FUZEN
DUWEN
joh. A. Mezger
grondlegger van
vv krak
BRUGGE
egendienst
Siis nummer 26:
nton - Hangchow - Shanghai
inking - Peking - Kanton
twintig dagen
Knijp-
en
wrijfdokter
van
vorsten
12
OOSTBURG
door
Colin McCullough
IX
voor
óerist in
hina
nieuwprijs (incL B.T.W.)
4810,40
5964,—
6602,40
7498,40
Oude Stad 19
Tel. 011702473
goederen. Voor Clever was het de
eerste keer dat hij in China was
maar ik kon zien dat Gold- wiens
telexadres volgens zijn kaartje iet
wat Dor. Quichotterig „Gouden
hand" luid' al vaker in China was
geweest. Op zijn tafeltje prijkte na
melijk een kan Canadese oploskoffie.
SHANGHAI Zondagmorgen in Shanghai. Op de prome
nade langs de rivier de Hwang Po, recht tegenover het
oude Palace Hotel (nu heet het „Vredes Hotel"), was een
groep tieners bezig met de Tai-tsji Chuan, die sierlijke Chi
nese gymnastiekoefening, die grote geestelijke en fysieke
concentratie vergt.
Ik schaarde me onder de toeschouwers en bleef een poosje staan kijken.
Even verderop stonden vijf of zes oudere mensen dezelfde oefening te
doen - zij het minder in'ensief met op de achtergrond een reusachtig
aanplakbord, volgehangen met handgeschreven Chinese karakters en heel
goed getroffen karikaturen.
Bpien ervan stelde Lioe Tsjao-tsji
voor met een rode neus, terwijl hij
dooi een pen geprikt wordt een
heel aanschouwelijke manier om uit
telbeelden hoe kapitalistisch inge-
- stelde personen door kritiek en ver
werping moeten worden vernietigd.
Soortgelijke borden stonden ook
langs de beroemde Boulevard van
Shangh ai, en sommige mensen waren
druk bezig de nieuwste kritische uit
latingen in hun agenda's over te
schrijven. Niemand nam enige notitie
van mij, want buitenlanders zijn in
Shangi ïai sinds jaar en dag een ge
woon verschijnsel; dat was zelfs tij
dens de culturele revolutie het geval.
ilBhanghai is een van de grootste
havensteden ter wereld. Er lopen al
tijd buitenlandse zeelieden rond. Te-
gSwoordig zijn ze wel gedwongen
ziek behoorlijk te gedragen want
toen de communisten in 1949 aan de
macht kwamen, werden alle bars,
^^Kings en bordelen gesloten. In het
^^fteshotel, waar ik verbleef, waren
■Keven vijftig zeelieden. Ik zag ze
in de eetzaal, waar ze ongewoon rus
tig en bedachtzaam zaten te eten.
De eetzaal van het Vredeshotel is
een van de mooiste en meest interes
sante van Azië, zo niet ter wereld.
'B# ügt op de bovenste verdieping en
isfteer luxueus ingericht. Reusach-
tiBrood met gouden draken kronke
len over het plafond. Aan drie kan
ten bevinden zich ramen vanwaaruit
men: een prachtig uitzicht over de
•■■Bevard en de Hwang Po rivier,
met zijn vele jonken die tussen de
de, noord- en zuidwaarts stomende
zeeschepen laveren.
Tijdens een lunch op zondag ont
moette ik twee Canadese zakenlieden,
Pat Clever uit Toronto en Mike Gold
uit Montreal. Zij waren in Shanghai
om te onderhandelen over de aan
koop van porselein, textiel en andere
Zij brachten me op de hoogte van de
laatste nieuwtjes uit Canada (Colin
McCullough is zelf ook een Canadees,
red.) de gestegen kosten van le
vensonderhoud, het wel en wee van
de sportclubs, en vertelden dat
ze uitgenodigd waren om Shanghai te
bekijken en dat een Duits zakenman
zelfs een commune had kunnen be
zichtigen.
Brits Consulaat langs de Whang Po in Shanghai.
Deze laatste mededeling nam ik
manhaftig op, maar ik voelde me
toch een beetje verslagen. De vorige
avond was ik met de trein vanuit
Hangchow in Shanghai aangekomen.
Ik werd opgewacht door een gids van
de Chinese Reizigers Service, een
grote man, gekleed in shorts en op
sandalen. Hij bracht me naar mijn
hotel.
Men had mij een prachtige kamer
toebedeeld. Er stonden twee bedden
in, een grote korte-golf-radio. twee
schrijftafels twee grote ladenkasten
en een rooktafel met drie fauteuils.
Tussen het meubilair was nog ge
noeg ruimte over om te kunnen stijl
dansen. Prijs van de kamer: 11,70
per dag.
De gids vroeg me naar mijn plan
nen in Shanghai. Ik stelde een be
zoek vorr aan een fabriek, school of
comune.
„Dat is onmogelijk", zei hij.
Toen stelde ik voor naar de musea,
parken, tempels en andere historisch
interessante plaatsen te gaan. Dat
kon ook niet. De moeilijkheid was
dat ik op zaterdagavond in Shanghai
was aangekomen en 's zondags zijn
de gemeentelijke bureaus de gehele
dag gesloten. Er konden geen tochten
worden gearrangeerd, zonder dat ik
eerst een bezoek had gebracht aan de
gemeentelijke autoriteiten, en hun
toestemming had gekregen.
Ik zou pas maandag in de namid
dag uit Shanghai vertrekken, maar
de gids verzekerde me dat er ook
's maandagsmorgens niet voldoende
tijd zou zijn om de nodige regelingen
te treffen.
Het was allemaal wel begrijpelijk,
maar niettemin teleurstellend. Shang
hai was het einddoel van een zes
daagse reis, die me al naar drie
provinciale hoofdsteden had gevoerd
Tsinan' in de provincie Shantoeng,
Nanking in de provincie Kiangsoe en
Hangchow in de provincie Chekiang.
In elke stad hadden de gidsen van de
Chinese Reizigers Service verschil
lende excursies voor me uitgestip
peld. Goed, ik was dan wel in geen
van deze drie steden op zaterdag
avond aangekomen, maar in Tsinan
was men zelfs niet van mijn komst
op de hoogte geweest.
Ik was vanuit Peking naar Nanking
vertrokken, met een klein tweemoto-
rig vliegtuig (reiskosten: 125.- voor
een afstand van 825 km). Er bevon
den zich maar drie passagiers aan
boord ikzelf en twee Chineese bur
gers. We zaten in een rij stoelen die
maar aan een zijde van het vlieg
tuig was opgesteld. Aan de andere
kant waren de stoelen vervangen
door houten kisten waar een dekzijl
overheen lag. De bemanning van het
vliegtuig was aangevuld met drie
jongens, die kennelijk opgeleid wer
den. Het gebruikelijke in cellophaan-
papier gedraaide snoepgoed stond op
een schoteltje klaar en later kregen
we een appel, een bordje en een mes
van de stewardess.
Nadat we ongeveer een uur hadden
gevlogen, vertelde ze dat we vanwe
ge de slechte weersomstandigheden
de nacht in Tsinan zouden moeten
overblijven. Ik vond het geweldig.
Tsinan, een der middelgrote steden
van China, is sinds de culturele revo
lutie in 1966 begon, maar zelden door
buitenlanders bezocht. Ik vroeg me
af hoeveel ik van de stad te zien zou
krijgen. Een hele tijd zat ik in de
kleine wachtkamer van het vliegveld
in Tsinan te wachten. Het was er stil
ik was er de enige aanwezige
en ik kon een Chinees meisje een
vrij lang telefoongesprek horen voe
ren. Ze gebruikte herhaaldelijk het
woord „Jaw-nah-dah" (Canada), zo
dat ik wist dat de conversatie op mij
betrekking had. Even later kwam ze
naar me toe.
Ze droeg een blauwe katoenen
broek met een witte bloes en om
haar lange zwarte vlechten zat aan
de uiteinden een lichtblauw plastic
lint. Ze was opgewekt en bij-de-hand
en had me in een wip in e enauto ge
werkt, die me naar een hotel bracht.
Nauwelijks was ik op mijn kamer
aangeland of er kwam al een verte
genwoordiger van de Chinese Reizi
gers Service binnenstappen. Ik vroeg
hem of ik iets van de stad zou kun
nen zien. Hij zei dat hij het me zou
laten weten en vertrok met mijn pas
poort. Het was 's middags half vier.
Na een minuut of twintig kwam hij
terug. -,Als u klaar bent, moeten we
nu de stad gaan bekijken", zei hij.
„Het wordt vlug donker en er valt
heel wat te zien".
En dat was ook zo. Tsinan is een
mooie stad met talloze kanalen, die
hun water krijgen uit 72 natuurlijke
bronnen meer dan genoeg om in de
gehele waterbehoefte van Tsinan te
voorzien. Het is ook een oude stad; er
zijn voorwerpen opgegraven die date
ren van 1700 v. Chr. Per auto reden
we door de stad, stopten om de be
roemde fonteinen te zien, en de Bron
van de Zwarte Tijger en de Lotus
bron. In sommige bronnen waren
vrouwen bezig kleren te wassen. De
bronnen zijn omgeven door lage ste
nen muurtjes zodat er vijvers worden
gevormd, die weer met kanalen in
verbinding staan.
We reden de stad uit naar de Gele
Rivier, en liepen bij zonsondergang
langs de hoge met mankracht opge
worpen dijken. Het was al donker
toen we voor het diner bij het hotel
aankwamen.
Tsinan kan natuurlijk niet met
Shanghai vergeleken worden, maar
dat kan geen enkele stad in China.
De bevolking van Shanghai staat er
om bekend zeer individualistisch te
zijn. De Chinese communistische par
tij werd er in 1921 opgericht en de
stad is de bakermat van menig op
roer geweest. De culturele revolutie
is in Shanghai begonnen en de 19
miljoen inwoners van de stad (de
buitenwijken meegerekend) hebben
steeds vooraan gestaan bij de nog
steeds voortdurende ideologische
strijd.
Al bleek het in het weekend dan
niet mogelijk een excursie te maken
of een gids te krijgen, je kunt wel ge
woon een wandeling gaan maken.
Dat deed ik dan ook die zondagmor
gen, 's middags en 's avonds laat.
Geen enkele keer werd me daarbij
iets in de weg gelegd of werd ik aan
gehouden.
Zoals in alle Chinese steden waar
ik geweest ben is er 's avonds na
tien uur bijna geen verkeer meer en
de straten liggen nagenoeg verlaten;
de Chinezen staan vroeg op en gaan
vroeg naar bed.
Op maandagmorgen werd ik om
zes uur 's morgens wakker door la
waai op straat- Grote groepen man
nen en vrouwen van verschillende
leeftijd waren aan hun ochtendgym
nastiek bezig en draafden in looppas
de straat op en neer. Waarschijnlijk
was het kantoorpersoneel.
De mensen in Shanghai gaan goed
gekleed, misschien nog wel beter dan
in Peking, en het viel me op dat veel
jonge meisjes tamelijk modieuze le
ren schoenen met lage hakken droe
gen. De meeste vrouwen in Peking
zwart fluwelen of ribfluwelen slip
pers.
Betrekkelijk veel vrouwen in Shang
hai droegen ook rokken. In Peking
dragen de meeste vrouwen broeken.
Overdag was het druk op straat en
groepen tieners stonden op de hoeken
van de straten de voetgangers aan
wijzingen te geven om op de ver
keerslichten e.d. te letten. Men ver
telde mij dat er een soort veiligver-
keersweek gehouden werd „ter ere
van het 20-jarig bestaan van de
Volksrepubliek China".
De drukste straat is de Nanking-
straat, die bij de Boulevard naast het
Vredeshotel begint en zich verschil
lende kilometers westwaarts uitstrekt
Het is een winkelstraat met honder
den grote en kleine winkels, restau
rants en bioscopen, 's Zondags wa
ren de trottoirs zó overvol dat je be
ter aan de kant van de weg kon gaan
lopen, behalve dan op de straathoe
ken waar waakzame tieners de voet
gangers weer op de trottoirs dirigeer
den.
Veel van de kleine winkeltjes zijn
veelal in één bepaald artikel gespe
cialiseerd. Hun etalages zagen er al
lemaal aantrekkelijk uit, maar een
ervan trok toch speciaal mijn aan
dacht. Er lagen basketballs, volley
ballen en spikes uitgestald. Ik ging
naar binnen en vond er praktisch al
les op sportgebied van estafettestokjes
en polo-shirts tot voetbalschoenen.
Het was het drukst bij de afdeling
waar hengelsportartikelen werden
verkocht.
Later slenterde ik langs de Boule
vard en passeerde de rij wolkenkrab
bers, die vóór 1949 zijn neergezet. In
de meeste zijn banken, kantoren en
clubs gevestigd. In sommige ervan
vindt men op de begane grond res
taurants of ontvangzalen. Maar hoe
de rest van de gebouwen gebruikt
wordt, weet ik niet. Wel zag ik van de
hoogste verdieping van één ervan
was wapperen-
Aan het noordelijke einde van de
Boulevard, waar rivieren de Hwang
Po en de Woe Song samenvloeien,
staat het Britse consulaat (zie foto).
Het werd in 1967 gesloten toen de
Engelse diplomaten werden uitgewe
zen en de Chinezen hebben het ge
bouw nu blijkbaar zelf in gebruik ge
nomen. Er was een hoge bamboe
schutting omheen gezet.
Iemand die uit Peking komt, vallen
onmiddellijk twee dingen op als hij in
Shanghai is: er rijden geen ezelwa
gens door de stad het in Peking
gebruikelijke transportmiddel voor
vrachtvervoer en men ziet gr lang
niet zoveel soldaten.
De algehele indruk die ik van
Shanghai kreeg was die van een wel
I
varende, bedrijvige en toch vredige
stad. Tsinan, Nanking en Hangchow
waren ook tegelijk rustig en woelig.
Evenals in Shanghai waren er geen
affiches aan de muren geplakt en
men zag maar weinig soldaten. Nan
king is een industriestad. De mensen
zijn er geweldig trots op de nieuwe
Nankingbrug over de rivier de Jang-
tse, terwijl Hangchow beroemd is in
China om haar schoonheid. Het zijn
beide steden met een rijk historisch
verleden en in vroeger tijden zijn ze
allebei de hoofstad van China ge
weest, maar Hangchow is rijker aan
tempels en natuurschoon.
In Hangchow vindt men ook de ver
maarde Fei Lai-feng rotsreliefs.
Langs de gehele zijde van een rots
wand zijn 280 voorstellingen uitgesne
den, die dateren uit het begin van de
14e eeuw. Aan de voet van de rots
wand bevinden zich grotten vol met
kleine beeldjes die meer dan 900 jaar
geleden door boeddhistische monni
ken gesneden zijn. Een van de mooi
ste gedeelten van Hanchow een ge
liefd object van Chinese schilders
is het Westelijke meer. Het is niet zo
groot maar wordt door bergen om
ringd en op de vier eilandjes in het
meer staan fraaie tempels en pavil
joens met lotusvijvers.
Aan de oever van het meer staat
het Hangchow-hotel. Het is het beste
hotel dat ik in China heb gezien. Het
is modern en doelmatig en is in de
traditionele Chinese stijl gebouwd,
met een gebogen dak. De prijs van
een ruime kamer met bad bedroeg
14,50. Ik moet eraan toevoegen, dat
er, voorzover ik heb kunnen zien,
maar twee Europese gasten waren:
een Deens diplomaat en ikzelf. Maar
Hangchow is nog maar een paar
maanden open voor de toevallige toe
rist inderdaad meest diplomaten
en journalisten die in Peking hun do
micilie hebben. De beperkende bepa
lingen voor reizigers worden langza
merhand opgeheven.
Het prospectus van de Chinese In
ternationale Reizigers Service ver
meldt in totaal dertig reizen en wijdt
een speciaal gedeelte aan „Beziens
waardigheden in de verschillende
toeristencentra". Boven beschreven
reis was reis nummer 26: Kanton
Hangchow Shanghai Nanking
Peking Kanton, in twintig dagen.
Ik kan hem u aanbevelen.
(Copyright De Stem-Globe and Mail-
Toronto.)
Paix", Noordstraat 1,
al", Markt 25,
i
;cadeur, Eenhoornplant-
D0 uur.
,De Reizende Man",
Hof
tot 20.00 uur.
De Bruyn", Korte NieuW-
uur
)rte o'Or", Markt 19,
szicht'Spuiplein ld,
)0 uur en van 13 30 tol
>nd van 20.15 tot 20.45
soneels7aken, Mr. F. J-
Het defstigste hotel in ons land, het ruim honderdjarige Amster
damse Ymstelliotel is kort geleden verkocht aan een groot man die
klein is begonnen M. Caranza. De nieuwe eigenaar moet daarbij
gezegd hebben „dat hij verheugd was zich de luxe van dit visitekaar
tje te kunnen permitteren". Een visitekaartje met een kroon, want
onder het dak van dit hotel hebben ontelbare vorstelijke personen
vertoefd. De eerste vorsten (en de eerste winst) zijn naar dit hotel -
tnet-allure gelokt door een groot man die ook klein begondoctor
Mezger. Hii vestigde er een eeuw geleden zijn modepraktijk als knijp
en 'wrijfdokter, nadat het hotel twee beginjaren met verlies had
gekampt.
Mezger is, zoals elke „society"
artsl verafgood en verguisd, gepre
zen en vooral zeer benijd. Want op-
klimrrv i: van een heel nederige po
sitie tot vertrouweling van vorsten
werd een mens niet gemakkelijk
vergeven Een grote staat voeren
feyenmm Als arts veel geld ver
dienen aan ziekten kan men zelfs
vandaag nog moeilijk verdragen.
Het is een toevallig grapje dat
Mezger in 1809 te Amsterdam ge-
°?ren begon als slagersjongen
Met één letter verschil zou hij Metz-
gert geheten hebben: het Duitse
woord voor slager. Als kuur-dokter
^^Hiliesbaden heeft hij dat smalend
grapje wel eens moeten slikken. Die
slagersjongen had een uitstekend
verstand, dat zich verdiepte in het
welzijn van een geoefend lichaam.
Aangezien ér 100 jaar geleden geen
enkele schoolvoorbereiding vereist
werd om een diploma in gymna
stiek te behalen, had hij al gauw de
akte in zijn zak en de jonge man
legde in het onderwijs de basis voor
een luisterrijke carrière.
Dorst naar wetenschap en honger
naar roem zullen hem wel onafschei
delijk aangezet hebben tot het doen
van staatsexamen, tot de studie in
de medicijnen en het slagen als
arts. Nu was het punt bereikt waar
op hij zijn hobby, de massage, op
wetenschappelijke manier kon pro
pageren.
Elke pionier stuit op tegenstand;
de storm van kritiek die hij ook in
medische kringen ontketende, bracht
hem in ernstige opspraak. Hij werd
ronduit een kwakzalver genoemd en
in het Tijdschrift voor Geneeskunde
kon men een waarschuwing lezen
tegen zijn massagehamer, „daar er
zich patiënten levensgevaarlijk ver
wondden". Maar het ging hem voor
de wind. Zijn praktijk was een uit
stekende leerschool voor stromen
leerlingen uit landen, waar meer
aan lichamelijke oefening en mas
sage werd gedaan: uit Scandinavië,
Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en
Frankrijk kwamen ze zijn methoden
bestuderen en verbreidden zijn faam
Massagetherapie is een duizenden
jaren oude manier van behandelen
In ons Westen was deze geneeswijze
gewoon in het vergeetboek geraakt
De betekenis van Mezger als grond
legger van de moderne massage
ligt vooral in de moed waarmee hij
deze methode tot onderwerp durfde
te nemen voor een dissertatie,
waarin hij schreef: „de fricties,
dus het met de hand bewerken van
de huid, oefent gunstige invloed uit
op de weefsels en wel in zodanige
mate dat de pathologische toestand
verbetert." Het praktijkwerk dat aan
zijn proefschrift vooraf ging, had hij
uitgevoerd in het Binnengasthuis te
Amsterdam met steun van drie pro
fessoren-
Mezger propageerde behandelin
gen, die soms lijnrecht stonden te
genover die van de medische we
reld in zijn dagen. Bij verstuikingen
van de voet (waarover zijn proef
schrift handelde) schreef men volle
dige rust voor, soms een droog ver
band of zelfs gips. Maar aan de
massage zoals deze nieuwlichter
„Het doen dalen en buigen van
de arm"
propageerde, had niemand destijds
gedacht.
De jonge doctor vestigde zich eerst
m Bonn, maar de Frans-Duitse oor-
log dwong hem naar Amsterdam te
rug te keren om daar een praktijk
te beginnen. Al gauw ontving hij zijn
(yooral hooggeplaatste) patiënten
met meer thuis, maar in het Am-
stelhotel, waar enkele vors tel ij ke
vertrekken tot zijn beschikking ston
den. Hij knijpt en wrijft. Amsterdam
lacht. Hij masseert. Patiënten ko
men van heinde en verre. Roem
ruchte en (van geld) klinkende na
men staan soms voor maanden in
het gastenboek van het Amstelhotel
genoteerd. Ze worden door Mezger
behandeld. De koningen van Zweden
en Bulgarije, Pruisische prinsen en
Verwijding van de borst
Russische vorsten, de schoonvader
van koningin Wilhelmina, groother
tog van Mecklenburgh, vinden soe
laas voor hun pijnen en stijfheid.
Maar keizerin Elisabeth van Oosten
rijk (Sissi) wordt door de honende
Amsterdammers een waaier uit de
hand geslagen en ex-keizerin Eu-
génie van Frankrijk zelfa op het
Rembrandtplein met modder be
stookt.
Mezger, die al heel wat aanmer
kingen had op de hoofdstad het
grachtwater stonk, de straat was te
vuil, de wegbesproeiing in de zomer
onvoldoende had daarom al eer
der gedreigd te vertrekken- Maar
de overheid, die in hem een trek
pleister voor de stad zag, paaide
de doctor met een huldeblijk, met
een aan hem opgedragen muziek
stuk, met een professoraat zelfs.
Ofschoon hij deze eerbewijzen afwees
kon hij toch moeilijk afscheid ne
men van de stad, maar de beledi
gingen die zijn keizerlijke patiënten
moesten verduren, deden de maat
overlopen. Een Amsterdamse ko
miek zong bij zijn vertrek een lied
over „Jonas Duitenknijper"Am
sterdam had de kip met de gouden
eieren geslacht en verloor een at
tractie, die toeristenbureaus van
daag zuinig in de watten zouden
leggen.
Hij was vijftig jaar oud, toen hij
zich in Wiesbaden vestigde- Elke
zomer bracht hij een paar maanden
in Domburg door. Langzaamaan
werd het Domburg voorgoed en dat
heeft niet weinig bijgedragen tot het
floreren van de kleine badplaats,
waar vanaf dat ogenblik kuur- en
badhotels verrezen.
Precies 60 jaar geleden stierf hij
te Parijs, werd begraven in Oost-
Kapelle en door Domburg geëerd
met een gedenkteken.
Het Nederlands genootschap voor
Heilgymnastiek, Massage en Phy-
siotherapie eert hem als moedige
vechter in de avantgarde, die be
kendheid gaf aan, en propaganda
voerde voor het masseren met
therepeutische oogmerken.