De gebalde vuist van Melina Mercouri ZWARE WEEK VOOR HBS-ERS ZESHONDERD JAAR BASTILLE GRIEKSE KOLONELS TWEE JAAR IN HET ZADEL E X A M E N Vishoudtfit SNIPPERS ORDE EN RUST VAKANTIE Opstel gymnasium Mulo en Havo «T W 1 DE STEM VAN DINSDAG 22 APRIL 1969 9 Vertegenwoordigers van acht partijen in de Tweede Kamer, waaronder de vier regeringspartijen hebben precies twee jaar na het aan de macht komen van de Griekse kolonels, schriftelijke vragen gesteld aan minister J. Luns van Buitenlandse Zaken over de Griekse kwestie. Het zijn de heren Van der Stoel (P.v.d.A.), Mommersteeg (K.V.P.), Bos C.H.U., Aarden (groep-Aarden), Van der Spek (P.S.P.), Visser (D'66), Geel kerken (A.R.P.) en Portheine (V.V.D.), die vragen of de regering bereid is tijdens de gedachtenwisseling over de Griekse kwestie in de eerstvolgende zitting van het comité van ministers van de Raad van Europa zich uitdruk kelijk op het standpunt te stellen, dat Griekenland thans niet aan de ver eisten voor het lidmaatschap van de raad voldoet en dat een dictatuurstaat niet ais lid van de Raad van Europa kan worden gehandhaafd. „Is de regering bereid op bovenstaande vraag nog vóór 5 mei a.s. te ant woorden", zo vragen deze kamerleden. Het is niet voor het eerst, dat minister Luns vanuit de Tweede Kamer wordt uitgenodigd zijn standpunt inzake Griekenland te bepalen. Nog op 24 maart stelde het socialistische Tweede-Kamerlid Van der Stoel vragen hierover. Op 9 april antwoordde minister Luns dat, alvorens wordt besloten Griekenland te schorsen het rapport van de Europese commissie voor de rechten van de mens moet worden afgewacht. De bewindsman toonde zich bereid in de komende zitting van het ministerscomité van de Raad van Europa met andere leden van gedachten te wisselen over de kwes tie-Griekenland. (Van een onzer redacteuren) Niemand van de Griekse bannelingen heeft zich in twee jaar, dat de Griekse kolonels-in het zadel zitten, zo fel gekeerd tegen „die vieze en smerige dictatuur" als Melina Mercouri. Een aantrekkelijke, niet zo jonge (44), frêle vrouw, barstens vol energie en befaamd actrice, die met haar warme stem de woorden in niet geheel vlekkeloos Engels „hist" is nog altijd een „big hit" als zij komt oproepen tot verzet en protest tegen Papadopoulos en de zijnen. Melina Mercouri: De tijd van praten is voorbij Melina's bijdrage aan een protest avond in Nijmegen tegen de dicta tuur in Griekenland is niet zo groot in woorden. Maar zij is er. Met gebalde vuist. Zij, het symbool van verzet tegen de Griekse dicta tuur en een voorbeeld voor dege nen, die menen, dat solidariteit ge boden is met honderdduizenden, wier vrijheden worden vertrapt, ook al zullen nu hun treinen wel op tijd rijden Mussolini's grootste troef - en mooie autobanen worden aan gelegd Hitiers grootste trots, Be komst van Melina witte laarzen, witte jumper, rode blazer, rode lange broek in de volle aula van de Nijmeegse universiteit had het effect van een explosie. Haar simpele begroeting „Hello" sloeg als een vonk over op de Griekse gast arbeiders, die onmiddellijk reageer den en een spreekkoor inzetten met de kreet „Demokratia". De negen honderd mensen in de aula vielen Melina zwaaide met gebalde vuist, even indrukwekkend en drei gend als de Black Power-vuist in Mexico, mee op het ritme. „Ik heb maar een paar woorden zeggen", kondigt Melina aan. „De tijd van praten is voorbij. Wij ver wachten niets meer van deze rege ring. Nu komt er actie, nu komt er actief verzet. Wij vertrouwen op de jeugd, wij vertrouwen U en U ver trouwt ons. Wij vertrouwen, dat Pa padopoulos en zijn kliek zullen ster ven, zéér, zéér snel" Deze laaste woorden worden weer onderbroken door een donderend „demokratia". „I ask you one thing, als wij vechten en winnen, zorg dan dat u bij het rendez-vous bent". De zaal applaudisseert. De andere sprekers krijgen het moeilijk, om dat Melina, zoals altijd vergezeld van haar broer Spyros, maar een paar woorden nodig heeft om de aandacht te trekken. Zij zingt een Grieks vrijheidslied. Melina zwaait weer met de gebalde vuist. De Griekse gastarbeiders kunnen zich niet meer inhouden. Zij scharen zich rond het symbool van verzet achter de microfoon. Op zo'n protestavond realiseer je je eens te meer, dat Griekenland inderdaad ook ONZE zaak is en blijft. Griekenland is een deel van onszeif. Niet alleen als de bakermat van onze beschaving en democratie, maar ook als een deel van onze hui dige westelijke wereld. Een wereld die voorstaat een eigen en betere aard te bezitten, niet alleen beter dan die van het fascisme, maar ook beter dan die van het communisme. Bij die betere wereld behoort Grie kenland. Het is lid van de Navo, (nog) lid van de Raad van Europa, geassocieerd lid van de EEG en maakt deel uit van het Noord- Atlantische bondgenootschap. Iemand zei het zo „Griekenland heeft zich verbonden met al die an dere landen, ook met het onze, die vanuit een gemeenschappelijk erf deel de dragers en handhavers wil len zijn van geestelijke vrijheid, po litieke vrijheid en democratie. Daarom moeten wij blijven pro testeren als in Griekenland na een met cynisch (Navo) vakmanschap uitgevoerde militaire coup juist al datgene waarvoor het Westen zegt te staan om hals is gebracht. De feiten zijn wel bekendIn Griekenland bestaat na twee jaar dictatuur geen geestelijke en poli tieke vrijheid meer. Voor het parle ment is het concentratiekamp in de plaats gekomen- Zeker, de kolonels, die nu eenmaal niet op een politieke beweging kunnen steunen, omdat zij via een samenzwering aan de macht kwamen, hebben inmiddels wel wat ideologische snippers, veel al ontleend aan andere totalitaire regimes bijeengegaard. Papadopoulos zo heet het in officiële berichten heeft het nieu we Griekenland herschapen in het „Hellas van de christelijke Helle nen", waarbij Helleens naar zijn zeggen betrekking heeft op de radi cale afstamming en christelijk op de inhoud van het Griekse geloof. „Dat is ons ideaal, voor de individuen van dit land en voor de Grieken van deze natie", zei Papadopoulos nog onlangs, die daarmee de basis legde voor de radicale en religieuze onverdraagzaamheid. Hij spreekt (zoals Hitier) ook geregeld over de „eeuwige belangen van het vader land". Grieken, zo vertelt Papado poulos zijn volk herhaaldelijk, moe ten eerlijke, hardwerkende mensen worden, goede Europeanen en be hoeders van de christelijke idealen. Wij moeten onszelf echter niet bedriegen. In Griekenland heerst orde en rust. Twee jaar geleden stonden dan ook vele Grieken niet geheel onsympathiek tegenover de Griekse kolonels, omdat zij „de stinking corners" eerlijkheidshal ve die waren er hee] wat van de democratie zouden en konden schoonmaken. Orde en rust. Niemand staakt in Griekenland, niemand gooit met stenenn zoals in de voormalige nooit zo stabiele de mocratie stellig veel gebeurde. Het nieuwe regime is voor de kerk, het moedigt zelfs de kinderen aan veel naar de kerk te gaan. Lange haren en baarden zijn uit den boze- Mini rokken verboden. Het communisme is staatsvijand nummero één. Maar na twee jaar dictatuur is dat alleen maar de zichtbare sluier, die de on gerechtigheid bedekt. De Grieken mogen niet meer zichzelf zijn en zij mogen ook niet meer worste len om aan de eigen democratie ge stalte te geven. Nog eens een citaat„Ook als men erkent, dat het in Griekenland politiek allemaal niet zo mooi was als in prachtige volzinnen van onze westelijke charters, statuten, ver dragen en constituties wordt bele den, dan moet men begrijpen dat de dictatuur in Griekenland aan de strijd en het streven om naar idea len te jagen volledig een einde heeft gemaakt. Dat bestaat niet meer in Griekenland en daarmee is het ge maakt tot het tegendeel van wat onze westerse wereld wil zijn, ter wijl het daar nog bij behoort en uit eigenbelang bij wil blijven. Een Navo-partner die fascist wordt (ten gunste van Portugal kan men tenminste nog zeggen dat het al dictatoriaal geregeerd werd toen het zich onder het Navo-vaan mocht scharen), wat moet men daarmee beginnen tegenover een communis tisch land, waarmee wij het fascisme bestreden en overwonnen hébben Dat is niet te verkopen, al blijft minister Luns zijn uiterste best doen. Daarom de gebale vuist van Me lina Mercouri. De gebalde vuist ter- wille van de mensen, die het zwij gen is opgelegd of in ballingschap zijn gejaagd. „Wij zullen hen nooit, nooit in de steek laten", verzekerde Melina Mercouri. Nog een enkele opmerking over het al of niet met vakantie gaan naar Griekenland. Melina Mercouri laat over dit punt geen enkele twij fel bestaan. „Met vakantie gaan naar Griekenland is misdadig, verklaart zij. Als een land stervende is, kun je het zo niet helpen". Enkele Nijmeegse studenten dach ten over dit probleem wat genuan ceerder. Als iemand zo nodig zijn vakantie wil doorbrengen in Grie kenland, laat hem, maar draag een macro-baard, lange haren èn micro-minirokken. En boek vooral een reisje naar de eilanden Yioura, Jaros en Leros, waar duizenden po litieke gevangenen volgens de laat ste berichten een mensonwaardig bestaan leiden. Als u van plan bent dit alles te doen nog één advies boek wel snel, want anders hebben de kolonels deze eilanden volgeboekt A.T. (Van onze oraderwijsredactie) DEN HAAG Na een weekend dat menig kandidaat wellicht meer zweetdruppels dan rust bezorgd heeft, is het examenlegioen gistermorgen weer op mars gegaan, aangevuld met ruim zesdui zend meisjes die een M.M.S.-diploma begeren en een handjevol kandidaten van de handelsdagschool met driejarige cursus. Voor de h.b.s.-B is nu de „zware week" aangebroken: met scheikunde en natuurkunde. De a-kandidaten van de h.b.s. begonnen met het maken van een Engels versdag. Hun werd gevraagd een artikel te schrijven voor een Engels jeugdtijdschrift over de opleiding en ervaringen van een assistent-landbouwdeskundige als vrijwilliger voor ont wikkelingshulp in Tanzania. Het was jammer, dat in deze opgave de meeste aandacht besteed moest worden aan het onderwerp „opleiding" en het onderwerp „ervaringen" beperkt bleef tot de laatste alinea. De kandidaten zelf zullen hiertegen evenwel geen bezwaar gemaakt hebben, daar deze alinea onder meer ingaand op het begrip „vrijwilliger" redelijk moeilijk te verwerken viel. Als geheel genomen was dit werkstuk voor de kandidaten dus geschikt voor een goed verslag in de Engelse taal. De M.M.S.-kandiidaten openden hun reeks zittingen voor het eindexamen met een, eveneens redelijke, Engelse vertaling. „A S visit to post-war Coventry, naar Muriel Beadle's' These ruins are inhabited", handelde over een bezoek aan de in aanbouw zijnde nieuwe kathedraal van Coventry, waarvan het centrum in de Tweede Wereldoorlog door bommen verwoest werd. De ver taling bracht het merkwaardige contrast ter sprake dat gevormd wondt door de nieuwe architectuur en het nog bestaande gedeelte van de oude kathedraal. Intussen waren de gymnasiasten van beide richtingen bezig met hun opstel. Er zijn altijd maar weinig examinandi, die met verlangen naar dit uurtje uitzien. De grote angst bij velen is steeds: „Is er voor mij een titel bij?" Dit jaar zullen de meesten wel iets naar hun gading gevonden hebben, want de tien gegevens boden verscheidenheid genoeg. Voor een degelijk betoog: „Verdovende middelen", „Is idividuele hulp aan die mede mens een verouderd begrip?", „Overheidssubsidie aan de kunsten". Maar ook in het minder zware genre waren er prettige onderwerpen: „Daarom houd ik van toneel", „Het spel in mijn leven". Natuurlijk ontbrak ook dit jaar het citaatje niet, waarmee de examen commissie maar weer altijd kans ziet een bescheiden literair tintje aan de opgave te geven. Voor 1969 had Paul van Ostayen de eer ((Ach alle mensen slapen goed die de deur op grendél weten". Een klein stukje poëzie dat bepaald verkwikkend werkt na de sombere mededeling waarmee de serie opstellen werd geopend: „Futurologen verze keren ons, dat in de zeer nabije toekomst de meeste mensen vijf of meer keer in hun leven van beroep zulen moeten veranderen, omdat ze weg geautomatiseerd worden". Een opwekkend begin voor jonge mensen die op het punt staan de maatschappij iin te stappen. Die uren hadden de h.b.s.-kandidaten gisterenmorgen voor de boeg, toen ze met scheikunde begonnen. Redox is in de laatste jaren wel gebleken een essentieel onderdeel van dit examen te vormen. Dit jaar zelfs met twee wagen. De finale van de gymnasiasten was overigens allesbehalve gemakkelijk. De vertaling voor Fraais was gekozen uit het werk van de literator Gaetan Picon, getiteld „Panorama de la nouvelle litterature fransadse". Hoewel het ons voorkomt dat dit fragment niet ligt boven het niveau dat van onze toekomstige studenten geëist mag warden, zullen meerderen wel moeite gehad hebben met enkele niet vaak in het ter voorbereiding op dit examen gelezen proza voorkomende woorden als: un monde assoupi (inge slapen), fouetfer ie fou (geselen). Intussen maakten de kandidaten voor het diploma h.b.s.-a het eerste deel van het onderdeed handelswetenschappen. Meisjes van de m.m.s. hadden voor het schrijven van een Nederlands opstel intussen de keuze uit negen onderwerpen. Een greep uit de onderwerpen: Als een vrouw haar huis ontwerpt, televisie een venster op de wereld, in de boetiek, ver geten staart, antiek in de moderne tijd, eenzaamheid is een woning. Op de bijafdeling van de h.b.s. kwam gistermorgen het tweede onderdeel van het Nederlands aan de orde: het samenvatten van een tekst, waarbij een helder beeld gegeven moesten worden van de gedachtengang van de schrijver. Ditmaal ging het om een stuk van prof. dr. J. Pen, die vanuit zijn standpunt ais econoom een aanval doet op de „bij uitstek degelijke opvatting, dat lering en vermaak elkaar uitsluiten". Gisteren was het ook de dag voor de examens m.u.l.o.-b-kandidaten van zowel de openbare, de christelijke en de katholieke scholen. De kandidaten begonnen gisteren met meetkunde. Zo op het eerste gezicht bleek het werk een beetje „eenzijdig", daar in de drie opgaven sprake was van een cirkel - ingeschreven om omgeschreven. Bij de uitwerking werd echter duidelijk, dat de cirkels in de drie opgaven zeer verschillende functies hadden. De eerste opgave leverde betrekkelijk veel werk op. Er moesten vier afzonder lijke dingen berekend worden, maar de opgave was toch niet moeilijk. Het tweede vak waarover de m.u.l.o.-b-kandidaten zich moesten buigen, was natuurkunde. Het was nogal afwisselend werk met niet te lange uit werkingen, maar dan moesten de kandidaten wel goed lezen. Het eindexamen wiskunde h.a.v.o. was iets moeilijker dan in 1968. De genen echter die de Wimecos-eindexamenopgaven volledig hebben door gewerkt behoeven evenwel geen grote moeilijkheden te verwachten. Het voor de leerlingen zo lastige onderdeel stereometrie is duidelijk lichter in het eindexamen geplaatst don vorig jaar. Vorig jaar twee opgaven van de zes, nu een stereometrische opgave van de zes. - onze Parijse correspondent) y bastille! Vandaag is het 600 jaar ge iden, dat de toenmalige burge meester van Parijs de eerste steen legde voor een der grootste mrten van Frankrijk. Deze Bas- Me heeft het uitgehouden tot 14 Wü 1789, toen deze burcht latsgevangenis geworden, door Parijse revolutionairen werd «estormd en vernield. De bestormers van de Bastille de- J® hun werk grondigei dan de stu- enten van mei 1968, want van het ™<raw bleef weinig over en de tertiende juli werd tot nationale ima vei'8laard. Nog altijd wordt f deze feestdag in Parijs over de .anips Elysees een monsterparade «jiouden in het bijzijn van de pre- tiiw ,van de republiek. Het grote ."kleine vuurwerk, dat op die dag heel Frankrijk de lucht ingaat, r<0 geschat op tien miljoen frank. Oorspronkeijlk was de Bastille een s mizoen, bestaande uit een grote e"®enPlaats omringd door grachten ophaalbruggen voor voetgangers u, "Ptuigen. Acht zware torens ver- Ven zich 25 meter in de lucht, oer met een eigen naam. Buiten Ma t aC^' lorens was een binnen- bnÜu' waar de Parijzenaars overdag van a n wa»delen. Aan de ene kant von i 0 binnenPlaats de kazernes Hint 06 soldaten, aan de overkant "keltjes, waar de Parijzenaars j den kopen wat ze wilden Wie centrale binnenplaats op wilde moest een ophaalbrug passeren, zwaar bewaakt. Bij die ophaalbrug begonnen in 1789 de eerste gevech ten. De gevangenen, die meestal 's nachts. de Bastile in werden ge bracht, in- gesloten rijtuigen met neergelaten gordijnen, waren lieden uit alle lagen van de bevolking: grandseigneurs, edellieden, spionnen, verraders van staatsgeheimen, al te overmoedige schrijvers of pamflettis ten, heksen, oplichters, gewone mis dadigers en mensen, die wegens erfe niskwesties door hun familie gek waren verklaard en levenslang in de Bastille konden worden opgesloten. Een simpel c.evel, ondertekend dooi de koning, was zonder verdere vorm van proces voldoende om in de Bastille terecht te komen. Hoe lang men er zat was volkomen wille keurig: drie dagen, drie jaar, veer tig tot vijftig jaar of levenslang. Op sluiting in de Bastille was, vooral voor anti-monarchisten, in het ge heel geen schande. Het gaf het slachtoffer zelfs een zekere waar digheid. Later, als vrij man, kon men zich op de borst slaan en zeg gen: ik heb in de Bastille gezeten! Het gevangenispersoneel had streng opdracht geen woord met de ge vangenen te spreken. Hoogstens wa ren toegestaan een paar nietszeggen de opmerkingen over mooi of slecht weer tijdens de gang naar de priva ten. Zelfs de doktoren mochten de namen van de gevangenen niet we ieen, Als zij iemand behandelden was het X ot IJ of Z uit die en die toren. De huofddokter woonde bui ten de Bastille. In de Bastille zelf woonde alleen maar een barbier apotheker, die, de in die tijd gebrui kelijke middelen toepaste: aderlating en lavementen, zoals men dat kent uit „Le malade imaginaire" van Mo lière. Streng werd er op toegezien, dat de gevangen niet met elkaar konden corresponderen door aante keningen achter op de eetborden of via briefjes in de boeken uit de bi bliotheek. In die al te strenge voor schriften kwam geleidelijk de klad. Hoe was het eten? Dat hing af van de welstand van de gevangenen of van hun familie leden. Arme sloebers beklaagden er zich over, dat de gouverneur van de gevangenis zich letterlijk en figuur lijk vetmestte door te bezuinigen op het gevangeniseten. Anderen konden blijkens hun latere gedenkschriften eten wat zij wilden en mochten zich zelfs laten verzorgen door hun ka merdienaar. Zo schreef b.v. Mar- montel in zijn memoires het volgen de: „Het is vandaag vrijdag. Eerst kregen wij opgediend een puree van tuinbonen met verse boter, daarna uitstekende kabeljouw met een wei nig knoflook. Toen ik voldaan van tafel opstond at mijn kamerdienaar de rest op. Daarna bracht de cipier een tweede gerecht, waaruit ik be greep, dat net eerste gerecht voor mijn kamerdienaar was bedoeld. De tweede maaltijd was inderdaad voor treffelijk: een sappig stuk ossevlees, een kippebout, een schotel artis jokken, een schotel spinazie, een rijpe peer, druiven, een fles oude bourgogne en een kop bijzonder lek kere mocca." Ook de markies De Sade heeft in de Bastille niets te klagen gehad. Zijn vrouw stuurde hem van alles. In zijn cel had hij honderden boeken, hij kon de beste oogarts consulteren en op zijn toilet tafel ontbrak het hem niet aan par fum, poeder, crème of reukwater. Met de kleding was het ongeveer net zo. Er waren gevangenen, die het jaren zonder horloge moesten doen, maar er waren er ook, die op verzoek kamerjassen kregen gevoerd met ko nijnenvellen of vesten, van binnen bekleed met zijde. Toen de Bastille op 14 juli be stormd werd, zaten er nog maar ze ven gevangenen in. Om te beginnen de graaf van So-lages, opgesloten op verzoek van zijn familie. Hij zat er sedert 1784 en schreef onleesbare geschriften over de bijbel en gods dienstgeschiedenis. Als nummer twee zat er de mon sieur De Witte (of Whyte) de Mal- leville, een Ier, geboren in Dublin, die eveneens schreef, maai- volgens achtergelaten stukken volkomen van zijn verstand was beroofd. Bij voor beeld: „Ik ben het wezen, ver ver heven boven alle andere wezens, ik ben bovendien de schepper van deze wereld. Ik ben Julius Caesar, Lode- wijk XI, XII, XIII, IVX, de heilige Lodewijk, commandant van het heelal en van de oneindigheid" en zovoort. De derde was Augustin Ta- vemier, ook niet geheel snik, wat niet te verwonderen was, want hij zat al dertig jaar in de Bastille. Voor getroubleerdheid was dus wel enige reden. Dan waren er nog vier gewone misdadigers, die bank biljetten hadden vervalst. De gekken hadden het in de Bastille nog zo slecht niet als men weet, dat de krankzinnigen in gestichten aan de ketting lagen. Als gevangenis was de Bastille in onbruik geraakt. Parijzenaars had den er al vóór de revolutie op aan gedrongen, dat de torens en muren zouden worden gesloopt „en dat op de grond, doordrenkt van tranen- der slachtoffers van willekeur, voortaan tranen zouden vloeien vergoten van geluk en van dankbaarheid aan de koning". Op de plaats van de Bastille zou een monument worden opge richt tot glorie aan de vorst. Dat monument is er nooit geko men. De Bastille werd bestormd en dat werd het begin van de grote Franse revolutie van 1789. Het is hier niet de plaats om de betekenis van de Franse revolutie uiteen te zetten. In het voorjaar van De eerste aanval op de Bastille. 1789 verschenen in Frankrijk ontel bare brochures en vlugschriften. Een van die vlugschriften was van de hand van Abbé Sièyes en daar stond het volgende in. „Wat is de derde stand? Alles! Wat heeft hij tot dus ver in de politiek betekend? Niets! Wat verlangt hij in de politiek te worden? Iets! In een notedop, kleiner kan het haast niet, heeft men daar de bete kenis van de Franse revolutie. In de derde stand kwam de Franse bour geoisie naar boven en zou weldra de oude machten van adel en geestelijk heid in haar schaduw zetten. In die Politieke Partij Radikalen (P.P.R., staat er dan altijd achter), geachte „overlevers" van de altijd weer beroerde maandag, moet toch wel het een en ander zitten. Tenmin ste, als ik afga op de verslagen die ik gisteren hier en daar gelezen heb. Na het P.v.d.A.-congres (te rumoe rig), K.V.P.-congres (slaapverwek kend), V.V.D.-congres (altijd weer die centen) heeft het P.P.R.-congres in Tilburg een goede beurt gemaakt. Er is, zo las ik „rationeel over emo tionele onderwerpen" gesproken. En dit schijnt vooral bij de partij van Vondeling indruk gemaakt te hebben. Toch had het nóg wat ratio neler kunnen gaan. Ais er naast het buitenland ook enige aandacht aan het eigen land was besteed. Voorzit ter Erik (want bij de P.P.R. moet die voornaam er altijd bij) Jurgens, een van de weinige praeses die niet we ten hoe groot of klein hun club is, gaf dit ook wel toe. Volgende keer beter. Is die Van Doorn (met pijp en snor) nu wel echt zo radicaal? Toch even Frits van der Poel bellen. Hebt u plezier in uw werk? Jam mer, want dan doet u misschien niet helemaal uw best. Een recent onder zoek onder technici heeft aangetoond dat zij, die ontevreden waren met hun werk, meer presteerden dan de tevreden werknemers. De ontevreden heid werkte als een prikkel. Er werd door de ontevredenen harder ge werkt. Het omgekeerde bleek echter te gelden voor arbeiders, die wat genoemd wordt sleurwerk hadden. Onder hen waren de tevreden werk nemers, degenen die de beste presta ties leverden. Het wordt wel steeds duidelijker waarom de werkgevers de werkne mers zo „jennen". Lonen laag hou den, ontevredenheid kweken en toch betere prestaties! B e-Be-Be-atrix! De pogingen van Thomassen en Drijver om een gezonde, winstgeven de blikfabriek te stichten zijn ook Verblifalikant mislukt. De 3i-jarige Amerikaanse, in Lon den wonende onderwijzer Tom Far- rell heeft een zeer angstig avontuur achter de rug. Onlangs werd hij 's nachts om één uur wakker, staan de op een richel 18 meter boven een donkere Londense straat. Slapend moet hij uit een raam van zijn flat (vijfde verdieping) zijn gestapt om verder over de richel te gaan lopen. „Toen ik wakker werd, wist ik niet waar ik was. Ik had het wel verschrikkelijk koud in mijn pyjama. Tenslotte keek ik naar de grond, maar die zag ik helemaal niet. Op mijn gillen heeft een voorbijganger toen de politie gewaarschuwd". En die kwam in gezelschap van vijf brandweerlieden om de angstige on derwijzer te bevrijden uit zijn nete lige positie. Op de vraag waarom hij niet langs de richel naar zijn raam was terug gelopen, zei Farrell geen stap meer te hebben kunnen zetten. „Ik heb een verschrikkelijke hoogtevrees". Het Engelse leger moet te (h)UL(p)STER komen. In Noord-Ierland, zo weet u in middels, is het ook allemaal geen Pais (ley) en Vree. En denk om donderdagmiddag vier uur. Tot morgen. MERIJN. (ADVERTENTIE) GEKOOKTE KABELJAUW MET RIJSTSCHOTEL Pocheer tegen de kook aan jl 1800 g kabeljauwmoten gaar in I weinig wat'r met wat zout, stukjes ui, laurierblaadje, stukje foelie en een paar peperkorrels. Kook met weinig zout 300 g rijst gaar en droog. Smelt 80 g boter in de koekepan, bak hierin 1 klein gesneden ui. Voeg 15 g kerriepoeder en half blikje tomatenpuree toe. Even meebakken. Visvlees in stukjes verdelen. Door rijst^ roeren. In een schotel doen. Garneer met plakjes hard gekookt el j en fijngehakte peterselie. Vraag recepien bij uw vishandelaar of bij het Produktschap voor Vis en Visprodukten, Wassenaarseweg 20, Pen Haag. DE ZWEMBADEN in Utrecht krij gen geen ontheffing van de prijzen- beschikking voor de in december ver hoogde tarieven. CHARLES LABINE, de man die met rijn broer in 1931 voor het eerst ura nium vond, is op 81-jarige leeftijd overleden.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1969 | | pagina 7