Wij willen niet doodgaan in een luie stoel voor de tv Roaring Twenties in Breda POPULARITEIT DIXIELAND NEEMT TOE O BLUES D I M E N S I N Wat is Louis van de Laar met ons van plan? Blijkbaar bestaat er voor hem geen jeugdprobleem. Een jeugd, die schreeuwt om een eigen recreatieruimte. Hij laat ons maar verder modderen in rot-kroegen. De jeugd is haar passiviteit aan het verliezen. Actief wil zij zijn. „Dat is de aanhef van één van de vele pamfletten, die het Revolutionair Cultureel Centrum in Bergen op Zoom op straat gooide. De culturele revolutie speelt zich deze avond af in een huiskamer by een kop koffie. „Het wordt wel tijd, dat we écht iets doen en laten zien", zegt Madeleine. „Daarom moeten we constructief te werk gaan en geen rotdingen uithalen. De overheid moet maar eens zien, dat wy ook verantwoordelijkheid kunnen dragen." De Royale Clown Compagnie noemen de „leden" zichzelf ook wel. Onder de naam Revolutionair Cultuur Centrum (RCC) is de groep nu één jaar georganiseerd, al is er geen sprake van vaste leden. „De beweging' bestaat al jaren". De „clowns" veelal met lange ,,en "^e willen de bestaande cultuur doorbreken. In een kleine stad als deze wordt het openbare leven beheerst door taboes. De mensen durven niet voor hun mening uit te komen". Taboes „Ja", zegt Herman, le en*£e tiid aan de zelfkant van het leven gezeten hebt, zoals ik, dan merk je hoe de samen leving degenereert, maar niemand doet zijn mond open. Alleen wordt gezegdDit of dat kan niet, om dat men het altijd zo gewend is geweest. Voorbeeld Als jongen ging ik hier in Bergen op Zoom balletles nemen. Maar het was met te doen. Direct gingen de mensen me voor flikker uitmaken cn de politie kwam er zelfs aan te pas." ..Bovendien staan de mensen onverschillig tegenover de be staande cultuurvormen, die af en toe goed zyn", zegt Hans. „Die geest moet verbeterd worden. Het gaat allemaal te langzaam. Het is bijvoorbeeld al maanden gele den, dat hier eens een behoorlijke film draaide. Het is allemaal beneden peil. Een filmliga zou wenselijk zijn. Ja, naar een film cursus van Teleac kijken we." «Tenminste als je een tv-toestel hebt", zegt Jan. „Ik loop thuis meestal weg, omdat iedereen s avonds de hele tijd uitgezakt voor het kastje ligt." „Maar de mensen trekken zich er niets meer van aan" meent hoewie, „ze berusten overal in. Kijk maar eens naar de idiote huizenblokken, die we tegenwoor dig bouwen. Het doodt alle in teresses. Dat bijvoorbeeld een cultuurpagina in de krant niet gelezen wordt ligt niet aan die Pagina, maar aan de laksheid van de mensen. Ja, wij lezen deze wel; meestal. De mensen moeten wak ker geschud worden uit hun tevredenheid met alle mogelijke technische dingen, anders sterven ze in een luie stoel voor de tv." „Het bedrijfsleven houdt geen rekening met je privé-leven", zegt Herman. En Hans: „De mensen krijgen geen uitdagingen meer. De enige uitdaging is nog het overwerk op de bedrijven, om daarmee een steeds duurdere auto te kunnen afbetalen". En zo wordt in het blokkendooshuis in een nieuwe wijk van Bergen op Zoom (waaruit vader en moeder zich op deze avond bescheiden hebben teruggetrokken) de ene pijl na de andere afgevuurd. „Ja, we worden als links be schouwd", zegt Jan. „Dat is na tuurlijk onzin; een etiket. We hebben lange haren, omdat we ons daarmee happy voelen; nergens anders om. Maar op deze wijze noemen ze je al heel gauw en dom „links". Maar een andere Hans wil wel een anarchie in deze samenleving. Hij heeft veel gelezen over dit onderwerp, zegt hij. Wat bedoelt hij? Als ideaal ziet hjj leef-communes, zoals er in de Verenigde Staten en India gerealiseerd zijn. „Maar dat is nooit uit te voeren, de mens is veel te egoïstisch. Vroeger op het platteland was er iets van een dergelijke leefgemeenschap aan wezig; alles gebeurde gezamenlijk en iedereen stond iedereen bij." En dan ontstaat er een verwarde discussie over een al of niet ge- weldadige revolutie. Marjolein meent: „Door veel met elkaar te praten en van gedachten te wis selen moet er tot oplossingen te komen zijn. Ik vind een geweld dadige revolutie een gebrek aan woorden". Roelof: „Daarom moe ten we hier in Bergen op Zoom een pandje hebben, waar mensen, jongeren als wij, elkaar kunnen ontmoeten, kunnen experimen teren met toneel, film, muziek, veel kunnen praten etc. Een ruim te, die bestaat uit een soort kruising tussen Fantasio en de Bredase Trapkes. Ja, daar is behoefte aan. Al die bestaande soosjes is niets. Er wordt wat gehangen en geschui feld. Je staat er en er worden dingen voor je gedaan, opgelegd. En als de organisatoren de poen binnen hebben, verdwijnen de soosjes. We hebben de belangstel ling naar een dergelijk trefpunt gepeild en die is groot. Het moet een tweede thuis zijn voor de jongelui; waarschijnlijk wel een eerste thuis want de familieband wordt steeds slapper. De groeiende communicatie-media dwingen ons naar buiten. We hebben er contact over gehad met de jeugdraad en gemeenteraadsleden. Als je met hen praat, doen ze heel positief, maar daarna We hebben een gesprek met burgemeester Van der Laar gehad. Was heel leuk. Maar van een D '66-man hoorden we achteraf, dat hij tegen hem gezegd had: „Ze gingen als kleine jongens weg". Dat is belazerij Marjolein: „Maar deze groep heeft nog te weinig gepresteerd. Ze willen wel eens wat van ons zien". Jan: „Ze vinden het rot, dat wij niet te grijpen zijn en van bovenaf dingen opgelegd kunnen krijgen". Loewie: „Ze lusten ons niet". Herman: „Misschien wèl na de expositie". De jubilerende tentoonstellings organisatie Etcetera organiseerde een wedstrijd onder scholieren. Er was een tentoonstelling van teken- en schilderwerk. Tijdens deze expositie verspreidde het RCC een pamflet. „Wij vonden het niet juist, dat hieraan alleen door de schooljeugd meegedaan kon worden. Wij hebben nu een eigen tentoonstelling in de week na Pinksteren. Daaraan kan iedereen meedoen. Iedereen is creatief en niet alleen de schooljeugd. De eerste schilderstukken zijn al binnen en over een zaal wordt onderhandeld." „Ja wij doen ook mee. Hans schildert. Marjolein werkt aan een experimenteel ballet en haar broer maakt een reliëf. Herman schrijft een experimenteel toneelstuk, waarin de man-vrouw verhouding (met prikkeldraad incluis) en de hippies ten tonele zullen worden gevoerd. Loewie is bezig aan een tekening. Hans maakt een ge luidsband en Johan gipsafdrukken. Wim is aan het beeldhouwen. Nee we willen geen prijzen. Dat is een verkeerd systeem. We zijn een „dienstploeg" van vak mensen aan het samenstellen, die bij de inzendingen rapporten zul len afgeven". Of het zal lukken „Ze zeggen wel, dat de mentali teit van de jeugd laks is" zegt Herman, „en misschien hebben ze nog wel gelijk ook. We zullen wel zien hoe dit afloopt. Dit experi ment wil niet zeggen, dat we het met Etcetera niet eens zijn. Die stichting heeft veel en goed werk gedaan. Naar de tentoon stellingen gaan we steeds kyken. Naar de concerten van het HBO gaan er ook verschillende, „maar dat orkest speelt hier byna steeds oude deunen". „Naar de toneeluitvoeringen van stichting „Gamma" gaan we ook. Goede stukken, maar een conser vatief publiek, dat als statussym bool lid is. Bij de uitvoering van 0 0 door Studio liep by de pauze veel publiek weg. Bij al deze uitvoeringen zouden we meer willen proviceren. De bestaande uitvoeringen moeten veel meer uitgebuit worden; meer over praten. Mensen moeten meer be wust gemaakt worden. Die kan sen krijgen we misschien wanneer we een eigen pand zouden heb ben. Nee, het Koetshuis in Roosen daal is voor ons geen voorbeeld voor een jongeren-trefpunt. Dat is teveel een Loosdrecht-sfeer. Als de gemeente niet wil, zullen we de straat opmoeten. Maar dan met een guerilla-tak- tiek, want het heeft weinig zin om je iedere keer door de politie in de kraag te laten grypen. Onze vaste kern bestaat uit ongeveer 30 mensen, maar de aanhang be staat uit enkele honderden, ook al zeggen veel ouders „Met dit soort mensen ga je toch niet om". Lange haren, „links", drugs Nee in onze groep worden geen drugs en stickies gebruikt, maar soonlijk doen. Maar dat is niet er zijn er wel by, die het per alleen bij leden van onze groep. Ook in andere groepen komt het minstens evenzeer voor. En dan gaat het om groepen jongelui „waarvan men het niet zou denken". De overheid hier en elders onderschat het gebruik van deze middelen. De situatie in Bergen op Zoom is zo, dat ze het er niet meer onder kunnen krijgen. En wat de politie betreft leven we hier in een paradys. Laatst riep een agent tegen me op straat Rook jy nog? En ik: Ja, kilo's. En maar lachen en daarmee was de zaak af. Maar we zyn wel op onze hoede. Och het begint by de meeste jongelui met nieuwsgie righeid. Het zijn net kinderen, die stiekem voor het eerst roken. Mijn moeder heeft juist een studie binnengekregen van de P.v.d.A. over verdovende middelen. Haha... We kunnen ons best voorstel len dat de autoriteiten denken Met die mensen kunnen we niet in zee gaan. Bij het hele RCC staat het „roken" er dan ook volkomen buiten. Wat we willen is, weg uit die rotkroegen en een eigen huis, waar we onszelf kunnen zijn. Verantwoordelijk heid kunnen dragen." HENK EGBERS DE STEM VAN ZATERDAG 3 MEI 1969 „Vroeger in de populaire tyd van de dixieland-jazz kwam je op bijna elk feestje en elk bal. Tegenwoordig word je alleen gevraagd voor officiële fes tiviteiten en in jazzclubs. Toch merk je wel, dat de belangstelling voor onze mu ziek weer toeneemt. Volgens mij gaat de oude stijl jazz best weer een goede toekomst tegemoet". Aan het woord Mart Mous, leider-pianist van de Original Dixieland Heebie-Jeebie Jassband, een echt oude stijl orkest met een tuba, washboard en veel gein. Het is een van de dixielandorkesten die regelmatig optreden in de Roaring Twenties Club te Breda, gevestigd in de zaal van café de Vrachtwagen aan de Ginnekenmarkt. „Ik speel hier graag", zegt Mart, „Hier weet je tenminste zeker, dat het publiek luistert en je muziek waardeert". Wie ervan overtuigd was, dat de dixielandmuziek verdrongen is door andere vormen als blues, beat etc., kan zich wekelijks op zaterdagavond in deze Roaring Twenties Club van het tegen deel overtuigen. De dixieland heeft nog veel fans in het zuiden. Het publiek bestaat voornameiyk uit tieners en twens, maar er zitten ook ouderen onder, die in de werkeiyke Roaring Twenties zijn opgegroeid. Ieder week treedt een andere band aan. Alleen Breda telt al vier dixielandorkesten, waarvan een The Mark Town Syncopators, vorig jaar de eerste prijs oude stijl behaalde op het jazz-con- cours te Loosdrecht. Maar er zit veel meer dixieland muziek in het zuiden. Regelmatig komen ook The Lazy River Jazzmen (Middelburg), The South Jazzband (Tilburg), en The Savoy Jazzmen (Eindhoven) naar de Bredase club ter afwis seling van het huisorkest, The Crescent City Jazzmen. Als de musici even pauzeren klinken door de luidsprekers grammofoonplaten van veertig jaar terug; de syncopatische cornetklanken van Bix Beiderbecke worden afgewisseld door de pittige charlestons van Paul Whiteman. Vaak gaan musici uit het publiek in de loop van de avond meespelen. De jam sessions worden steeds populairder. Sommige Jammers" komen van ver om mee te kunnen doen. Waarom die grote belangstel ling in het zuiden? Misschien omdat de Zuidnederlandse mentaliteit die van het geboorte land van de jazz-„dixie" of het zuiden van de V.S. dicht benadert. In beide streken zijn de mensen spontaan, opgeruimd, individualistisch. In beide streken houden de mensen van feesten èn van carnaval vieren. Met carnaval blijkt pas duidelijk hoeveel muzikanten er feitelijk zijn. Sommigen pakken na de carnaval hun instrument weer in, maar de meesten gaan zich in groepjes wijden aan de ongecompliceerde traditionele jazz, de dixieland, want de stap van de carnavaleske marsmuziek naar de dixieland is slechts klein. Roaring Twenties-bestuurslid Rob Albada Jelgersma is er trots op dat de Bredase club die nog niet zo lang bestaat, al een goede naam heeft. Zelfs in het noorden, zoals ook biykt uit reacties van noorde lijke bands. Rob: „Ze kijken er allemaal van op, dat hier zo'n echte stijl jazzsfeer heerst. En dat er zoveel goede musici komen meespelen. Vooral dat laatste zijn ze niet gewend". Er bestaat al een uitwisseling van huisorkesten tussen ver schillende jazzclubs in ons land. Maar dat is nog niet genoeg. Bestuurslid Yge Loomans: „Wij moeten het vooral hebben van het enthousiasme van onze leden. En er zyn hier volgens my nog veel meer mensen die van de jazz oude stijl en de Roaring Twenties houden. Laat ze contact met ons opnemen, dan kunnen we nog veel meer organiseren". R. C. De situatie aan de top van ons vaderlandse beatwereldje begint zo langzamerhand tamelijk onoverzichtelijk te worden. Tot voor kort was er een aantal groepen, voornamelijk afkomstig uit het westen van Nederland, dat zich met recht tot de topgroepen mocht rekenen. Over de kwaliteit van die formaties hoeft men het niet altijd eens te zijn, maar namen als de „Motions", „Shoes" „Outsiders", „Golden Earrings" of „Cuby and the Blizzards" waren toch voor iedere beatliefhebber een begrip. Op het moment is het allemaal wat onduidelijker; er zijn genoeg groepen in staat een redelijke plaat op te nemen, maar geen enkele groep steekt met kop en schouders boven de anderen uit Een van de groepen, die haar weg naar de top heeft gevonden, zonder overigens al te veel aan die weg te timmeren, is de Zwolse formaitie „Blues Dimension"; opgericht in 1967. Inmiddels heeft deze groep vier singletjes en één LP opgenomen. Vooral de laatste single „Battlefield of love" staat momenteel in de belangstelling. De formatie heeft reeds twee Nederlandse onderscheidingen gekregen: de „Ossekar" als meest belovende groep in 1967 en de „Toscar" als beste Nederlandse Bühne-groep in 1968. Voor de Nederlandse televisie werd o.a. opgetreden in de programma's Puntje Puntje, Vjoew en Jam. De groep is ook reeds enige malen voor de Duitse en Zweedse tv te zien geweest. Radioprogramma's werden opgenomen in Nederland, België, Duitsland, Frankrijk en Zweden. By de oprichting in maart 1967 bestond Blues Dimension uit zeven man. De groep speelde voornamelijk soul. Nu is zy overgegaan op blues, (grotendeels eigen composities) en is terug gevallen op de vyf-mans bezetting, zonder trompet en saxofoon. De meeste nummers worden geschreven door de 21-jarige organist-pianist Heimig van de Vegt, die ook nog sax en gitaar speelt. Buiten hem zyn van de oorspronkelijke groep nog twee man over, namelyk solo-gitarist Cees de Best en zanger Leen Ripke. Basgitarist Jaap van Eik heeft, voordat hy by Blues Dimension speelde, een tydlang gewerkt met Cuby and the Blizzards. Hy is vooral bekend geworden door zyn gitaarsolo op de plaat „Cuby life" in Düsseldorf. Overigens had hy, voordat hy by Cuby kwam, al een tydje by Blues Dimension gezeten. De groep wordt gecompleteerd door drummer Herman van Boeyen, die eerst by „Daddy's Act" en „Full House" speelde. P. D.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1969 | | pagina 29