Trots op onafhankelijkheid Geen tijd voor godsdienst ALBANIË Dansen op een eierschaal Economie groeit gestaag HONGARIJE 25 jaar hegime NA LEREN LEVEN MET REGIME KADAR iöXHA uitlaatklep zelfvertrouwen verbeterd wegennet contrast DOOR HARRY HODGKINSON elite verbond met Mao grondslag K ongerustheid quota-systeem DOOR JONATHAN STEELE vrije markt het politieke front klachten TIRANA Er hebben zich veran deringen voorgedaan temidden van de beeldhouwwerken van Tirana. Stalin is verplaatst van het centrale plein van de Albanese hoofdstad naar de tuinen, die omringd zijn door de regeringsgebouwen. Hij is naar een plaats gegaan, die toch nog wel eervol is en zijn trotse ver ontwaardiging wordt verzacht door dat men aan de overkant van de enorme avenue, die door de Italia nen ontwerpen werd, een gelijk soortig standbeeld van Lenin heeft neergezet. Op de vroegere plaats van Stalin hebben de Albanezen een geweldig Ruiterstandbeeld van Skanderbeg, de nationale held, die in de vijftiende eeuw 20 jaar lang tegen de sultans itreed en die voor de Albanezen een symbool van hun onafhankelijkheid is neergezet. Een zuiverder sym- Ibóol dan Stalin uiteraard- Deze trots op de eigen onafhanke lijkheid wordt nog versterkt door het feit dat het communistische regiem van' Enver Hoxha er zich op voorbe- 'reid om in november dit jaar haar vijfentwintigjarige bestaan te vieren 1 en voor Albanese begrippen is dit 'n zeer lange tijd. Het is verreweg de langste periode, dat het land een sta biele regering had. Deze periode ver tegenwoordigt meer dan de helft van aar onafhankelijk bestaan. Louter door het feit, dat zij zich al die tijd heeft weten te handhaven, is het regiem zelfs in de ogen van haar tegenstanders en kritici gewor den tot een stabiele en gevestigde instelling i.p.v. een voorlopige mili taire junta. Deze prestatie wordt weerspiegeld in de duizenden slo gans, die over het gehele land te zien zijn - meit rode verf Op de ge bouwen van de collectieve boerde rijen, in witte stenen op irrigatiedij- ken en bergwanden, alemaal ter voorbereiding van de herdenking. Zij prijzen Enver en de partij, soms de vriendschap met China maar bovenal prenten zij het feit in, dat er een kwart eeuw voorbij is go- gaap sinds de bevrijding van het „va derland". Het woord voor vaderland „atdheu" was een favoriet woord van de nationalisten voor en gedurende de oorlog. Het gebruik ervan door de huidige heersers is dus zowel een ui ting van hun zelfvertrouwen als van hun duidelijke wens om de nationa le gevoelens aan te moedigen bin nen het communistische systeem. Hun zelfvertrouwen is gebaseerd °P grote en onmiskenbare materiële prestaties. In de eerste plaats zijn zij er in geslaagd om een verdubbelde bevolking te eten te geven, woon ruimte te verschaffen en van werk te voorzien. Aan-het einde van de oor log waren er een miljoen Albanezen in Albanië (er wonen er misschien evenveel over de grens in Joegosla vië) en dit is gerezen tot twee mil joen ten gevolge van het hoogste ge boortecijfer in Europa (36 per dui zend), een verbeterd sterftecijfer van zuigelingen, het opheffen van de mo gelijkheden tot emigratie en een har dere politiek ten opzichte van de eeu wenoude praktijk van de bloedwraak waardoor hele families te gromde gin gen bij de verdediging van hun „eer" Óm deze stijging in het bevolkings aantal het hoofd te bieden en natuur lijk voor ideologische redenen heeft het bewind van Hoxha de Albanese economie omgevormd van een louter Chinese landbouwdeskundigen adviseren bij de rijstaanplant. agrarische tot een economie met een zekere mate van industrialisatie. Ongeveer 90 procent van het land is in collectief bezit en de kleine par ticuliere stukjes grond, die de boeren nog op de collectieve boerderijen hadden zijn verminderd van 3000 m2 tot 1000 m2. Men heeft staatsboerde rijen opgezet op in cultuur gebracht land (in 1968 werd er geweldig veel land ontgonnen), men is van plan om hierdoor de graanoogst in de eerst komende jaren te verdubbelen en daardoor de import van granen, die het land zoveel geld kost te vermin deren. De nieuwe arbeidende klas se is werkzaam in de glas-, kunst mest-, textiel- en andere fabrieken, die vaak in het open land verrijzen. Iedereen, die de uitgstrekte vlak ten met struikgewas en de moeras sen aan beide zijden van de ruwe ste nen weg van Scutari naar Tirana voor de oorlog heeft gekend, zal moei te hebben om nu 't landschap te her kennen. De weg is uitstekend geas falteerd. Er groeien populieren langs en het oude gevoel van verlaten heid is verdwenen. Mais-, wijvelden tabaksplantages en stukken bos wor den onderbroken door hoogspannings masten van het krachtstaion van de Matirivier en worden verlevendigd door kudden schapen en vee. Slechts zo nu en dan ziet men een oud boerenvrouwtje, dat al spinnend langs de straat loopt, terwijl zij een magere koe naar de weide leidt. Het verbeterde wegennet wordt nog versterkt door het groeiende spoor wegnet. Dit laatste net heeft tot doel om de belangrijkste steden te ver binden en ook om de belangrijkste industriële centra (koper in het noorden en olie in het zuiden) te ver binden met de haven Durres. Nergens is het contrast tussen oud en nieuw meer opvallend dan in de hoofdstad Tirana. Tegen het einde van de oorlog telde deze plaats on geveer 40.000 inwoners; nu zegt men dat het er 200.000 zijn. Afgezien van een paar straten, die tussen de beide wereldoorlogen gebouwd zijn en de Italiaanse, fascistische „aanwin sten", bleef het in feite de stad, die door een Turkse generaal omstreeks 1630 gesticht was: een hoofdstraat die precies tussen twee moskeeën door liep, begrensd door een netwerk van kleurige winkeltjes, waar men de ha mers van de tinslagers kon horen en waar het riool gevormd werd door 'n open geul, die midden door de straat liep. Eén van de moskeeën brandde In de oorlog af en het netwerk van winkeltjes werd afgebroken om plaats te maken voor een enorm plein en het marmeren huis der cul tuur. (Copyright The Guardian/De Stem) Landelijk tafereeltje TIRANA - Als de groei van het bevolkingsaantal de eerste indruk is, die je van hef moderne Albanië krijgt, dan is de tweede de totale verdwijning van ieder teken van georganiseerde religie. De prachtige Ethem Bey Moskee staat nog steeds in het hartje van Ti rana en haar levendige rococo fres co's zijn nog intakt, maar het ge- .iouw is gesloten, toevalligerwijs is de sleutel nooit voorhanden en het in- .erieur wordt gebruikt als 'n archeo- .ogische opslagplaats. Aan de voe- en van de Mihrab staat een beeld au de godin Aphrodite. De grote nieuwe moskee van Du- t azzo, die de hoofdweg vanaf de ha- >en domineerde en die vroeger ie dere vrijdag gevuld was met gebogen mannenhoofden, mist nu zijn minaret en men zegt, dat hij nu door de re gering wordt gebruikt. De moskee te Lesh bestaat nog, maar dan als museum Die te Scutari zijn ver dwenen. Albanië is nu officieel een atheïstische staat, de enige in de we reld. De aanval op de godsdienst gaat verder dan dat de Marxistische leer vereist of dan de communistische ijandigheid tegen de kerk in ande- =n noodzakelijk vindt. In de communistische landen zegt ien, dat de kerken zelfs nuttig kun nen zijn doordat de godsdienstige mensen hun energie op die manier kunnen afreageren en niet door zich met politieke activiteiten bezig te houden. Het idee, dat religie opium voor het volk is snijdt aan twee kan ten naar men in die andere commu nistische landen ontdekt heeft. het volk tegenover het regiem te om schrijven. De onschuldige vriendelijk heid van de Albanees in het persoon lijk contact blijft onaangetast en zelfs al let hij zeer goed op wat hij zegt dan is dit alleen maar begrijpe lijk. De Albanees, die altijd onder auto ritaire heersers heeft geleefd heeft een onfeilbaar' gevoel voor waar de macht zich bevindt en hij heeft er een onfeilhaar respect voor. Wat een bepaling van de persoon lijke houding van. de Albanezen zo moeilijk maakt is de verandering var. de sociale structuur. In plaats var. de landeigenaar, de bey. de ar me boer en eer. Kleine op het westen georiënteerde intelligentia ziet men nu een proletariaat in opkomst zo wel in de stad als op het platteland en een bureaucratische elite rondom de communistische partij. De elite is zich zeer bewust van haar voorrechten om ze op het spel te zetten. Het proletariaat is nog te onderontwikkeld en misschien te zeer overdonderd door de verbetering in de voorziening van consumptie goederen om zich zelf in een onaf hankelijke rol voor te kunnen stellen. De voornaamste hoop voor persoon lijk politiek initiatief ligt in de schepping van een technisch onmis bare bestuurdersklasse, wiens behoef te aan een privé economisch oordeel eerst tot uiting zal komen in een wij ziging van de strakke houding van de partij en daarna invloed zal gaan uit oefenen op de alledaagse beslissin gen van het normale leven. Het Albanese nationalisme is al tijd een stekelige plant geweest, die nog gevoed werd door een reële argwaan tegenover de territoriale doelstellingen van haar buren. Tra ditioneel heeft zij altijd verbonden gesloten met de sterkste, mogendheid in de nabijheid. Hoxha heeft deze historische poli tiek met de finesse van een Talley rand vervolgd. Uit noodzaak was hij na de oorlog met Joegoslavië verbon den, dat hem op het binnenlandse front tegen communistische rivalen, had beschermd, maar hij zwaaide zo gauw als dat mogelijk was over naar cu- rijkere, sterkere en verder ver wijderde Sovjet-Unie. En toen Rus land weer goede vriendje^ met Joe goslavië werd en Hoxha aanraadde om groenten en fruit voor de Russi sche consument te verbouwen in plaats van zich te industrialiseren, toen gaf hij de Russische adviseurs en oorlogsschepen hun congé en gmg een verbond aan met Mao's China. Het leek alsof de Chinese invloed in Albanië niet erg sterk was. Maar China heeft een reële en een twee voudige betekenis voor de Albane- zij. Zij is het symbool, dat hun land niet alleen in een vijandige wereld staat en economisch verschaft China hen de adempauze om een indu striële infrastructuur op te bouwen zodat Albanië op een toekomstig tijdstip meer zal uitvoeren dan in voeren. (Copyright The Guardian/De Stem) De houding van het regiem van Hoxha heeft zowel een nationalis tische als een ideologische grond slag. Godsdienst heeft nooit een he le sterke invloed uitgeoefend op de geest van de Albanezen. Lang voor dat het communisme op het toneel verscheen, verklaarde de dichter Nairn Fraskeri, dat „de religie vara een Albanees zijn volk is". Het atheïsme onderdrukt een aantal span ningen en frustaties in het histori sche zelfbewustzijn van de Albanees en het maakt een eind aan wat tot nu toe een verdelingszaaiend ele ment in het Albanese nationale le ven is geweest. Degenen, die er het ergst onder lij den, zijn de oudere generaties. De grijze mannen die in de cafés zit ten zonder de gebedssnoeren, waar mee zij altijd speelden, de oude vrouw die schuchter naar je toe loopt als je naar een verlaten moskee staat te kijken en je toevertrouwd: „Ik ben ook een Moslim". Het is moeilijk om de houding van De oogst wordt binnengehaald met Russische landbouwmachines. Tel Boed. BOEDAPFST De straat was de Lenin Boulevard. De stem was van Mick Jagger De muziek schalde er gens van een bovenverdieping langs de hoofdstraat van Boedapest. Een paar hoofden draaiden zich om jvanwege het enorme lawaai. De meeste mensen vonden heh echter heel gewoon. De beatrage heeft dit 1 land in haar greep. Terwijl in Tsjechoslowakije de (on- "Tciële) leuzen op de muren een po- ek karakter hebben, krabbelen in edapest de fans er de namen van hun favoriete popgroep op. De rege ring ziet in, dat jonge mensen van deze muziek houden en doet haar /vbest om hun tevreden te stellen. Om een goede indruk te krijgen van de ^veranderingen die Hongarije de laat- ste tijd heeft ondergaan moet men [luisteren naar het radioprogramma ^Alleen voor de jeugd" beter be- :end als het Komjathiprogramma naar de uitbundige disckjockey. Het estaat alleen uit populaire muziek, ~eestal uit het westen. Men begon ermee vanwege het suc ces van het popprogramma van ra dio Vrij Europa, dat vanuit West- Duilsland wordt uitgezonden. Tussen de platen door zond dit station glieuws en propaganda uit Een paar (l^ar geleden zou de Hongaarse rege ling het gestoord hebben Zij zijn nu [zo verstandig, dat zij hun eigen pro- H-amma produceren, zonder nieuws, [dus met meer tijd voor muziek. De ieeste teenagers vinden het erg goed en zijn overgezwaaid. Een nieuwe film van Andras Ko jvacs, een van de meest vo jraanstaan- regisseurs van het land, gaat ook "ver de popmuziek Deze film „Ecs- asy van 7 uur tot 10 uur" is een jdocumentaire met opnamen van fans, m discussieren over de vraag waar om zij de muziek zo fijn vinden een [interview met een socioloog natuur rijk en met overvloedige opnamen [van concerten. De Hongaren hebben een uitlaat klep nodig die wordt verschaft door de popmuziek De vraag blijft natuur lijk of dii een goede uitlaatklep is. |Maai er bestaat geen andere moge lijkheid om zich te uiten Dit ontbreken van iedere officie l. ideulogische afkeuring van de popm Ziek, deze bereidheid om het bojec- jtiei te beoordelen komt waarschijn lijk, omdat de regering er op ver trouwt, dat de jeugd veilig is. We hoeven slechts naar de universitei ten te kijken om te zien. hoe waar 'dit argument is. „Ik moet onze leiders vertrouwen", Vertelde een studer.t mij. „ze hebben jneer gegev. hs dan ik. Ais ik ze niet zou vertrouwen, dan zou ik een anarchist zijn". Dit was geen eerste jaars, maar een doctoraalstudent in de economie. Hij was een van de ge kozen studenten-vertegenwoordigers. We hadden een discussie gehad over Tsjechoslowakije. Voor vele wanho pige rectoren van universiteiten in Japan, Latijns-Amerika en het wes ten moet een dergelijke gehoorzaam heid een droom lijken. Zelfs verle den jaar, toen de universiteiten van Polen en Tsjechoslowakije in grote beroering verkeerden, hielen de Hon gaarse studenten zich volkomen rus tig Hoewel zij het niet graag heeft over de passiviteit van de studenten, toont de regering enige tekenen van onge rustheid. Het feit, dat zij gevrijwaard is van oppositie, is dan misschien een voordeel voor de regering, maar de keerzijde van de medaille is, dat de studenten totaal ongeïnteresseerd zijn in de regeringspolitiek. Kisz, de communistische jeugdor ganisatie is iets, waar alle studen ten lid van zijn; maar het is de eni ge vereniging dus dat is niet ver wonderlijk. En weinig studenten zijn bereid om de reducties op vervoer, sociale faciliteiten of de zaterdaga vondfeesten op te offeren. Maar partijvergaderingen worden minder goed bezocht. Hetpartijblad „Nepszabadsag" roerde dit begrij- werp onlangs aan. „Het was begrij pelijk" aldus een artikel, „dat de le den in vele plaatselijke Kiszorgani- saties zich teleurgesteld voelen, zich terugtrekken en passief worden". „Maar" zo voegde zij er belerend aan toe, „deze ontwikkeling was niet de fout van de plaatselijke Kiszgroe- pen. Nee, de oudere communisten moesten meer aandacht aan de wen sen van de jeugd schenken en ervoor zorgen, dat de Kiszafdelingen meer aanzien verkregen". De apathie van de Hongaarse ieugd heeft zijn eigen redenen. De studenten van vandaag verlieten nau welijks de kleuterschool in 1958. Van hun vroegste jaren hebben zij geleerd om zich aan te passen aan de natio nale houding van voorzichtige aan vaarding van de realiteit, een nuch ter manoeuvreren binnen bepaalde grenzen: „De dans op de eierschaal", zoals een Hongaar onder woorden bracht. In dit land neemt niemand onnodige risico's. En de studenten hebben ook een stijging in de levens standaard kunnen waarnemen en een verschuiving van de aandacht van het land vanaf politiek naar de nood zakelijke, maar saaie bezigheid van het verzorgen van de economische tuin. Het gebrek aan informatie van de plaatselijke pers over naburige landen helpt ook al niet mee. Het is moeilijk voor Hongaarse studenten om met hun Tsjechische of Poolse collega's te sympathiseren als men niet weet, dat zij in grote moeilijk heden verkeren. Men moet de Hongaarse regering nageven, dat zij zeer snel heeft ge handeld om tegemoet te komen aan de weinige studenteneisen voor meer inspraak, die onlangs gemaakt zijn. Met ingang van dit jaar krijgen de studenten veel meer zeggenschap over het uitreiken van de beurzen, iets, waar vroeger het universiteits bestuur alleen over beschikte. Hoe wel politieke vergaderingen, die te gen de politiek van de regering ge richt zijn, taboe zijn, is er toch een uitlaatklep voor het idealisme van de studenten. Zij kunnen naar de dorpen of naar de armere gedeelten van de stad gaan om daar scholieren te hel pen bij de voorbereiding op hun eind examen. Sinds 1962 heeft men het quota-sys teem afgeschaft, dat er voor zorgde, dat tenminste de helft van hen, die aangenomen werden voor de univer siteit, uit de lagere sociale milieus kwam. Nu krijgen zij speciale com pensatie in de avonden, wanneer zij nog op de middelbare school zitten, aangezien het toelatingsexamen tot de universiteit nu alleen gebaseerd is op prestatie. Ondanks de onver mijdelijke vermindering sinds 1962 bestaat veertig procent van de nieu we studenten van dit jaar nog steeds uit jongens en meisjes uit arbeiders- en boerengezinnen. Hoewel het quota-systeem verdwe nen is, is er nog een kunstmatige ongelijkheid over, die vele protesten veroorzaakt. Gegadigden voor de uni versiteit, wier vaders hoge commu nistische onderscheidingen hebben, zo als de decoratie, die uitgereikt werd voor verzet tegen de „contra-revo lutie" van 1956, krijgen extra pun ten. Zo nu en dan, aldus een woord voerder van het ministerie van onder wijs in zijn onderhoud met mij, geeft een student er de voorkeur aan om dit niet op zijn inschrijvingsformulier te vermelden. Maar aangezien de concurrentie voor de universiteits plaatsen zo groot is, komt dit slechts zeer zelden voor. Er zijn een paar rebellen, maar zij hebben zeer weinig invloed. De gro te massa van de Hongaarse jongere generatie schl|nt ijverig, opgewekt, ambitieus en - politiek ongeïnteres seerd. Als dit enige jaren geleden zo was geweest, dan was dat zo uit bitter noodzaak, nu zijn zij onge ïnteresseerd uit gewoonte. Hetgeen een veelbetekenende verandering is. (Copyright Ihe Guardian/De Stem) BOEDAPEST Loop over één van de nieuwe bruggen van de Donau in Boedapesl en zie hoe de brede rivier majestueus langs het kasteel en het parlementsgebouw stroomt. Het is onmogelijk om niet te voelen, dat dit een internationale stad moet zijn. Voor deze verslaggever, komend van Wenen naar Boedapest, bestaat er geen twijfel welke van de twee steden levendiger is. De levensstan daard van Wenen is hoger. Haar win kels zijn beter voorzien. Maar het is Boedapest, dat meer jeugd heeft, dat meer terrasjes heeft en wat meer vertier heerst tot later in de nacht. Dit is niet altijd zo geweest, maar de laatste paar jaren is er een golf van ontspanning over Hongarije ge komen. „Hij, die niet tegen ons is, is voor ons", zei Janos Kadar, de eerste secretaris van de partij in de vroege zestiger jaren en hij heeft zijn woord gestand gedaan. Hier ontsieren politieke spreuken de muren niet. In de openbare ge bouwen hangen geen portretten vau partijleiders (dat is bij de wet ver boden). Men behoeft geen partijlid te zijn om promotie te maken, niet in intellectuële beroepen of in be drijven, zelfs niet in de ambtenarij. Dit betekent natuurlijk niet, dat de partij de teugel niet in handen zou hebben. Maar de party vertrouwt op de oude wijsheid, dat als je de men sen vertelt, dat ze het nog nooit zo goed hebben gehad, en als je de eco nomische voordelen produceert om dit waar te maken dat dan de popu lariteit automatisch volgt. De Hongaren weten beter dan de meeste mensen, hoe de machtsver houdingen in Europa liggen. Zij zijn er dankbaar voor, dat zij binnen de begrenzingen, die van buiten af opge legd zijn, een geordend leven met langzaam stijgende levensstandaard kunnen leiden. De grote meerderheid van hen heeft het economisch en so ciaal nog nooit zo goed gehad. Majestueus stroomt de Donau langs het parlementsbebouw van Boedapest. Alle ogen zijn gericht op de econo mische hervorming, die op 1 januari verleden jaar in werking werd ge steld en die tot doel heeft om de in dustrie te decentraliseren en groten deels te onderwerpen aan de krach ten van de vrije markt. Dit staat be kend als het nieuwe economische me chanisme en is waarschijnlijk meest radikale in Oosteuropa, uitzondering van Joegoslavië. Nu stellen bedrijfsleiders hun ei gen plannen voor de omzet op en mo ten ze trachten winst te maken. Zij kunnen krediet van banken krijgen, zelfs beslissen, hoe ze zullen investe ren en binnen bepaalde grenzen hun verkoopprijzen veranderen. De centrale planning beperkt zien slechts tot grote investeringen in de het met Infrastructuur en tot het hanteren van een aantal belastingen en finan ciële ondersteuning om fabrieken er toe aan te zetten om meer prijs- en winstbewust te zijn. Een aantal gro te ondernemingen kan nu zelfs onaf hankelijk van de centrale instellingen voor de handel met het buitenland onderhandelen over prijzen en op drachten met hun westerse klanten. Hoewel de hervorming zeer verrij kend is heeft men haar veel diplo matieker dan de Tsjechosche her vormingen geïntroduceerd. Er be staan grote verschillen tussen de bei de experimenten. De Hongaarse her vorming werd gedurende lange tijd en zeer uitgebreid door de partijlei ding besproken, zowel binnen haar eigen gelederen als met de andere leden van het Warschaupakt. Deze besprekingen begonnen reeds twee jaar, voordat de hervorming werd geïntroduceerd. In Tsjechoslowakije kwam de be langrijkste impuls van een groep in tellectuelen rondom dr. Ota Sik, die geen lid was van het partijpresidium. „De vader van de hervorming" in Hongarije, dr. Reszo Nyers, is één van de oudste en meest vooraanstaan de politici van het land. Op het politieke front hebben zich geen opvallende veranderingen voor gedaan. Arbeidersraden, de door slaggevende factor in de Joegoslavi sche economie, zijn in Hongarije ab soluut uitgesloten. Hier bestaan goede technische re denen voor, want bedrijfsleiders, die men jaren lang van boven af ver teld heeft wat ze moesten doen, die moet men nu niet van onderaf on der druk zetten. Dit is tenminste de redenering. Zij moeten vrij zijn om hun eigen beslissingen te nemen. Toch is er^ in de bedrijfsvoering een klein beetje meer democratie geko men, aangezien de vakbonden, ten minste in theorie, het vetorecht heb ben over directiebeslissingen. Als dit van enige betekenis wil zijn, dan met het natuurlijk het recht van staking inhouden en inderdaad zijn er zo nu en dan stakingen geweest, die men zo snel mogelijk in de doofpot stop te. Arbeiders kunnen nu ook gemak kelijker van baan veranderen, dus moeten de bedrijfsleiders er voor zor gen, dat ze zich verzekeren van hun medewerking. Andere onderdelen van de hervor ming waren moeilijker te introduce ren. Het feit bijvoorbeeld dat de di recties een veel groter aandeel in de winst krijgen dan de arbeiders. Een oudere partijwoordvoerder gaf toe dat dit zeer slechte propaganda was Oudere ideologen vroegen zich af, waar het naar toe ging met het so cialisme. Vele arbeiders protesteer den, in het gehele land werd er met verhitte gemoederen over gesproken en de partij zal nu de percentages ten gunste van de arbeiders veran deren. Over het algemeen is de hervor ming echter een succes geweest. Hoe wel de prijzen verleden jaar met twee procent stegen en waarschijn lijk dit jaar met ongeveer 1 per cent omhoog zullen gaan, stegen de familie- inkomens met ongeveer 5 pet. in 1968 en zullen dit jaar met 4 pro cent omhoog gaan. Een schok in het eerste jaar van de hervorming was 't feit, dat voor raden zich op bleven stapelen, voor namelijk omdat men te voorzichtig met de hervorming begonnen was. Inefficiënte bedrijven werden nog steeds gesteund dooi subsidies en het duurde lang, voordat de bedrijfs leiders meer aantrekkelijke produk- ten aanboden. Maar dit jaar zijn de voorraden afgenomen. Hoewel de economie dus goed draait zijn er nog genoeg dingen waar de Hongaren over klagen. Het is vrese lijk moeilijk om in Boedapest eeu flat te bemachtigen. Auto's zijn erg duur ei, er zijn lange wachtlijsten. Alle reparaties, van loodgieterswerk tot het repareren van een horloge, duren weken. De kranten zijn leven diger geworden, maar nog niet zeer aantrekkelijk. Specialistische tijd schriften vormen een uitzondering. Het toneel is vaak saai en nooit ge waagd. Alleen in de film is er nieuw leven gekomen. Veel van de atmosfeer ln Honga rije kan men proeven in de meningen over de invasie van verleden jaar in Tsjechoslowakije. Iemand, die ze ker geen groot aanhanger van het regiem was vertelde mij, dat 'n heie boe' Hongaren het zeker niet erg vonden. In de eerste plaats brachten de Tsjechen door hun gewaagde her vormingen ook de Hongaren in ge vaar En wat erger was, het leek er een moment op, alsof de brutale Tsj echen nog in hun opzet zouden sla gen ook. Natuurlijk was de totale reactie op een gebeurtenis, die zo'n gewel dige beroering veroorzaakte, meer gecompliceerd dan het bovenstaan de zou doen vermoeden. Maar Het lijkt waarschi|nlijk genoeg, dat er in de Hongaarse reactie een zeker ele ment van afgunst te bespeuren was. ln de trant van wat mij niet lukte mag jou ook niet gelukken. En dan is er het feit dat de Hongaren nooit erg met de Tsjechoslowaken be vriend zijn geweest'. Als de Hongaren geen moeili[k- neden willen dan kan niemand hen dat kwalijk nemen. Mensen bran den niet graag tweemal hun vin gers. (Copyright The Guardian/De Stem)

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1969 | | pagina 9