louds-
OERDER
DEN GEBODEN
'Mens moet altijd voorgaan'
"Pas als
welvaart
verzekerd
werken aan
net welznn
Te veel macht in te weinig handen
In**
orman-
nnier
er
ur
Spiro Agnews zin en onzin
DR. CORN. VERHOEVEN
LANDSCHAPSBESCHERMER DRS. YAN HASSELT
BURGEMEESTER v. d. LAAR
\A.
MAAS
assistent
J
oord-Brabant
ingsbedrijf
rp
MAAS
strateur
J
■Om een sterke pers
32
DE STEM VAN ZATERDAG 13 DECEMBER 1969
13
ütika en toiletartikelen
4, ZEVENBERGEN
indiensttreding
rDIENST)
en jongeman in bezit
iie bereid is door hard
itie op te bouwen, met
mogelijkheden.
ik.
(staat van Noord-Brabant
Raamsdonk
it het onderhoud van een
ale weg Maasroute.
:ontract; na twee jaren
ilgen. Kennis van grond
en herstellingen aan as-
zakelijk, maar strekt tot
geschreven sollicitaties
evensloop, practisehe en
ïen tien dagen te richten
lirecteur van de Provin-
ord-Brabant, Waterstraat
iiiiiiMHiimiufHiiiimnmiiHim
EN WATERBOUW
jrojekt te Bergen op
ng zo spoedig mogelijk.
an de direktie van de
en op Zoom.
ïka en Toiletartikelen
4 ZEVENBERGEN
indiensttreding
.B.A., leidinggevende
Hing voor elektroni-
king.
gehonoreerde funktie
bgelijkheden.
3p korte termijn een
vooruitzicht worden
t.
IINGEN PFIIIwrcKi Dc...„£EJHNGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIL NGENI,,, PEIL NGEN PE'yNG|M.INiGEM PEU.I
M PEILINGPW lc...a,/?l[VNG„Er,H...^E'LINGEN PEILINGEN PEILIIGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILNGEN PEILINGEN ..PEILINGEN IK1f Ilk'NGEN PEILINGEN PEIL!
PEILINGEN PnLlMr cm Ini iwrcl nn. PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN „PEILINGEN...PINGEN PEW^
PEILinitycN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGcN Ktii
ingrijpende sanering waartoe de Arbeiderspers als uitgeefster van
Het Vrije Volk heeft besloten, is een symptoom van de wankele eco-
Lische positie waarin zich de meeste bladen met een landelijke ver-
Liding bevinden.
Hoewel er in het geval van Het Vrije Volk ook andere, met de oorspron-
Üijke structuur van het blad samenhangende oorzaken meespelen, lijden
Lmeeste landelijke dagbladen aan het feit dat hun oplagen niet even-
Lg toenemen met de stijgende kosten. Een gegeven dat niet in de
Lste plaats een gevolg is van de kwaliteit welke de gewestelijke dag-
Lden na de bevrijding hebben bereikt. Bovendien fungeert de regionale
L meer en meer als een trefpunt van uiteenlopende meningen, waar-
Lrzij haar democratische functie doeltreffender vervult dan de meestal
Lr eenzijdig gerichte dagbladen met een landelijke verspreiding. Dat
Lit n'ef we9 de tendens, zoals die thans in de gebeurtenissen bij
LVrije Volk tot uiting komt, iedereen met zorg dient te vervullen. De
|imenleving is ermee gediend dat er een veelvormige en veelkleurige,
■aar ook economisch gezonde pers bestaat. Het specialisme waarmee de
Btderne maatschappij functioneert maakt haar voor de gewone burger
"itwij allen zijn ondoorzichtig. Een vrije, sterke pers vormt nog steeds
beste controle op staat en maatschappij. Daarom zouden wij het betreu-
i ils er over een aantal jaren naast de gewestelijke bladen slechts één
li twee landelijke couranten van een tamelijk oppervlakkig karakter zou-
L zijn overgebleven.
ie omgeving Willemstad. B
eden bestaan uit répara-
>ud aan wegenbouwma- g
al ingewerkt worden in
werkplaats te Hoofddorp. B
bovengenoemd adres of j
wonds na 20.00 uur
■III
De heer Spiro Agnew, vice-presi-
dent van de Verenigde Staten, is
Je laatste weken in mijn achting
gestegen;- het peil is nu boven
nul. De reden daarvan is niet dat
tij er vrij rechtse ideeën op na-
loudt, maar dat hq zijn ideeën
rechtstreeks, ondiplomatiek en
naar mijn smaak onautoritair uit
spreekt. Dat laatste moet ik uit-
.eggen, om misverstanden te
•oorkomen. Als Agnew zo maar
verklaart namens een „zwijgen-
(e meerderheid" te spreken, ge-
taf ik daar niets van. Het lijkt
uij een quasi-democratische ma-
joeuvre van vrij laag allooi.
Maar is deze manoeuvre autori-
!iir of is ze daarentegen links?
Namens wie spreken de journa
listen die hij in een berucht ge
worden rede uitdaagde uit hun
ivoren torens te komen. Dat is
iu precies de vraag die Agnew
stelde en ik kan in het stellen
van een vraag met de beste wil
van de wereld niiets autoritairs
tien, ook niet als degene tot wie
te gericht wordt er geen ant
woord op kan geven. Ik begrijp
wk niet hoe allerlei kranten on
middellijk de persvrijheid in ge
vaar zien na zo'n uitlating. Ik
kan in die paniek eigenlijk alleen
maar een poging zien om van
een lastige vraag af te komen en
het terrein van de discussie te
verplaatsen. Niet alleen lijkt het
ondenkbaar dat in Ajnerika de
ïersvrijheid bedïeigd zoti worden'
tor niet-commerciële maar b.v.
(tltieke machten, maar boven
in heeft Agnew te weinig macht
«werkelijk een dreiging te vor-
<ffl, Hij heeft dan ook volstrekt
"iet met censuur gedreigd, en
ders is dan die vrijheid te be
strijden.
Agnew heeft kennelijk een
vruchtbare tekstschrijver tot zijn
beschikking, want niet lang na
zijn rede „tegen de pers" kwam
hy met een ander nummer voor
de dag, zijn „tien geboden tegen
het protest", een nogal sarcasti
sche tekst, waarin de proteste
rende jeugd een spiegel wordt
voorgehouden: gij zult uw tegen
stander niet toestaan te spreken,
gij zult iemand van boven de der
tig niet vertrouwen, gij zult al
leen maar totalitaire helden aan
bidden etc. Ik vond het nogal
geestig, eerlijk gezegd, en voor
een autoriteit erg persoonlijk, eer
der kwetsbaar dan autoritair.
Maar dan lees ik in de Volks
krant, dat zo'n optreden getuigt
van haat ten opzichte van de
jeugd en dat zoiets het begin is
van de totalitaire ellende.
Dat kan ik moeilijk geloven;
totalitaire leiders beginnen altijd
met de jeugd te veroveren en te
flikflooien. Agnew doet dit niet.
Maar hoe kan de Volkskrant (6
dee, 1969 bl. 9) op grond van
geen andere gegevens dan de wat
grimmige tekst van Agnews ca
baretnummer dit schrijven: „Uit
de tien geboden blijkt opnieuw,
dat Agnew het bloed wel kan
drinken van iedereen die tegen
de huidige maatschappij protes
teert. Eerst heeft hij het een
paar keer met banale scheldwoor
den geprobeerd Dat heeft niet
geholpen. Waarna Agnew op het
briljante idee kwam zich op één
lijn te stellen met de god der
christenen. Agnew dei qui tollis
peccata mundi". Het staat er al-
tó is my een geweldig raadsel
waarom zoveel mensen in zijn
woorden die dreiging hebben be-
iisterd. Ik voor mij hoorde daar-
alleen maar een uitdaging tot
j® openlijk debat, gevolgd door
'e boven aangehaalde vraag. Men
er kennelijk niet aan gewend
'at autoriteiten iets terug zeggen
W dat ze daarbij ook eens agres
sief worden en er niet diploma-
tol! omheen staan te draaien.
Vat die vrijheid van drukpers
betreft meen ik, dat die in onze
de Amerikaanse samenleving
torstens even sterk vastzit aan
'e vrijheid van onderneming als
e® een diepgewortelde democra
tie overtuiging. Vanuit zuiver
«nocratische beginselen gezien
™u er eerder sprake moeten zijn
i'f ee" gegarandeerd „recht op
rmatie" om een uitdruk-
""6 van een moderne uitgever
Sroruiken dan van vrije on-
Hrl?eming op ^et gebied van de
Jwpers. Dan zou het ook duide-
Jüer kunnen worden, namens wie
6 Pers spreekt. Nu moeten we
l hopen dat de pluriformi-
t van vrije ondernemingen min
meer automatisch zal leiden
'een alzijdige informatie. Maar
km aspect van 6e zaak heeft
hÜew waarschijnlijk even
ier v^'ePt als zijn tegenstan-
X i D°h in de commentaren die
Sin v'n<^ 'k nergens een poging
;L vraag te beantwoorden of ze
s maar als een eerlijke vraag
I vatten. Zo links zijn we nu
»n n'e*' 6at we aan de
2zelfspr.ekendheid van de vrije
twiif!?emmg op elk gebied gaan
"Melon, wat nog heel iets an-
lemaal letterlijk, krachtens vrij
heid van drukpers en onderne-
ning. Ik maak van diezelfde vrij
heid gebruik om te verklaren dat
ik het een walgelijke manier van
doen vind te liegen en te insinu
eren. Ik hoef hier verder meneer
Agnew niet te verdedigen en heb
daar ook helemaal geen behoefte
aan, maar ordinaire leugens, van
links of rechts, lijken mij een
buitengewoon slecht middel om
tegenstanders te overtuigen, de
vrijheid te verdedigen of een ide
aal te verkondigen. Dat zal ook
wel niet de bedoeling van de ano
nieme auteur zijn. Kennelijk kan
die het bloed van Agnew wel
drinken en van iedereen die niet,
niet luid genoeg of te efficiënt
protesteert tegen de bestaande
orde. Dat ook het protestwezen
zich inmiddels ontwikkeld heeft
tot het meest huidige in de huidi
ge maatschappij, tot een bestaan
de orde, compleet met lekker
commerciële persorganen, auto
ritaire leiders en alles wat er
verder in een establishment maar
geestdodend is, dat dit protest
dus heel wat van zijn geloofwaar
digheid verloren heeft, dat maakt
het nu juist zo aantrekkelijk, wan
neer een oudere man eens open
lijk de draak durft steken met
die mode en de tegenstrijdighe
den daarin. Want de meeste ou
deren kwijlen van begrip. En als
hij dat dan niet listig en diploma
tiek doet, zeurderig en bang,
maar in een directe en verstaan
bare taal, vind ik dat hij er aan
spraak op kan maken, dat zijn
woorden niet moedwillig ver
draaid worden. Dat is gewoon
een ku estie van eerlijkheid.
1 m J
ROOSENDAAL „Dat Woens-
drecht ons zo in het harnas heeft ge
jaagd is omdat wij dat duidelijk zien
als een aantasting van het natuurge
bied. De geluishinder is ook een be
langrijk punt, want die kan de wa- ■-
de van het landschap bijvoorbeeld
als kampeergebied aantasten,
als kampeeeergeebieed aantaste
maar bij ons gaat het toch in eerste
instantie om het behoud van het
landschap zelf". Aan het woord is
drs. R. van Hasselt, voorzitter van
de Stichting ons Landschap, een
soort Westbrabants equivalent voor
het Brabants Landschap.
„Wij zijn geen ouderwetse natuur
beschermers die vinden dat alles
wat er groeit en bloeit koste wat het
kost bewaard moet blijven. Wij rich
ten ons meer naar het sociale as
pect van het landschap. Natuurlijk
ben ik er ook wel voor om een bos te
laten staan alleen maar omdat het
mooi is, maar belangrijker is de
vraag of het bos zoals het daar
staat mooi te zijn, ook een functie
heeft voor de mens. Het landschap is
het kader waarin 6e mens leeft en
zich ontplooit en tegelijkertijd is het
zijn toevluchtsoord voor de momen
ten waarop hij moe is. Temidden
van het landschap valt het hem ge
makkelijker zich te indentificeren
dan temidden van computers".
Landschappen als belangrijke fac
tor in het leefklimaat, hebben wij in
ons land niet zo heel veel meer.
Slechts de bossen, vennen en hier en
daar wat heidevelden verdienen 6ie
aanduiding. Het akkerland is door
herverkaveling beroofd van zijn
vroegere schoonheid. Wat er nog
over is, moet dus zuinig beheerd
worden en als men al eens een keer
denkt: in deze streek staan nog bos
sen genoeg, hier hoeven we niet op
een boompje te kijken, is er de Ne
derlandse Vereniging voor 't behoud
van Natuurmonumenten om te pro
beren daar een stokje voor te ste
ken.
Want een teveel aan natuurschoon
of recreatiegebied heeft Nederland
niet meer. Alles wat er is moet min
stens gereserveerd worden voor de
komende generaties. Men kan zelfs
verder gaan. Men kan onrendabele
landbouwgronden gaan bebossen om
meer recreatieruimte, meer land
schap en een beter, op menselijke
schaal gebracht, leefklimaat te
scheppen. Zo ongeveer luidt de me
ning van een man als drs. Van Has
selt.
„Dat vliegveld" zo zegt hij, wijzend
op de kaart die hij op tafel heeft uit
gespreid, „ligt al erg ongelukkig.
Het ligt midden in een aan natuur
schoon rijk landschap. Verlenging
van de startbaan zou betekenen dat
van de Kalmthoutse heide vandaan
diep westelijk Noord-Brabant in
steekt, doormidden wordt gesneden.
Dat mag niet want het zich industria
liserende West-Brabant heeft elke
vierkante meter groen nodig".
De vestiging van Shell in Moerdijk
is voor drs. Van Hasselt een belang
rijke les geweest: „Dat Moerdijk
hebben ze er even doorgedrukt, zon
der enige inspraak. De Shell komt. Ie
dereen op de knieëj. voor de Shell.
Maar dar. komt de kater. Is er wel
voldoende aan de nadelen gedacht?
Geen nood, zegt men, er komt een
groenstrook. Maar nu al voordat
de eerste boom daarvan geplant is
is de toekomstige groenstrook reeds
teruggebracht tot de helft van het
strook komt er toch zeker nooit
„Men heeft over ons gezegd: toen
de militairen op Woensdrecht zaten,
piepten ze ook niet. Dan moeten ze
ook nu niet gaan piepen. Maar dat
is niet hetzelfde. Woensdrecht was
van de luchtmacht, van de NATO
Het was een landsbelang. Het was
voor onze verdediging. Kijk, als ze
bij me komen en zeggen: hier hebt
u twee soldaten, die moeten bij u
worden ingekwartierd want 't lands
belang eist dat, dan zeg ik' kom
binnen heren. Maar als ze met twee
Turken aan de deur komen omdat
die zo goed zijn voor de industrie,
nou, dat gaat dan niet op natuur-
lïjk".
„Er is ook gezegd dat we voorba
rig zijn met onze kritiek. Maar dat
weerspreek ik. Al sinds het voorjaar
is men bezig in alle stilte de uitbrei
ding van dit vliegveld voor te berei
den. Er zijn landmeters aan het werk
geweest zonder dat de eigenaren
van de betrokken gronden of zelfs
officiële instanties als Staatsbosbe
heer en de Provinciale Planologische
Dienst ervan op de hoog te waren.
Je kunt met dit soort zaken niet te
voorbarig zijn. Ik heb al meer er
varing met dat stilzwijgend werken
en met het voor voldongen feiten ge
steld worden. Die situatie moet
maar eens doorbroken worden. Er
moet inspraak komen. De mens
moet prevaleren boven het geldver-
dienen. U denkt misschien: hij is
bankier, dus hij zal wel langs kapi
talistische lijnen denken. Dan is dat
hier duidelijk niet het geval".
„De natuur is er voor de mens.
De mens hoort absolute voorrang te
krijgen en niet eens alleen in de na
tuur, maar ook in de techniek, in de
industrie. Jongeren vqelen dat. Zij
voelen dat ze tekort worden gedaan.
Je denkt dan misschien: hoe kan
dat nou? Er is toch nog nooit een
generatie jongeren geweest die het
zo goed had? En dat is ook zo maar
het zit in de prijs die voor de wel
vaart moet worden betaald. De jon
geren met al hun welvaart voelen
zich bedrukt en bedreigd in die geïn
dustrialiseerde wereld. Daarom is
het voor hen, voor de mensen van
morgen ook, een halszaak dat wij
het natuurlijke toevluchtsoord de
natuur voor hen bewaren.
W. KOCK.
BERGEN OP ZOOM „Jarenlang heb ik in Bergen op
Zoom niets anders gehoord dan dat het zo langzaam gaat met
de industrialisatie, dat de Theodorushaven een zielig bedoe-
ninkje is, dat het gemeentebestuur de boer op moet. En nu
dóen we er iets aan, nu zijn we de boer op gegaan, nu kómen
de gegadigden voor vestiging (soms drie per dag), nu hébben
we opdracht gegeven om de mogelijkheden van de vliegbasis
voor de vrachtluchtvaart te onderzoeken en nu staat het volkje
van West-Brabant op in hevige verontwaardiging om ons te
verwijten, dat we van West-Brabant een bulderbaan willen
maken. Wat wil men eigenlijk hier?"
Burgemeester drs. L. J. M. van de Laar van Bergen op Zoom wordt
een beetje moedeloos. Hij vraagt zich af wat de tegenstanders van
nieuw leven op de vliegbasis Woensdrecht eigenlijk bezielt om op dit
moment hun stem reeds te verheffen.
„Diezelfde mensen of andere Woensdrecht, en een vertegenwoor-
zouden waarschijnlijk even hard te diging van Aviolanda de N.V. Aero
keer gaan, als we helemaal niets de
den en wanneer bij voorbeeld het
vliegveld Beek de KLM-vliegersop-
leiding (en alles wat daar verder bij
komt kijken) zou krijgen", zegt hij.
En hij vraagt zich onmiddellijk daar
na af, of de ingezonden brieven
schrijvers en de actiegroepvormers
en de landschapsbeschermers eigen
lijk wei beschikken over enige infor
matie over wat er op dit moment
gaande is
De burgemeester van Bergen op
Zoom, samen met zijn collega van
Woensdrecht vormend, laat geen en
kel misverstand bestaan over zijn
houding tegenover een eventuele
nieuwe opbloei van de vliegbasis
Woensdrecht: „Wanneer de onder
zoekingen naar de financiële rege
lingen of naar de geluidshinder een
negatief resultaat hebben dan wordt
er wat ons betreft over het vlieg
veld Woensdrecht niet eens meer ge
praat. Dam hoeft het voor ons niet
meer." „Bovendien is er nog hele
maal niets bekend over de organisa
tie van de exploitatie van het vlieg
veld Woensdrecht. Wij de N.V.
Aero Woensdrecht willen daarin
een vinger(tje) in de pap hebben.
Als de komst van de KLM-vliegerop-
leiding betekent, dat er voor anderen
geen plaats meer is, dan kan Woens
drecht wat ons betreft dicht blijven".
Duidelijker kan het al niet.'
Het idee om „iets" met Woensdrecht
te doen is niet vam vandaag of gis
teren. Al enige jaren geleden vonden
de gemeentebesturen van Bergen op
Zoom en Woensdrecht, dat er best
wat meer gebruik kon worden ge
maakt van de mogelijkheid om bur
gervliegtuigen op de vliegbasis te la
ten landen. Een mogelijkheid, die er
al was, toen het vliegveld nog een
militaire bestemming had. Terwijl de
naamloze vennootschap, die hieraan
iets wilde doen (de NV Aero Woens
drecht) in oprichting was, kwam de
beslissing, dat 6e vliegbasis ging
„slapen".
Dat had onmiddellijk consequenties
voor Aviolanda, dat nu eenmaal be
staat van de reparatie van vliegtui
gen en dus een bemand vliegveld no
dig heeft Het ministerie van De
fensie was tenslotte bereid om een
torenbemanning beschikbaar te stel
len, maar de kosten daarvan en
die lopen in de honderdduizenden
guldens moeten gedragen worden
door het bedrijf zelf. Die kosten door
berekenen in de prijzen gaat niet:
de concurrentie is daarvoor te zwaar.
Het is gebleken, dat deze extra-be
lasting steeds zwaarder gaat druk
ken op het bedrijf. Het is duidelijk,
dat net voortbestaan van dit bedrijf
in gevaar komt, wanneer er niet
iets gebeurt met de vliegbasis. En
het gaat niet om een paar mensen:
414 arbeidskrachten zijn rechtstreeks
betrokken bij de vliegtuigreparatie.
De N.V. Aero Wpensdrecht, die
aanvankelijk was opgericht als „af
handelingsonderneming" (om burger
en vrachtvliegtuigen die op Woens
drecht landden op te vangen en ver
der transport varf passagiers en
vracht te regelen) kreeg dus nieuwe
bestaansreden: behoud van het vlieg
veld Woensdrecht betekent ook be
houd van Aviolanda.
De N.V. nam het op zich om on
derzoekingen te laten verrichten
naar de kansen op dat behoud: een
onderzoek naar de financiële aspec
ten, een naar de technische de
landingsbaan zal waarschijnlijk ver
lengd moeten worden en een naar
de geluidshinder. Geen van die on
derzoekingen is nog klaar. „We we
ten gewoon nog niets", aldus burge
meester Van de Laar, „en er is
dus ook nog geen enkele keuze ge
maakt. Het is al evenmin mogelijk
om nu reeds de bevolking op welke
wijze dan ook inspraak te geven. Ik
zou niet weten, waarover ik moet
praten". Discussie is alleen mogelijk,
naar het inzicht van de burgemees
ter, met mensen, die gewoon hele
maal tegen een opnieuw in gebruik
nemen van het vliegveld zijn. En in
die discussie zal hij naar voren bren
gen, wat aan het begin van dit arti
kel reeds is gereleveerd. Een ge
sprek met al die anderen, die zo
bang zijn voor de geluidshinder, is op
dit moment onmogelijk, omdat er
over die geluidshinder nog niets be
kend is.
„Iedereen moet zich realiseren,
dat een vliegveld zo dicht in de
buurt een enorme stimulans te meer
is voor bedrijven, die zich in Bergen
op Zoom willen vestigen. Momenteel
zijn er onderhandelingen gaande met
een heel grote klant, die het al dan
niet beschikbaar zijn van Woens
drecht heel zwaar laat wegen." Bur
gemeester Van de Laar zegt het nog-
maal nadrukkelijk: „Het is de taak
van het gemeentebestuur om te
trachten alle kansen zo optimaal mo
gelijk te benutten. Vliegveld Woens
drecht is een van die kansen. Wat
zou de bevolking zeggen, wanneer we
helemaal niets hadden gedaan?"
„Het is weer de oude kwestie. Gaat
de keuze tussen welvaart of welzijn?
Je zou het denken, als je alle opge
wonden mensen hoort oreren over be
scherming van de recreanten, de na
tuur, de rust. Naar mijn mening is
dat echter helemaal niet de keuze,
die gemaakt moet worden. Het één
(welzijn) is het logisch gevolg van
het ander (welvaart). Je zult eerst
een behoorlijke mate van welvaart
moeten hebben om zelfs maar aan
welzijn te kunnen denken.
Waar we in West-Brabant mee be
zig zijn is het verwerken van het ge
voel van machteloosheid en teleur
stelling, dat we steeds verder achter
op raakten. Pas als die achterstand
is ingehaald kunnen we ons gaan be
moeien met de welzijnsbevordering."
'N
I
HANS LUTZ
(Van onze correspondent)
WASHINGTON Voor veel men
sen in de V.S. is Spiro Theodore
Agnew gewoon een schertsfiguur.
Tijdens de campagne voor de presi
dentsverkiezingen van vorig jaar,
werd hij min of meer berucht door
zijn vergissingen tijdens toespraken
en zijn politieke misstappen, zijn
verwijzing naar een buitenlandse
verslaggever als „een vette Jap",
zijn luchtige commentaar tijdens een
bezoek aan een ghettogebied dat
„als je één achterbuurt gezien hebt,
dat je ze dan allemaal gezien hebt".
Sinds de verkiezing is hij al te vaak
veroordeeld als zijnde een spreek
buis voor het Witte Huis-„Nixon's
Nixon" (senator Eugène McCarthy).
In de afgelopen weken is men
Agnew echter gaan beschouwen als
een soort symbool van het oude
„McCarthyisme", tenminste in link
se kringen. Zijn aanvallen op de
nieuwsmedia, de belangrijke televi
sie-stations en op die geweldige bas
tions van de pers aan de oostkust
van de V.S., de New-York Times en
de Washington Post worden achter
dochtig beluisterd. Zij zouden de
voorlopers zijn van de terugkeer
naar de verschrikkelijke dagen van
de communistenjacht van wijlen se
nator McCarthy gedurende de vijf
tiger jaren.
Dit toont allemaal aan, dat poli
tieke geheugens klein of kieskeurig
zijn. Op dit moment is Agnew de
„kwaaie vent". Nog maar kort ge-
loden was hij de populaire figuur,
de liberale held die de staat Mary
land van de ondergang zou redden,
een geachte republikein, waar zelfs
de vurigste Kennedy democraat
voor kon stemmen. Agnews oor
spronkelijke presidentskeuze in 1968
was Nelson Rockefeller, totdat
Rockefeller die eerste, beroemde
verklaring aflegde, waarmee hij uit
de presidentiële race stapte zonder
Agnew daarvan op de hoogte ge
steld te hebben.
Als men dus de recente verkla
ringen van Agnew bekijkt, dan moet
men op zijn hoede zijn voor het ste
reotiepe beeld, dat zij opleveren.
Zijn woorden zijn misschien geschre
ven door een groep schrijvers in het
Witte Huis. Misschien dat hij de lei
ding heeft over een zorgvuldig be
raamde campagne om bepaalde in
vloedrijke stemmen in de nieuwswe-
reld het zwijgen op te leggen. Maar
het zou ongelukkig zijn, als men de
argumenten van de vice-president
zonder meer terzijde schoof, omdat
ze toevallig uit de mond van Agnew
komen.
Agnew zegt, dat hij bezorgd is
over de grote centralisatie van het
nieuws en de meningsvorming in de
V.S. Evenals in Engeland bewegen
de nieuwsmedia in de V.S. zich naar
een monopoliepositie. Vooral in de
krantewereld is dit merkbaar. In de
grote steden van de V.S. kan men
niet meer kiezen tussen verschillen
de kranten. In New York is er niet
langer een „Herald Tribune" om de
Spiro T. Agnew, de vice-presi
dent van de Verenigde Staten lo
genstraft een heleboel van wat er
tot nu toe over vice-presidenten is
gezegd, waarbij het volgende grap
je wel de kern weergeeft: een
vrouw had twee zonen die het huis
verlieten toen zij volwassen wer
den. Van geen van beide hoorde
zij nog ooit iets. De een kwam om
het leven op zee, de ander werd
vice-president.
Spiro Agnew, fors gebouwd, af
wisselend joviaal en autoritair-
streng, is een man waarvan we
maar genoeg horen. Hij haait re
gelmatig de voorpagina's in zijn
eigen land en ook de buitenland
se pers besteedt heel wat aandacht
aan de vice-president die vooral
de buitenparlementaire oppositie in
zijn land, de televisie en de pers
op de korrel schijnt te hebben ge
nomen.
De Amerikaanse pers is daar
over woendend geworden en ziet in
wat Agnew beweert een aanval op
de persvrijheid, een vorm van in
timidatie en een pleidooi voor cen
suur.
De politieke rol, die president
Nixon zijn vice-president Agnew
laat spelen mag niet al te fris zijn
en ook niet zonder gevaar (aan dit
aspect heeft onze redactie buiten
land onlangs al aandacht besteed)
maar wat Agnew over de massa
communicatiemedia heeft gezegd
is niet zonder meer als „reactionai
re onzin" terzijde te schuiven.
Wat Agnew denkt en zegt over
de pers in niet alleen een zaak
voor de journalist. Integendeel het
is de zaak van iedere democraat,
die van mening is, dat hij recht
heeft op informatie. Daarom hier
bij twee bijdragen over dit aspect
van Agnews opzienbarende uitlatin
gen. Dr. Cornelis Verhoeven zegt
er het zijne van in zijn wekelijkse
kolom en onze Amerikaanse cor
respondent Leslie Stone wijst op
wat de (reële) achtergronden kun
nen zijn van Agnews tirade tegen
de media.
„Times" aan te vullen. In Washing
ton is het de „Post" of niets.
Agnew is bezorgd over de uit
breiding van deze monopolieposi
ties, de manier waarop dezelfde gro
te maatschappij in staat is om zo
wel kranten als radiostations en te
levisiestations in dezelfde streek in
bezit te krijgen. Alles wijst erop, dat
deze macht over alle communicatie
middelen met beleid door de eige
naars worden gebruikt. Maar is het
een gelukkige situatie?
Natuurlijk was Agnews scherpste
aanval gericht op de nieuwslezers
zelf, die ue nieuwsbulletins zelf sa
men stellen en die het ook direct
voor de camera oplezen. Zoiets kent
men in Nederland niet. Het is alsof
de nieuwslezer van het ANP plotse
ling politieke commentaren zou gaan
leveren.
Als men naar Agnew luistert, dan
betekent dat nog niet automatisch
dat men het met hem eens is, laat
staan dat men hem bemint. Vele
van de oplossingen, die hij voorstelt
zijn belachelijk, ja zelfs gevaarlijk.
Maar hij heeft de aandacht gericht
op belangrijke en legale problemen.
Hij uit grieven, die door een groot
gedeelte van het volk gedeeld wor
den en hij heeft zijn aanvallen ge
richt op enige kwetsbare, impopu
laire mikpunten. Agnew is daarom
een politieke persoonlijkheid gewor
den. Zijn aanhang in het conserva
tieve zuiden en het midden-westen
neemt toe. Iedereen, die Agnew een
schertsfiguur vindt, heeft verzuimd
naar de laatste opinie-peilingen te
kijken.