een zorg zo groot als de zee
Het levend
water is de
vruchtbare
ader
waarmede
de aarde zijn
illusies
voedt
Jan van Nijlen
Water kent
geen grenzen
Belioud en
verbetering
Ondeelbaar
erfgoed
DE STEM
VERA L is water maar men staat er niet
meer bij stil. Er moet een ramp op zee
gebeuren, zoals het ontsnappen van ruwe
olie uit een tankerlading, en pas dan komt
het zeewater en de problemen daarvan in de
actualiteit. En gebeurt er eens iets met het
water der rivieren, zoals de vergiftiging van
de Rijn door een vat Endosulfan, met alle
mogelijke gevolgen vandien, eerst dan wor
den wij ons bewust hoe nauw wij allen be
trokken zijn bij de problemen van het zoet
water, waarvan wij de aanwezigheid als zo
vanzelfsprekend beschouwen
Water betekent leven. Ons lichaam bestaat
voor liefst zestig percent uit water. Water
is een noodzakelijke levensvoorwaarde, een
symbool van het leven en schijnbaar onuit
puttelijk. Dit laatste is echter allerminst het
geval. Slechts twee percent van al het water
op aarde bevat geen zout. Als we de 13.000
kubieke kilometer in de dampkring niet
meerekenen, dan is er op onze gehele pla
neet slechts 500.000 kubieke kilometer
zoetwater hetzij aan de oppervlakte (in me
ren, plassen en rivierenhetzij ondergronds
in grotten en bronnen).
Duizenden jaren lang zorgde de natuurlij
ke, ononderbroken cyclus van het water
voor voortdurende aanvulling, zodat ruim
schoots werd voorzien in de behoeftes van
die gebieden, die hun beschaving aan het
water zelf te danken hadden. De sterke be
volkingsaanwas en de snelle ontwikkeling
van de industrie dreigen echter deze cyclus
te verbreken. Door onze enorme behoeftes
putten wij alle reserves uit, die op deze wij
ze geen tijd krijgen om zich te herstellen.
Het gevolg hiervan is een steeds verontrus
tender tekort.
Ais er geen maatregelen zou
den worden getroffen, zou
er over honderd jaar een ern-
steeds de gehele gemeenschap aan
gaan. „Water kent geen grenzen" zegt
men wel en ieder zal dit onmiddel
lijk in absolute zin opvatten.
Er zijn zoveel oorzaken en gevol
gen op te noemen, dat een kort(
maar krachtige omschrijving van d(
verschillende types verontreiniging
moeilijk te geven valt. In een rap
port van Europese experts wordt een
waterweg verontreinigd genoemd
wanneer „de samenstelling of de toe
stand van zijn wateren tengevolge
van de menselijke activiteit zoda
nig gewijzigd is dat deze zich mindeT
gemakkelijk lenen voor al die doei
einden, waarover zij in hun natuur
lijke staat zouden kunnen dienen".
E„DE F!?TOs De bovenste foto symboliseert het belang dat de
aan hm" Europa herkenningsteken twaalf sterren in een cirkel
n helder water hecht.
sel'jk° gebruik^ ^et watei' op aar('e is niet geschikt voor men-
Onverschillig of deze wijziginger
meer of minder spectaculair zijn
dient men het verontreinigde wate-
onafgebroken te zuiveren. De zuive
ringstechnieken waarover men tegen
woordig beschikt zijn vaak kostbaar
ze kunnen echter ook wel eens geld
in het laatje brengen: in Chicago bij
voorbeeld wordt uit rioolwater vita
mine B12 gewonnen.
heen water genoeg voor steeds meer mensen.
chts. zelf hebben wij schuld aan de waterverontreiniging,
ohecl rechts: ook water kan sterven.
hecm!.„^"Ve!lzan,'cr dat we er bewust aan denken brengen we
ne*l wat vuil i„ het kostbare water.
De problemen betreffende het wa
ter onderscheiden zich hierin van ve
le anderen, dat zij onmiskenbaar
stig gebrek aan water zijn.
Tegen een dergelijke omvang
rijke ramp bestaan echter al
doeltreffende bestrijdingsmid
delen. De ontzilting van het
zeewater is momenteel een
economische mogelijkheid, of
schoon nog slechts bij uitzon
dering toegepast.
Vooral in dc westelijke landen
worden steeds diepgaander onder
zoekingen gedaan naar de natuurlij
ke cyclus van het water. Hierdoor
weten wij dat, in afwachting van
een andere oplossing, de beschikbare
hoeveelheid water direct aanzienlijk
vergroot kan worden door een ratio
neler verbruik. Met name dient men
waterverlies door verdamping tegen
te gaan, de waterwegen moeten ge
kanaliseerd worden om het nutteloos
weglopen van water te stoppen of al
thans te verminderen en vóór alles
dient feller dan ooit de strijd te wor
den aangebonden tegen het grootste
gevaar, zoetwatervijand nummer één,
de waterverontreiniging.
Behalve vergroting der reserves is
ook het behoud en de verbetering van
het zoet water, dat zijn natuurlijke
kwaliteiten moet bewaren of herstel
len, een probleem van de eerste orde,
dat de Europese landen al sinds lang
bezig houdt. Al vijf eeuwen geleden
werd eenieder die, zoals de Engelse
wet het stelde, schade toebracht aan
de Theems of er afval in deponeerde,
veroordeeld tot een stevige boete. Dit
was echter de uitzondering, want nor
maal regenereerde het water zichzelf.
Zo konden nog niet zo lang geleden
de bewoners vam de oevers van het
meer van Konstanz het waiter daar
van zonder voorafgaande behandeling
en zonder gevaar drinken. De droom
van de natuurlijke bron waar men
zich laaft aan koel water, zó aan de
aarde ontsprongen, raakt echter ten
einde. Het enorme verbruik van in
dustrie en landbouw met al hun af
val is hieraan niet alleen schuldig.
Ons dagelijks leven en ons levens
peil dat op zichzelf een reden tot
vreugde nog elke dag stijgt, ver
eisen steeds meer zuiver water, dat
wij vervolgens weer verontreinigen
door de nieuwe waterverslindende
apparaten (wasmachines o.a.) waar
over wij tegenwoordig beschikken
Ook voor onze vrijetijdsbesteding ge
bruiken wij water en maken het vuil.
zoals met plezierboten, watersport,
enz., en deze verontreiniging maakt
op zijn beurt het vissen weer onmo
gelijk.
Toch zullen wij, wat we ook wil
len ondernemen en wat ook onze
doelstellingen mogen zijn, gemeen
schappelijk moeten handelen. De lid
staten van de Raad van Europa heb
ben inderdaad binnen hun nationale
wetgeving bepaalde oplossingen ge
adopteerd en er zijn zeer zeker op
vallende resultaten bereikt, zoals
sinds 1904 de Emser-coöperatie in df
Duitse Bondsstaat, de Duitse wets
bepaling van 1957, de Engelse wet-ter
van 1876, 1951 en 1963, het water
schapsrecht in Nederland en de Frar
se wet van 1964. Voor het gemeer
schappelijk waterverbruik door pa-
ticulieren zijn in het privaatrecht cl
regels van goed buurmanschap vas
gelegd, maar wat langzamerhand no
dig wordt is een plan voor het gehee
of zelfs méér dan dat, n.l. een huma
nitaire benadering van het waterpro
bleem. Het waterverbruik dient ge
reglementeerd te worden en het wa
ter zelf dient ondergeschikt te worden
gemaakt aan het algemeen welzijn,
uiteraard steeds binnen het kader
van de regionale planning.
Aan de Belgischesenator Georges
Housiaux, die op 1 oktober 1965 bij
de Raad van Europa een rapport in
diende over de kritiekesituatie van
het wafer in Europa, danken wij de
eerste gemeenschappelijke actie in de
strijd tegen de waterverontreiniging
in onze streken. Het rapport werd
door de Raadgevende Vergadering
eenstemmig aangenomen. Deze eerste
stap heeft tenslotte geleid tot het ont
werp voor een Europese Conventie
inzake bescherming tegen zoetwater-
verontreiniging van 12 mei 1969,
eveneens afkomstig van de Belg
Housiaux, dat een nauwkeurig om
schreven reglementering geeft.
Daar tussen in kwamen nog het
Europese akkoord inzake de beper
king van het gebruik van bepaalde
reinigingsstoffen in was- en schoon
maakmiddelen van oktober 1968 en
op 6 mei 1968 de proclamatie van het
Europese Handvest inzake het Water,
opgesteld door de Raad van Europa.
Deze uiterst belangrijke tekst legt in
twaalf punten de morele en prakti
sche voorwaarden vast voor de ge
meenschappelijke bescherming van
onze kostbare en betrekkelijk schaar
se zoetwaterbronnen in het natuur
lijke bekken. Inventarisatie van de
ze bronnen, beheer hiervan, weten
schappelijk onderzoek en een meer
uitgebreide voorlichting van het pu-
zijn zuiverheid dient te behouden of
te herkrijgen, maar dat méér van de
mens vraagt, zoals eerbied voor het
landschap en voor zijn natuurlijke
omgeving. Bescherming van de plan
tengroei is immers onontbeerlijk, wil
het water zich voortdurend kunnen
vernieuwen.
Water betekent leven. Iedere
generatie draagt verantwoorde
lijkheid voor deze rijkdom - een
moeizame, nooit aflatende taak
die echter een eerlijke verdeling
voor ieder verzekert. Onze be
hoefte aan water en de noodzaak
het te beschermen brengen ons
vanzelf tot eerbied voor de na
tuur en stimuleren ons om ons
voortdurend in te zetten voor een
verstandig gebruik van de natuur
tot heil van de gehele mensheid.
Deze pagina werd samengesteld
met medewerking van de
RAAD VAN EUROPA door
Joop Bartman en Rinus van
Bijnen.