DE KOSMOS IN SCHILDERIJ FORMAAT Werkende jongeren bundelen krachten in één Raad De achtste medische faculteit DE 29.95 RIJDENDE AMERIKAAN' „LARGO-SHOP" GORIS GROENEWEGEN VAN DER WEIDEN (47): LAMMERTS van RUEREN OVERLEDEN DRAMATISCH CIRKEL TOEKOMST Rozen! No binnen ieders bereik. Een feestelijke bloem. Om uzelf en anderen mee te verrassen. Vooral nu ze zó gevarieerd voorhanden zijn. I )ere|ya Informatie Klimaat Aandacht TREINVERTRAGING BIJ AMSTERDAM EN EINDHOVEN DE MUREN BARSTEN UIT ELKAAR I vanwege de enorme voorraad. Daarom gaat De Rijdende Amerikaan binnenkort verhuizen naar de KORTE BOSCHSTRAAT 8. |b.v. SPAANSE BROEKEN 7 DE STEM VAN VRIJDAG 22 AUGUSTUS 1969 9 Goris Groenewegen van der Weiden (47) is geboren in Rotterdam. Vandaar zijn verwantschap met schepen, water en beweging. Hij schil dert deze herkenbaar met een kosmisch-filosofische inslag. In de Bel gische Kempen, waar hij zijn atelier heeft, geniet hij bekendheid om zijn hartstocht voor de ruimte en de oneindigheid. Deze hartstocht is niet van vandaag of gisteren: al lang voor er sprake was van ruimte vaart trachtte hij de oneindigheid en het raadselachtige van de ruimte voelbaar en voorstelbaar te maken op het doek. Hij gebruikt daarvoor felle kleuren en wijdse vormen. Daardoor wordt de toeschouwer mee genomen in een wereld, waarvan hij weet, dat het de zijne is, maar waarvan hij plotseling ontdekt, dat ze mysterieus is. Eigenlijk moet je niet praten bij een schilderij, zegt hij. Want als je het met woorden kon zeggen, zou je geen schilderij nodig hebben. Het zijn juist de kleuren en vormen, die tot je spreken, waar woorden te kort schieten ROTTERDAM „Hangt er in uw huiskamer ook een schilderij aan de muur Wat doet dat ding daar vraagt Goris Groenewe gen van der Weiden. „Als u het weghaalt, merkt u dat de muur op u afkomt als een keiharde begrenzing van uw leefruimte. Als de muur weer helemaal muur is, is hij koud, vijandig, uitzichtloos. Maar het schilderij maakt een doorkijk, dwars door de muur heen, het verwijdt uw kamer. U kunt door de muur heenkijken, want er is door dat schilderij een venster in gekomen. Op die manier wordt de begrensde woonruimte onbegrensd, wereldwijd, kosmisch-groot zelfs...." „Toch moet ik er even bij zeg- ai: dat schilderstuk is niet als een gat in de muur. Het is veel meer! Het is een ding, dat spreekt, het deelt zich aan u mee en vloeit over in uw bewustzijn. Elk goed kunstwerk is mededeelzaam, wordt iets van uzelf, het wordt een stuk van uw bestaan". ,.In mijn schilderijen is nooit een horizon", vervolgt hij, „want die beperkt je gezichtsveld. Al is de mens dan een eindig wezen, toch heeft dat wezen deel aan de onein digheid: hij is een deej van de kos mos en hij gebruikt de oneindige krachten van zon en natuur. Dat ben je je niet bewust, als je in de auto zit of het knopje van het elek trisch licht omdraait, maar het is een feit: het zijn stuk voor stuk kos mische krachten! Ook de boer, die de schop in de grond steekt ge bruikt en sluit zich aan bij die krachten. Schakel de zon maar eens uit alles is dan weg, be staat niet meer, de mens is dan nergens meer!" „Eigenlijk zou de mens zich dit meer bewust moeten zijn, vooral nu hij via de techniek deze kosmi sche krachten gebruiken en tem men kan. Integendeel: hij ziet zijn arbeid veel te veel als iets, dat op zichzelf staat. Dat ligt wel aan de sociale omstandigheden van de voorbije tijden. Toen werd de ar beid door de kunstenaars ook te veel uitgebeeld als een dramati sche zaak; de arbeidende mens werd eenzijdig afgebeeld als een ploeteraar, die het voedsel ontwor stelt aain de stugge grond. Zeker hier in de arme Kempen was de arbeid zo zwaar en moeizaam, dat de mens teveel bleef stilstaan bij en vergroeide met de arbeid. Maar dat is eigenlijk een valse beper king. Dat maakt de arbeid uitzicht loos, terwijl die eigenlijk vol uit zicht en zonder beperking is. De kosmische krachten staan hen in- mers ten dienste en hebben allang voor hem gewerkt. Dat dringt allemaal zo moeizaam tot ons door. Soms lukt het hele maal niet om het in ons bewust zijn op te nemen. Toen de eerste astronauten een stap op de maan zetten, waren er mensen, die het niet geloven konden. Natuurlijk moesten ze het wej geloven, want ze konden het met eigen ogen zien op de televisie. De moeilijkheid was dat ze het niet verwerken konden. Iedereen heeft daar moeite mee. Even moeilijk als het voor de tech nici is om een man op de maan te brengen, even moeilijk is het om onze fantasie en ons bewust zijn in te passen in dat grenzeloze geheel dat ruimte heet. Dat doet pijn. Daarom wil je het uitbeelden om het voorstelbaar en herkenbaar te maken. Het eerste voertuig waarmee de mens buiten zijn natuurlijke om geving ging was het schip. Daar mee vergrootte hij voor het eerst zijn ruimte. Dat moet hem wel be angstigd hebgen. Toen Columbus zijn eerste tocht over de oceaan ging maken, waarschuwde men hem van alle kanten, dat hij van de aar de af zou tuimelen Ik' hoüid van schepen. Ze zijn al tijd in beweging, zelfs voor anker bewegen ze nog. Ze overbruggen en gooien zich vooruit de ruimte in, de toekomst tegenmoet. Ze slepen je mee, je moet meebewegen, je kunt niet stilstaan, zeker niet bij jezelf. Vandaar dat schilderij. „De marine". De lijnen van de rompen en de golfslag leveren je onherroe pelijk over aan de oneindigheid. Die cirkel tekent de oneindigheid uit. Hij zou ook de zon kunnen verbeel den, maar ik zie hem meer als de gangmaker van het geheel, de golf slag komt in beweging daardoor. En dat voert ons weer naar het al lereerste bestaan van ons. Geleer den zijn het er over eens, dat alle leven uit de golfslag van de zee voortkomt. Daar zit een scheppings drang in, ontembaar en meesle pend. En daarom ook weer beang stigend. Scheppingsdrang en ver- woestingsdrang schijnen bij elkaar te horen. Daarom kun je houden van de zee en van de ruimte, maar er ook bang voor zijn. Maar die golfslag is ons geboor tehuis! Vandaar dit schilderij „Kempische Boerderij". Het pro beert het raadsel van onze afkomst en toekomst voelbaar en waar neembaar te maken. We zijn niet alleen afhankelijk van de grond, waarop we leven, maar ook en veel meer van de kosmische krachten. De golfslag wordt daarom uitge beeld als de grondslag van het huis, maar het is er ook de hart slag van. het huis wordt tegelijk omhelsd en weer verder gevoerd de toekomst en de oneindigheid te gemoet. Ik ben altijd bezig met dit raad sel. Al meer dan twintig jaar ge leden, lang voor de eerste spoetnik de ruimte inging, wilde ik uitbeel den, dat we deel uitmaken van de een onmogelijke zaak. Soms lukt het je, dan maakt het je gelukkig. Maar tegelijk weet je weer, dat het mislukt is, want oneindigheid is niet uit te beelden. De abstracte schilders hebben dit al eerder gevoeld. Daarom hebben ze de gewone vormen verlaten. Ze wilden er boven uit. De abstractie boeit daarom. Hun poging om uit de bevriezing van de beperking te komen is gezond. Ze raken het mys terie. Ik probeer dat mysterie te raken door het water, de vissen, de schepen uit te beelden. En voor al de beweging. Die was oorsprong van ons bestaan en zal ook weer oorsprong van de toekomst zijn. Ook daarom geen horizon op mijn doeken. De toekomst voor de men sen heeft geen einder. Ik kan daar om niet pessimistisch zijn. Ondanks alle dwaze oorlogen en onbegrijpe lijke ellende, kan ik toch de moed niet opgeven. Ik voorzie, dat de mens het eens zal aankunnen om orde te scheppen in zichzelf, maar ook in de wereld. Dat zal lukken! Ik geloof erin!" (ADVERTENTIE) Neem vaker een bloemetje mee! (Van onze correspondent) UTRECHT Sinds gisteravond is de Raad van Werkende Jongeren in Ne derland een feit. Tot de oprichting van deze raad is de stoot gegeven, zoals de heer H. Groeneveld, de voorzitter ervan, bij de installatierede zei, door de organisaties van werkende jongeren van de drie vakcentrales om tot bunde ling van krachten te komen. De raad is er dan ook van overtuigd, het niet te kunnen steUen zonder steun van de Nederlandse vakbeweging, „die reeds vele jaren als pressiegroep in de maatschappij is opgetreden". Het N.V.V., N.K.V. en C.N.V. hebben zich zeer positief opgesteld ten opzichte van de tot standkoming van de Raad van Werkende Jongeren. J Bjj de samenstelling is er naar gestreefd om jongeren uit alle be drijfstakken in totaal 21 personen bü het werk van de raad te be trekken, van bouwvakker tot ver pleegster, van ambtenaar tot me taalbewerker. Tevens zijn afgevaar digden van de drie landelijke orga nisaties van het vormingswerk als mede van een aantal leerlingenra den en actiegroepen aangetrokken. Het ligt in de bedoeling om op kor te termijn te komen tot de instelling van een aantal werkgroepen, die zich met bepaalde facetten van de gehele problematiek zullen bezig houden- De raad heeft zich tot doel ge steld maximale ontplooiingskansen voor werkende jongeren te bewerk stelligen. Zij dacht dit doel te berei ken door: het inventariseren en kri tisch analyseren van omstandighe den waarin jongeren werkzaam zijn in het bedrijfsleven, het nauwkeurig nagaan op welke wijze schoolgaande jongeren op de werksituatie worden voorbereid, op welke wijze het on derwijs aansluit bij individuele ca paciteiten, hoe de doorstromingsmo gelijkheden zijn met name in het la ger beroepsonderwijs, hoe een zo breed mogelijke algemene basisop leiding in het beroepsonderwijs be- vorder^ kan worden. Kritisch analyseren van de totale vakopleiding. Bovendien wordt ge tracht het doel te bereiken door in ventarisatie v-an de wijzen waarop deelneming aan het vormingswerk wordt verwezenlijkt vanuit de werk situatie en vanuit het vormingsinsti tuut. De raad wil tevens fungeren als adviesgroep en indien noodzake lijk als pressiegroep naar overheid, vakcentralen en bedrijfsleven, onder wijs en vormingsinstituten. Buiten deze researchtaken ziet de raad het als zijn plicht werkende jongeren al le mogelijke informatie te verschaf fen over beroepsopleidingen, vor mingsmogelijkheden, studiekosten enzovoorts. Het was een felle installatierede, die de heer Groeneveld hield, in fei te een ver wij t aan het ministerie van Onderwjjs, dat de werkende jon geren nog steeds ais vergeten groep schijnt te beschouwen: „Waarschijn lijk moeten onze bewindslieden nog lilburgs burgemeester mr. C. J. G. Mcht heeft Brabants argumenten Vl»r vestiging van de 8e medische fa- w'teit onderstreept. Terecht wees hij «aarbij op de noodzaak van een ver zakelijking van de discussie. Hij heeft Mabants stem eindelijk nog eens la ke horen. Dat zal de komende weken «lerwege moeten gebeuren. "oe sterk Brabant zou moeten 'taan, wordt dan duidelijk. Deze Waardebepaling zal nodig zijn om eenieder in Brabant te overtuigen 'an de gerechtvaardigdheid van een iwurende de komende weken door Meel Brabant ondersteunde actie. Eind december 1968 kwam de in jaauari 1967 door de minister van "™erwijs en Wetenschappen ter ad hering ingestelde deskundigen-com- Jiissie Van Walsum, aanzienlijk later Jan gepland, met haar eindrapport. w'e verwacht had dat daarmee de - fde gegadigden toen nog voorna- ®elijk via rapporten gevoerde strijd fan e°Ht, kwam bedrogen uit. Mral door een verschillend beoor- van de vraag: anticiperen op weidingsbeleid of, ter vermijding arvan, het dienen van een inrich- «eleid, een kwestie waartoe de "Wussie gezien haar samenstelling opdracht niet competent was, een verdeeld advies uit de bus daarnaast liet zij zich leiden door 3 iJPen factoren, die zij voor een iaa e faoulteit als wezenlijk en jei)l®ee^als zakelijke basisvoorwaar de factoren:' 1 f,6 ®e<Hsche factoren actoren op het eebi op het gebied van de sa- Ulo U Stulvu vau vj I ia t ^er wetenschappen «Moren van socio-economische en socio-culturele aard. De eerste twee groepen bepalen in derdaad het peil van het wetenschap pelijk onderwijs en onderzoek aan een 8e medische faculteit. De gehele commissie-Van Walsum achtte Tilburg en Eindhoven op grond van de belangrijkste factoren - de medische - „zonder meer ge schikt". Enschede kreeg „de zegen der twijfel". Maastricht, vooruitge schoven post van grootste schreeuwer Limburg, werd door de meerderheid „niet geschikt" bevonden. De commissie in haar geheel wijst op het belang „dat de medische fa culteit tot stand zal komen in een klimaat dat de wederzijdse beïnvloe ding der wetenschappen bevestigt en bevordert". Maastricht kan dit zakelijke argu ment niet hanteren. Ook de commis sie-voorstanders voor Maastricht zien concrete mogelijkheden voor een der gelijke samenhang als een conditio sine qua non voor de vestiging voor de vestiging. Limburg wil dan ook maar meteen een universiteit, rede nerend dat de omstandigheid dat zij nog niets aan wetenschappelijk on derwijs heeft, niet tegen haar ge bruikt mag worden. Een gevaarlijke redenering. Het gaat nü immers louter en alleen om de spoedige oprichting van een me dische faculteit. Voor niet direct noodzakelijke andere nieuwe facul teiten is een gedegen totaal-plan voor het wetenschappelijk onderwijs no dig. Ook uit financieel oogpunt en uit een zo voorzichtig mogelijke en ook voor de belastingbetaler als zo- De achtste De heer B. M. J. Pauw, vijfde- jaars juridisch student van de Katholieke Hogeschool Tilburg en enkele jaren redacteur van Het Hogeschoolblad, maakt zich zorgen over het feit dat in het openbaar nauwelijks iets blfjkt van een Brabantse actie om de achtste medische faculteit in Bra bant te krijgen. Hij somt in bij gaand stuk de argumenten van zakelijke aard die voor Brabant pleiten op en betoogt dat het de hoogste tijd wordt dat Brabant zich wezenlijk druk gaat maken over deze zaak. danig zichtbare besteding van gel den, mag niet het risico genomen worden dat we door vestiging nü van een medische faculteit in Maastricht op dit totaalplan negatief vooruitlo pen. Voor Twente, Eindhoven en Til burg gelden deze factoren zonder meer. In dit verband moet vooral terdege rekening worden gehouden met de plaats, die de in Tilburg ge doceerde mens- en maatschappij-we tenschappen innemen in bijvoorbeeld de huisartsengeneeskunde, waarin 2 van de 3 medici werkzaam zijn. Resteren de factoren van socio-eco- nomisch en socio-culturele aard. De commissie-Van Walsum achtte deze „van minder belang". Terecht, om dat deze het niveau van het medisch onderwijs en onderzoek nauwelijks of niet beïnvloeden. Alleen Tilburg en Eindhoven kun nen dus aan de gestelde zakelijke en als basisvoorwaarden voor een me dische faculteit geldende, eisen vol doen. Van de optanten herbergen dus alleen deze steden die omstandighe den, die een optimaal functionerende medische faculteit garanderen. Sinds het eindrapport van de com' missie-Van Walsum is de discussie naar de politieke arena verplaatst. Maar wat gebeurt in feite? Jam mer genoeg niet Tilburg en Eindho ven spanden zich hiertoe in, maar Maastricht, zich ten onrechte als een optant die aan de door de deskun digen gestelde eisen voldoet, ver schuilend achter het oordeel van haar 4 commissie-voorstanders. Een infe rieure en bedriegelijke aangelegen heid, omdat ook Limburg uit het rap port kan concluderen dat haar voor standers, 3 medici en 1 econoom, hun voorkeur uiteindelijk slechts baseren op niet-medische factoren, zoals de als niet-mediseh te kwalificeren „wenselijkheid van een universiteit in een stedelijk gebied van importan tie", een argument overigens dat des te sterker voor Brabant geldt, dat, zoals het rapport terecht opmerkt, „na de randstad het ftveede stedelijk zwaartepunt wordt geacht", het even eens als niet-medisch te beschouwen „wegvallen van de mijnindustrie" en tenslotte de medische niet relevante „bevordering van het culturele ni veau in Zuid-Limburg". Nogmaals en het kan niet vaak ge noeg gezegd worden, het gaat er nu eenmaal in de eerste plaats om, dat een medische faculteit, die zich zal moeten bezighouden met medisch on derwijs, en onderzoek, daar terecht komt, waar de omstandigheden zo danig zijn, dat medisch onderwijs en onderzoek optimaal mogelijk zijn. De ze omstandigheden worden niet be paald door terrasjes op het Vrijthof, Neen, het gaat erom, dat er goede affiliatie-mogelijkheden zijn en dat het patiënten-aanbod in de desbetref fende regio zodanig is, dat door de stichting van een bij de medische fa culteit behorend academisch zieken huis in de reeds aanwezige, of bij uit bouw van een bestaand tot acade misch ziekenhuis in de overblijven de algemene ziekenhuizen, geen bed denoverschot ontstaat. Het zal nog een paar weken duren, voordat de beslissing genomen wordt. Laten we deze weken gebruiken om het gevaar dat een de nationale ge zondheidszorg niet dienend besluit wordt genomen, af te wenden. Zoals al duidelijk aangetoond, is de 8e me dische faculteit op strikt zakelijke gronden alleen in Brabant op haar plaats. Laat Brabant het initiatief nemen tot het organiseren van een forum in het centrum van het land, waar de optanten Twente, Maastricht, Tilburg en Eindhoven, de gelegenheid krijgen hun argumenten ten overstaan van regering en Staten-Generaal voor de laatste maal uiteen te zetten. Laten de Brabantse dagbladen hun lezers mobiliseren. Het is namelijk juist nu, nu de politiek meespeelt, zeer belangrijk dat Brabants gerecht vaardigde eis gedragen wordt door de publieke opinie in Brabant. Slechts politieke druk ten gunste van een kandidaat die aan alle voorwaarden voldoet schaadt immers het wezenlijk te dienen medisch en onderwijskun dig belang niet. B. M. J. PAUW. eens duidelijk worden gewezen op de groep van ruim 450.000 werkende jongeren van 14 tot en met 18 jaar, Zij bezetten niet, zij vernielen niet, zij komen niet in opstand tegen het gezag, zij eisen geen loonsverhogin gen, maar slechts een recht om als volwaardige mensen in de maat schappij te kunnen staan. Zij vragen slechts een recht op ontplooiing van hun persoon en op een op hun situ atie gerichte plaats binnen het be- drijfsgebeuren." „Het blijkt duidelijk dat de tijd ge komen is dat voor jongeren bij hun intrede in de arbeidswereld wettelijk een aantal minimumvoorwaarden moeten worden gesteld." „We nemen als samenleving aan, dat jongeren tussen 12 en 15 jaar op een technische school -genoeg geeste lijke begage mee krijgen om de spanningen van de „werkwereld" aan te kunnen. De huidige samenle ving is aandacht en zorg verschul digd aan de jonge werknemers even zeer als zij aandacht en zorg be steed aan jongeren, die om welke redenen ook langer op school gaan' „Werkgevers zullen moeten weten waar ze aan toe zijn. Het kweken van een grote onderlaag van onge schoolden is in 1969 onaanvaard baar". NIJMEGEN (ANP) In het Dia- konessenhuis te Arnhem is op 72- jarige leeftijd overleden de heer A. Lammerts van Bueren, oud hoofd redacteur van de Arnhemse Courant, het Nijmeegs Dagblad en het Gelders Dagblad. De heer Lammerts van Bueren, Amersfoorter van geboorte, startte zijn loopbaan in Oost-Indië bij de In dische Courant en de Preangerbode en trad na terugkeer in dienst bij het Tiels Nieuwsblad. Hij werd laterbe- noemd tot hoofd-redacteur van de Provinciale Geldersche en Nijmeeg- sche Courant. De heer Lammers van Bueren, die zich vooral voelde aangetrokken tot de beschouwende journalistiek, ver zorgde ettelijke publikaties in boek vorm en gedenkschriften. Op zijn verzoek heeft de crematie van zijn stoffelijk overschot iin Dieren vandaag in alle stilte plaatsgehad. Kijk eens beste mensen, het is tijd ons eens bezig te gaan houden en dan ernstig met het openbare ver voer in Nederland, dat ook niet meer is wat het was. Laten we even eer lijk zij-n, de bus en de trein kun je niet missen, geen dag. Ruim baan voor het openbare vervoer is een van de slagzinnen en moderne mensen zijn busmensen is een andere. Over de nadelen van het openbaar (bus)vervoer kan iedereen, die wel eens de reis heeft ondernomen van Tjietjerksteradeel naar Uitwelinger- ga, lange en barre verhalen vertellen. Maar daar wil ik het nu niet over hebben. Het zijn. momenteel de treinen, die mij ernstig zorgen maken. Neem nu de maandag van deze week eens. Goed, het is een rotdag, maar moeten er dan driemaal ongemakken voor de reizigers ontstaan? Neem nou giste ren. Weer tweemaal ongemakken voor de reizigers. Waar moet dat naar toe? Al deze ongevalletjes schokken het vertrouwen dat ik in treinen had. En het vertrouwen in het openbaar ver voer. Want de treinen hebben ruim baan; de bussen vragen het, maar de treinen misbruiken de vrijheid, waar blijven we dan met de bussen. Ik zal er nog maar eens een nachtje over slapen. „We hebben niet de gewoonte men sen te adviseren hoe andere staats hoofden te vermoorden" (een woord voerder van het Engelse ministerie van buitenlandse zaken). Paisley: Bernadette Duivlin I I-n Australië kunnen ze er ook wat van. Daar klaagde de 48-jarige Hen ry Hughes weliswaar na een ver keersongeval over hevige hoofd pijnen. Van buiten was er niets te zien. Een röntgen-opname toonde aan, dat er i-ets tussen zijn linkeroog en zijn neus diep in zijn voorhoofd zat. Bij de operatie bleken het een bout en een vleugelmoer te zijn, die verwijderd werden. Hughes' hoofd zit overigens nog steeds stevig op zijn plaats. Laatst liep ik op een gravel-veld over NAC na te denken, waarom weet ik niet, toen lichtend aan de hemel Roy Rogers verscheen; het idool uit vroeger jaren, die zich op zijn paard bliksemsnel vermaardheid verwierf. Toen hij zijn pistolen trok en op mij richttedook ik bliksemsnel weg. Mijn hond keek me vreemd aan, op het moment dat ik zwart uit de gra- vel-stof tevoorschijn kwam. Want Roy Rogers was weg. Maar toch „De helft van het aantal psychia trische inrichtingen zou leeg staan, en de helft van het aantal psychia ters werkloos zijn, als ieder huis twee badkamers en geluidsdichte slaapkamers had" (Een psychiater). Guyana: Ve-nee-zuela Zo aan het einde van deze week wens ik iedereen veel sterkte. Ik doe dat trouwens ook aan het begin van een week. Hou de oogjes open! MERIJN (Van een onzer verslaggevers) UTRECHT Het treinverkeer tus sen Amsterdam en Amersfoort heeft gistermorgen aanzienlijke vertraging ondervonden doordat een trein naar Utrecht even buiten Amsterdam strandde door motorstoring. De trein bleef precies op de wissels staan zo dat hij verschillende sporen versper de. Het treinverkeer tussen Geldrop en Eindhoven is gistermiddag weer normaal geworden. Zoals bekend moesten de treinen op dit deel van het traject gisterochtend gebruik ma ken van een enkel spoor, omdat woensdagavond twee wagons' van een goederenwagen ontspoord waren. (ADVERTENTIE) Om deze verhuizing te vieren FEESTELIJKE VOORDEELKOOPJES alle maten van 37,50 en duurder NU ALLEMAAL Voor Kleding die Haagdijk 15 - BREDA IN" IS! Tel. 38549 I Deze voordeelkoopjes ook verkrijgbaar bij Ginnekenstraat 133 Hoek Stallingstraat nabij v. Coothplein Tel. 45527

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1969 | | pagina 7