m m au God beware me voor luizen in mijn huis" n (of) B )|RECTEUR HUIS VAN BEWARING BREDA: HUIS VAN BEWARING is meer een HUIS VAN VERBOUWING )5ENDAAL '1STE NGERE RS(STERS) lachen apostelkop klacht ■IN - HULST )0 t/m 1.30 uur EK' mpenfabrieken Sescheiden 20; DE STEM VAN ZATERDAG 13 DECEMBER 1969 21 activering van geestelijk ermijn komen, afhankelijk van erwacht dat zij in samen- oor een prettige sfeer in Iragen. per maand, exclusief on- kelijk van opleiding en isting in aantrekkelijk ge- een pré-klinische periode naar huis ksfeer te kunnen vinden ke sollicitatie, tegemoet, vertuigen van de goede directie, en medewerker van uime inwerkperiode in verrichten op het ge- PERSONEELZAKEN, organisatie op ons hoofd- verse afdelingen nog enig atsen. Diegene die interes- uncties gelieven zo spoedig Wij vragen: ntie. loekhouding. ens van 9 tot 12.30 uur en srdags vrij. Eventuele reis- aan: afd. personeelszaken J kunt ook telefonisch co 140. 8 postbus 4 Nederland telt momenteel on geveer 3.400 gedetineerden. Bel gië 6.000; Denemarken 3.300; Eh- jeland 33.000 en Frankrijk 35.000. In bevolkingsverhouding bete kent dat, dat die landen drie- tot vijfmaal zoveel gedetineerden hebben als Nederland. Van de 3.400 Nederlandse ge detineerden zijn er 600 ter be schikking van de regering ge steld (tbr). Ruim 1.200 zitten een gevangenisstraf uit en ongeveer 1,600 verblijven in voorarrest. Ten opzichte van het totaal is dit laatste aantal relatief hoog. Van de Nederlandse gedetineerden komt 70 tot 75 pet. nooit verder dan het Huis van Bewaring (HvB); dit als gevolg van het Nederlandse berechtingssysteem. Preventieve hechtenis betekent in feite voor velen ernstige vrij heidsbeneming. Van de bevolking van de HvB's „zit" 80 pet. pre ventief. In de HvB's worden tevens de korte vrijheidsstraffen (tot en met drie maanden) ten uitvoer gelegd. Ook volgens het ministe rie van Justitie is deze toestand volkomen onjuist. Het is in strijd met alle internationale overeen komsten gevangenisstraffen in HvB's te laten ondergaan. Intern geeft het herhaaldelijk aanleiding tot moeilijkheden. Zeventien pet. van de bevolking van de HvB's in Nederland bestaat uit kort gestraften. Voor jeugdigen bestaat de mo gelijkheid om een korte vrijheids straf in het Penitentiair Trai ningskamp „De Corridor" in Zee land (N.B.) te ondergaan. Bin nenkort zullen plannen worden bekend gemaakt voor nog een dergeiük kamp (gesticht). De conclusie kan luiden, dat de Huizen van Bewaring hij het ge vangeniswezen kwantitatief een belangrijke plaats innemen en dat iedereen het er over eens is dat veel te veel kortgestraften in de HvB's zitten. JEN HAAG/BREDA - Voor wat betreft de houding an het Nederlandse volk agenover de gevangenen «hun behuizing) zou men linnen stellen dat de wil tot «zinning en een daaruit «ortvloeiende vernieuwing is. Men is tot de ontdek- ling gekomen dat de Huizen ijn Bewaring, gevangenis- «(i, rijksasiels enz. niet op andere planeet staan, saar midden in de gemeen- diap. De overheid probeert met haar tijd mee te gaan. „We leven in een pe- iode, waarin de zaken wor- enopengegooid", aldus dr. van der Grient, adjunct- directeur van de Directie Ge vangeniswezen van het mi nisterie van Justitie. Té lans kennelijk heeft het volk li weinig voor zijn gevangenen over laad. We kunnen wat dat betreft it Nederlandse Huizen van Bewa ils voorbeeld nemen. De meeste !jji teen 1880 en 1900 gebouwd. Niathidige maatstaven zijn ze vol- %n uit de tijd. In een groot aantal JM's wordt permanent verbouwd. Het Bredase Huis van Bewaring be dilt uit een oud geraamte met ver killende nieuwe „lappen". Som ite gedeelten zijn blinkend nieuw, "toe viesbruin van ouderdom. De praktische uitvoering van de plan- M, die zijn voortgesproten uit alle '«de wil (de nieuwe Beginselenwet het Gevangeniswezen) heeft «ifen nieuwe problemen geschapen. Nederland mag t.a.v. zijn gedeti- tttrden-bestand gerust het „peniten- Wirtschaftswunder" worden ge- Momenteel telt het circa ™0 gedetineerden. Er is een ge- teruggang van het aantal en heeft invloed op nieuwbouwplan- :<n. Dr. Van der Grient zegt daar- jj*®: ,.We hebben plannen genoeg, ■ar de maquettes staan langzamer- °P instorten". ander, belangrijk en frustre- »4 element in en rond de wereld ari de HVB's is het (chronisch) ge- as aan personeel (bewaarders). :er de gevolgen van deze en ande facetten hebben wij een gesprek Jj f16' de keer Van der Grient "e heer P. N. Stomph, directeur til van Bewaring in Bre- luet tc verwarren met de straf- .«vangenis, „de Koepel".) Htt gebrek aan bewakingsperso- j, Wamt op vele terreinen. De heer »mph wil niet eens zeggen hoe ver personeelsbestand onder de nu ll'1.s'erkte ligt. „Van de onder- Ketting gaat een indirekte invloed »t op het regiem en de mogelijkhe- alle gebied", aldus de Breda- ™ecteur. Hij moest met minder ,;?en meer uren maken. Ultimo hedroeg het landelijk tekort aan Waarders 89 op een totaal van 1574 a»)"6 c'^ers waren met beschik- Ten opzichte van het landelijk ge- e zitten in Breda meer gede- wegens geweldsdelicten. van chocolade paaseieren en -kippen. De grote papierbewerkingszaal fun geert tevens als kerkzaak Twee keer per week kan men de sleur onderbreken met drie kwar tier sporten. Men kan slechts een maal per week douchen; de huisre gels spreken nog van „de wekelijkse wasbeurt". „Eenmaal schijnt de overheid genoeg te vinden. Het aan tal keren moet men ook afmeten te gen de beschavingsachtergrond", al dus de heer Stomph. Wanneer ie mand gewoon werk doet, krijgt hij één keer in de week schoon onder goed. „Ontspanning" is in het Bredase HvB een groot woord; het personeels tekort toont ook op dit punt zijn scha duwkanten. De gedetineerden krij gen éénmaal per week per groep een „recreatiebeurt" (dammen, schaken, halma, tafeltennis, stratego). Een eigen tv-toestel heeft het HvB niet. De heer Stomph: „Bij grote ge beurtenissen halen We er een In huis. Voetballen is zo'n evenement. Het hu welijk van prinses Beatrix hebben we helemaal laten zien en mocht er on verhoopt iemand van het Koninklijke Huis worden begraven, zullen we dat ook laten zien. Ik moet een beetje voorzichtig zijn. Ik kan niet alles aan deze onrijpe geesten voorschotelen". De heer Van der Grient vult aan: „U moet er rekening mee houden, dat er geen mogelijkheden zijn om opge roepen emoties te begeleiden". Vijf maal per jaar wordt een „vrij recente" film vertoond. „We streven daarbij de mensen eens gezond te laten lachen", aldus de heer Stomph. De enige informele „ontspanning" bepaalt zich tot de gestichtsbater nelijst" (margarine, bokking, stroop, vleeswaren, smeerkaas, mosterd, pe permunt, rookgerei). Voorschotten worden niet gegeven. Een gedetineerde, die bij binnen komst krap bij kas is, zal moeten gaan werken (het is niet verplicht) om wat bijzonders te kunnen kopen De heer Stomph zegt: „In het HvB zijn net als buiten, ook kapitalisten" Óver de variaties van de kantine- lijst merkt dr. Van der Grient op: „Als iemand graag augurkjes lust en die staan niet op de lijst dan kan hij toch wel een potje augurken krijgen als hij dat zo belangrijk vindt. In zulke gevallen kunnen uitzonderin gen gemaakt worden". Kaviaar, zo vertelt hij, komt voor deze uitzonde-' ringsregeling niet in aanmerking. Ro ken is tijdens de arbeidsuren (42,5 per week) niet toegestaan, is tijdens de arbeidsuren (42,5 per week) niet toegestaan. Door de grote hoeveelheid gemeen schappelijke zaken - van een zekere „privacy" is in Breda, in tegenstel ling tot reeds meer moderne HvB's geen enkele sprake - mag een gede tineerde maar weinig persoonlijke bezittingen hebben. In Breda hoort daar zelfs een polshorloge bij. Wèl een aansteker, vulpen, foto's en elek trisch scheerapparaat. De heer Stomph verduidelijkt: „Men is ver antwoordelijk voor het bezit van an deren. Het zou vernield kunnen wor den, men zou er mee kunnen gaan handelen of het stelen; het zijn geen prettige, brave jongens hier. Boven dien valt het odium van het verdwij nen altijd op het personeel". Wordt er in het Bredase HvB aan „inspraak" gedaan? De heer Stomph is daarvoor duidelijk: „Er is niets discutabel. De gedetineerden kunnen voor alles bij een bepaalde chef te recht, zoals in het huishoudelijk re glement staat, maar de gemiddelde 2000 verzoeken.Als ik hoog schat is vijf a zes pet. belangrijk voor de mensen". Dr. Van der Grient stelt daar tegenover: „Wat is belangrijk en wat niet? Dat ligt voor een gede tineerde heel anders dan voor ons. Wanneer men een weekeinde lang zonder puzzelblad zdt, is dat belang rijk voor hem. Dat blad is zijn week eind". Volgens de regels van het Huis mo gen gedetineerden „normaal geknipt haar dragen, naar verkiezing". Dat lijkt ons een omschrijving met dub bele bodem., ,Met de toename van het aantal langharige heren is dat belangrijk geworden. Als ze met lan ge haren binnenkomen mogen ze dat zo houden. Maar ik laat geen apostel koppen kweken. Een arts van de GG D in Breda heeft me onlangs ver teld, dat er sedert jaren weer in rui me mate luizen worden aangetrof fen; bij langharigen. God beware me voor luizen in mijn Huis'S aldus de heer Stomph. We zeiden het al verschillende ma len: het gedecimeerde personeelsbe stand heeft op vele zaken een rem mende invloed. Zo oo!k op de bezoe ken, die voor het personeel arbeids intensief zijn. Elke gedetineerde mag per week één kwartier bezoek ontvangen. Eventueel drie bezoekers tegelijk. De heer Stomph merkt daar over op: „De duur is natuurlijk niet royaal. Er kan extra bezoektijd wor den toegestaan. Maar iedere bezoe ker praat over zichzelf en u weet, dat het bezoek in een ziekenhuis ook vaak al weg is, Voordat het bezoek uur is afgelopen. Het bezoek ver stoort de kunstmatige rust maar, die een man hier zich eigen heeft ge maakt. Voor collectief bezoek is in Breda geen ruimte; ook in de nieuwbouw niet. Maar dat is ook weer niet zo bezwaarlijk, omdat ze dan toch maar naar andermans vrouw zitten te kijken". Kees de kater, de enige in het H.v.B. die kan gaan en staan waar hij wil. sn ie.uSdigen (t.m. 22 jaar) leven »nWi n Bescheiden van de oude taai verschillende HvB's zelfs to- gesepareerd, maar dat is in tta niet mogelijk. „Vroeger was na' j ieu£d voor de ouderen j, moest worden, maar nu iei]„j„: speer de ouderen voor de Hit j a 8 de heer Stomph. 'even in een HvB is weinig d„J» NaSenoeg alles is geest- «chrifti soePel vastgelegd in voor- revliu „e_n reglementen07.00 uur: 114= 07-45 uur: aanvang arbeid: «aiivaü ,einde arbeid: 13.30 uur: beid- ni id; 17-45 uur: einde ar- ÜehtL, uur: bedtijd; 22.00 uur: ''ean Alles wordt voor je ge- s Morgens wordt men per arbeids- Wds fn uur ..gelucht", 's Och laakt eei? kwartiertje vrijge- "liddat. 2°r koffiedrinken. Tussen de de Mil „.I"1 de warme maaltijd op talen. ue warme maaltijd op Het T' ?..?vonds boterhammen, •taat mm s. werk in Breda be- "eriiwen inPakken van versna- stellen V, klempotloden, het her en tVan postzakken van de PTT is rin?,? 8teeds - zakjes plakken. uk bezig met het opwerken „Kees". Een vette kat die er offi cieel is voor „het ratvrij houden" van het HvB. Hij leeft in een bevoor rechte positie. Hij kan als enige vrij elijk in- en uitlopen, zonder sleutel- gerammel en kan naar verkiezing de hele dag op een fraai gespreid bedje liggen. De gedetineerden worden m de ge legenheid gesteld via de „huisvlijt" creatief bezig te zijn. In Breda is daarvoor geen aparte zaal, wat zijn beperkingen weer geeft. De direkteur van het HvB in Bre da vertelt, dat hij het maximaal toe gestane aantal radio-uren geeft. Hij wil wel rekening houden met de lang niet ideale omstandigheden van zijn Huis. Maar Hilversum III en Veroni ca gaan hem nagenoeg altijd te ver. „Dat is een bijkomende straf; wat een verschrikking die muziek. En de be ïnvloeding daarvan op de mens! We geven de twee gewone zenders, plus banden van de Irom en een particu lier uit Breda". Voor een gedetineerde zun kranten vaak het enige onmiddellijke contact met „buiten". Alle gedetineerden mogen de hele krant lezen. Er wor den niet meer, zoals vroeger, stuk ken uitgeknipt. Dr. Van der Grient merkt hierbij op: „Het gevangenis wezen is in de picture. Daar ben ik verheugd over. De gevangenis is te los van de samenleving gezien. Maar men moet zich wel realiseren dat bij voorbeeld 't publiceren van brieven die naar buiten zijn gesmokkeld, voor gedetineerden een schokkend gebeu ren kan zijn". In het HvB wordt over het alge meen heel veel gelezen. De heer Stoinph vertelt dat de bibliotheek „vrij aardig is gesaneerd. De jeugd vraagt het meest naar cowboy-boe ken. Meestal geven wij op de vijf boeken er twee van een beter niveau. Het blijkt dat de mensen buiten meestal nooit lezen". Over de honorering van de arbeid, die een gedetineerde verricht, is het laatste woord voorlopig niet gezegd. De heer Van der Grient: „Een onge looflijk probleem. De verdiensten zijn veel te laag". Het maximale dagloon van een HvB-klant is op het ogenblik 1,40 gulden (alle toeslagen inbegrepen). Feit is dat een gedeti neerde alle „extraatjes" zelf moet betalen. De meeste „extra's" staan vermeld op de zogenaamde „kanti- Brabander kan kennelijk slecht le zen". „Voorts kan iedereen zijn persoon lijke belangen met mij tijdens het ochtendrapport hespreken",aldus de heer Stomph. „Wanneer iemand kan aantonen, dat bepaalde veranderin gen verbeteringen zijn, zal daar naar worden gehandeld. Maar als groep hebben de gedetineerden geen in spraak; ze zijn trouwens geen beste democraten". „Op mijn ochtendrapport is het overgrote deel van de zaken totaal onbenullig. Ik krijg per jaar zo'n De directeur van het Huis van Bewaring in Breda heeft één gro te klacht, die sterker spreekt nu gedetineerden minder ver van de samenleving verwijderd staan „Onder de Bredase bevolking zijn maar weinig personen die zich om ons bekommeren. Van communi catie met de Bredase gemeenschap is geen sprake. Nu is de decem bermaand weer aangebroken, maar van buiten zul je geen reac tie merken. Bedelen gaan we ui teraard niet. In andere gemeenten staan particulieren en groepen in de rij om iets te mogen doen. Bo vendien mèt niveau. Hier mag je blij zijn als er een muziekgroep je komt, dat eigenlijk (nog) niet eens tot optreden in staat is, maar dat durft te komen, omdat het „toch maar" voor gevangenen is", aldus de heer Stomph. PIM GAANDERSE. MiiMiifnu 1 I i Het woongesticht van het Huis van Bewaring te Breda met de cellen drie-hoog. Achterin het nieuwe gedeelte. De directeur van het Huis van Bewaring in Breda gaat helemaal op in de (ver)bouwkundige aspec ten van zijn Huis. Hij heeft er zelf plannen voor uitgewerkt. Een rondgang door het complex voert langs alle bouwkundige mijl palen en -paaltjes. Er is inderdaad veel veranderd binnen de vier metershoge muren: in 1960 zijn de eerste twee werk zalen voltooid. Daarop zijn de ou de werkruimten in het woonge sticht verbouwd; de grote lucht plaats, strafisoleer- en observatie cellen aangebracht en nog twee werkzalen met magazijnen aan de rest toegevoegd. Vervolgens is de voormalige vrouwenafdeling ver bouwd en zijn een aantal nieuwe was- en toiletgelegenheden (zeer fraaie) aangebracht. De nieuwe vleugel aan het woon gesticht is iets lichter en luchtiger dan het oude deel. De gescreende bouwers zijn nu bezig aan een nieuw drie etages hoog voorge bouw. Hierin komen o.m. een re creatiezaal met toneel en een. r.k. cel in het oude deel van het kerkzaal. Een sportzaal staat nog 5 van Bewaring in Breda. op het verlanglijstje. Zo zien de cellen in de verbouwde gedeelten er uit. De nieuwste roman van Wolkers is, naar mijn idee, beter dan al het vorige werk, misschien Op een enke le uitzondering na, zoals het be roemd geworden verhaal uit de bun del „Gesponnen Suiker": „Dominee met de strooien hoed". Het is een gepassioneerd boek, vol seks, ge weld, lach- en knaleffecten, maar ook vol teerheid en charme. De taal die Wolkers gebruikt is van een zo grote kracht, dat het lijkt alsof hij in een keer vrijwel al les wat in de Nederlandse taal tot nu toe verschenen is, overtreft. Het is een verrassing te ervaren hoe ge wone woorden en uitdrukkingen als het ware worden „opgeheven", dat ze nieuw zijn, ironisch en reëel, hard en zacht, bitter en gevoelig te gelijkertijd. De schrijver creëert dub bele bodems, maar geeft ook het ge voel van volstrekte eerlijkheid; hij is ruw en bestiaal, maar overstijgt het menselijke niet. Steeds weer keert hij de woorden binnenste bui ten om er alle geladenheid aan te geven, die maar mogelijk is. Tot de zaak explodeert. En deze explosie komt voortdurend bij de le zer over. Je kunt niet volstaan met een glimlach. Wolkers brengt je in derdaad het lachen. Maar daar naast is hij ook in staat een gevoel van melancholie teweeg te brengen, waar je evenzeer niet onderuit kunt. Schijnbaar onbelangrijke details ge bruikt hij om de spanning en de «feer te scheppen die hij beoogt: een bontjasje, een dode mus, een pan met lof, een duif, muizen, tuin kabouters. Zulke zaken worden cen traal gesteld, niet om de lezer af te leiden, maar om een entourage te scheppen voor zijn personages, om zijn verhaal te versterken en te verhevigen. Ontmoeting, samenleving schei ding, dood: langs deze lijnen loopt de geschiedenis van de vrouw Olga Stabulas en de ik-figuur. Of de fi guur van Olga (de „rooie", vanwege haai haar) een werkelijk bestaand mens was, doet er eigenlijk niet zo veel toe, al wordt door de opdracht van het boek aan haar wel de indruk gewekt, dat ze werkelijk geleefd heeft. Het is misschien een handige truc van de auteur om de lezer de indruk te geven van authenticiteit van het verslag en het is, wanneer het dus geen „grap" is, eigenlijk wel plezierig te kunnen geloven, dat men niet slechts met literatuur in de enge zin van het woord te doen heeft, d.w.z. met een verdichtsel, een verzinsel. De eerste ontmoeting van de ik figuur met Olga, vindt plaats bij het liften in de buurt van Roermond. De eerste heeft zich beziggehouden met het hakken van reliëfs in het steen van de grotten van Valken burg tijdens een werkweek op de academie. Hij is voortijdig vertrok ken en is op weg naar Amsterdam. Vanaf het moment, dat hij bij haar in de auto stapt, begint hun harts tochtelijke relatie, aanvankelijk bruut en overladen met sexs, later wat rustiger en met wat minder vleselijk jolijt. Soms is de naam Cremer tijdens het lezen door mijn hoofd geschoten maar de vergelij king met hem bleek al heel snel erg oppervlakkig. Cremer weet im mers nooit maat, hij weet zijn hijgen de woordenvloed nergens tot stil stand te brengen, terwijl Wolkers tot een perfect evenwicht komt in een ritmische golfslag van uitbundig heid e,n verstilling. Als de twee later, veel later, ge trouwd zijn, gaat alles nog een lange tijd op dezelfde voet door: ze gaan naar films, luisteren naar muziek, maken een rondreis door Nederland, eten, vrijen, werken. Tot er ineens, op onverklaarbare wijze, iets kapot gaat. Noch het gestook van Olga's moeder noch de dood van haar va der zijn hier de oorzaak van. Tijdens een diner in een Chinees restaurant blijkt er een nieuwe minnaar te zijn. Olga scheidt van hem, hertrouwt, trouwt tenslotte voor de derde keer met een Amerikaanse ingenieur en vertrekt met hem naar Amerika en daarna naar een Arabisch land, de ik-figuur volkomen khpót gemaakt achterlatend. Uitgeleefd keert ze dan terug naar haar geboorteplaats Alk maar. Ze blijkt ongeneeslijk ziek te zijn en te lijden aan hersentumor. Een deel van haar schedel wordt weggenomen, het haar valt uit. Hij blijft voortdurend aan haar sterfbed. Tot haar dood. Hij bestelt een rode pruik en zet die op haar hoofd. „Toen ik haar voor het laatst ge zien had met afstotelijker dan ze er de laatste tijd had uitgezien en de dokter met inij opliep door de gang vroeg hij of hij die pruik soms voor me moest bewaren omdat ze meteen gekist zou worden en naar het crematorium in Velzen zou gaan. Ik zei dat ze hem moest ophouden. Dat ze het zelf zo gewild had". Hield Wolkers zich tot nu toe voor namelijk bezig met de thema's ou ders, jeugd en puberteit, hier schijnt hij er voorgoed mee afgedaan te hebben. De vaderfiguur, die steeds werd voorgesteld als een religieus fanaticus, komt in dit boek naar vo ren als een goedige speelse man, vol humoristische trekjes; de moe der daarentegen is een feeks en een intrigante: ook hier is dus het oude type verdwenen. Geen religieuze ressentimenten meer, kortom een andere wereld, een andere Wolkers. De kracht van de roman schuilt ech ter niet zo zeer in de aanpak van een ander onderwerp of een andere be nadering van de bekende figuren als wel (en dat zeg ik graag een tweede keer) in de potentie die de schrijver de taal weet mee te geven. De metaforen die hij gebruikt zijn zo krachtig, dat ik de neiging heb te gaan citeren. Het is echter onmoge lijk; iedere bladzijde staat vol prach tige beelden en zinswendingen en steeds weer geeft zo'n beeld je een lichte schok. Het verhaal wordt daar door vergroot en uitgebreid met iets wat niet te verwoorden is, maar al leen te genieten. Het is een gewel dig boek. Dionysisch. Vol rottigheid, zinloosheid humor en tederheid. (Jan Wolkers, Turks Fruit, Meuleo- hof Amsterdam f 8,50). ROB VERMEULEN

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1969 | | pagina 21