Tommy, of hoe een zielig
jongetje erg gelukkig werd
Een drumstel als
akoestisch orgel
De boodschap van
's-werelds grootste
muziekfestival
ig tot kopen uw
D-Zwolle
lacht bereikbaar)
Ornette Coleman
Jimi Hendrix
mensets en fleurige droog.
nog véél meer voor uw
ae de gratis Wehkamp-
pag. 240 t.m. 244 en 163
ïerkleding, speciaal in-
por dochter. Jonge mode
leuren.
de de gratis Wehkamp-
pagina 56 en 57
39.190.5
DE STEM VAN ZATERDAG 6 SEPTEMBER 1969
Ergens in 1964, in het
prille beatstadium speelde in
de Watford Trade Hall in
tonden een groepje onder de
naam de Highnumbers. Twee
mislukte filmregisseurs, Kit
Lambert en Chris Stamp waren
er, evenals een groepje fans,
volkomen kapot van. Ze staken
er al hun geld in, veranderden
de naam van de groep in de
Who en lanceerden de
jongens op uiterst commerciële
en doortrapte wijze. De groep
kreeg in tien maanden 6000
pond voor elektronische
apparatuur en dat gaf
leadgitarist Pete Townshend
eindelijk de kans uitvoerig te
experimenteren met
elektronische klankeffecten.
Hun eerste plaat werd door
henzelf opgenomen in Studio
2000 achter de bekende
Marquee-club en kwam op 15
januari 1965 uit.
Can't explain.
O
Wü
Zonder dat de Roaring Sixties
helemaal achter de rug
zijn, kan toch al gezegd worden
dat deze jaren in de jazz-annalen
geboekstaafd kunnen worden als
de doorbraakjaren van de
„New Thing". De revolutie, die
door figuren als Ornette
Coleman, John Coltrane, Cecil
Taylor en Archie Shepp werd
ontkentend, is vergelijkbaar
met de omwentelingen die op
andere kunstgebieden hebben
plaats gevonden.
In de beeldende kunst werden
de esthetische bakens al veel
eerdei- verzet. Harmonie en
schoonheid moesten hun plaats
reeds vroeg in deze eeuw afstaan
aan expressie en waarheid. Aan
wetten over vlakverdeling,
vormleer en kleurcompositie
werd een nieuwe inhoud
gegeven.
Als we de poëzie bekijken
valt de analogie met de jazz nog
veel sterker op. De beweging
van '50 maakte een eind aan de
neerschappij van het metrum,
verving de starre beeldspraak
door golvende associaties
eiL wat het belangrijkste is,
verleende aan Het Woord een
autonome kracht. Hetzelfde
gebeurde in de jazz. De toon
(sound is een beter woord)
kwam centraal te staan.
Het is bijzonder moeilijk om
zonder grof te generaliseren
het karakter van de New Thing
te schetsen. Het is temeer
een hachelijke onderneming
omdat de beweging nog steeds
tuet voltooid is- Maar omdat de
New Thing zelf ook veel
Weg heeft van een hachelijke
onderneming wagen we het toch
om aan de hand van enkele
hamen de voornaamste
kenmerken op te sommen.
Aan de wieg van de New
thing stonden o.a. Ornette
oleman (as), Sonny Rollins
s) en John Coltrane (ts).
'J voelden dat de jazz
atlgzaam aan het wegzakken
was in een steriel moeras,
omethin' Else! van Coleman
(met te verwarren met Something
«se van Cannonball Adderley)
as eigenlijk de eerste
kvant-garde plaat die in
"Werland werd uitgebracht.
Dl»J,i?n kondigde met deze
Plaat het einde van de
2>~Pjr'0<fe aan en zette zijn
ten op de weS van de
v T)1^' Evenals Blue Seven
'an Rollins en Blue Train
I® Coltrane verraste deze plaat
«l j onconventionele aanpak
de akkoordenschema's.
De vierkwartsmaat was geen
onaantastbare basis meer.
Accenten werden gelegd tot op
de zestiende noot van het
akkoord. Een lekkere quick-step
kon je er dus niet meer op
dansen. Wel kon je je laten
meevoeren door de hardere
expressiviteit. De grootste
verdienste van deze drie is dat
ze de soli vrijmaakten en het
keurslijf van melodie, beat
en swing doorbraken.
Enkele belangrijke musici
die de ingeslagen weg verder
effenden waren Albert Ayler
(ts, as), Archie Shepp (ts)
en Cecil Taylor (pi), welke
laatste dit jaar poll-winner is van
het Amerikaanse blad Jazz en
Pop. Vooral Ayler is het
geweest die de jazz
democratiseerde. Hem kan een
doedelzak evenveel ontroeren
als een tenorsax. Met tederheid,
humor en sarcasme
experimenteerde hij met nieuwe
vormen, daarbij bijgestaan
door zijn broer Don (tp), Garry
Peacock (bs) en Sunny Murray
(dr), die zijn drumstel een
akoestisch orgel noemde. Op de
plaat Spirits Rejoice wordt
een subliem staaltje vain Free
Jazz geleverd.
Archie Shepp is eigenlijk de
meest tragische figuur van de
New Thing. Het lukte hem
zelden om een goede formatie
om zich heen te scharen.
Aan hem en aan Cecil Taylor
hebben we het o.a. te danken dat
er mensen waren die de
nieuwlichters anarchisme in de
schoenen schoven.
Toch kan dit verwijt alleen
maar gemaakt worden door
mensen die zich nooit van hun
bop-vooroordelen hebben kunnen
losmaken. Free Jazzers die
niet goed naar elkaar luisteren
verdwijnen allemaal
onvermijdelijk de mist in. Juist
omdat de veilige steunpunten
van akkoorden of metrum
ontbreken is het zaak om zich
volledig te concentreren op
de medespelers. Een sound
ontstaat pas als het samenspel
volkomen is.
Genoemde musici kregen
spoedig versterking van collega's
die voelden dat hier iets
essentieels gebeurde. Om maar
enkele namen te noemen:
Sun Ra (pi), Don Cherry (tp),
Bobby Hutcherson (vb) en
Roscoe Mitchell (as).
Deze en andere avant-
gardisten zorgden en zorgen
ervoor dat het jazz-arsenaal
uitgebreid is met en op het eerste
gehoor onuitputtelijk aantal
mogelijkheden.
HANS MAAS.
THE WHO
Daarna is hum loopbaain
bekend. Lambert en Stamp
kleedden de Who aam iin popart
stijl, met veel oude medailles
en erekruisen, shirts met ver
keersborden en een jasje gemaakt
uit de Enigels Vlag.
„My generation" betekende de
doorbraak voor de Who in
Nederland (voorjaar 1966).
In de jaren daarna verscheen er
een reeks singles, die meestal
goed verkochten, maar de
absolute top nooit haalden.
Nummers als „Legal Matter",
„Pictures of Lilly" en „Mary Ann
with the shaky hands" zaten
sterk in elkaar en die teksten
waren zeer acceptabel, maar ze
misten het spectaculaire en ver
rassende om de vereiste indruk
te maken.
Dat hangt samen met
Townshends opvatting over mu
ziek. In „Rolling Stone" vam
14 juni 1969 zegt hij dat de markt
zijn eigen tempo heeft, bepaald
dooi- de massa, die voor hem het
belangrijkste op aarde is.
Townshend dienkt zuiver
commercieel.
„Wat men hinderlijk vindt, is de
afhankelijkheid van het
systeem, maar de commercie
komt de pop tegemoet, terwijl
juist de pop geen tegenconcessie
doet. En als het dat wel doet,
wordt het „bubblegum" genoemd
en weggesmeten."
Toch wilde Pete meer dam
alleen maar hitjes maken en
optreden. Een jaar of twee
geleden begon de energieke
Townshend te werken aan een
pop-opera, een op muziek gezet
verhaal dus, maar dan geheel
in het popidioom.
Geen oorstrelende muziek-
gordijnen ontleend aan klassieke
thema's en diepe poëtische
teksten.
Pop is een licht medium,
aldus Pete en liederen over
oorlogsgruwelen horen er niet in
thuis. En de muziek blijft rook,
omdat daarin de actie zo
ontstellend groot is: het herhaalt
zichzelf elke tien seconden.
Actie is een toverwoord voor
Pete. De opera is een muzikale
eenheid, maar ze bestaat
uit 24 songs, ieder met zijn
eigen actie en zijn eigen
muzikale kracht. De handeling
ontwikkelt zich nummer voor
nummer, elk nummer is een
moment uit het bewogen leven
van Tommy, een doof, stom
en blind knaapje. Ieder moment
heeft zijn eigen muzikale
vorm, een eenvoudig herkenbaar
introotje, twee of drie
melodiewisselingen en een
duidelijk thema, komend uit de
gitaar van Pete himself. Het
is eigenlijk een verzameling
singles van hoge kwaliteit,
waarvan de thema's verwerkt
zijn in een korte instrumentale
ouverture.
Na de ouverture komt er een
verpleegster die uitroept „It's
a boy, Mrs. Walker" en het is
Roger Daltrey die deze rol
voor zijn rekening neemt, evenals
trouwens alle partijen in de
opera. Hjj doet het voortreffelijk,
niet overdreven acterend, maar
toch zeer passend bij de
tekst. Goed, Tommy Walker
is geboren, in de eerste
wereldoorlog. Volgende actie:
in 1921 vermoorden zijn ouders
een minnaar en Tommy
wordt doof, stom en blind door
de schok (het blijkt niet
duidelijk uit de tekst, maar
Towmshend vertelde het in
Rolling Stone).
Geheel geïsoleerd in een
eigen wereldje maakt hij
„amazing journeys" in een
„quiet vibration land". Hij bouwt
een schijnwereld rond zich,
want hij heeft geen toegang tot
de echte wereld. Dait blijkt
duidelijk in de prachtige song
„Christmas", dat behalve een
heerlijke melodie ook een
boeiende tekst heeft: alle
kindertjes zijn verrukt met
Kerstmis en sluipen de kamer
in om htm pakjes uit te pakken,
maar Tommy weet niet welke
dag het is, hij weet niet wie
Jezus is en wait bidden is.
Het klinkt vreselijk tragisch
en hoort geheel thuis in zo'n
zondagschoolboekje van W. G.
van der Hulst. De arme
drommel zingt (in zichzelf):
„See me, feel me, touch me,
heal me", hoog en zuiver.
En precies in de stijl van de
oude jongensboeken is er op
schooi een akelige pestkop, die
zielige Tommy het leven
zuur maakt. Het is neef Kevin,
die leuke plannetjes heeft als
onder water drukken van
Tommy's hoofd, hem van de
trap duwen en punaises op
zijn stoel leggen.
Dan gaan de ouders met
Tommy naar een zigeunerin, de
LSD-koningin, die hem een
nacht bij zich houdt en
geestverruimende middelen
geeft („Your mind must learn
to roam"), maar het helpt
allemaal niet.
Tommy komt vervolgens
terecht bij zijn homofiele oom
Ernie, die een makkie heeft aan
deze jongen. Het nummer heet
„Fiddle about". De jongen
ontwikkelt een onnavolgbare
perfectie in een spel op de
kermis, bij een gokautomaat.
Niet gehinderd door de felle
lichten, sirenes en gepraat wordt
hij geheel afgaand op zijn
gevoel de gokautomaattovenaar,
de Pimball Wizzard.
In een jingleachtig
ultrakortje vindt zijn vader een
wonderdokter, die hem naar
de spiegel stuurt. Daarin ziet
Tommy zichzelf langzamerhand
en hij is genezen. Hij is zich
bewust van alles, hij leeft
en voelt zich een ware sensatie,
iets goddelijks. Tommy gaat
het verhaal van de Wonderbare
Genezing uitdragen op avonden
met beatbamds. Een zekere Sally
Simpson aanbidt hem, maar
als ze het podium beklimt,
wordt ze er afgegooid door een
suppoost. Zestien hechtingen
in haar wang zijn haar erfdeel.
Tommy zingt: „I'm free and
I'm waiting for you to follow
me", want er komen veel
volgelingen, die geloofsregels
vragen. Hij nodigt ze maar
allemaal uit in het prachtige
lied „Welcome" en hij breidt
zijn huis uit tot een
vakantiecentrum. Tommy laat
ze Pinball spelen, maar zijn
volgelingen willen drinken
en pot roken en laten hem in de
steek. Dat is het verhaal.
Je kunt het als melodramatisch
verhaal over je laten komen,
dat vindt Townshend best,
maar hij heeft de opera
geschreven met een „diepere"
achtergrond. Het gaat over ons
allemaal. Wij leven eerst net
als Tomy Walker in een
schijnwereld, we maken ons
doof, stom en blind voor
alles wat er werkelijk gebeurt
(dan ben je van een hoop
gedonder afDe LSD-koningin
symboliseert de maatschappij
die ons dwingt drank te
gebruiken en drugs. Maar dat
helpt helemaal niet, integendeel:
het haalt je geest uit haar
evenwicht, vindit Pete.
En juist die evenwichtigheid
brengt je de totale verlossing,
de bewustwording, de genezing
(als bij Tommy). Towshemd
is namelijk een volgeling van
de Indiase wijsgeer Meher Baba
(die ook op de hoes vermeld
wordt.
Tommy bereikt die staat
van heiligheid, net als vóór hem
Jezus Christus, Rama Krishna,
Boeddha en Meher Baba. Net als
zij predikt Tommy een eenvoudig
geloof leidt een stabiel leven,
maar nee hoor, zijn volgelingen
willen regels en als Tommy
verbiedt te drinken en te roken,
zijn ze pleite.
Je kunt met deze serieuze
verklaringen van Townshend
doen wat je wilt. Je kunt het
gepraat over evenwicht,
reïncarnaties en puritanisme ook
laten voor wat het is en het
dubbelalbum koesteren als een
fantastisch sick pop-produkt, een
mijlpaal in de popgeschiedenis.
(De twee erg wrede liedjes over
die klierige neef Kevin en de
vieze oom zijn van John Entwistle
en een kort vrolijk deuntje over
Tommy's holiday camp is van
drummer Keith Moan).
DIRK VELLENGA
3s'i
Het begint bij de „oudere ge
neratie" langzaam maar zeker
door te dringen dat de „jeugd"
anders wil, dat de jeugd niet
klakkeloos in zijn voetsporen
wil lopen, dat de jeugd zijn eigen
regels heeft, die enorm ver
schillen van die van de ouderen.
Grote muziekfestivals zijn niet
alleen manifestaties waar muziek
te horen is. De recente festivals
in Engeland en Amerika worden
meer beschouwd als de belang
rijkste politieke en sociologische
gebeurtenissen van de zestiger
jaren. Want juist op die
muziekfestivals toont de jeugd
hoe hij werkelijk is en wat hij wil.
De grootste happening tot nu
toe in de wereld gehouden,
speelde zich af in het plaatsje
Bethel. De Woodstock Music
and Art Fair trok meer dan
400.000 bezoekers. De trekpleisters
van het festival waren Jimd
Hendrix, Jefferson Airplane
en Jonas Joplin. Hun sound
bleek uiteindelijk het minst
belangrijke van het gebeuren.
Wat de Amerikaanse jeugd en
de toekijkende volwassenen
beleefden, was de potentiële
macht van een generatie die de
traditionele waarden en
doelstellingen in de V.S. heeft
afgewezen. Duizenden jonge
mensen, die dachten tot een
geïsoleerde minderheid te behoren,
ondergingen het opwindende
gevoel dat zij het hele gebeuren
bepaalden,
Voor veel volwassenen was
het festival in Bethel een
smerige „freak-out", een mon
sterachtige orgie, waar een hoop
gekken doof zat te worden en
stuff gebruikte. En natuurlijk
zo meldt het Amerikaanse
weekblad Time waren er
bepaalde zaken te betreuren in
Bethel. Er stierven drie mensen
waarvan een aan een te grote
aosis drugs en honderden
moesten behandeld worden na
een sïechte trip, veroorzaakt
uoor inferieure LSD.
Maar en dat is van de
wanbegrippen die nog steeds
leven en geënt zijn op de huidige
maatschappij er waren geen
diefstalen, geen berovingen,
geen steekpartijen. Er is niet
één vechtpartij geweest. De
betekenis van Woodstock kan
mede daardoor moeilijk
overdreven worden. Ondanks
de stapels afval, het enorme
gebrek op sanitair gebied,
het gemis aan eten en twee
nachten regen, vond de jeugd
het allemaal „prachtig". Een
jongen vatte het zo samen:
„Eindelijk komen de mensen een»
bij elkaar". En dit feit heeft
consequenties die ver boven
het muziek-festival zelf uit gaan.
Bethel demonstreerde het
unieke gemeenschaps- en
saamhorigheidsgevoel (rot
woorden) dat er bij de jeugd
blijkt te bestaan, het mysterieuze
idee een speciale groep te zijn;
een „wij" tegenover een „zij".
Ondanks alle verdachtmakingen
en zorgen vóór het festival liet
Bethel een indruk van vriend
schap, van (jawel) liefde achter.
Bethel was ook een demonstratie
tegenover de wereld van de
volwassenen, dat jonge mensen
een soort vrede kunnen scheppen
In een situatie, waar eigenlijk
geen „vrede" had kunnen
bestaan dit dan volgens de
oudere generatie, dlie er nooit
in is geslaagd een dergelijke
vrede te bewerkstelligen.
Een andere zaak, die bij
de andere generatie diepe indruk
achterliet, was de geheimzinnige
code over wet en orde; ook al
verschilde die enorm van wat
men in Amerika over het
algemeen onder „law and order"
verstaat. Na afloop was zelfs
de politie, die er dan steeds als
graadmeter bij gehaald moet
worden, uiterst tevreden. „Dit
waren de aardigste mensen waar
ik ooit mee te maken heb gehad",
zei een politieman. Het is
een wijdverbreid misverstand
dat er moeilijkheden moeten
komen als er veel mensen bij
elkaar zijn. De diverse grote
festivals, waar (in Engeland)
200.000 of 400.000 of (in Neder
land) 20.000 mensen zijn, tonen
aan dat dit niet hoeft als er
jonge mensen samenkomen.
De muziek vam Bethel wat
Time harde rock noemt is
niet zomaar een van de vormen
van pop-muziek. Het is een
lofzang op de revolutie. De
teksten vormen een lange
lijst protesten. De roek-profeten
prediken echter (en dat kunnen
de volwassenen maar moeilijk
geloven) grotendeels een morele
revolutie. Het is zowel de
afkondiging van een nieuwe
hoeveelheid waarden, als de
verwerping van een oud systeem,
deze „nieuwe regels" blijven
niet beperkt tot het bijwonen van
een plezierig muziekfestival.
Mensen, als in Bethel waren,
bezetten ook kamers van
rectoren en werden vorig jaar
bloederig in elkaar geslagen in
Chicago, tijdens het Democra
tische partijcongres. Dit alles
in naam van de nieuwe moraal.
Wat de jeugd van de zestiger
Jaren verschillend maakt van
de jeugd uit andere tijden, is
het volkomen gebrek aan in
menging van die volwassenen.
De jeugd doet beslist niet wat
al eens door volwassen is gedaan.
„Wij hebben geen leiders nodig",
zegt Jamis Jopliin, „we hebben
elkaar. En als we het zo kunnen
houden is dit land over tien jaar
best een aardige plaats om te
wonen".
„Dit is nog maar een begin",
zegt Jimi Hendrix. „De enige
manier om de ouderen dit in
te laten zien is door massale
bijeenkomsten te organiseren als
in Bethel. De jeugd zal niet
altijd in die modder blijven
zitten. Vanaf hier zal begonnen
worden iets te bouwen en te
veranderen. De hele wereld heeft
een goede wasbeurt nodig. Die
krijgt hij dan ook".