voort
Eén mening over
1, 2, 3,4, 5,6....
sterke opli
ieubelprod
Honderd jaar geleden
eerste grote expeditie
door de Grand Canyon
HISTORISCH
GEOLOGISCHE
EIGENAARDIGHEDEN
MYSTERIE
ONTSLUIERD
NUMMER EEN
NUMMER TWEE
NUMMER DRIE
NUMMER VIER
NUMMER VIJF
NUMMER ZES
Scheepsberichten
fe
DE STEM
Onvoorstelbaar is de kracht,
waarmee de Colorado al 10 miljoen
jaar lang met een tempo van 20 cen
timeter per 1000 jaar de Grand Ca
nyon uitslijpt.
Een krater op de hoogvlakte van
Arizona waar de astronauten oefe
nen voor hun maanreizen. De rivie
ren, die het desolate landschap door
snijden, leveren het watergeweld,
dat de Grand Canyon heeft gescha
pen.
géëg
(Van een onzer verslaggevers)
ARIZONA „Sir", zegt de piloot dramatisch, terwijl we
voortijlen over de hoogvlakte grauw getijsterd, pok
dalig van de kraters waar astronauten plegen te repe
teren voor hun logge baletten op de maan„sir, ik breng
u naar de enige plaats ter wereld, waar u gewoon vanaf
de begane grond twee kilometer diep kunt spugen."
De opmerking is even waar als
Amerikaans, maar wanneer ik een
uur en drie bloody maries later,
duizelig, slap in de knieën, tegen
een rotsblok leun, heb ik de lust
noch het speeksel voor dit pro
fane gebaar.
De Grand Canyoneen götter-
dammerung van steen. De ver
schrikkelijkste prachtigste ravage,
ooit door een mensenoog aanschouwd
Alle kleuren, alle vormen van hel en
hemel te grabbel gegooid in een af
grond dit geen afgrond meer is,
maar het einde van de wereld. Zo
moeten de eerste beschaafde wezens
die nog maar luttele eeuwen geleden
op deze zelfde rand hebben geballan-
ceerd, het ondergaan hebben. „Onze
Columbus heeft ongelijk gehad",
moeten ze met dunne stemmen heb-
gefluisterd, „De aarde is niet rond,
wamt kijkhier houdt ze op".
Trans World Airways, mijn fanta
sierijke gastheer in Amerika, heeft
geen vluchten deze kant uit en ver
sierde daarom een vliegtuig bij Air
West, de maatschappij, die adver
teert: „Wij bezitten de Grand Ca
nyon". Dat is overdreven. In werke
lijkheid is de Grand Canyon het ex
clusieve eigendom van de rood-ko-
kende Colorado, die er al 10 miljoen
jaren mee doet wat de wetten der
erosie hem dicteren. Maar Air West
is het enige bedrijf, dat dit natuur
wonder met toeristen mag fourage-
ren dus is er plaats voor enige trots.
Een speciale vlucht, uitgevoerd door
deze maatschappij, heeft het voor
deel, dat je de Grand Canyon ziet op
een manier, die weinigen is gegeven,
namelijk helemaal. Tussen de sa
menvloeiing van de Colorado met de
Little Colorado, waar hij begint, tot
aan Lake Mead, waar hij eindigt, zit
je je 218 mijl lang met je neus plat
tegen het plexiglas te vergapen.
,Je zou kunnen zeggen, dat ons
tripje van vandaag historisch is",
komt dezelfde piloot van dat spugen
vertellen. Hij blijkt ermee te bedoe
len, dat het precies honderd jaar ge
leien is dat de Grand Canyon voor
het eerst van voor naar achter werd
geëxploreerd. Wij in onze comforta
bele vliegmachine doen er een uur
over, maar de kano-expeditie van
majoor John Wesley Powell had er
98 barre dagen voor nodig. Het ver
haal is de moeite van het vertellen
waard.
De eerste Europeanen, die de
Grand Canyon in al zijn barbaarse
pracht aan hun voeten hebben ziein
liggen, zijn kapitein Garcia Lopez
de Cardenas en twaalf Spaanse sol
daten geweest, die in 1540 door de
conquistador Coronado werden uit
gezonden om de legende van de Na
vajo Indianen te verifiëren, dat er
ergens „een reusachtige kloof zou
zijn met op de boden een rivier".
Het volgende bericht komt eerst
uit 1776 toen de Spaanse missiona
rissen Gaices en Escalante de rivier
overstaken op een punt, dat nog
steeds „El vado de los padros" ge
naamd is de oversteek van de pa
ters. Het is pater Garces geweest,
die de rivier „Colorado" heeft ge
doopt wij zouden zeggen: de Rooie
vanwege de roestkleur van zijn
golven. Pas in 1826 was James Ohio
Pattie de eerste blanke Amerikaan,
die het woeste breedbeeld van de
Grand Canyon voor zich kreeg. 44
jaar later volgde dan eindelijk de
expeditie van Powell, die aan het
licht bracht, dat Amerika behalve
allerlei andere ongekende mogelijk
heden oo<k de langste, diepste, breed
ste en geologisch meest belangwek
kende kloof ter wereld rijk was.
Iedereen ried de majoor het hals
brekende waagstuk af zelfs zijn
vrienden onder de Indianen, die ver
schrikkelijke verhalen wisten over
watervallen, stroomversnellingen,
ondergrondse rivieren en een legioén
goden, die bovennatuurlijke maatre
gelen tegen indringers in petto had
den wanneer de gewone natuur al
mocht falen. Maar Powell liet zich
niet ontmoedigen en staalde in de
Rocky Mountains zijn zenuwen net
zolang tot hij zonder een spier te
vertrekken op de rand van een 600
meter diepe ravijn kon zitten Hij was
niet alleen een geoloog en ontdek
kingsreiziger, maar ook een vakbe
kwaam schrijver. Zijn dagboek van
de eerste tocht dwars door de Grand
Canyon is ook na 100 jaar nog een
werk. dat ik iedereen van harte kan
aanbevelen. Droge notities over de
gevaren van de rivier, de stand van
de voorraden, klauterpartijen op zoek
naar geologische gegevens wisselen
af met prachtige dichterlijke passa
ges. die de uitbundige vegetatie in
's werelds grootste afgrond beschrij
ven, de vogels, de sterrenhemels, de
schoonheid van de kloven, waarin hij
binnendrong en de gevoelens die
hem en zijn mannen bezig hielden.
Hij constateerde, dat er tussen de
rand van de canyon en de rivier
twee kilometer lager niet minder dan
vijf klimatologische zones heersten,
zodat een afdaling gelijk stond aan
een reis van de Canadese wouden
naar het zuiden van Mexico. Hjj tel
de 1000 verschillende plantensoorten,
60 verschillende zoogdieren, waaron
der de bergleeuw en de antiloop, 220
verschillende soorten vogels en 32
soorten reptielen.
Hij vond fossielen van haaien en
longvissen die bewezen, dat hier,
diep in het Amerikaanse binnenland,
eens een zee moet hebben gelegen.
Hij ontdekte overblijfselen van pre
historische mensen, die al 4000 jaar
geleden de dramatische schoonheid
van de canyon moeten hebben ge
zien.
Powell maakte zijn tocht die
qua risico's slechts vergelijken kan
worden met de speurtocht naar de
bronnen van de Nijl met negen
metgezellen in drie grote kano's. In
een kleinere kano werd leeftocht voor
10 maanden meegevoerd, gereed
schap, wapens voor de jacht en voor
zelfverdediging, en een geologische
uitrusting Zestien dagen na het be
gin al ging een van de boten verlo
ren op een plaats, die toepasselijk de
„ramp-waterval" werd .gedoopt. De
bemanning van drie kon zich nauwe
lijks redden en het kostte veel moei
te. uit de wrakstukken de twee enige
barometers van de expeditie te red
den plus een vat whiskey. „Dit vat",
noteerde Powell droogjes, „bevond
zich buiten mijn weten aan boord,
maar nu ben ik er blij mee, want ze
denken, dat ze er iets aan zullen heb
ben, kletsnat als ze iedere dag zijn
van het sneeuwwater dat van de hel
lingen gutst".
Kort na deze gebeurtenis kreeg
een van dt mannen er genoeg van en
besloot, terug te kerein naar de be
schaafde wereld. De rest van het ge
zelschap voer na 71 dagen de mond
van de eigenlijke Grand Canyon bin
nen.
Powell noteerde: „We moeten nog
een onbekende afstand afleggen, en
onbekende rivieren exploreren. We
weten niet, welke watervallen we te
gen zullen komen. We weten niet, wel
ke rotsen ons de weg zullen 'versper-
Ten. We weten niet, hoe hoog de rots
wanden zullen uitrijzen boven het
water".
Steeds verder drong de expeditie
door in 's werelds diepste spelonk.
Aangekomen bij een punt, Bright An
gel Creek waar nu een uitkijkpunt
voor toeristen is, noteerde Powell:
„Ik ben vandaag zo ver omhoog
geklommen, dat de mannen en de bo
ten verloren gingen in de zwarte
diepte beneden me en dat de gewel
dige rivier een bergbeek leek en er
Was nog steeds meer rots boven dan
onder me Overal om me heen geo
logische eigenaardigheden. Het boek
lag voor me open en ik kon het le
zen, terwijl ik aan het klimmen was"
Drie mannen waren minder onder de
indruk dan hij. Geterroriseerd door
de rivier „die te keer ging als een le
vend ding", besloten ze, te proberen
uit de Canyon te klimmen en zo de
bewoonde wereld te bereiken. Jaren
later, toen Powell terugkeerde om
een bezoek te brengen aan de Paiute-
Indianen, hoorde hij van hun lot. Ze
werden aangezien voor woudlopers,
die een sqauw hadden gedood en uit
wraak vermoord.
De ironie van het lot wildé,Mat' de
zes mannen en twee boten die waren
overgebleven zich een dag later door
het moeilijke stuk heengeworsteld
hadden en „aankwamen in kalm wa
ter, waar geen gevaren ons meer be
dreigden en waar we de vreugde
mochten smaken van ons succes".
De expeditie was ten einde en Po
well keerde met een 'schat aan nieu
we geologische en geografische ken
nis terug in de beschaafde wereld,
die hem en de zijnen al lang had op
gegeven.
Het mysterie van de Grand Ca
nyon was eindelijk ontsluierd. Le
zend in het boek „dat open voor me
lag, terwijl ik de rotswanden beklom'
ontdekte Powell hoe dit meest bizar
re natuurwonder ter wereld heeft
kunnen ontstaan. Latere berekenin
gen van geleerden hebben zijn visie
gestaafd. De Colorado-rivier voert
dagelijks enorme hoeveelheden mate
riaal weg van de ruim 300.000 vier
kante kilometers omvattende droge
hoogvlakte, waar de Amerikaanse
staten Arizona, Nieuw Mexico, Colo
rado en Utah elkaar ontmoeten. De
gemiddelde hoeveelheid zand, kiezel
en rots is 500.000 ton per dag, maar
tijdens een overstroming op 13 sep
tember 1927 moet het 27,5 miljoen
ton geweest zijn. Dit materiaal
schuurt en slijpt met een snelheid
van 2,5 tol 12 mijl per uur langs de
wanden en over de bodem van de ri
vier. Ter illustratie: wanneer de ge
middeld 500.000 ton per dag zou wor
den geladen in vrachtauto's met een
capaciteit van 5 ton, zouden er
100.000 van nodig zijn, die met min
der dan een seconde tussenpoze con
tinu 24 uur achter elkaar door zou
den moeten rijden om hetzelfde werk
te doen, dat de onstuimige Colorado
op zijn eentje verricht.
10 Miljoen jaar geleden is de ri
vier, zich van de Kaibab hoogvlakte
een weg zoekend naar de Golf van
Californië, met het sloopwerk begon
nen. Elke 1000 jaar vrat hij zich 20
centimeter dieper door het rotspla
teau heen De erosie van de randen,
die aldus ontstonden, deed de rest.
Laag na laag werden de gesteenten
trapsgewijs blootgelegd. Zandsteen,
schalie, kalksteen, schist en perga-
miet. Alle met hun eigen kleur, hun
eigen misvormingen. Zo kwamen 600
miljoen ontwikkelingsjaren van de
aarde open te liggen, beginnend met
het moment waarop het gebied was
bedekt met een warme, ondiepe zee,
die zich herhaaldelijk terugtrok en
weer ojb kwam zetten, totdat zich
een 4000 meter dikke serie van sedi
mentgesteenten had gevormd. Toen,
ongevqer 10 miljoen jaren geleden,
hief een dramatische catastrofe het
hele gebied een paar duizend meter
boven de zeespiegel uit en kon het
water op zoek naar de oceaan zijn
modellerende werk beginnen.
Ook de bizarre pracht van de
Grand Canyon, waar de zon niet oni-
Elke recensent zou eerlijk moe
ten bekennen dat het verslag van
een leeservaring nauwelijks ob
jectief kan zijn. Hij heft persoon
lijke voorkeur of afkeer niet op,
zelfs als hij onbeperkt de ruimte
krijgt en zich een vurig voorstan
der toont van een boekbespreking
waarbij hij zichzelf buiten spel zet.
Dat kan uiteraard niet: ook de cri
ticus is maar een lezer. Dat ont
slaat hem echter niet van de taak
zijn voorkeur of afkeer te verdui
delijken. Wie louter voor z'n eigen
plezier leest, kan zich deze hou
ding van voorkeur of afkeer zon
der nadere verklaring best veroor
loven, maar zodra de lezer ook
criticus is, ontkomt hij niet aan de
eis lezers behoorlijk in te lichten
over de inhoud en de betekenis
van pasverschenen boeken.
Misschien moet men zelf publi
ceren en besprekingen van eigen
werk hebben gelezen om de be
trekkelijkheid van recensies (be
halve voor de handel) in te zien.
In ieder geval, toen Willem Wil
mink mijn bundel „Schuine ly
riek" in het dagblad De Tijd be
sprak of beter vervaagde tot een
paar kreten waarvoor hij zich la
ter, per brief aan mij, verontschul
digde, besefte ik dat heel sterk..
Een gevoel van: uij doet mijn
werk onrecht, hij had er beter
over kunnen zwijgen Maar moge
lijk denken auteurs wier werk ik
besproken heb, hetzelfde van mij.
Ik meen ten onrechte, omdat ik
van begin af aan heb gesteld dat
ik niet dé mening over een boek
verkondig noch tot banale, niets
zeggende opmerkingen wens te
vervallen, ondanks de grpte hoe
veelheden leesvoer die de Neder
landse en Vlaamse uitgeverijen de
criticus ter bespreking en de men
sen ter lezing voorschotelen.
Ook nu weer maakt het aantal
mij een beetje moedeloos, als ik
bedenk dat daardoor onzuivere
waarderingen een recensie gemak
kelijker kunnen binnensluipen.
Maar goed, er is al heel wat ge
wonnen, nu ik nogmaals heb be
loofd onrechtvaardigheden in de
vorm van zwetserige onzin zonder
nadere verklaring of illustratie, te
zullen vermijden.
VOORDEELKOOPJE
Een serie van 6 gedichtenbun
dels, verschenen bij Bezige Bij,
keurig in boekformaat, keurig
zwart-wit, gemakkelijk op de boe
kenplanken bij te zetten, versierd
met de cijfers 1 t.m. 6, geplakt én
ouderwets degelijk, zoals in uw
schoolschriften, van touwtjes in de
rug voorzien, is voor de spotprijs
van f 15,- binnen uw bereik. Per
stuk kosten ze 3,50,-; koopt u er
echter drie tegelijk, dan is de boek
handelaar met f 7,50,- tevreden.
Haast u, want de uitgever is door
de voorraad heen!
Jules Deelder, „Gloria Satoria".
Zijn debuut als dichter. Als liedjes
schrijver is deze in 1944 geboren
Rotterdammer geen onbekende
meer, ook niet voor Radio Veroni
ca, die, in de commercie verstikt,
zijn talent onder tafel schuift, bang
als ze is dank zij hem tot de ont
dekking te moeten komen dat haar
publiek plotseling over goede
smaak beschikt en niet alles meer
klakkeloos van haar wenst te slik
ken. Liedjes en gedichten; sinds
Bob Dylan, die de kunst van op
muziek gezejte literatuur en het
spelen met gevestigde meninkjes
verstaat zoals het een klassieke
troubadour betaamt, zijn- lied en
gedicht, zoals het vroeger was,
weer naar elkaar toegegroeid.
Jules Deelder is een Nederlands
voorbeeld van deze traditie.
Hij laat zich goed met Dylan
vergelijken zonder dat men met
een moet denken alwéér met een
epigoon van Zimmermann te doen
te hebben. Na lezing van zijn bun
del blijft vooral het volgende han
gen: hij speelt met gedachten zon
der zich op één ervan als eindelijk
dé waarheid vast te bijten; hc
doorbreekt het taboe van het
drugs-gebruik speelser nog dan
Dylan deed, want hij relativeert de
ervaringen van de „kick", terwijl
Dylan in zijn „stoned period"
hardnekkiger, propagandistischer
tegen dit taboe moest aanschop-
pen; een humoristische, plezierige
bundel.
Wim Huyskens, „De poëtische
bijl". Is minder autobiografisch
dan zijn eerste bundel. De schrij
ver heeft zich teruggetrokken op
één thema, hij tracht het onmoge
lijke te bewerkstelligen, terwijl hij
heel goed beseft dat dit niet kan:
de wereld (der dingen) is met geen
pen te beschrijven, toch doet hij
dit onophoudelijk, hopend dat hij
en de lezer, even maar, een ver
hevigd besef krijgen van hun rela
tie, tot de dingen, tot de verzamel
de dingen: de wereld. Een mens
is geen ding, kan nooit in de. din
gen opgaan en zelf een ding zijn.
Tenzij in dode toestand, maar dan
is hij geen mens meer. Dat de
dichter het niettemin toch pro
beert, doet hij niet om aan zijn
mens-zijn te ontkomen, maar, in
tegendeel, om sterk te beseffen
hoezeer hij mens is. Ik vermoed
dat deze bundel heftige voor- en
tegenstanders op zijn weg naar de
boekenplank zal ontmoeten. Van
beide'partijen kan ik u een reactie
geven: Jan Hüsken, journalist van
uw lijfblad, noemt het „een vol
wassen bundel", de bovengenoem
de Willem Wilmink zegt ervan, in
De Tijd: „Tegenover zijn manier
van dichten sta ik machteloos: hij
zou aan Fens waarschijnlijk een
betere criticus hebben gehad". De
lezer moet zelf maar uitmaken bij
wie hij zich aansluit.
Gust Gils, „Levend voorwerp".
Is let u eens even op de titel
aan nummer 2, of zo u wilt omge
keerd, verwant. De uitgever heeft
dat ook begrepen, want de zesvou
dige reeks is wat betreft de au
teursnamen niet alfabetisch geor
dend. Wat kan „Levend voorwerp"
anders betekenen dan mens? Ep
over de mens in relatie tot de we
reld zegt Gils het zijne, natuurlijk:
2 en 3 vallen niet samen, ook al is
hun thema hetzelfde, beiden ver
woorden het anders. Gust Gils ge
deeltelijk in het Engels, in voor
al in het tweede gedeelte van de
bundel „japans postjapans"
zeer kleine maar veelzeggende mi
niaturen, als geschilderd op Ja
panse waaiers. Twee voorbeelden
uit een cyclus van zeventien 7
begraven levend en wel. gla
zen deksels naar elke wind
richting. Uit de reeks valt op te ma
ken dat de dichter in een vlieg
tuig zit, maar men kan tevens in
terpreteren dat hij zich in de we
reld bevindt. 13 woord wordt
wet. Wet wordt steen, steen
wordt ijzel. ijzel smelt, water
verdampt. Niet het denken en
daaraan vastgekoppeld de formule
is oorzaak van het natuurgebeu
ren, maar het natuurgebeuren is
oorzaak van de formule en het
menselijk brein. Dit zou men kun
nen inbrengen tegen dit gedicht,
maar hierin wordt feitelijk een fi
losofische cirkel getrokken: uit
dode materie -aarde- ontstond le
vende materie -de denkende mens
die weer tot dode materie inkeert,
enzovoorts. Het minimale woord
gebruik geeft een maximale ,kick'
Wereldwijd zogezegd. Wie dit kan,
toont vakmanschap.
Lizzy Sara May, „Grim". Na
een aantal jaren van poëtisch
zwijgen een nieuwe bundel van de
ze dichteres en prozaschrijfster.
Het openingsgedicht draagt de
zelfde titel als de hele bundel en
beschrijft een jeugdervaring: moe
der leest voor uit de sprookjes van
Grimm, bijgeloof en wreedheid
van het volk. Tot twaalf jaar nacht
merries. Moeder troost haar: dro
men zijn bedrog, kind. De laatste
regel van het gedicht luidt: „Hoe
staat het met syndromen?" Een
nuchtere vraag, die met de be
schreven kinderlijke, angstaanja
gende spookwereld niets van doen
lijkt te hebben, maar het tegen
deel blijkt waar. Een' syndroom is,
zoals het woordenboek ietwat
plechtig zegt, het geheel van ver
schijnselen ener ziekte. Welke
ziekte blijkt uit het verloop van de
bundel. Die ziekte heet wereld ën
wat erop gebeurt. De nachtmerrie
blijkt echt: Grimm werd Grim.
Een grimmige wereld. Het gedicht
„Provengaals" lijkt lieflijk, maar
„ook hier graasden de tanks". Inl
„Microcentrum I" heet het: „aan
zien dat de aarde scheurt". „An-
tidroom" begint met de regel: „Ik
beweeg mij tussen de slapenden".
Zoals de titel al aanduidt, wordt
er geen droom maar werkelijkheid
beschreven. De slapenden zijn de
mensen op deze planeet, die van
het huis van de wereld een bunker
hebben gemaakt. Huis, stad,
streek, de ik-j ij-verhouding staan
symbool voor deze grimmige we
reld. En na deze constatering van
de lezer is het niet toevallig dat de
dichteres 'dan twee gedichten, 1938
en 1944, in haar bundel heeft, opge
nomen. De sprookjesvertellende
moeder wordt zelf het slachtoffer
van een allesbehalve angstige
droom: door de moffen „gehaald".
Hoe zij „verdween", het wordt
eenvoudig maar dramatisch mee
gedeeld, voor de goede verstaan
der: „Toen we een jaar later
haar bezittingen kregen vonden
we haar kalender verwisselba
re kaartjes in een houder hij
was blijven staan op veertien
april alleen dit kaartje was ver
geeld". De wrede wereld draait
door. In „De gouden haren van de
duivel", hoe „sprookjesachtig",
krijgen de Amerikanen en de door
hen geliefkoosde oorlog in Viet
nam er op papier van langs.
Marie-Claire de Jonghe, „De le
men liefde". N.a.v. haar eerste
bundel, „Jaja", is veel over haar
pseudoniem verondersteld. Marten
Hartkamp vermoedde in de NRC
dat het geen debutant(e) kon zijn.
Hopper (Nico Scheepmaker)
schreef in de Volkskrant dat het
een boek van Hugo Claus moest
zijn. Vrij Nederland onthulde dat
het een gezamenlijk werkstuk van
een groep auteurs was. Hopper
liet zich niet misleiden. Wie achter
dit pseudoniem zit, weet alleen De
Bezige Bij te vertellen. „De lemen
liefde" beschriift een homoseksue
le relatie tussen twee vrouwen.
Een van de twee is dood. De lief
desrelatie wordt dus vanuit -de
herinnering beschreven. Die krijgt
inhoud in een begrijpelijke taal,
die zich zonder veelmoeite lezen
laat. Klassieke liefdespoëzie, die
voor velen misschien niet meer
„hoeft", maar men bedenke dat
een homoseksuele liefdesrelatie als
een echte, menselijke verhoifding
nog altijd op weerstanden stuit.
Dat mag niet waar zijn. Ik meen
dat juist de heteroseksuele criti
cus, die ik menselijkerwijs gespro
ken ben, hierop moet wijzen. Als
Claus de auteur van dit werk is,
dan helemaal, want dan heeft hij
er ongetwijfeld dezelfde bedoeling
mee. Waarom toch Claus? De
soms lUrokke beeldspraak doet
aan Claus denken. Dat ben ik met
Hopper wel eens. Ik citeer het eer
ste gedicht: „In het licht dat als
razend uit de grond groeit Be
weegt je linkerhand niet meer.
De dood is wit en bleek. Je
adem die naar halmen gedrde
Is gebarsten, ergens, En je lon
gen zijn gestold. Ik durf je kil
te niet te strelen".
Habakuk II dé balker, „Boeren
gedichten". Een debuut onder
pseudoniem. Habakuk I is natuur
lijk de profeet Habakuk, die
bloemrijk aanzegt hoe de Here de
Chaldeeën een vernietigingstocht
over de wereld zal laten onderne
men. Dan trekt de profeet zich te
rug om van de Here te vernemen
waarom. God wil zijn volk verdel
gen, omdat het andere volken wil
vernietigen. We zitten weer eens
op de wereld. „Gij hebt schande
tegen uw huis beraamd, toen gij
het voornemen had hele volkeren
te verdelgen; dus hebt gij uw le
ven verbeurd. Want de steen
schreeuwt uit den muur en de balk
antwoordt hem uit het houtwerk".
De balker? Een sprekende balk?
Jawel, maar misschien nog meer
het dier dat balkt, de ezel. De dich
ter die zich een ezel noemt, het
symbool -weten we onderhand al
lemaal- van de domheid en van
(in het oosten) de godheid. Is een
grotere tegenspraak denkbaar? Is
een grotere tegenspraak dan de
mens denkbaar? Op niets dan op
zettelijke tegenspraak is de bundel
„Boerengedichten" gebouwd. De
dichter begint met de ontkenning
dat hij poëzie schrijft, maar hij
doet het'. Hij zegt, zingt, kraait,
schreeuwt, brult, maakt waar en
doet weer teniet. Wat hij zo barok
beschrijft, is niets anders dan een
wereld barstensvol tegenspraken.
Soms zit hij schijnbaar betekenis
loos voor zich uit te dazen, althans
Tijd-criticus Willem Wilmink
meent dat de Bezige Bij de dichter
goed moet coachen en citeert dan:
„Een spaakloos wiel rijdt spra
keloos maar nog altijd rond
doodstille kim van scherven tege;
moet". Wat het betekent, lijkt hij
niet te weten, maar het is simpel
weg een beeld voor deze rondwen
telende aardbol. Elders zegt de
dichter dat de mens uit deze steen
klomp is ontstaan. En uiteindelp
weer onder steen inslaapt. Laat
ste gedachte over deze bundel:
het is de mens die de wereld in
aan waanzin grenzende tegen
spraak versplintert. „Doodslaan is
zijg opdracht is het niet?" Voor
wie deze tegenstrijdigheid niet
wenst te zien, is deze bundel wel
licht een onverteerbaar brok pes
simisme, voor de juiste dwarskij
ker wie weet betreurenswaardige
realiteit.
WIM HUYSKENS
dergaat maar wegsmelt in een orgie
van indigo, violet, turkoois, g<
oranje, rood en koningspurper, is 1
na ten prooi gevallen aan de nleis I
ontziende mens, Gretige mijnonda-
zoekers vermoedden waarschijn
lijk niet ten onrechte dat het 8
wemelde van de kostbare delfstoffen,
Het was de tijd. dat Amerika bibber
de van de goudkoorts en het ontplof-1
fende dynamiet. „Maar het is niet
doorgegaan", zegt de piloot, die ach
teraf dat spugen op de Canyon niet
al te letterlijk heeft bedoeld. Presi.
dent Theodore Roosevelt kwam in
1903 het natuurwonder aanschouwen I
en had geen rust, voordat de Grant I
Canyon precies 50 jaar geleden to! I
nationaal park werd vërheven,
Sindsdien kijken ze je er al argwa
nend aan, ala je een steentje op-1
raapt.
Alleen de Colorado mag straffe-1
loos zijn gang gaan. Die mag iedere
dag 500.000 ton meeslepen en, zich
steeds dieper invretend in het Kaibab
plateau, door blijven werken aan i'
verfraaiing van zijn canyon. Nog 70) I
meter dieper mag hij graven dan
is het hoogteverschil overwonnen i
is de onstuimigste aller rivieren eii
delijk getemd. De insnijding zal zi;
afgelopen en er begint een nieuwe I
fase de verbreding van het dal,
Dit zal het einde betekenen van de
pinakels er, tafelbergen, die de Grand
Canyon het aanzien geven van een
door godenhanden opgerichte super-1
architectuur. De randen zullen terug
gedrongen worden en als zich ge
nieuwe opheffingen en dalingen v
het terrein voordoen zal er van
grootste afgrond ter wereld nog
slechts een 100 kilometer brede
vlakte overblijven, waarin, op
dikke laag eigen afzettingen, een tra-1
ge, oude Colorado stroomt.
Maar gij, die niet wilt stervenI
alvorens de Grand Canyon in all
zijn praal en majesteit te hebbenI
aanschouwd - wilt niet wanhopen I
Voordat het zover is, zullen mii-f
joenen jaren verstrijken. Er is i
tijd.
AMSTELSLUIS 17 vn Buenos Aire
nr Durban
ARES 17 te Arica
nRITSUM 16 te New Orleans
rUOLUTECA 17 te Cristobal
GEERTJE BUISMAN 17 te Mar-
seille
roHANNES FRANS 16 vn Ports
mouth nr Willemstad
ICHASIELLA 17 te Curacao
JDJRWELLOYD 16 in Panamakanaa
nr Balboa
POELDIJK 17 te Savannah
gTEENKERK 16 vn Rouaan nr
Dakar
THERON 17 te Barbados
VIANA 16 vn New York nr Curacat
ADULIS 14 te Port Sudan
ALIOTH 17 te Salvador
fALAMARES 16 te Almirante
GULF ITALIAN 17 te Bantry
HERCULES 16 te Cristobal
JASON 17 te Kingston
KERMIA 16 vn Stantow
KONINGS WAARD 16 te Teesport
LALIBELLA 16 te Delawarecdty
UBERIAKUST 16 van Hamburg nr
Rotterdam
NÊDERLINGE 16 vn Antwerpen nr
Vlissingen
STRAAT MOZAMBIQUE 17 te East
London
STRAAT FREETOWN 17 te Luanda
CASTILLA 17 te Tripoli
CHEVRON DELFZIJL 16 te
Immingham
CHEVRON AMSTERDAM 16 vn
Gibraltar' nr Zueitina
GANYMEDES 16 vn Antwerpen nr
Rotterdam
GEESTLAND 16 dw Azoren nr
Barbados
GORREDIJK 16 vn Antwerpen nr
Wilmington
GROTEDIJK 16 vn La Pallie nr Le
Havre
„OPIONELLA 17 te Oslo
EoRENIA 16 vn Aden nr Djibouti
fISSISSIPPILLOYD 16 te Belawan
'OLYPHEMUS 17 te Penang
'ROVENIERSSINGEL 18 te Guanta
verw
ITRAAT COLOMBO 17 te Colombo
TRA AT LOMBOK 17 te Mauritius
ItJIBANTJET 17 te Tanga
ITREA 16 vn Durban nr Mena al
Ahmadi
;EELAND 16 vn Khorramshahr nr
Bushire
ONNEKERK p 16 Gibraltar nr
Genua
iAWEAN 17 dw Mozambique nr
Mombasa
ENGKALIS 16 vn Kaapstad 19 te
Port Elizabeth verw
TELYSIA 17 te Stockholm
IDER EBRO 17 vn Dar Es Sa
laam nr Tanga
ITRAAT HOBART 17 vn Nagoya 18
te Yokohama verw
'AMARA 17 dw Socotra nr Dar Es
Salaam
'ANAHAIG 17 vn Assab nr
Rotterdam
'JILUWAH 18 te Sydney verw
OMBURGH 16 te Rotterdam
1MLAND 17 vin Amsterdam rar
Tanerife
rAASTERLAND 17 vn Amsterdam
nr Maceio
IANYMEDES 17 te Rotterdam
OOILAND 17 vn Amsterdam nr
Bremen
.GNO 17 te Rotterdam
,IAS 16 te Rottendam
.BERIAKUST 17 te Rotterdam
ERCURIUS 17 te Rotterdam
IPAARNEKERK 16 te Rotterdam
1TMARSUM 17 vn Rotterdam nr
Antwerpen
iGNES pass 14 Vlissinigen nr Husnm
■ERNAiiD JOHN 15 te Amsterdam
'ERTA pass. 13 Vlissingen nr
Antwerpen
'AHO ME YK UST 14 110 n vn Dakar
nr Amsterdam
HOORN IT te Pamiamakamaal
verw.
1RWELLOYD 15 210 zw vn San
Juan Delsur nr Balboa
'HILIPPIA 16 te Hovic verw.
-OTTERDAM 15 verw te Hongkong
1STELMOLEN 17 te Albany
■CHIMEDES 18 te Le Havre verw.
TYS 17 vn Saigon nr Singapore
ATJAN 18 te Hobart verw.
'ASTILLA 18 te Tripoli verw.
IUIVENDRECHT 19 te New Casüe
nsm verw.
•TERSUM 17 vn Antwerpen nr
Londen
•RA 17 te Stockholm
•RON 17 t.a. Turks Eil. nr
Houston
"SSISSIPPILLOYD 17 te Belawan
JSILLOYD 16 te Mina al Fahal
.DERWAAL pass 17 Mauritius
nr Singapore
17 te Lagos
•OTTERDAM 17 vn Hongkong nr
Kobe
■ERVAASKERK pass Sabang nr
Rotterdam
den haag (anp) Voor de Ne-
M7n Ipe'uh'Olind'Ustrie is het jaar
w funstig begonnen, zo meldt de
rouging Nederlands Fabrikaat.
s gevolg van de herwaardering
der v Duitse mark in 1969 en ver-
i, e kostenverhogingen zijn de prij-
L Van Duitse meubelen sterk ge
ltot Dit. heeft geleid niet alleen
s- oen daling van invoer van Duit-
Zons eU maar °°k t°t een bij-
Se n,Sr J>r°te vraag naar Nederland-
ook Duitsland. Trouwens
haar 'te ?ndere landen is de vraag
Nederlandse meubelen momen-
■Vo f®61' levendig. Hetzelfde geldt
lis r!o j binnenland. Dientengevolge
he mo°Ii?e'^os"ie van de Nederland-
Jg^ji koelindustrie omhoog gespron-
coni,, i '9 aa'n'd. werk. Volgens de
de Noïi urtest heeft 31 procent van
hen fcrrlandse meubelindustrie met
hamne r, aan arbeidskrachten te
Wort a' De productiemogelijkheden
derbna hierdoor belemmerd. De Ne-
vorjg i 6 meHhelindustrie heeft zich
niiJL, r bijzondere exportinspam-
getroost. Hierdoor koin die
itelik --
(tot met 24 pet. toenemen
iKuld
t^odSe.'
Uitkr»7v»ci4-«_
«rei 4* pci. uoenemen
luldenTjyaar<ie van 155,- miljoen
lab m' 's 16 procent van de natio-
l°nder^! ^omsten van het structuur-
Pudustri der Nederlandse meubel
de bejel ,fn de aanbevelingen van
zittersLuumigsooimmidssie onder voor
ga Aart van "M- W- H- H- Focke-
|leden v»ea? zullen op 20 mei a.s. aan
helfabriï1 centrale bond van meu-
be vers a worden aangeboden,
gaaering van genoemde bond
e
c
a
Z
g
1
t
2
v
d
u
n
n
e
t
b
7
b
v
n
5
n
e
d
A
n