Saio
maakt
gebruik van studenten
NASA-GELEERDEN
GLIMLACHTEN TOEN
'MAANGONG' KLONK
Slansky slachtoffer eigen systeem
BOEK VAN IOSEFA SLANSKA: „DE WAARHEID OVER MIJN MAN"
i.
MIJNS INZIENS
Johan Winkler
Met een paar duizend arrestaties klaren we het wei
I
cman
Geen leider
Zwakte
ideopde voet
Hersenspoeling
door
Vreemd visioen
Marx voor B.B.
Prof. mr. De Jong
(75) overleden
15
DE STEM VAN WOENSDAG 26 NOVEMBER 1969
19
ut
ïooki
tdfe
Van onze correspondent)
TOKIO Hebben de linkse bewegingen van Japan zich
te vroeg blootgegeven In theorie heeft de „herfstworste-
ling" tegen de regering van premier Sato vorige week haar
[hoogtepunt bereikt. Want vorige week verliet zoals be-
Ikend de eerste minister Japan op weg naar Washington
om met president Nixon over de herziening van het Japans-
Amerikaans veiligheidsverdrag te spreken. Het was de be
doeling dat een verdere serie rellen zou volgen, totdat de
I officiële revisie in juni volgend jaar zou volgen. Maar het
gemak, waarmee Tokio's oproerpolitie de studenten tijdens
I de anti-oorlogsdemonstratie van vorige week onder controle
hield heeft het kabinet nieuwe hoop gegeven, dat zij het
„met een paar duizend arrestaties wel zal klaren".
Aan het voortbestaan van het
.«rdrag hoeft (na de besprekingen)
niet getwijfeld te worden. En de
vraag voor politieke realisten in
I Tokio is gewoon, wat voor conces-
isies Sato heeft moeten doen om
I Okinawa weer onder de Japanse
I vlag te krijgen. Dit was wel de mi
nimum eis van de Japanse publie
ke opinie geworden; ook van hen,
Hie de regering steunen. Maar de
Amerikanen, wiens handelsverte
genwoordigers hard hebben moeten
[vechten om maar een paar grape-
uits in Japan in te kunnen voe
ren (vanwege de enorm hoge in
ner rechten) eisen ongetwijfeld een
lolitieke of militaire prijs voor Oki-
awa,
Op dit moment hebben zij b.v.
volledige bewegingsvrijheid vanaf
hun bases op Okinawa. Misschien
dat de Amerikanen diezelfde bewe
gingsvrijheid ook eisen voor hun
bases op de grote eilanden van Ja
pan zelf. Onder de voorwaarden van
het oude verdrag moeten zij daar in
ieder geval nog toestemming van de
Japanse regering vragen of deze
raadplegen in het geval van opera
ties.
Niet dat Nixoin zich druk behoeft
te maken dat er een onvriendelijke
regering in Japan zal komen. Sinds
de oorlog heeft de regerende libe
raal-democratische party zich op
internationaal niveau zo rustig mo
gelijk gehouden. Zij heeft er zich
toe beperkt er voor te zorgen, dat
Japan economisch weer zeer sterk
werd.
De Japanners klagen vaak, dat zij
geen leider van allure hebben die
een goed vertegenwoordiger van
het nu zo invloedrijke Japan zou
zyn. Er is nooit een Japanse Aden
auer geweest vandaar de opmer
king, die men aan De Gaulle toe
schrijft gedurende het bezoek van
een Japanse premier aan Frankryk:
„Vandaag ga ik gezellig praten met
een verkoper van transistorradio's".
De binnenlandse reputatie van
Sato is alleen die van een bekwaam
financier die er altijd in slaagt om
gelden van de grote zakenlui voor
de partijkas los te krijgen. Zijn mi
nister van buitenlandse zaken, Ai-
chi, stelde onlangs in Washington
de pers teleur tijdens een perscon
ferentie. Deze was zo glansloos, dat
de indruk, die zij maakte miniem
was, terwyl Aichi toch de kans had
om nu direct en openlijk de Ja
panse gevoelens aan de Amerika
nen kenbaar te maken.
Maar er is geen alternatief voor
de LDP (Lib. Dem. Partij). De link
se party en de Japanse socialistische
partij en de Japanse communisti
sche partij hebben allebei de ken
merken van een permanente oppo
sitie. En zy hebben geen construc
tieve ideeën voor de oplossing van
de enorme binnenlandse problemen,
die veroorzaakt zijn door de snelle,
maar ongelijke groei van de Japan
se economie. In de zomer hebban
de kiezers van Tokio dit onder
woorden gebracht door het negen
tiende eeuwse marixme van de JSP
te verwerpen en tezelfdertijd de
dynamiek van de socialistische gou
verneur van de hoofdstad goed te
keuren.
if en bontrand.
-35 6,50 36-42 6,95.
Dod en blauw 9,95.
srse modekleuren.
ite hiel verkrijgbaar.
27-30 4,95 31-35
;s pantoffels 8,95.
vachtvoering 11,95.
in bleu of rose 5,95.
zwart v.a. 49,75.
modekleuren 39,75.
liverse tinten 27-30
Het ideologische vacuüm ver
klaart de populariteit van de meer
kleurryke en onberekenbare krach
ten in de Japanse politiek.
De anti-JCP groeperingen van Zon-
gakuren de studentenbeweging, zijn
hiervan een treffend voorbeeld: zij
waren het per slot van rekening,
die de regering er door hun molo
tovcocktails toe dwongen om 8000
agenten van de oproerpolitie me*
dure vuurvrije pakken uit te rus
ten.
Maar in een land dat zo ver ver
wijderd is van iedere soort revolu
tie, moet men de guerrülatactieken
van de jeugdgroeperingen eerder
uitleggen als een teken van zwak
te dan als een teken van kracht
(toen zy voor de Tokiose oproerpo
litie naar de vismarkt vluchtten,
werden zij door de dragers wegge
jaagd).
Hun bitterste vijanden de JCP
en de Minsed, de studentenafdeling
van de JSP gaan zelfs zover dat zij
beweren, dat de militante bewegin
gen door de regering worden be
taald, zodat men onderdrukkings
maatregelen in werking kan stel
len, die ook op de JCP van toepas
sing zyn. Er zit misschien wel iets
van waarheid in deze bewering.
Gezonder voor de nog jonge Ja
panse democratie is „Beheiren", een
soort ban-de-bom-beweging, waar
gewone burgers lid van zijn. Zij
werd vijf jaar geleden gevormd als
groepering tegen de oorlog in Viet
nam. Zij hielp Amerikaanse deser
teurs. De „Beheiren" heeft een gro
te vooruitgang geboekt door vreed
zame, maar indrukwekkende de
monstraties. In juli hielden zij een
sit-down staking in het Shinjuku-
stadion en sloten het gedurende
verscheidene uren voor treinen.
Numeriek gezien is de militante
boeddhistische organisatie buiten de
officiële Japanse partijen het be
langrijkst. Zij heet Saka Gakkai
en heeft meer dan 13 miljoen leden.
Haar politieke onderafdeling telt 25
zetels in de „diet" en heet Komeito.
En sinds vorige maand heeft zij ook
een studentenafdeling, Shingaku-
do, waarvan 120.000 studenten deel
uit maken.
Een heleboel socialisten en com
munisten zeggen dat de Soka Gak
kai niet bij de linkse bewegingen
behoort, omdat er zoveel kleine za
kenlieden lid van zijn en ook, die
genen, die economisch achtergeble
ven zyn. Zij vrezen, dat deze boed
dhistische organisatie zich zal ont
wikkelen tot 'n fascistisch lichaam.
Op religieus terrein beschuldigen
velen die te maken hebben gehad
met haar bekeringsmethoden de
ze organisatie van gebruikmaking
van hersenspoeling.
Met de veeltalige pamfletten en de
foto's van president Daisaku Ikeda
lykt deze organisatie wel enigszins
op Frank Buchman en zijn morele
herbewapening. Toch zijn er nog
steeds serieuze politieke commen
tatoren die hopen, dat de invloed
van de Soka Gakkai op de lange
duur meer radikaal dan fascistisch
zal zijn.
Ikeda zelf is een voorstander van
de geweldloosheid op ieder gebied,
maar de studentenorganisatie in So
ka Gakkai is van plan om zich zeer
militant op te stellen t.a.v. Okinawa
en het veiligheidsvedrag.
Shdngakudo zal het moeilijk krij
gen, als zij tegelijkertyd haar moe
derorganisatie als de studenten te
vreden wil stellen.
(Copyright De Stem/The Guardian)
Bij de foto's:
Boven: Ruim 2000 arrestaties wer
den verricht bij het vertrek van
premier Sato naar de U.S.A.
Onder: Twee studenten werden ge
arresteerd na het gooien van Molo
tovcocktails op de Zuidkoreaanse
ambassade.
(ADVERTENTIE)
(Van onze correspondent)
LONDEN De „maangong" kon voor de Nasa nauwelijks op een
beter moment geklonken hebben. Hoewel het niet helemaal waar is
om te zeggen, dat niemand verwachtte, dat de maan 44 minuten zou
natrillen door de klap van de neerstortende maansloep Intrepid, be
vestigden deze langdurige trillingen min of meer bepaalde theorieën.
De maan is niet alleen hard, maar
als prof. Zdenek Kopal van de uni
versiteit van Manchester het bij het
rechte eind heeft, is zij tussen de 1000
en 10.000 maal zo hard als de aarde.
Dit is een opzienbarende schatting en
zorgt ervoor, d'at alle wetenschappe-
ly'ke belangstelling zich meer op de
maan richt nadat men een beetje te
leurgesteld was in ed wetenschap
pelijke resultaten van het maanon-
derzoek. De serie Apollo-vluchten,
die r»u tot en met Apollo-21 goedge
keurd zijn en die ai verder dan dat
gepland zijn .schenen toen Conrad,
Gordon en Bean vertrokken wei
nig uitzicht meer te bieden.' De toe
stand is nu beter, wetenschappelijk
gezien en daarom ook politiek ge
zien want het congres wil graag
een rechtvaardiging zien voor het
dure Apollo-programma.
Men vindt nu dat het Apollo-proj eet
door moet gaan om de vragen, die
opgeworpen zijn, op te lossen.
De extreme interpretatie van de
seismische trilling is niet alleen dat
de korst van de maan hard is als glas
en waarschijnlijk homogeen maar dat
zij helemaal massief is. Hetgeen een
klap zou betekenen voor diegenen,
die nog steeds levende of dode maan-
(Van een onzer verslaggevers)
REDA Op 3 december 1952 werd Rudolf Slansky, vice-voorzit-
ter van de Tsjechoslowaakse ministerraad en voormalig eerste secre
taris van de communistische partij, samen met tien anderen opge
hangen. Eén week eerder waren zij na een jaren later herzien
(schijn tproces tot de doodstraf veroordeeld. Ruim vier jaar na de
Tsjechoslowaakse revolutie, in februari 1948 grepen de communisten
de macht, verzwolg de revolutie zijn eigen kinderen.
De aanklacht tegen Slansky en de
tien anderen (onder wie minister van
buitenlandse zaken Clementis) be
vatte onder andere het vormen van
een samenzweringscentrum „tegen de
staat m dienst van de Amerikaanse
"fflperialisten en onder leiding van
westerse^ vijandelyke inlichtingen-
mensten". Slansky c.s. waren „Trots
kistische, '1 itoisusche, zionistische en
burgerlijk nationalistische vyanden
het Tsjechoslowaakse volk". Zij
hadden aldus de aanklacht po-
HHpgen gedaan de opbouw van het
socialisme te ondergraven, de basis
van het volksdemocratische regime te
widermynen en Tjechosl"»'•kiie los
te weken uit het hechte bondgenoot
schap met de Sowjet-Unie. Dit alles
met het doel het kapitalisme weer in
te voeren.
Al op september 1951 was Slansky
uit zijn functie van partijsecretaris
ontheven. Hij werd op die datum
vice-voorzitter van de ministerraad.
Het betekende het begin van de strijd
om Slansky ten val te brengen. Op
23 november 1951, na een bezoek aan
de nieuwe Russische ambassadeur,
werd Rudolf Slansky door de geheime
staatspolitie gevangen genomen, na
reeds lange tijd in de gaten te zijn
gehouden, zo deelde men mee. Een
brief van een agent aan een zekere
Danieila Kankovska werd opgevoerd
als bewijsstuk dat Slansky contacten
had met het huitenland.
In at brief, die vermoedelijk niet
echt is geweest, hy is ook tijdens het
proces niet meer opgedoken, werd de
„grote bezemer" (Siansky. E.L.) ge
waarschuwd dat zyn arrestatie werd
voorbereid. Hij kon vluchten en in
het buitenland een politieke carrière
opbouwen. Als bevestiging van de
brief zond Radio Free Europe de vol
gende oproep uit: „Een ongeluk komt
zelden alleen; bericht dit aan de ver
dediger".
Slansky toonde zich zeer geschokt
oor de aanklacht dat hy een vijand
van het volk was. Hij ontkende alles,
kreeg een hersenspoeling, probeerde
enige malen zelfmoord te plegen,
maar bekende later slechts wat men
hem al eerder had gedwongen te zeg
gen. Uit zichzelf zei hij geen woord.
Zyn proces was één doorgestoken
kaart. Op conferenties van rechters,
officieren van justitie en advocaten
werden zelfs de kleinste details gere
geld. De vragen en antwoorden ston
den van tevoren vast.,
Toen het stalinisme in Tsjechosio-
waklje had plaats gemaakt voor een
meer humaan regime, ontdekte men
vele gefingeerde processen. Ook het
proces tegen Rudolf Slansky behoor
de daarby. Het werd evenals vele
andere herzien. Toch pleitte men
Rudolf Slansky niet helemaal vrij,
want „als algemeen secretaris heeft
hy wetsverkrachting toegestaan en
gedekt, waarvoor hij verantwoording
draagt".
Het meest verwonderd (vreemd ge
noeg niet verbitterd) over de gehele
gang van zaken rond de zaak van
Rudolf Slansky was ongetwijfeld
Slansky's vrouw: Josefa Slanska. Zij
vertelt hierover in een kort geleden
bij Sijthoff (Leiden) verschenen boek:
„De waarheid over mijn man (de
zaak Slansky)".
„Zij, vurig communiste van het
eerste uur, werd bij de arrestatie ook
aangehouden, evenals trouwens Slans
ky's hele familie. Wie moest Josefa
Slanka geloven? Stalin die altijd ge
lijk had, of haar eigen man, van wie
ze wist dat hij zeker geen collabora
teur was en vijand van het volk.
Josefa Slanska's boek kon pas vo
rig jaar tijdens de liberalisatie-pe
riode worden uitgegeven. Het heeft
een angstwekkende actualiteit om
dat nog maar zo kort geleden de ge
ruchten over nieuwe politieke pro
cessen (Dubcek, Smrkovsky) in Tsje-
schoslowakije de ronde deden. Josefa
Slanska blijkt verwonderd maar niet
verbitterd.
In haar boek komt niet één klacht
naar voren, geen anti-propaganda
voor het oommunisme het systeem
waarin zy rotsvast blijft geloven.
,De waarheid over mijn man" be
staat uit twee delen. In het eerste
geeft Slanska een verslag van alle
ontwikkelingen tot en met (en na)
het proces aan de hand van gesprek
ken, kranteberichten, redevoeringen
en gesprekken. Het is een soort dos
sier van de zaak-Slansky zonder aan
klacht en vonnis. Het tweede toont
een beeld van de familie Slansky
voor en na de oorlog in Rusland en
Tsj echoslowakye. Van haar interne
ring, van de beschuldigingen tegen
haar van de ellende en de verwonde
ring. Slanska werd beschuldigd van
anti-Russische gevoelens op grond
van het feit dat in de oorlog haar
dochtertje in Moskou was ontvoerd.
In haar boek probeert zij dit te weer
leggen.
Het is een droog, keihard relaas
zonder franje. Maar als er wel één
feit duidelijk wordt is het dit: Rudolf
Slansky werd het slachtoffer van het
systeem dat hij zelf had helpen op
bouwen.
„De waarheid over mijn man (de
zaak Slansky)", van Josefa Slanska.
Uitgegeven bij: A. W. Sijthoff, Lei
den. Prijs: 9,90.)
vulkanen hopen te vinden. Als we
weten dat de leeftijd van de maan
ongeveer 4 miljard jaar is, zoals
bleek uit de rotsen die de Apollo 11-
bemanning meebracht dan kan zij
nooit gesmolten kern hebben gehad.
De warmtegeleidingscapaciteit van
silicaat is zo klein dat de maan ge
woonweg geen tijd zou hebben ge
had om af te koelen en daarom nu
niet haar bijna totale, afwezigheid
van inwendige verdamping zou kun
nen vertonen.
Sommige astronomen, waaronder
prof. Kopal hebben er reeds opgewe-
zen dat de merkwaardige concentra
ties van massa bij het oppervlak van
de maan de mascons zeer sterke
en ongewoon harde structuren doen
veronderstellen. En dit is natuurlijk
een zeer speculatief idee en wordt
niet onderschreven door Nasa-ex-
perts. Voordat men daar al te snelle
conclusies uit trekt bestudeert men
de problemen van de mascons zeer
voorzichtig. Op grond van bewyzen,
d.w.z. de meting van verschillen in
snelheid van voorwerpen in een baan
om de maan, kan alleen gezegd wor
den, dat er plaatselijke onregelma
tigheden bestaan in het zwaarte
krachtveld van de maan. De rede
nen hiervoor de opbouw, en de tijds
duur waarin ze bestaan hebben, zij
problemen die nog niet beantwoord
kunnen worden.
Maar als men de hardheid van de
maan en de afwezigheid van een
dichte kern aanvaardt dan doen zich
onmiddellijk andere problemen voor.
Het onderzoek van maanrotsen heeft'
niveaus van radio-actieve elementen
aangewezen zoals potassium en
uranium-isotopen die als zij in ge-
lyke hoeveelheden in de gehele maan
aanwezig zouden zyn voldoende in
wendige verhitting zouden veroorza
ken om de kern tot smelten te bren
gen.
Hierbij wordt natuurlijk aangeno
men dat de geschatte leeftyd van de
maan juist is en dat het oppervlakte-
materiaal dat van de eerste tocht
meegebracht werd werkelijk repre
sentatief was. Geen van beide ver
onderstellingen hoeft noodzakelijker
wijze juist te zijn.
De oppervlaktes van al de voor
werpen in het zonnestelsel zelfs van
de zon zelf, zyn en worden nog steeds
veranderd door aangroeing en er
blijft nog steeds een mogelijkheid,
dat de maan veel ouder is dan het
zonnesysteem terwyl zy op de een
of andere tijd gedurende een zwerf
tocht door de .melkweg" vastgehou
den werd. Dit lijkt eigenlijk onmoge
lijk maar als het waar zou zyn dan
zou de maan een nog interessanter
voorwerp worden dan het nu al is.
Zij zou een soort fossiel van de
„melkweg" zijn.
Hoe dan ook de enige manier om
al deze vragen te beantwoorden is
om naar de maan te gaan en het
trachten uit te vinden. Het onderzoek
moet echter veel dieper gaan dan tot
nu toe het geval was. Maar de Nasa
heeft nu tenminste een geloofwaar
dig wetenschappelijk doel.
Het kan best zyn dat de geleerden
van Nasa glimlachten toen de maan
gong weerklonk.
U/ijlen Ellen Key, de eertijds be-
faamde Zweedse strijdster voor
de rechten der toen nog ontrechte
vrouw, heeft ons óók eertijdswillen
■wijsmaken dat we met de twintigste
eeuw de „eeuw van het kind" zou
den zijn ingegaan. Zij heeft zich ver
gist: het werd de eeuw van de sub-
Sl Subsidie op bejaardentehuizen (die
dan toch nog te duur zijn), subsidie
op woningwetwoningen, op jeugd
werk, op kaas, boter en eieren, op
kerkebouw, op kunst- en sportma.ni-
festaties, op ons tweede, derde, vier
de, vijfde kind, op de fabricage van
schilderijen en collages seheten sa
menraapsels, op elkaar ^concY/„r
rend confessioneel en ander onder
wijs, op het schrijven van verzen die
alleen door de dichters zelf gelezen
worden. Zonder al dat gesubsidieer
zou onze twintigste-eeuwse maat
schappij niet meer reilen en zeilen
zoals zij thans zeilt en reilt (en weet
u wat dat reileneigenlijk is? Ik
niet! Enfin, niettemin doet de maat
schappij het blijkbaar; feilen).
Uit discussies in de Enschedese ge-
meenteraad is dezer dagen weer eens
gebleken waar het met de eeuw van
de subsidie zo langzamerhand op
uitloopt. Ze hadden het daar over
het schouwburgbezoek. Daarop, zo
werd onthuld, legt Enschede per
dag(!) zo'n kleine zevenduizend zui
den toe. Elke keer als een Ensche
dese burger dan toch maar weer eens,
vanwege de cultuurTiaar de schouw
burg gaatkost dat de gemeente een
enzestig harde guldens. En dat werd
volgens sommige (uiteraard reactio
naire en cultuurloze) raadsleden toch
wel iets te bar.
Op gevaar afdat ik daarmee
mijn cultuurloze behoudzucht onder
streepdurf ik héél schroomvallig te
beweren, dat ik de beduchtheid dier
raadsleden ergenszoal niet billij
ken dan toch begrijpen kan. (Merkt
u hoe voorzichtig ik mij uitdruk?En
ineens had ik een vreemd en onge
oorloofd visioen: ïk maakte het in
gedachten mee, dat de staat, de pro
vincies en de gemeenten morgen of
overmorgen onverhoeds van Thor-
beckes standpunt zouden uitgaan, dat
„kunst géén regeringszaak" is.'
Stil maar, ik Weet óók wel, dat hij
het niet precies zo gezegd of bedoeld
heeft, maar die woorden leven nu
eenmaal als formulering van óók een
beginsel nog altijd voort. Zo van:
laat de kunst zichzelf maar bedrui
pen en als ze dat niet kan nu, dan
des te erger voor haar, laat ze dan
maar stukgaan, er is dan blijkbaar
onvoldoende vraag naaren dat is
nu eenmaal beslissend: de ijzeren wet
van vraag en aanbod.
En zo maakte ik het dan in die
voor het jaar 1969 geoorloofde ge
dachten mee: eensklaps één grote
streep door de subsidierekening en
wat zou er dan gebeuren? Aan de
ene kant: een debacle van belang.
Maar aan de andere kant (om nu
maar bij de kunst te blijven) toch
ook het „uur der waarheid"de ont
hulling van wat de burger nu werke
lijk voor zijn toneel-, muziek-, opera-
en balletavonden over heeft, persoon
lijk over heeft. Want het zou er op
neerkomen dat wij zogenaamde
kunstminnaars met elkaar opnieuw
van onderop zouden moeten begin
nen, hoe onwennig en hoe stuntelig
en hoe primitief aanvankelijk ook.
Waarmee meteen het bewijs zou ge
leverd worden, wat kunst en cul
tuur en zo ons werkelijk waard zou
den zijn.
Ik vrees: niet zo héél erg veel
Jk heb, toen Barend Biesheuvel zijn
reuzenzwaai maakte, waarna ons
parlementaire gedoe er bepaald niet
populairder op is geworden, aan ze
kere Karl Marx moeten denken. Die
heeft het ergens over „parlamentari-
scher Cretinismus" over het feit
dus dat het parlement (zoals hij dat
met zijn nog vroeg-socialistische ogen
bekeek) het gevaar loopt uitsluitend
uit cretins te gaan bestaan: kleine
mismaakte mensjes, droevige gestal
ten, uit inteelt voortgekomen.
„Parlamentarischer Cretinismus".
Dat betekent dat de volksvertegen
woordigers de wereld buiten het par
lement niet meer kennen en afge
leerd hebben door de ramen van de
vergaderzaal naar buiten te kijken,
met als gevolg dat zij het eigen we
reldje met z'n vergadertactiekjes en
-handigheidjes, z'n mekaar-vliegen-
afvangen en mekaar-hakjes-zetten
als de enige werkelijkheid gaan be
schouwen. Maar dat is dat eigen we
reldje niet, het is een wereldje van
cretins, dat alleen zichzelf nog ern
stig neemt, maar in de ogen van de
echte wereld, die buiten de verga
derzaal, is dat parlementaire we
reldje alleen nog maar belachelijk
en ééns zal het, als het niet oppast,
aan die belachelijkheid, aan dat „cre
tinisme", ten ondergaan.
Waar die beschouwing over „par
lamentarischer Cretinismus" precies
bij Marx te vinden is, weet ik helaas
niet meer. Ik had de passage graag
nog eens opgezocht, om ze aan ons
aller B.B. toe te zenden. Vroeger
hoefde men onze laatste Marx-ken-
ner en Marx-gelovige, de goede Sam
de Wolff, maar op te bellen om het
meteen te weten, Maar die is jammer
genoeg dood.
Zoals Marx trouwens ook.
BLOEMENDAAL Op 75-jarige
leeftyd is overleden prof. mr. A. M.
de Jong oud-directeur-secretaris van
de Nederlandse Bank.
De heer De jong was van 1921 tot
31 januari 1959, werkzaam by de Ne
derlandse Bank o.a. van 1940 tot 1947
als directeur en daarna als directeur»
secretaris. Verder was hij lid van de
beleggingsraad en van 1931 tot 1940
buitengewoon hoogleraar aan de Eco
nomische Hogeschool in Rotterdam.