face-lifting bijvoorbeeld voor vrouwen, die erg veel rimpels heb ben. Het moeilijke is dat ie er voor moet zorgen dat de mimiek en het karakter van het gezicht behou den blijven. Daarom moet je ook zor gen dat de littekens (want hoe fijn ook, er komen littekens van) niet „tegendraads" lopen. En een heel spéciale vorm van chirurgie is de handchirurgie. Be denk wel, dat de hand een uiterst ingewikkeld, levend instrument is. Er zitten veel gewrichten in, pees jes, zenuwen en bloedvaten. De hand maakt een zeer fijne chirurgie noodzakelijk. Vandaar dat handlet sels meestal door een, in de recon structieve chirurgie, ervaren specia list behandeld worden. Denk maar eens aan het gevaar van stijf blij ven van de vingers. Tja, plastische chirurgie kent geen vaste methoden. Het is een artistiek vak: velen zijn geroepen, maar weinigen uitverko ren. Het is uiteindelijk gewoon een vak waar je feeling voor moet heb ben. De dokter is geen tovenaar, de plastische chirurg ook niet. Ook in dit vak is de een beter dan de an der. Maar het belangrijkste is: de mens gaat tellen. Het draait niet om de dokter met zijn toverstaf, maar om de mens met een probleem. Een financieel probleem Plas tische chirurgie is er niet alleen voor rijke mensen. Dat is altijd weer de vraag: Wordt het door het fonds betaald Neem zoiets als sommige moedervlekken. Die kunnen kwaadaardig worden. En als de plastische chirurg zegt, dat het moet gebeuren, dan be taalt het fonds ook. De contro lerend geneeskundige moet zijn toestemming geven, maar die volgt heus wel eén redelijk advies. Bij de esthetische chirurgie kan het soms wat moeilijker liggen, maar we weten toch onderhand allemaal wel, wat een psychisch ongelukkige bijwerking flaporen, niet-ontwikkelde horsten, een scheve neus en dergelijke kunnen hebben. Een probleem is wel: er zijn te weinig plastisch chirurgen. JAN HüSKEN Deze dame had te véél neus en te weinig kin (links). De plastisch chirurg bracht het weer m orde (rechts). 8

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1970 | | pagina 25