DSENDAAL
ir - frezer
Ismonteurs
VOORAL DE JEUGD
VIETNAM
De vrede van het slagveld
snteurs
DR .CORN. VERHOEVEN:
Enige twijfel
Simpele erkenninggrote consequenties
Als eerste spreker voor de andere
partij, geselt Dinh Ba Thi de
troepenterugtrekking als een „perfide
manoeuvre, als een brok lawaai" en
„als een rekenkundige acrobatische
stunt die de algemene verwarring
vergroot". De Verenigde Staten ver
lengen de oorlog, zegt hij „om tijd
te winnen voor versterking van het
marionettenleger en het oplappen van
de marionetten-regering".
DE STEM VAN ZATERDAG 4 OCTOBER 1969
lijkheden voor
iersfabrieken
>efstraaf 2, Roosendaal
loor een klassieker
leuwe VW ponton
Vin. Alle fastback
Ireffen ook hem.
ponton
Ie prijzen
Ifoort).
N PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN ...PEILINGEN£EjyNGfN MM^EjyNGEN PEIUNG^EN^
EILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILIIGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILIMGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIL pen ingcig
iEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN .PEILINGEN PEIL NGEN PEIUNGEN PEIUNGEN
PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN^PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN Pfcl
De minister van Buitenlandse Zaken heeft opnieuw getoond op z'n tijd
een soepel man te kunnen zijn.
Na de schielijke terugtocht van de heuvels van Golan, na de niet serieus
te nemen hulde aan dictator Salazar, thans de verandering van een enkel
woord in een toespraak tot de Verenigde Naties. Wat kamerleden, als het
om Griekenland ging, niet lukte, speelde een Indonesische diplomaat klaar:
Luns wijzigde zijn tekst over de uitspraak van de Papoea's over hun toe
komstige staatkundige status. In Nederland heerst geen twijfel en bepaal
delijk niet véél twijfel over de geldigheid van dat referendum, maar slechts
enige" twijfel. Wij twijfelen er niet aan of de minister zal achteraf wel ver
klaren dat in dat woordje „enige" een subtiel understatement schuilging.
Het zal ons benieuwen of de supporters van de minister, die vooral te vin
den zijn onder degenen die destijds met hem een andere toekomst voor de
Papoea's propageerden, mei deze diplomatieke souplesse gelukkig zijn. En
hef is maar goed dat de bevolking van Nieuw-Guinea deze mini-woord-
breuk jegens haar lot wel nimmer zal vernemen.
Een man een minister, een woord een wijziging.
De schokkende boodschap, die Lester Pearson in zijn rapport over de
ontwikkelingshulp naar de Wereldbank heeft overgebracht, gaat uit
van de simpele erkenning - wie gewend is de wereld te zien in politieke
dimensies, zou dat bijna vergeten dat de aarde van NIEMAND is, maar
de vruchten van de aarde van IEDEREEN. Tot deze erkenning hoeft men
niet alleen op louter humanitaire gronden te komen, maar ook uit over
wegingen van puur (westelijk) lijfsbehoud. Pearson zei: „De armoede en de
ontberingen van de grote meerderheid der mensen kunnen niet worden
genegeerd, zonder dat dit tragische gevolgen voor allen zal hebben". Wat
concreter gezegd: De arme man zal eens zijn rechtmatige deel van onze
welvaart opeisen. Hij zal straks, als hij wat beter ontwikkeld is, minder
„verelendet" zal zijn, desnoods met geweld het eten in zijn mond eisen.
De rijke landen zo stelde Pearson verheugd vast zijn er de afgelo
pen twintig jaar in geslaagd een belangrijke economische ontwikkeling op
gang te brengen. Dat is waar. Even waar is, dat de ontwikkelingswerkers,
i missionarissen en zendelingen incluis, (of beter: op de eerste plaats), de
j arme massa's een zelfbewustzijn hebben bijgebracht. Arme massa's braken
uit de ban van onderdrukking, apathie en ongeïnteresseerdheid. Dezelfde
massa's eisen nu, om met een bekende kreet te spreken „your reforms or
vour neck". Structurele veranderingen of je kop. Om het weer wat concre
ter te zeggen. Een rechtvaardige prijs voor de grondstoffen en goederen
van de arme landen en een krachtige politieke actie tegen dictatoriale
regeringen, die met dollars, roebels, ponden, francs en guldens in het
zadel worden gehouden.
Het zijn allemaal geen nieuwe geluiden. Pearson heeft ze weer één dag
actueel gemaakt. Niet om over te gaan tot de orde van de dag want dat
zal wel een nationaal belang zijn maar om eindelijk eens een „crisispunt"
Ie passeren. Dat is namelijk niet alleen een nationaal maar ook een inter-
nationaal belang.
Qm huil toespraken o-f artike-
kelen op sympathieke ma
nier te beëindigen stuiten zelfs
de meest sombere geesten hun be
toog nog graag af met een opti
mistisch perspectief je. We zijn nu
gewaarschuwd, we moeten snel
ons leven beteren, er is nog een
tdeine kans dat we het halen en
aan de ondergang ontsnappen.
Zeer gebruikelijk is daarbij dan
een zinsnede in deze trant: maar
gelukkig zijn er tekenen die op
een kentering wijzen, vooral bij
de opgroeiende jeugd is en een re-
eel besef voor de ware aard van
de situatie etc. Hetzelfde argument
kan ook in negatieve zin gebruikt
worden om hef einde van een
tijdperk te voorspellen. Wanneer
bijvoorbeeld van een boek gezegd
wordt, dat het de jeugd niet aan
spreekt, dan wordt daarmee ge-
jeugd bedoeld, maar op het boek;
woonlijk niet een kritiek op de
jeugd bedoeld, maar op et boek;
het betekent dat de auteur daar
van uit de tijd is en praat over
zaken die niet werkelijk meer le
ven.
De jeugd is hier een criterium,
zij is de draagster geworden van
het oordeel van de geschiedenis.
Zij is immers de toekomst en dat
is de tijd waar het op aan komt.
Wie de jeugd heeft, heeft de toe
komst, zeiden de baasjes van
vroeger al, en wie dus door de
toekomst gerechtvaardigd hoopt
te worden, moet zien dat hij de
jeugd krijgt. Ik geloof niet dat die
frase over jeugd en toekomst zon
der bijbedoelingen is en evenmin
denken staan tegenover de oude
ren. Ook die denken allemaal het
zelfde, maar hee1 anders dan de
jongeren, behoudens dan een en
kele uitzondering die jong wenst
te blijven. Hoe die gave tegenstel
ling tot stand komt, wordt weder
om nooit uitgelegd. Wie een mooie
mythe wil kweken, moet niet te
veel kritische vragen stellen. Wie
dat toch doet is een spelbreker.
De vierde veronderstelling ten
slotte is, dat de vooruitgang door
de jongeren met hun eigen opvat
tingen moet worden bevochten op
de oudere generatie die zich daar
tegen verzet. Optimisten denken
dat het zal lukken.
jsju weet ik werkelijk niet of
zich ooit een situatie voordoet
waarin al deze veronderstellingen
ook inderdaad bewaarheid wor
den. Ik kan mij voorstellen dat in
een gezin of een klein bedrijf,
waar inderdaad generaties be
staan, zoiets gebeurt. Het kan ook
zijn dat een groepje gelijkgezinde
leeftijdgenoten samen met suc
ces iets onderneemt. Maar dat is
dan niet „de" jeugd. De vraag is
waarom deze zeldzame situatie
wordt voorgesteld als de gebrui
kelijke en waarom er zo'n gro
te historische betekenis aan wordt
toegekend. Het antwoord is waar
schijnlijk, diat deze voorstelling
voldoet aan 'n behoefte aan duide
lijkheid. Als het zo was, zouden
we mooi duidelijk over de voor
uitgang praten, zou de jeugd Per
se veelbelovend zijn en zouden
veel problemen opgelost zijn. Dus
wordt er stilzwijgend afgesproken
dat dit op de jeugd en haar posi
tieve eigenschappen gebaseerde
optimisme voortkomt uit nauw
keurige waarnemingen. Constate
ren dat de jeugd anders is, is
Mg niets zeggen over haar kwa
liteiten of prestaties. En dat een
boek de jeugd niet aanspreekt,
Meft niet per se een ongunstig
teken voor dat boek te zijn. On
gunstig is veel meer de vleierij,
e angst of de maehtswebust die
achter die frase schuilt. Ik heb
flat al vaker uitgesproken en zou
®>J nu willen beperken tot de
'raag naar de vooronderstellin
gen van deze fraseologie.
K 11 nelijk wordt hier de geschie
denis gedacht als 'n proces van
ooruitgang en worden de stappen
Fm.die vooruitgang zich vol-
rekt, in verband gebracht met
generaties: elke generatie zet een
ap vooruit. De jeugd is de groep
Me de volgende stap zet. De oude-
cn kijken eerbiedig toe. De eerste
orondersteHing hierbij is dat er
j n generatie bestaat, dat er dus
de historische werkelijkheid
s aan dat gemakkelijke woord
antwoordt. Iedereen behoort bij
generatieveen groep van men
en"'storïsoh vruchtbaar zijn,
ti er een veelheid van genera-
o\iiW,insJfn3 twee: jongeren en
Ij ?n- Pe tweede veronderstel-
sr„l_ls dat zo'n generatie, een
min «Van Ieefty<igenoten, ook een
of meer hechte eenheid vormt
n„J°elen en denken. Dat zou
ren Ju betel?enen dat de jonge-
Hrw j maa. hetzelfde denken-
Use *,-0 uitz°nderlijke toeval-
WorrH tot stand moet komen,
in het IÏJf-a?raardig genoeg altijd
TV. a m dden geiten,
de L de veronderstelling is dat
ngeren met hun manier van
dat het zo is. En wie zich niet
aan die spelregel houdt, wordt van
het veld af gestuurd.
7 o komt het, vermoed ik, dat de
ze op niets gebaseerde overtui
ging vrij algemeen is en weinig
tegenspraak ontmoet. Niemand
wil van het veld gestuurd worden
en de toekomst missen. En wie
zou durven beweren dat duidelijk
heid niet minstens even belang
rijk is ate waarheid? Het gevolg
hiervan is, lijkt mij, dat jongeren
ook inderdaad, door krachten van
buiten af, door een actieve apart
heidspolitiek, tot een groep en een
generatie gemaakt worden en zich
zo gaan voelen. Zij gaan kijken,
lopen en zich gedragen als de
vleesgeworden toekomst. Wat die
meer inhoudt, doet alweer niet
terzake. De tot criterium gemaak
te jeugd is zich al van haar
macht bewust voordat die enige
inhoudt heeft en tot enige presta
tie leidt. „Opzij", zeggen zij tegen
de ouderen, die zich van schuld
gevoel vervu'd, mislukt en inder
daad oud gaan voelen. En zo ver
vult een onjuiste veronderstelling
haar eigen voorwaarden. Ter
wijl de jongeren nog niets doen,
doen de ouderen niets meer. Er
gebeurt intussen niets en misschien
is dat uiteindelijk wel de bedoe
ling van die hele fraseotogie vol
optimisme en geloof in de voor
uitgang. Bij al dat stroperige ge
praat over de jeugd, opgezet om
een generatieconflict te bezweren,
wordt gemakkelijk vergeten, dat
het alleen een poging is om zo'n
conflict te scheppen. Mensen ma
ken inderdaad alles zelf, ook hun
problemen. Mijn overtuiging is
dat het zogenaamde generatiepro-
b'eem pas zal verdwijnen wan
neer wij ophouden het te stellen.
it is het verhaal van één enkele dag in twee aparte we-
relden. Zij zijn gescheiden door een tijdsverschil van
zeven uur, maar met elkaar verbonden via de onmoge
lijke draad van oorlog en vrede; De wereld van de vredesbe
sprekingen in Parijs, „waar het enorme politieke pokerspel
gespeeld wordt" en de wereld van het slagveld in Vietnam,
„waar soldaat eerste klas Johnny Miller sterft in de armen
van twee kameraden."
Van uur tot uur zijn de gebeurtenissen beschreven in het leven
van de mensen, die in deze aparte werelden „wonen" Onze speciale
AP-correspondenten PETER ARNETT in Vietnam en HUGH MUL
LIGAN in Parijs schreven onderstaand verhaal.
PARIJS
9 uur voormiddag
J-Jet motregent en het is kil door de
eerste aanraking vam een vroege
herfst. Xn de bekoorlijke voorstad
Verrière ie Budsson, beëindigt Ly
Vam Sau, lid vam de Vietoanig of
voorlopige revolutionaire regering,
zoals nu de naam luidt, zijm yoga-
oefeningen, drinkt een kop slappe
thee im een vergaderkamer waaraam
foto's hangen van Amerikaanse jon
gens die hum oproepdmgskaarten voor
de militaire dienst verbranden en
stapt met vijf andere gedelegeerden
in een zwarte vierdeurs Peugeot,
Zijn chef, Dinh Ba Thi, plaatsvervan
gend hoofd van de delegatie, rijdt
alleen op de achterbank van een gro
tere zwarte Oiitroën.
De dag is ook begonnen voor de
geallieerde kant. Gekleed in een
lichtgrijs kostuum en een zwart me
talen diplomaten koffertje dragend
neemt Pham Danig Lam, hoofd van
de Zuidvietmamese delegatie, afscheid
van zijn vijf kinderen die van huis
gaan om zich naar de Amerikaanse
school te begeven en stapt snel uit
zijn huis in de Avenue de ViEders.
Zijn wachtende Citroen is getooid
met de vlag van de republiek van
Vietnam, geel met. drie rode strepen.
Vanuit de lobby van hotel Carillon,
aan de Place De La Concorde, steekt
de lange en joviale Amerikaanse
ambassadeur Henry Cabot Lodge, de
Rue Bodssy d'Anglais over naar de
tuin vain de Amerikaanse ambassade
en verdwijnt bijna hollend in het
bijgebouw voor een bespreking op
het laatste ogenblik.
VIETNAM
4 uur namiddag
Een zachte regen druipt door de
knoestige rubberbomen als soldaat
eerste klas, James A. Reed langs een
vers spoor stapt, zijn ogen vooruit
speurend in het half donker. Hij is
de speerpunt van zijn compagnie die
N. O. van Saigon aan de oostelijke
rand van oorlogszone D en in de
rubberplantages van de provincie
Long Khanh opereert. De 21-jarige
Reed is drie maanden in Vietnam
geweest.
Plotseling als hij door een bocht
is geslopen bevindt zich voor hem de
eerste Noordvietnamees die hij ooit
dood of levend heeft gezien. De jon
ge Amerikaan knielt en brengt in
stinctief zijn geweer aan zijn schou
der. De Vietnamees zwaait zijn ge
weer omhoog, maar de Amerikaan is
vlugger.
Om 4 uur 15 snort een helikopter
het gehucht Cam Tam binnen om de
eerste klasse soldaat John Miller, een
19-jarige infanterist, op te halen. Mil
ler heeft 188 dagen tt velde doorge
bracht en is voor zijn goed optreden
als soldaat met de benoeming tot
„old guard of the day". Deze eer
geeft hem het recht van plaats te
wisselen met de bataljonscomman
dant. Hij mag slapen in het prettige
bed van de commandant achterin het
basiskamp, het bier van zijn baas
drinken, zijn schrijftafel gebruiken
en op bed ontbijten.
In de wirwar van de rimboe van
oorlogszone D, verscheuren vuurstac-
cato's de onheilspellende rust. Een
peloton heeft van een kleine zich
zuidwaarts bewegende Noordvietna-
mese groep twee soldaten gedood.
Soldaat eerste klasse Richard King
heeft zijn onhandig 90 mm terug
looploos kanon voortgesleept over
een uitgesleten pad en brengt het wa
pen in stelling, terwijl de kogels
rond hem knetteren. De 22-jarige
King valt op de grond voor hij ach
ter zijn wapen kan plaatsnemen, met
in zijn linkerhand een kogel. Pijnlijk
hinkt hij naar een opening in de
jungle om op een helikopter te wach
ten.
PARIJS
10 uur voormiddag
Jin de Avenue Kléber, bij de Are de
Triomphe, zijn. werkliiedien bezig
de straat open te breken voor het
verweerde oude hotel Majestic, thans
het centrum voor internationale con
ferenties geheten, en de laatste 16
maanden het toneel van de Parijse
vredesbesprekingen.
Als alle vier delegaties veilig ge
ïnstalleerd zijn achter die gordijnen
van geel damast in de conferentie
zaal op de begane grond, trekt de
pers zich en masse terug naar L'E-
toile Veniitiennie, een café aan de
overkant. Aan tafeltjes op het terras
onder rode regenschermen beginnen
ze hun wekelijkse wake tot de zit
ting geëindigd is.
PARIJS
10.35 uur voormiddag
^mbassadeur Lam neemt een mi
crofoon en begint in het Vietna
mees een verklaring voor te lezen.
„Om een oplossing te vinden voor
het Vietnamese probleem is het „sine-
qua non" dat alle betrokken partijen
gedreven worden door dezelfde wen3
om de oorliog door onderhandelingen
in plaats van door geweld te beëin
digen."
Rond de tafel zitten 32 gedelegeer
den, acht per delegatie, ate bij een
enorm pokerspel. Achter hen zit de
„tweede ploeg", advocaten, stenogra
fen, schrijvers. Overeengekomen is,
dat slechts 60 mensen tegelijk in de
conferentiezaal zullen zijn, 30 van
elk.
VIETNAM
5.30 uur namiddag
Een Vietnamees met een panama
hoed op en in een wit hemd baant
zich een weg door het prikkeldraad
om naar majoor Bernard Loeffke te
gaan. De majoor luistert enige ogen
blikken naar hem en trekt dan een
brede grijnslach. Loeffke, die vloei
end Frans spreekt, heeft zijn eigen
groep agenten gerecruteerd om Viet-
cong sympathisanten op te speuren
onder de mensen van Cam Tham die
op de rubberplantages werken.
Deze agent heeft hem verteld waar
zich twee Vietcong-agenten bevin
den.
PARIJS
10.45 uur voormiddag
Jn de Avenue Klèber rijdt een dub
beldeksbus langs het zeven ver
diepingen hoge wit-grijze gebouw.
De toeristen uit Nederland en de gids
praat Nederlands en vertelt hun, dat
hier nu de vredesbesprekingen over
Vietnam worden gehouden. „Mis
schien is de oorlog vandaag wel
voorbij", zegt hij speels. De Neder
landers lachen en laten hun film
camera's draaien.
VIETNAM
5.45 uur namiddag
De 21-jarige sergeant Jason Dale
maakt zich op voor de strijd. Hij is
een van de twee Amerikanen die te
zamen met vijf Vietnamese soldaten
een nachtelijke hinderlaag moeten
bezetten en Dale laat duidelijk mer
ken dat hij zich niet gelukkig voelt.
Maar, zegt hij, ik zit er nu eenmaal
aan vast. Het zal een lange natte
nacht worden voor Dale en voor een
peloton uit zijn compagnie.
PARIJS
11 uur voormiddag
T^rnbassadeur Lam is nu halverwege
in zijn verklaring en pauseert
even voor een slok waiter uit een
karaf die bij zijn elleboog staat. Daar
na gaat hij door: „Wat de republiek
Vietnam betreft, toen we toestemden
om aam deze comferertdetafel te gaan
zitten, gaven wij de verzekering van
onze wil om door onderhandelingen
een spoedig einde aam de oorlog te
maken. Wij accepteren een oplossing
zonder winnaar of verliezer, zolang
er maar een rechtvaardige langdu
rige en gewaarborgde vrede komt.."
VIETNAM
6 uur namiddag
Een bemodderd Vietnamees meis
je staat zelfbewust voor een militie-
post in een gehucht bij Xoean Loc,
de provinciale hoofdstad. Ze is 27
jaar oud. Haar naam is Nguyen Thi
Nhon. Ze is 13 maanden bij de Viet-
cong geweest en geeft zich over. Ze
zegt, dat ze in augustus 1968 werd
opgeroepen en in een werkploeg ge
plaatst. Later werd ze verpleegster.
Ze gaf zich over, zei ze, omdat ze
op de band een uitzending had ge
hoord van een van haar vriendinnen
die zich twee weken eerder had
overgegeven.
PARIJS
11.30 uur voormiddag
I_am gaat na 56 minuten te hebben
gesproken zitten. Er is geen
commentaar, geen discussie, geen
applaus. Ambassadeur Lodge spreekt
daarna 12 minuten. Na twee inlei
dende alinea's, leest hij de verkla
ring voor die president Nixon op 16
september heeft afgelegd over de
terugtrekking van nog 35.000 Ame
rikaanse troepen.
VIETNAM
6.30 uur namiddag
Soldaat King ligt op de operatie
tafel van het 93e evacuatiehospitaal
in Long Binh. D. Hoesjang Kodivar
onderzoekt de dijwond en verwijdert
de kogel. King wordt weggereden en
een andere gewonde soldaat neemt
zijn plaats in.
Projiterend van de laatste flikke
ringen van het daglicht bombarde
ren twee slanke A37S van de derde
geuechtsuleugel van de Amerikaanse
luchtmacht een kleine opening in
oorlogszone C. De eerste luchtcava-
lerie divisie zal daar voor de duis
ternis een compagnie infanterie neer
laten en de vliegtuigen bereiden dit
voor.
PARIJS
11.43 uur voormiddag
Lodge beëindigt zijn rede en een
Lid van de Zuidvietmamese delegatie
stelt een pauze van 20 minuten voor
De gedelegeerden verlaten de zaal
door aparte deuren naar hun aparte
werkkamers, voorbij de koffiebar ge
legen, waar de lunch wacht. „Het
toilet", zegt Steve Ledogar, zegs
man voor de pers van de Ameri
kaanse delegatie, „is de enige echte
democratische kamer in het gebouw.
Hij wordt gedeeld door alle delega
ties."
VIETNAM
£.50 uur namiddag
Een natte akelige nacht daalt neer
over het land. De hinderlaagpatrouille
van majoor Loeffke is op zijn post en
de mannen fluisteren. „25, 25, 25, dit
is 26, over", zegt de ingehouden hese
radiostem van een peloton-comman
dant die contact probeert te krijgen
met zijn afdeling.
PARIJS
12 uur 's middags
£)e Amerikanen zijn nog steeds van
plan om met het Franse minis
terie van buitenlandse zaken te spre
ken over de eentonigheid van het
menu in het hotel Majestic. Beide
Vietnamese delegaties zijn ook nog
steeds van plan om te vragen of er
meer oosterse gerechten worden toe
gevoegd, maar zelfs op dit punt waar
over gelijke gedachten bestaan is er
geen initiatief.
VIETNAM
7.00 uur namiddag
Nauwelijks een kwartier na het
vallen van de duisternis, slaan tien
mortiergranaten in op het rimboe-
bivak van de eerste lucht-cavalerie-
eenheid, 90 km ten noordwesten van
Saigon. Communistische troepen slui
pen naar het prikkeldraad toe. De
nacht buldert van Claymore-mijnen
en lichtspoorraketten, die onafgebro
ken een uur lang worden afgevuurd.
Acht Amerikanen zijn gewond.
PARIJS
12.23 uur namiddag
VIETNAM
7.25 uur namiddag
Een zilver vliegtuig snelt over de
natte startbaan van Saigons lucht
basis Ton Son Nhut, op weg naar San
Francisco. Zijn lading: 10 aluminium-
kisten die de stoffelijke resten bevat
ten van Amerikaanse soldaten. Zul
ke toestellen hebben sinds de vredes
besprekingen op 13 mei 1968 zijn be
gonnen bijna 16.000 van Amerika''s
dode zonen naar huis gevlogen.
PARIJS
1.17 uur namiddag
J<^olonel Ha van Lau, de laatste In
de oratorische estafette, neemt de
stok over voor Hanoi. „Acht maan
den zijn verlopen sinds de heer Nixon
het Witte Huis betrad en de mensen
in de Verenigde Staten en elders vra
gen zich af wat hij gedaan heeft om
een eind te maken aan de Ameri
kaanse agressie-oorlog in Vietnam..."
VIETNAM
8.20 uur namiddag
De radio van de strijdkrachten
meldt in zijn avondnieuws, dat de
34ste zitting van de Parijse vredes
besprekingen aan de gang is.
Majoor Henry M. Warren, zittend
op een kooi in het gammele vooruit
geschoven hoofdkwartier van het
Vietnamese 48ste regiment in Cam
Tam, gromt terwijl hij kalkoenbrood
uit een blikje eet: „Alleen maar een
stelletje mensen die iets doen wat
niets te te betekenen heeft".
PARIJS
1.50 uur namiddag
£)e zon schijnt op het grijze dak van
hotel Majestic, maar een wolk
trekt over het normaal stoïcijnse ge
laat van kolonel Lau. Droef kijkt hij
naar de zoldering en besluit zijn op
merkingen met een citaat van zijn
overleden leider Ho Tsji Minh: „Hel
Vietnamese volk eist krachtig de te
rugtrekking van alle Amerikaans#
en satelliettroepen...."
VIETNAM
9 uur namiddag
Kapitein James V. McGïnnU
schrijft zijn vrouw Joan. Hij vertelt
haar, dat hij haar mist en ernaar
verlangt haar in november in Ha
waii te zien als hij met verlof is. Hij
vertelt haar niet, dat hij op een een
zame buitenpost zit, waar het krioelt
van de ratten, terwijl op een paar na
al zijn mannen op hinderlaag-pa
trouille zijn.
Een paar kilonieter verder baant
een doornat geregende soldaat voor
zichtig tastend zijn weg door de
jungle. Dan stuit zijn hand op het
koude lichaam van een man. Een van
zijn kameraden vindt een andere. De
doden zijn de Noordvietnamezen dit
dezelfde middag in een vuurgevecht
werden gedood.
Het tweetal vindt grimmige vo1
doening in hun vondst. Een van h-
eigen mensen, de 21-jarige sold i
eerste klas Johnny Miller, werd (lii
middag in hetzelfde gevecht gel rol
fen. Hij stierf in hun armen.